Irony's Not Dead, But It Needs Regulation. In a 6,900-word Times of London profile, Goldman Sachs CEO Lloyd Blankfein quips that he’s "doing God’s work." This was apparently intended as a joke, but it seems no one likes a funny banker in a recession.

In mijn verslag over de politieke kant van de Heartland conferentie in mei beschreef ik een opmerkelijk voorval:

Ook een ander opmerkelijk incident toonde aan dat het zwaartepunt in de VS ligt op het politieke vlak, toen een oudere, zeer all-american, hardkapitalistische keynote speaker op de te verwachten manier tekeer ging tegen de door Obama voorgestane CO2 wetgeving. Maar opeens noemde hij als belangrijkste schuldige achter de schermen nota bene Goldman Sachs bij name. Vrije markt en kapitalisme zag hij als een groot goed, maar hard egoïstisch kapitalisme zonder morele normen zoals op dit moment in Wall Street gebruikelijk is, vond hij oprecht verderfelijk.

Well well… Hiertegen werd direct geprotesteerd vanuit de zaal door een vertegenwoordiger van machtige sponsor Ayn Rand Center for Individual Rights, maar de man hield voet bij stuk, en deed er nog een schepje bovenop: als die wet erdoor komt houd ik Goldman Sachs daarvoor direct verantwoordelijk! Het heeft er inmiddels alle schijn van dat klimaatpolitiek dermate grote financiële kansen biedt aan rechtse bedrijven, dat ze ertoe overgaan het linkse CO2 stokpaardje te adopteren en door het politieke proces heen te loodsen. Onlangs stuitte ik op een bijzonder interessant artikel van Miriam Wolters (geen familie) in “Samen Beleggen” van juni dat hier een helder licht op werpt, en de uitval van bovengenoemde spreker treffend illustreert.

Hierna volgt het artikel, zonder verder commentaar, enigszins ingekort:

“De financiële zeepbellen van Goldman Sachs”

Door: Miriam Wolters

Als er ooit gebruik is gemaakt van de ‘homo psychologicus’, dan is het wel door Goldman Sachs. De volgende financiële zeepbel is alweer in de maak.

….

Maar Goldman Sachs (GS) heeft overal mensen zitten in machtsposities. Vaak zijn het slimme jongens die bij GS begonnen zijn om vervolgens door te stoten naar topposities in de rijkste en machtigste bedrijven van Amerika. Ook komen ze terecht op posities direct naast de president, bijvoorbeeld als minister. Een bekend voorbeeld is Henry Paulson, de laatste minister van Financiën onder George Bush – hij was bestuursvoorzitter van GS. Op dit moment wordt de post van stafchef van het ministerie van Financiën bemand door Mark Patterson, die een jaar voor de ‘bail out’ nog een Goldman-lobbyist was. Kortom: een ideale situatie!

De werkwijze van GS
GS heeft in de loop der tijd een aantal flinke zeepbellen weten te creëren en een volgende is, volgens Taibbi, in de maak. De werkwijze is steeds dezelfde en heel eenvoudig. Eerst een zeepbel opblazen, dan ondoorzichtige zaken verpakken als prachtige investeringen die de midden- en onderklasse koopt om de boot niet te missen, en ten slotte heel snel weg zijn als de zeepbel uiteen dreigt te spatten.

Zeepbel 1: beursintroducties Volgens Taibbi is er in de jaren negentig een kentering gekomen in de stijl van bankieren van GS. Waarschijnlijk heeft dit te maken met het feit dat een van Goldmans directeuren, de slimme Robert Rubin, met Clinton meeging naar het Witte Huis en daar later minister van Financiën werd. Rubin was ervan overtuigd dat er veel te veel regels waren voor de financiële markten die daardoor op slot zouden zitten. Hij heeft het inderdaad voor elkaar gekregen dat veel regels geschrapt werden en de eerste die ervan profiteerde was GS. Zo hanteerde GS, volgens Taibbi, een tweesporenbeleid bij beursintroducties: één beleid voor de insiders – lees: GS – en een ander voor investeerders. Eerdergenoemde regels golden niet meer en bedrijven – het ging hier om internetbedrijfjes – hoefden bijvoorbeeld niet meer winstgevend te zijn. Zo kwam de nu beroemde internetzeepbel op gang. GS manipuleerde de koers van nieuwe aandelen door ze onder de openingsprijs aan te bieden aan ‘klanten’, op voorwaarde dat ze na de beursgang ook nog aandelen zouden kopen. Dat betekende natuurlijk dat de koers van het nieuwe aandeel zou stijgen. Tegen de tijd dat de koersen in elkaar klapten en de zeepbel uiteenspatte, waren de bankiers met enorme salarissen en bonussen allang weg. Natuurlijk kregen ze een boete, maar die viel in het niet bij de winsten die ze hadden geboekt.

