De dag na de kamerbespreking van de “kolenwet Duyvendak/Vendrik” had ik een gesprek met Richard de Mos, de milieu- en klimaatwoordvoerder van de PVV. Het debat heb ik eerder al uitgebreid beschreven. De verkiezingen lijken zich toe te spitsen op een keuze tussen twee juist op klimaatgebied radicaal verschillende coalities: VVD-CDA-PVV of VVD-PvdA/CDA-D66-Groenlinks. Hoog tijd om eens te rade te gaan bij onze enige echte “klimaatdeactivist in de politiek”.

Over het Kamerwerk
Richard de Mos: “Ik zie een half jaar vol hoogtepunten. Met lef en bravoure heb ik een gesloten debat toch weer opengetrokken. In het begin dachten mijn tegenstrevers: “Wie is dat malle mannetje?” Vervolgens had ik alleen maar wind mee: Climategate, een koude winter, een hele reeks incidenten rondom het IPCC. Heerlijk! Hier en daar op het randje en soms ook een grote fout. Denk aan het incident met Ineke van Gent van Groenlinks. Zulke dingen moet ik niet doen. Ook ben ik wel eens direct met termen als “boevenbende”. Dat is allemaal niet even tactisch en parlementair correct, maar… als je zoals IPCC-voorman Pachauri 2,7 miljoen achteroverdrukt ben je voor mij een boef. Zo zie ik dat. Daar kun je vervolgens heel veel mooie woorden opplakken, maar als ik bij de Albert Heijn een rolletje drop pik ben ik de volgende dag geen parlementslid meer. Pachauri zit er gewoon nog. Nu ja, ik denk dat ik terecht een stevig geluid heb laten horen. Ik wil dat nog beter gaan uitdragen want een nieuwe koers op milieu is erg belangrijk.”

Over de kolenwet
Richard de Mos: “Ik acht de kans vrij groot dat de kolenwet Duyvendak/Vendrik op 16 juni op de laatste officiële dag van de Kamer wordt aangenomen (het wetsvoorstel en het amendement erop liggen nu ter beoordeling bij de Raad van State; mod.). Het typeert de linkse elite als je ziet hoe gezellig knuffelend de Kamer met zo’n radicaal voorstel omgaat. Dit is net als met de vliegtaks. Je jaagt je industrie weg. Wij krijgen ook de nodige morele support uit het bedrijfsleven op dit punt. De PvdA wil net zoveel belasten dat ze net niet vertrekken. Maar zo werkt het natuurlijk niet. Wat erger is: de VVD spreekt zich in zo’n debat onomwonden tegen kolencentrales uit. Kijk: wij zijn net als de VVD voor kernenergie, maar wij zijn niet tegen kolencentrales. Wij zij voor de bouw van die nieuwe kolencentrales. Het gaat om leveringszekerheid. Minister de Jager (CDA) was enerzijds wat afwerend over de kolenwet maar zwijmelde verder aan een stuk door over de vergroening van het belastingstelsel.

Wat zegt Richard de Mos over het kwartje van kok?

Over het kwartje van kok
Richard de Mos: “Tja, dat was een speerpunt van Fortuyn. Dat kwartje teruggeven aan de bevolking. Vier jaar geleden hadden wij dat nog op ons verkiezingsprogramma staan. Maar nu is dat niet meer aan de orde. Het is budgettair niet meer te verantwoorden dat terug te geven. Het toont wel hoe het gaat met belastingheffing: er is vaak geen weg terug. Juist daarom moeten we ons nu niet in de luren laten leggen door het klimaatverhaal.”

Over de VVD
Richard de Mos: “Marianne Thieme legde onlangs de vinger op de zere plek door aan Mark Rutte te vragen, waar het groenrechtse verhaal gebleven is. Rutte draait daar dan flink omheen. Intern is de VVD tot op het bot verdeeld over klimaat. Ik krijg erg veel e-mails van VVD-ers – en ook van stemmers op andere partijen trouwens – die zich herkennen in het klimaatstandpunt van de PVV. Op de achtergrond heb je een Hans Labohm. En in de Kamer heb je een Halbe Zijlstra die niets wil weten van windmolens. Helma Neppérus is het IPCC op de huid gaan zitten. Af en toe zie je dat ze ook wat van ons afpakken. Maar als puntje bij paaltje gaan ze er toch niet hard in. Ze pakken niet door. Je hoort ze niet zeggen dat het CO2-verhaal geneuzel is. Laat ze daar nu eens een helder standpunt over innemen!”

Over het Planbureau voor de Leefomgeving
Richard de Mos: “In Nederland hebben we de vreemde situatie dat de berekeningen van het PBL bijna net zo belangrijk zijn als die van het CPB. Het PBL heeft echt een hele dikke vinger in de pap. Bij de presentatie van de doorrekening van de verkiezingsprogramma’s zitten ze er pal naast. Het PBL heeft echt een hele goede lobby. Natuurlijk kregen wij een dikke onvoldoende van ze. Maar wij hebben niet met ze willen praten. In onze ogen zijn ze niet onafhankelijk. Hun vooringenomen standpunt is dat het 5 voor 12 is. Wij vinden dat kolder.

