Niets is wat het op het eerste gezicht lijkt, maar soms ook wel

‘De wetenschap is er al uit, maar wij moeten het beter naar het publiek communiceren, dat ons niet wil begrijpen’. Zo luidt een standaarduitspraak bij sommige klimaatwetenschappers, en onze KNAW. Maar ook bij ecologen die de ‘ecologische crisis willen communiceren’, daar naar hun gevoel niet in slagen. Klimaat- en ecoalarmisme zou ‘de’ wetenschap zijn.

Slachtoffer van PVV?
Ook het alarmistische boulevardblad Nature trekt wel eens de vergelijking tussen de onwil om biologische evolutie te accepteren als feit en klimaatwetenschap: niet zelden om een onbegrepen slachtofferrol in te nemen. Klimaatscepcis zou voortkomen uit een verloren PR-battle, omdat het publiek te PVV/Neanderthal is. Al hanteert geoloog Ian Plimer dat argument precies andersom in zijn skeptische handboek ‘Heaven and Earth’: klimaatalarmisten lijken volgens Plimer op relifundi’s.

Waar komt die paternalistische houding toch vandaan?
Die houding komt voort uit de vaak terechte opvatting dat natuurwetenschap en de wetenschappelijke methode laten zien hoe de wereld ‘echt’ is, en de beste manier om de natuur te begrijpen. Terwijl ‘boerenverstand’, je instinct juist misleidend kan zijn, omdat de natuur anders in elkaar kan zitten dan je direct ziet of ‘aanvoelt’.

Alles verklaarbaar met Umwelt-theorie
Wij simpele boeren zijn namelijk evolutionair geprogrammeerd de wereld op een bepaalde manier te zien: en die stemt niet beslist overeen met hoe de wereld ‘is’: dat is de Umwelttheorie. Ieder organisme heeft zijn eigen instinctieve manier van kijken, zo vond fysioloog Jacob van Uexkull. Wij kunnen geen ultraviolet licht zien omdat we dat nooit ‘nodig’hadden als jager-verzamelaar, een insect heeft die eigenschap juist hard nodig voor zijn overleving.

Instinctief ordenen van wereld is ‘onwetenschappelijk’
Ik las net ‘Naming Nature, the Clash between instinct and science’ van biologe Carol Kaesuk Yoon waarin die houding sterk naar voren komt: wij wetenschappers moeten het beter uitleggen en dat lukt niet. Met als verklaring de Umwelttheorie.

Hoofdlijn van haar verhaal is, dat de klassieke naamgevingssystematiek van Lineaus gedateerd is. De Cladistiek– het groeperen van ‘soorten’op basis van gedeelde evolutionaire innovaties- verdrong de ‘instinctieve’manier van ordenen van de wereld. Het instinct misleidde, want wij ‘zien’geen evolutie, wij ordenen op basis van overeenkomst in vorm. De hersencentra actief bij dierenwereld ‘ordenen’, zijn de zelfde als bij voedsel.

‘De ecologische crisis beter communiceren’
Yoon is een biologe die wetenschapsjournalist werd om uit te leggen hoe erg de biodiversiteitscrisis is vanuit ‘De’wetenschap. Een typische bureaualarmiste dus. Zij gelooft dat het publiek niet wil zien hoe ‘erg’ (emotioneel oordeel uit haar Umwelt RZ) het allemaal is (voor wie en wat is je bewijsvoering, vraag ik dan als simpele boer).

En dus dat mensen als haar nodig heeft in media om het ‘helder en duidelijk uit te leggen’. Ze werd kortom een klassieke wetenschapsvoorlichter die zich journalist noemt, zoals je dat bij ‘de bladen’ziet als New Scientist etc. Een universiteitsmakelaar die zo lid had kunnen zijn van de VWN. Wetenschap zo leuk mogelijk vertellen, volgens de laatste regels van aantrekkelijk schrijven: Yoon’s braaf gepolijste vrouwenproza is kortom geen reet aan om te lezen, al kan niemand zich er een buil aan vallen en is alles hoogst correct volgens de ‘officiele’ mainstreamleer.

Aha-erlebnis, ecoalarmisme van academici komt voort uit skepcis boerenverstand
Maar de onderwerpen die ‘Naming Nature’ aansnijdt gaven me wel een ‘aha’-erlebnis: hoe kunnen zoveel slimme mensen in onzin geloven. Nu snap ik beter waarom IPCC, de Stern Review maar ook geograaf Laurence Smith in ‘Het Nieuw Noorden’de modellenwichelarij van Chris Thomas ‘Extinction Risk form Climate Change’ als ‘de’wetenschap kritiekloos overpennen. U kent de schattingen wel: 18 tot 35 procent van alle plant en diersoorten ‘zou kunnen’uitsterven door ‘de klimaatverandering’ voor 2050. Het Britse klimaatbeleid is er zelfs op gebaseerd, via de Stern Review.

    Omdat deze theoretische constructen in hun academische Umwelt hoger worden gewaardeerd dan nuchtere boerenwaarneming. Die ‘instinctieve’manier van kijken verdient immers meer skepsis.

Diersoorten die 1 op 1 met ‘globale temperatuurstijging’richting het noorden vluchten op zoek naar ‘voldoende kou’. Dat kun je alleen als ‘de wetenschap’/’de échte waarheid’accepteren door je boerenverstand en waarneming volledig uit te schakelen, en dat bij het publiek te wantrouwen. Smith stelt zelfs een vergelijking voor waarbij je gazon jaarlijks een paar meter opschuift: zo wil hij de ‘klimaatcrisis communiceren’. En ze blijven slachtoffer van publieke domheid spelen als dat voorbeeld niet aanslaat.

Al stijgt de 'gemiddelde wereldtemperatuur' 3 graden, deze paardenbloem zal geen millimeter wijken

Wetenschappers slachtoffer van ‘de’wetenschap
Zulke lachwekkende aannames krijg je in een overgespecialiseerde en te snel gegroeide wetenschap, die zo skeptisch is geworden naar het menselijke waarnemen en gezond boerenverstand, dat ze (theoretische denk)modellen boven waarneming gaan stellen. Modelwichelaars kunnen gecorrigeerd worden door veldbiologen, maar die zijn vaak weer niet goed in modellen. ‘De Wetenschap’wordt zo gelijk aan een groeiende hoop studies die veel aandacht kregen zonder repliek. Dankzij die aandacht komt dáár alleen maar meer onderzoeksgeld voor: de berg onzin blijft zo groeien. Wat ook betekent dat die berg vanzelf weer erodeert.

Maar…. the love of theory is the root of all evil, zo stelde statisticus William Brigss al. Die zelfde opvatting: je manier van ‘kijken’naar de natuur als superieure methode afscheiden van ‘Jan Publiek’en boerenverstand kan ook tegen de kwaliteit en geloofwaardigheid van sommige wetenschap werken. De boeren-jagerverzamelaarsblik is niet alleen een relict uit het Pleistoceen, dat correctie nodig heeft van ‘de wetenschap’.

Wetenschap heeft ook weer baat bij de blik van de boeren-jagerverzamelaar. Het is vooral ook goed kijken en theorie bijstellen op basis van waarneming. Volgens de serieuze skeptici gaat het bij klimaatwetenschap juist dáár nu mis, en dat proberen sommigen ‘helder en duidelijk uit te leggen’.

Neanderthaler!
Aan de andere kant blijft het lullig dat je de eigen waarneming en je ‘boerenverstand’nooit helemaal kunt vertrouwen, zeker wanneer je te weinig kennis hebt. ‘Instinct’ als enige fundering is een zwakke basis om je skepcis op te baseren.