Wat hebben ze nu weer voor leuks bedacht?

Deze zomermaand staat bij Greenpeace (kwart miljard euro omzet per jaar) in het teken van intensief vissen naar media-aandacht. Ook vanavond gebruiken onze groene vrinden de uitgesproken onbenullige VARA, ditmaal voor een wel zeer origineel actiepunt: campagne tegen de evolutie van vissen.

Zelfs Knevel heeft die heilige oorlog al opgegeven, maar je moet het de groene zeloten van Greenpeace meegeven. Iemand moet het stokje overnemen, anders hebben we hier straks niemand meer.

Eerdere campagneclaims al even wonderlijk
Ik blogde al over eerdere wonderlijke campagneclaims voor deze maand van Greenpeace. Zoals waar Greenpeace de ‘In 2050 is de zee leeg’-claim vandaan shopte, en de ’80 procent is overbevist’claim, terwijl dit volgens FAO 19 procent is en volgens het grootste onderzoek aan stock assessment in Science in 2009 14 procent. Ach, deze actie tegen fenotypische plasticiteit en evolutie kan er nog best bij de Greenpeace-eregalerij.

Die oude seksistiese meneer met die dikke baard
150 jaar na Darwin worstelen onze groene vrinden nog steeds met dat wonderlijke fenomeen natuurlijke selectie. In EOS kun je deze maand mijn verhaal lezen over ‘contemporary evolution’, om even een idee te krijgen hoe snel natuurlijke selectie inwerkt, en waar we het over hebben bij verandering in visgrootte en groei.

Wat stellen mijn groene vrinden?
Ditmaal zou uit het kleiner worden van de maat van vissen blijken hoezeer visbestanden overbevist worden. We zien plaatjes van reuzenkabeljauwen die demonstreren dat vroeger alles beter was, en vissen van anderhalve meter ‘normaal’ waren, als teken van algehele gezondheid. Kort samengevat maken onze groene vrinden twee fouten, nou eigenlijk 3, nou nog wel een paar maar daar hebben we de ruimte niet voor.

  • Ze verwarren groeisnelheid met leeftijd van volwassenwording en fitness.
  • Ze verwarren de maat maximumgrootte met een optimum, als de grootte van hun girorekening, namelijk de wensgedachte dat een groot getal ook beter is voor overleving. Terwijl draait om welke eigenschappencombi BIJ HEERSENDE CONDITIES bijdraagt aan de grootste voortplantingskansen en overleving.
  • Ze presenteren gegevens over visgrootte en voortplanting in hun vertrouwde negativistische context, terwijl verandering in leeftijd van voortplanting en grootte juist duiden op een positief feit, namelijk hoe snel de natuur zich aanpast en hoe krachtig natuurlijke selectie werkt. Pas als je géén aanpassing zou zien, mocht je je zorgen maken over de visvoorraden in de (Noord)zee.

Waar hebben ze de volgende bewering nu weer vandaan geshopt?
Milieuclubs zijn zo voorspelbaar. De club baseert zich altijd op de mediaversie van een studie, die veel aandacht kreeg. Ongetwijfeld hebben de mediastrategen van Greenpeace het Nature-opiniestuk van David Conover ‘Nets versus Nature’ uit 2007 opgepikt als mediageniek, en niet verder gelezen dan het persbericht: de negatieve boodschap deed de wereldpers smullen. Visserijdruk zou voor langzamere groei van vis zorgen.Edeline et al in PNAS suggereerden ook zoiets. De centrale boodschap, dat evolutie zo snel werkt dat je er bij natuurmanagement rekening mee moet houden is wél algemeen geaccepteerd.

De wetenschappelijke correcties daarop heeft Greenpeace heel per ongeluk gemist
Natuurlijk is de ellende over tragere groei (bij de snoek) minder dan het halve verhaal, en blijkt vaak juist het tegengestelde waar.

Visserijdruk zorgt ook vaak voor een kortere levensgeschiedenis en dus juist snellere groei, want het loont evolutionair gezien om eerder volwassen te zijn bij hoge predatiedruk. Dit is zowel in visserijdruk-situaties waargenomen als onder ‘natuurlijke’predatiedruk, daar schrijf ik ook over in mijn EOS-verhaal. De echte wetenschap is altijd leuker dan pathetische claims, omdat ze meestal dichter bij de waarheid staan.

Toverwoord heet trade-offs
Ik heb Katja Enberg en Christian Jorgensen, nuchtere Noorse biologen even gevraagd die binnenkort een overzichtstudie publiceren in Marine Ecology, waar ik bovenstaande bevinding uitvis. het artikel ‘Fishing-induced evolution of growth: concepts, mechanisms and the empirical evidence’. Zij ontrafelen hier de in media ontstane misverstanden op heldere wijze. Het idee, dat beslist langzame groei optreedt blijkt op een misverstand te rusten, slechts aanwezig bij zeer specifieke populaties

Print het in je oren: MAXIMUM IS GEEN OPTIMUM
Natuurlijk werkt de druk van visserij selectief op vis. In veel visbestanden is de menselijke onttrekking even groot als de natuurlijke predatie/sterfte of zelfs groter.

