De recente aardbeving en tsunami in Japan laat japanners zien als zeer behulpzame mensen, gespeend van elke paniek. Wat wetenschappers al tijden voorspellen – dat mensen in tijden van rampspoed veranderen in een plunderende menigte – blijft uit. Japan lijkt hier een grote uitzondering. Lijkt, want de geschiedenis vertelt een heel ander verhaal.


Afgelopen week was ik voor werk in Engeland, en ik kreeg elke ochtend The Independent op de mat van van mijn hotelkamer. Afgelopen vrijdag las ik een interessant artikel van Johann Hari: The myth of the panicking disaster victim

Hari beschrijft hierin hoe de Japanners zich keurig gedragen in tijden van rampspoed. Hij maakte een vergelijking met de houding van de engelsen ten tijde van de duitse bombardementen in de tweede wereldoorlog: mensen zorgden voor de zwakkeren:

The evidence gathered over centuries of disasters, natural and man-made, is overwhelming. The vast majority of people, when a disaster hits, behave in the aftermath as altruists. They organise spontaneously to save their fellow human beings, to share what they have, and to show kindness. They reveal themselves to be better people than they ever expected. When the social scientist Enrico Quarantelli tried to write a thesis on how people descend into chaos and panic after disasters, he concluded: “My God! I can’t find any instances of it.” On the contrary, he wrote, in disasters “the social order does not break down… Co-operative rather than selfish behaviour predominates”. The Blitz Spirit wasn’t unique to London: it is universal.

Vergelijkbare acties vonden plaats tijdens de grote aardbeving van 1906 in San Francisco, en zelfs de plunderende bendes na de orkaan Katarina in New Orleans bleek racistische fantasie te zijn. Het enige plunderen bestond uit het doorzoeken van verlaten winkels naar eten door uitgehongerde mensen. Het overgrote deel van de mensen tijdens rampen helpt elkaar, de chinezen die voor de aardbeving in San Francisco met de nek werden aangekeken stonden versteld over zoveel goedgeefsheid erna.

In het slot van zijn betoog maakt Hari een denkfout omdat hij Ridley’s The Ratonal Optimist niet gelezen heeft:

This is likely to be a century of ecological disasters, since each year we destabilize our climate more, in the face of plain scientific warnings. It’s hard to extract any hope from the picture this fact presents us with. But there is some. Alongside this impulse to denial and self-destruction, there is something fundamentally good in us. We are humans.

Johann Hari voorziet ecologische rampen, waarschijnlijk de massa-uitstervingen, megastormen en stormvloeden van Al Gore. De ongemakkelijke waarheid is dat die sterk overdreven zijn. De mens als soort streeft niet naar zelfvernietiging, netzomin als populaties in tijden van echte rampen streven naar zelfvernietiging.

We zijn tenslotte menselijk.

ref:
Johann Hari: The myth of the panicking disaster victim, The independent, Vrijdag 18 maart 2011, katern Viewspaper, pagina 3 online