Over de coalitievorming
Richard de Mos: “Natuurlijk is immigratie ons kernthema. Maar dat wil niet zeggen dat we klimaatstandpunt zo maar laten schieten. Onze insteek is: niet meegaan in de klimaathype. Ook hier hebben wij in onze tegenbegroting veel geld weggehaald. We kunnen daarom ook niet mee met partijen die hier niet bezuinigen. Wij zullen er ook op inzetten, dat een nieuwe coalitie onderzoekt of CO2 nu werkelijk een probleem is. In het laatste debat vergeleek ik het met die oude reclames met dat jongetje dat zegt: “Waar is nu dat subtropisch zwemparadijs?” Ik bedoel: waar blijft die zeespiegelstijging dan? Rijkswaterstaat heeft het niet gemeten. Er ligt een mooie kans met een kabinet van VVD, CDA en PVV. Op het gebied van klimaat zijn CDA en VVD hom of kuit. Alleen met ons erbij zul je de gewenste koerswijziging op milieu zien. De keerzijde van deze medaille is, dat CDA en VVD in een andere coalitie weer voor fout klimaatbeleid zullen kiezen. Met D66 en Groenlinks in de regering is de zogenaamd bedreigde ijsbeer pas echt los. Overigens zal ik ook niet in het kernteam zitten dat met Geert Wilders coalitiebesprekingen zal voeren. Wel ga ik proberen ons breed gedragen klimaatverhaal waar mogelijk overeind te houden. Stel dat de bevolking me de eer gunt, ga ik zelf gewoon weer de kamer in met als portefeuilles in ieder geval onderwijs, hopelijk opnieuw milieu en nog wat anders.”

Milieubeleid onder een VVD-CDA-PVV kabinet
Richard de Mos: “In de vorige coalitie had de PvdA een dikke vinger in de milieupap. Sinds de val van het kabinet zie je een kentering. Op bepaalde punten zullen we het snel eens zijn. Kernenergie is het beste voorbeeld. Het stopzetten van subsidies op onrendabele “duurzame” energie, daar komen we ook wel uit. Minister van der Hoeven is op dat punt al een heel stuk gedraaid. Wij zeggen stoppen met die subsidiestroom. Wij geloven niet in een gesubsidieerde markt. Wij zijn niet tegen windmolens. Als Shell morgen zegt: “We gaan investeren in windmolens”, be my guest maar niet op kosten van de belastingbetaler. Misschien kunnen we ook stappen maken met het terugdraaien van het Deltaplan. Wij zijn voor het snel uitvoeren van achterstallig dijkonderhoud, maar we wensen geen paniekvoetbal over een niet gemeten versnellende zeespiegelstijging. Ik ben wel voor veel hogere boetes voor milieuovertredingen door bedrijven. Denk aan het huidige olielek van BP in de Golf van Mexico. Wat ik ook wil is beter onderwijs over natuur en milieu op scholen. Stoppen met de angstaanjagende klimaatfabeltjes, en weer gewoon ouderwets leren wat er groeit en bloeit, leren genieten van de natuur en leren inzien waarom je zorgvuldig met natuur en milieu moet omgaan. Daar zou ik zwaar op inzetten.

Duurzaam naar Economische Zaken
Richard de Mos: “Wij zijn er een sterk voorstander van dat alles wat met energie en duurzaamheid te maken heeft naar EZ gaat. Wij willen af van het klimaatbeleid en terug naar milieubeleid. Voor alle fractiewoordvoerders is het nu zeer verwarrend. Vaak kijken we elkaar aan zo van: “Moet ik nu naar dat debat of is dat voor jou?” Windmolens zijn toch echt puur energiebeleid en dus zuiver een geval voor EZ. Maar omdat de andere partijen CO2 milieuvervuiling noemen, en windmolens als reddende engelen zien, ligt het dan weer bij VROM. Wij zullen zeker inzetten op een nieuwe afbakening. Dat zal ook personele consequenties hebben. Mensen die nu aan klimaatbeleid werken zullen straks anders moeten worden ingezet. Wat dat betreft verbaast het me niet dat uit een studie bleek dat een derde van de VROM-ambtenaren niet onder ons wil werken. En dan verwijt men ons de democratie en de rechtstaat te ondermijnen!”

Nationale achterban en internationale betrekkingen
Richard de Mos: “Op het gebied van islam en immigratie heeft de PVV internationaal een uitstekend netwerk van geestverwante groeperingen. Op het gebied van milieu en klimaat hebben we dat veel minder. Nu is het klimaatsceptische geluid in de Europese politiek ook nauwelijks vertegenwoordigd. Europa vormt, sinds de regeringsdeelname van de Groenen in Duitsland, in feite een grote Groene Coalitie. De Tsjechische president Vaclav Klaus is op ons continent op dat niveau de grote positieve uitzondering. Na de verkiezingen zal ik die internationale dwarsverbanden wel zoeken en die contacten gaan leggen. Het afgelopen eerste halve jaar heb ik vooral mijn oor te luister gelegd bij de vele Nederlandse klimaatsceptici die verder geen politiek platform kenden. Er is zo een brede adviserende achterban ontstaan, variërend van de VVD-er Hans Labohm – die de goede zaak ook buiten zijn partij dient – tot een onafhankelijke klimaatstudiegroep in Breda. Wat dat betreft voel ik me als ADO-fan volop democraat en volksvertegenwoordiger: in de Kamer sta ik pal voor de gewone Nederlandse burger die weet of aanvoelt dat het klimaatverhaal een door de wetenschap achterhaalde geldverslindende hobby is van de elite.”