Bij fondsenwervende organisaties als Greenpeace, Stichting de Noordzee en de overheid werkt de natuur volgens de wetten van Deepak Chopra in plaats van Darwin. Dus bevordert minder menselijke activiteit vanzelfsprekend een mysterieuze ‘gezondheid’van de Noordzee. Wanneer je lang genoeg in de zweethut zit en Jolande Sap stemt ga je het zien.
Weten zonder meten
Minder visserij is altijd ‘beter’voor de zee, en definieren wat ‘beter’is hoeft niet. Want beter is minder visserij en mínder visserij is duurzaam. Geen speld tussen te krijgen. Minder visserij moet als vanzelfsprekend leiden tot ‘meer biodiversiteit’. Maar is dat ook waar?
Diversiteit vis productievere zee juist baat bij bevissing en verstoring
Ecologische wetenschap is veel minder stellig dan groene ideologen, zoals deze paper in het ICES Journal of Marine Science toont van Simon Greenstreet: Biodiversity of the North Sea, why do politicians care but marine scientists appear oblivious to the issue.
Ecologische theorie dicteert juist dat bevissing in productieve zeeen als onze Zuidelijke Noordzee de dynamiek en diversiteit kan bevorderen. Dat blijkt ook uit waarnemingen in de Noordzee, waar in de Zuidelijke Noordzee – dus bij ons juist het aantal bodemvissoorten (zoals heilbot) TOE nam bij verdrievoudigde visserijdruk. Bodemvis als tong en schol zijn de door Nederland meest beviste soorten. In de -minder beviste- Noordelijke Noordzee nam biodiversiteit van bodemvissorten áf.
Of in de woorden van Greenstreet..
Fish landings from the North Sea almost tripled over the course of
the 20th century (Daan et al., 1990), but both positive and negative long-term trends in groundfish species diversity have been reported. Such inconsistency led ICES (2001b) to question
whether changes in fish species diversity were actually linked to
the increase in fishing pressure on the marine ecosystem.
Hebben we dat? Een zekere mate van verstoring verhoogt biodiversiteit, op land bekend als intermediate disturbance hypothesis. Wat stelde het ICES dan ook? Ontwikkeling in biodiversiteit is géén goede indicator van visserijdruk. Omgekeerd betekent dit ook dat je aan wegnemen van visserijdruk geen conclusies kunt verbinden over toe- of afname van biodiversiteit.
However, such disparities are predicted by community ecology theory. Huston’s (1994) Dynamic Equilibrium Model (DEM) suggests that species diversity might be positively related with
disturbance in regions of high productivity, whereas negative relationships should occur in areas of low productivity. Primary productivity is higher in the southern North Sea than in the
northern North Sea (Reid et al., 1990).Long-term increases in groundfish species diversity have tended to be recorded in the more productive southern North Sea (Rogers and Ellis, 2000;
Piet and Jennings, 2005), whereas in the less productive northern North Sea, species diversity has generally declined (Greenstreet and Hall, 1996; Greenstreet et al., 1999; Greenstreet and Rogers,
2006). At least qualitatively, these apparently disparate trends in fish diversity are therefore consistent with expectations from Huston’s DEM
En wat betekent dit voor Noordzeebeleid?
Accepting this explanation, however, might require a reconsideration
of what is involved in restoring biodiversity. Degraded communities in marine ecosystems subject to excessive anthropogenic activity may have both lower and higher species-diversityindex values than would have been observed if the ecosystem were in a more natural state. Under certain circumstances, therefore, this may mean that remedial action intended to restore community
biodiversity may actually result in a decline in species diversity indices calculated at the community level.
Greenstreet noemt verder de problemen bij het meten van visserijinvloed op biodiversiteit. De verandering van vistechniek verandert selectiviteit van vangst, én dus ook de vangstdata waarop ecologen ‘biodiversiteit’inschatten. De conclusie van Greenstreet in de discussie van zijn paper is dat biodiversiteitsindicatoren, zoals Fondsenwervende organisaties en onze overheid nu invoeren via de Kaderrichtlijn Marien géén goede wetenschappelijke grond hebben.