Op veel plaatsen is ook een afname van grootte waargenomen. Vraag sportvissers op kabeljauw maar in de Noordzee, ik trok ook alleen maar smurfen uit de plomp. Maar
a. dat ligt niet enkel aan viserij maar vooral aan voedsel
b. al treedt er door visserij selectie op in grootte, dan is dat voor de natuur geen ‘negatief’iets, behalve als je van groot houdt, zoals sportvissers doen

Grootste kabeljauwpopulatie in wereld wordt juist GROTER
Al is volgens mijn favoriete, want datagedreven expert Ray Hilborn juist bij de kabeljauw die Greenpeace kaapt, precies het tegengestelde aan de hand bij de belangrijkste bestanden van kabeljauw, namelijk die in de Barentszee.

The largest cod (=kabeljauw stock in the world, in the Barents Sea, has seen increasing size at age as it was fished harder, and none of the analysis (waarbij men de invloed van visserijdruk meet op visgrootteRZ) look at the food supply (capelin etc) that probably have the biggest influence on body size.

Hilborn kiest de zelfde insteek van visserijbiologen als Dolf Boddeke, ex-onderzoeksdirecteur RIVO die ook voor de Noordzee al aangaven hoezeer de VOEDSELSITUATIE, de grootte van vissen beinvloed. Ook Enberg et al wijzen op die voedselsituatie, en ook de invloed van visserij op veranderende voedselverhoudingen als invloed. Het gaat om de beschikbare energie, en waar vissen die insteken om hun overleving te vergroten en nageslacht. Dus niet het simpele verhaal van Greenpeace, alsof de netmazen als zeef werken voor grote vis, en we staks alleen nog traag groeiende guppen overhouden.

Maar natuurlijk selecteert visserij ook op fysieke eigenschappen.
Of gemiddelde grootteverandering erg is, dat hangt af van je insteek: ben je principieel tegen het idee dat mensen zich willen voeden met vis? En ben je tegen het idee dat steeds meer mensen voedsel nodig hebben? Op de eerste twee vragen, heeft Greenpeace een in rots gebeiteld antwoord. Of ben je geïnteresseerd in hoe de natuur inspeelt op deze gegroeide menselijke predatiedruk, en hoe verrassend snel zij dat kan?

Op die laatste vraag kan mariene ecologie antwoord geven.
Ik heb Enberg en Jorgensen beloofd niet volledig te citeren, omdat het artikel nog ‘In Press’ is, dus een artikel dat de massamedia zullen negeren als het uitkomt omdat het veel te moeilijk en genuanceerd voor ze is. Hun werk ontrafelt de ontstane verwarring, die ik samenvat met een spoedcursus basisbiologie voor groene zeloten.

Maximumgrootte is niet optimumgrootte, hou die simpele regel in de gaten.
Het enige dat in de wereld van Darwin telt is overlevingskans en natuurlijke selectie. Een vissenleven bestaat uit keuzes. Waarin steekt het beest energie, zodat hij maximaal nageslacht kan krijgen. Dat zijn ‘trade offs’. Als de vis in snellere voortplanting investeert, levert hij die energie weer op een ander terrein in. Zoals in grootte. Is dat erg?

Wel als je milieu-activist bent, en maximumgrootte idealiseert als ‘de toestand waarin de vis hoorde te verkeren om zich lekker in zijn vissenvelletje te voelen’. Terwijl evolutie zorgt voor een optimum-tradeoff die het beste werkt bij HEERSENDE MILIEUCONDITIES. Bij hogere predatiedruk, heeft het voor een vis geen zin in maximumgrootte te investeren. Hij krijgt meer nageslacht bij snel voortplanten.

Wanneer je dus meer populaties vindt die zich sneller voortplanten, al bij kleinere grootte is dat gunstig, namelijk een teken van snelle aanpassing bij selectiedruk. Om mijn favoriete datagedreven expert te citeren, die ik ook even consulteerde Ray Hilborn.

heavy fishing pressure favors earlier maturation (no point in waiting until you are 8 to start to breed if you will be caught by then), and earlier breeding is associated with slower growth because the individual fish allocates more of its surplus energy to reproduction rather than somatic growth. I think the evidence is very strong for this effect, but this is actually a beneficial response — if they didn’t do this we would have many fewer eggs.

Samengevat: Greenpeace draait de werkelijkheid om
Dus je moet die fysieke veranderingen niet koppelen aan de conclusie dat visbestanden dus instorten omdát ze fysiek veranderen, en een lagere fitness krijgen. Die veranderingen zijn een teken dat vissen zich zo aanpassen, dat ze met steeds meer gemak visserijdruk weerstaan, wat gezien de zeer zeker vaak hoge visserijdruk goed nieuws is. Want mensen gaan echt niet minder vis eten. Oftewel: Greenpeace draait de werkelijkheid om, het glas is weer eens half leeg waar het halfvol had moeten zijn.

Birgit snapt wel hoe evolutie werkt
Ik schreef al eerder dat milieuminnenden altijd ‘vroeger’ idealiseren, toen alles beter was, en verandering ten opzichte van een schimmige vroegere ideaaltoestand in media ‘framen’als ‘probleem’, een symptoom van een ‘zieke aarde door het systeem’. Maar zelfs Birgit Schuurman snapt Darwin beter dan Greenpeace als ze opmerkt dat ‘de enige constante in het leven verandering is’.

En verdomd, toen ik mijn hengel in het Noordwater gooide met wat sportvissers in de Noordzee, en daar zat weer zo’n mini-makreeltje aan, wilde ik ook liever een grotere lul om mee te pronken. Hebben meer sportvissers last van. Maar ik vermoed dat ik de strijd om het bestaan niet kan stopzetten via het gironummer van Groene Vrede.

Nou, wat is de volgende campagneslogan jongens?