Zeepbel 2: hypotheken De subprime zeepbel staat nog vers in ons geheugen en ook hier was het de Amerikaanse overheid die min of meer onder druk van GS mensen de regels versoepelde. We weten het inmiddels: er werden hypotheken verstrekt aan mensen die zulke hypotheken nooit zouden kunnen betalen. Er werden combinaties gemaakt van slechte en goede hypotheken, deze werden weer herverpakt en doorverkocht aan verzekeringen en pensioenfondsen, enzovoort. Dit alles heeft uiteindelijk geleid tot een wereldwijde kredietcrisis, waar we nu nog middenin zitten. GS is akkoord gegaan met een schikking van een schamele zestig miljoen dollar!

Zeepbel 3: olie Door de termijncontracten op olie spoot de prijs van olie omhoog. De verklaring daarvoor zou zijn dat de olievoorziening in gevaar zou zijn. Maar dat bleek helemaal niet waar. Het was een gerucht dat in de markt gezet was. Volgens Taibbi zag GS mogelijkheden om de solide oliemarkt om te zetten in een soort van aandelenmarkt waarop gespeculeerd kon worden. Tot dan toe was dat niet mogelijk vanwege de eerdergenoemde wet die speculatie op grondstoffen moest tegengaan. Een grondstoffenhandelsbedrijf, in handen van GS, ging naar de overheid met het oneigenlijke argument dat niet alleen de boeren, voor wie de wet was bedoeld, maar ook Wall Street zijn risico’s op fluctuaties in de olieprijs moest kunnen afdekken. Min of meer stilzwijgend ging de toezichthoudende instantie van de overheid overstag en GS had weer zijn handen vrij. Het gevolg was dat bijna drie kwart van de handel in olie in 2008 speculatief was. GS creëerde een speciale Goldman Sachs grondstoffenindex, waarop verzekeraars, pensioenfondsen en institutionele beleggers konden inzetten. Het genoemde gerucht dreef de olieprijs op en tegen de tijd dat de olieprijs weer inzakte, was GS alweer weg of short gegaan en de burgers waren weer de klos.

Zeepbel 4: CO2-emissierechten Het is nog niet zover, maar het heeft er alle schijn van dat de emissiehandel in CO2 de volgende zeepbel wordt. En dit keer hoeft GS er nog maar weinig aan te doen. President Obama is onder meer zover gekomen omdat GS zijn gelddonor was tijdens de campagne. In zijn staf zitten nu Mark Patterson en Gary Gensler, beiden afkomstig van GS. Er is nu een wetsvoorstel in de maak, waarbij kolencentrales, aardgasdistributeurs en andere industrieën een bepaalde hoeveelheid CO2 mogen uitstoten. Als ze daarboven komen, moeten ze krediet kopen van bedrijven die juist minder dan die bepaalde hoeveelheid uitstoten. Daar komt nog bij dat de overheid de uitstootrechten steeds gaat verlagen zodat uitstootrechten steeds schaarser worden. Met als gevolg een nieuwe markt met een product dat natuurlijk in waarde gaat stijgen. Het spreekt vanzelf dat GS graag wil dat deze wet er komt, en het heeft al belangen in bedrijven die zich gaan bezighouden met emissiehandel.

Het gaat dadelijk om een koolstofbelasting die door privé-bedrijven wordt geïnd. Dus in plaats van een vaste belasting op CO2-vervuiling wordt er nu weer een handel gecreëerd die misbruikt kan en gaat worden en waarbij de belastingbetaler in Amerika de grote verliezer zal zijn. Ook in Europa moeten we uitkijken.

In Het Financiële Dagblad van 5 juni wordt er gesproken over voorstellen voor een CO2-taks, maar daarnaast ook over een emissiehandelssysteem.

Wat het gaat worden is nog onduidelijk, ook omdat de Europese lidstaten het maar niet eens kunnen worden.

Een gewaarschuwd mens telt voor twee!