Let wel, het Greenstreet artikel reageert op de toenmalige EcoQO's uit 2001. Er is inmiddels heel wat meer gebeurd, zie de ontwikkeling van de Marine Strategy Framework Directive (http://ec.europa.eu/environment/water/marine/ges.htm).
Dat is niet waar Marinus. Hij schrijft in 2008 en stelt dat de wetenschap nog steeds niet in staat is tot het geven van goede definities en dat de ICES constateringen in 2001 dus nog steeds geldig zijn. Zijn belangrikste bezwaar is dat criteria voor ecosysteembenadering afhankelijk zijn van metingen aan individuele bestanden en dat die metingen foutgevoelig zijn. Wel hele paper lezen aub
Wat Ecoquo en Good Environmental Status betreft mogen we vaststellen dat verder het aantal en kwaliteit van metingen verder is gekelderd (ook Rainer Froese bevestigde me dat) maar dat het aantal mensen die alles al weten zonder te meten drastisch is toegenomen. Misschien dat dit de 'vooruitgang'is die je bedoelt.
Dus nog veel meer slap gelul dat zich in de mantel van ecologie moet hullen. Als de Groen Linkse Janneke Worm, bestuurslid van het fondsenwervende bedrijf Waddenvereniging de invulling mag doen van Kaderrichtlijn Marine ben ik vast overtuigd dat het objectief zal gebeuren….
Een ultralinkse milieuactiviste/ intellectueel armoedige als Worm, omgaand met de usual donkergroene suspects als Maurits Groen en Jan Rotmens, die de regels opstellen waarmee ze straks kunnen procederen, En de overheid in de vorm van die linkse ambtenaartjes die dat legitimeert.
Dat je daar als academicus nog aan wilt meewerken, zonder je te schamen voor je eigen intellectuele corruptie. Geld zal een hoop verklaren
OK, lezen dan maar: To conclude, although the need for operational state indicator
for biodiversity remains as strong as ever, the original conclusion of ICES (2001a, b) remains the correct one: we are still not in a position to use species-diversity indices as operational state indicators for the North Sea fish community. The ICES (2001a)approach of applying their seven criteria to candidate metrics provided the ideal mechanism by which to identify specific issues of concern. We have gone some way towards addressing these issues with respect to diversity indices, but finishing the job remains a priority for marine scientists.
Toegeven dat je iets niet kunt is geen schande in de wetenschap. Uitzoeken hoe 't wel, en beter kan is het devies. Een typisch probleem voor de wetenschap zijn bijvoorbeeld de vangstgegevens. Als ze ervan uitgaan dat de aanlandingen kloppen zijn nog steeds de totale vangsten (discards) een schatting. Daar moeten we met z'n allen eens aan gaan werken. Dan komen die beter kloppende bestandsschattingen vanzelf.
Wat is overigens jouw alternatief voor het beheer hier? Ga eens meedenken zou ik zeggen, ICES staat open voor input. Praat eens met de RACs bijvoorbeeld, kom eens naar een jaarvergadering/conferentie. Daar raak je misschien iets van je paranoia kwijt. Maar misschien vind je die (schattige maar sterk naar anarcho-extremisme riekende) paranoia eigelijk wel fijn, nou dan wil ik je dat niet ontnemen hoor!
Een kenmerk van de groenlinkse medemens is het gebruik van de stroman, als voornaamste manier om de discussie te verwarren. Ik kan dan ook niks met en ga dan ook niet in op:
Het is voldoende aan te geven dat je geen marien beleid kunt maken op basis van concepten die je slecht kunt definieren. De 'ecosystem approach'is zo'n voorbeeld dat ook nooit tot betere definiering KAN leiden: enige ervaring met de academische wereld leert mij dat men desondanks toch doorgaat, hier wat erbij daar wat er af, hier weer een promotie: maar het is net als een vliegtuigmotor waar je karnemelk in blijft gieten. Ook met een betere vliegtuigmotor waar je karnemelk in giet kun je niet de lucht in