Op verzoek van Energy Expert heb ik mijn onder tijdsdruk geschreven en veel te lange Catshuis blog in stukken geknipt en verder uitgewerkt. Vanwege de politieke actualiteit zal ik deze serie ook hier plaatsen, vandaag te beginnen met deel 1.

 

 

 

 

 

 

 

Hoe werkt de duurzame economie?
De duurzame energiediscussie berust vaak op uiterst optimistische verwachtingen van de economische haalbaarheid van een snelle opschaling van duurzame bronnen ten koste van fossiel energiegebruik. De wens is daarbij vaak de vader van de gedachte. De bijbehorende sommetjes blijken namelijk nogal eens niet of uiterst onzorgvuldig gemaakt te zijn. Vaak is de oorzaak een fundamenteel gebrek aan begrip van hoe onze economie werkt. Daar ga ik in deze serie dieper op in, elke keer toegespitst op een ander aspect van duurzame energie.
Eerst is een uitstapje nodig naar de economische basisbegrippen en de status quo van onze landsbegroting.

Je kunt een euro maar één keer uitgeven
Ieder zinnig mens begrijpt dat we ons geld maar één keer kunnen uitgeven. Dat geldt ook voor geld dat we door de staat laten besteden. We hebben ervoor gekozen om een fors deel van ons geld te laten uitgeven door de overheid. De totale hoeveelheid beschikbaar geld neemt daardoor natuurlijk niet toe.
Er is dus één pot – ons inkomen – waaruit we alles betalen, zowel de overheidsuitgaven als onze privé-uitgaven.  Kunst-, cultuur-, wind- en zonnesubsidies, onderwijzers, verpleegsters, windmolens en wegen, maar ook onze eigen uitgaven aan hypotheek, energie, vakantie, uitgaan en pensioen. Alles moet uit uw inkomen komen.
Méér van het één is minder van het andere, simple as that.                          

Onze rijksbegroting fundamenteel in de  problemen 
Het eerste probleem is dat het staatsdeel van die pot totaal uit de hand gelopen is. De staat geeft véél meer geld uit dan ze van ons krijgt.

De rijksbegroting van 2011 (in miljarden Euro’s)

Zoals u ziet, zijn de voornaamste drie posten van onze rijksbegroting de zorg, de sociale uitkeringen en het onderwijs. Samen goed voor bijna 70% van het totaal. De overige postjes zijn voor een groot deel amper te beïnvloeden, of er valt amper wat te halen.
Minder overheidsbudget betekent dus direct minder zorg, uitkeringen of onderwijs. Terwijl vergrijzing de laatste jaren juist zorgt voor een onrustbarende stijgende vraag naar zorg en de crisis leidt tot meer uitkeringen. Bovendien lijkt iedereen het erover eens dat er juist meer geld naar onderwijs moet.
Om op de vereiste 3% begrotingstekort te komen, moet dus de stijging van de zorgkosten tot staan gebracht worden en tevens (inmiddels) 18 miljard bezuinigd worden.

Wel… zegt u maar waar u die 18 miljard euro vandaan wilt halen!

Doen wat de (nieuwe) oppositie voorstelt, gewoon te veel blijven uitgeven, is geen optie. Dan vliegt onze staatsschuld (nu al ruim boven de EU-norm) nog verder omhoog wat onze goede financiële naam aantast. Vervolgens stijgt ook al gauw de rente, die we moeten betalen over de staatsschuld. Zoals u ziet, is dat nu 10 miljard euro. Dit verdubbelt als we een rente moeten betalen, zoals andere landen die hun begroting niet op orde hebben. Dit betekent 10 miljard euro aan extra noodzakelijke bezuinigingen, die we niet eens aan iets nuttigs besteed hebben!

Ziet u nu hoe zwaar de opgave was voor de onderhandelaars in het Catshuis?
En ook waarom het nu bereikte akkoord werkelijk een grote prestatie is?

Het effect van belastingheffing
Ons geld geven we niet zomaar aan de overheid. Zij moet het via zeer veel wegen aan ons ontfutselen met belastingen. Via welke weg maakt eigenlijk niets uit. Afschaffing van de BTW maakt alles opeens 16% goedkoper. Echter moet de regering dan bijvoorbeeld de loonbelasting verhogen. Zo komt u netto weer op dezelfde belastingdruk uit. De overheidsuitgaven moeten, hoe dan ook, door u betaald worden.

Toch maakt die keuze wel degelijk verschil. De heffing heeft namelijk gevolgen voor ons gedrag.

  • Door de BTW gaan we minder kopen. Dat is slecht voor de economie.
  • De loonbelasting maakt arbeid duurder. Dan loont het voor de bedrijven om banen weg te automatiseren of naar een lagelonenland te vertrekken. Hierdoor neemt de werkloosheid toe.

Daarom heeft de overheid de voorkeur om belasting te heffen op zaken die je inderdaad wilt tegengaan, zoals hondenpoep, autorijden, drinken of roken. Vooral de verslavende activiteiten zijn favoriet, omdat je anders, als iedereen zijn gedrag verandert, na een tijdje niks meer binnenhaalt . Vandaar de enorme accijnzen op rookwaren, alcohol en benzine,die ook in het nieuwe akkoord weer stijgen. En een enorm controlesysteem met strenge straffen op het zelf distilleren van alcohol.

Energiebelasting goed idee?
Een briljante keuze is natuurlijk belastingheffing op energiegebruik. Je wilt energieverbruik om verschillende redenen beperken. Het gaat verder om een enorme geldstroom, dus er is veel te halen. Bovendien kan men het verbruik toch niet erg veel verminderen. Het is dus in twee betekenissen een ‘duurzame’ bron van belastinggeld.
All gain and no pain?

Helaas, ook hier zitten een paar addertjes onder het gras.

Door energie heel duur te maken loont het om je huis te isoleren of een heel dure en zuinige CV ketel te kopen. Dat is wat de regering beoogt, dus een positief effect van de belastingheffing.
De investering verdient zich echter niet terug door het verminderde energiegebruik, maar vooral door de lagere belastingafdracht. Energiekosten bestaan namelijk voor meer dan de helft uit belastingen. Deze verminderde belastingafdracht knabbelt aan ons nationale budget en laat dus gewoon minder geld over voor de zorg.
U weet het nog: we kunnen elke euro maar één keer uitgeven…

Verder betekent het zwaar belasten van energie een enorme kostenstijging voor het energie-intensieve bedrijfsleven. Tuinbouw, transport, de aluminium- en staalindustrie, om er maar een paar te noemen. Zij kunnen dan niet meer concurreren met het buitenland en gaan failliet of verhuizen naar het buitenland. Daardoor gaan we samen veel minder verdienen, wat het nationale budget ook verkleint. Dat dient geen enkel doel en is juist niet wat je met je belastingheffing wilt bereiken.

Economische uitgangspunten
Bij de beschouwing van de economische kant van de invoering van duurzame energiebronnen moeten we dus altijd kijken naar het totale plaatje: welke rol speelt de belastingheffing er precies bij en wat is de netto invloed op ons gezamenlijke budget?