De in 2009 overleden grondlegger van 'Deep Ecology', veel boeiender dan de mensen die er mee aan de haal gingen

Voor een onderzoekje dat ik samen met Jaap schrijf, duik ik in de oorsprong van de milieubeweging, waaronder de Deep Ecology. Die term klinkt eng, maar grondlegger in 1973, Noors filosoof en bergbeklimmer Arne Naess schrijft ook principes voor die Climategate-lezers juist als muziek in de oren klinken.

Zij gaan lijnrecht in tegen wat de moderne milieubeweging voor elkaar bokst, zoals hogere energieprijzen (5,1 miljard voor windmolenaars van Bard) , industrialisatie en uniformering van het landschap (zie Noord Duitsland: zo ziet ons land er in 2020 uit) en meer bureaucratie. (COP15 en verder)

‘Milieubeleid mag niet leiden tot lastenverzwaring’
Lees mee met Naess in zijn artikel ‘The Shallow and the Deep’  in 1973, waarin hij zeven principes definieert van ‘Deep Ecology’.

In this fight (against polution) ecologists have found powerful supporters, but sometimes to the detriment of their total stand. This happens when attention is focused on pollution and resource depletion rather than on the other points, or when projects are implemented which reduce pollution but increase evils of the other kinds. Thus, if prices of life necessities increase because of the installation of anti-pollution devices, class differences increase too.

‘Korte lijnen houden om zelfbeschikking te waarborgen’
Veel ‘groenen’ interpreteren Deep Ecology als een soort macrobiotische, van de wereld afgesneden commune als ideaal. Is niet waar. Naess pleit voor samenwerking op alle niveaus. Tegelijk bepleit hij het tegendeel van waar de moderne milieubeweging zo sterk in is: het optuigen van een nog loggere bureaucratie zoals in Kopenhagen bij COP 15 de bedoeling was, die mensen hun zelfbeschikkingsrecht afneemt, ten gunste van de Turkenburgers in deze wereld.

Local autonomy is strengthened by a reduction in the number of links in the hierarchical chains of decision. (For example a chain consisting of local board, municipal council, highest sub-national decision-maker, a state-wide
institution in a state federation, a federal national government institution, a coalition of nations, and of institutions, e.g. E.E.C. top levels, and a global institution, can be reduced to one made up of local board, nation-wide institution, and global institution.) Even if a decision follows majority rules at each step, many local interests may be dropped along the line, if it is too long.

Het ruineren van lokale duurzame vissersgemeenschappen op Wieringen, langs de Friese kust en Urk ten gunste van goedkope kweekvis uit landen zonder natuurwetgeving, uit naam van dubieuze bureau-ecologie en de zwarte zee-eend vloekt ook rechtstreeks met Naess.

Ik ben kortom nog maar net met Naess bezig en kan alvast stellen: de oorspronkelijke bronnen werpen een verhelderend licht, op de mensen die daar later mee aan de haal zijn gegaan voor eigen gewin. Wat onveranderd is gebleven sinds 1973 is het volgende:

Today, ecologists try to influence policy-making bodies largely through threats, through predictions