Weer net zo weinig vis gevangen bij Marsdiep als in jaren '50

Weer net zo weinig vis gevangen bij Marsdiep als in jaren ’50

De zelfbenoemde ‘kwaliteitsmedia’ als NRC zien het eindelijk nadat een nieuwe website van de Waddenvereniging, NIOZ en Sportvisserij Nederland ‘Waddenzeevismonitor‘ het licht ziet en een persbericht uitstuurt. De site bevat 50 jaar vangstgegevens van de NIOZ-fuiken bij het Marsdiep. De hoeveelheid gevangen vis in biomassa ligt weer op het  niveau van de jaren ’50.
Onze ‘kwaliteitsmedia’ brengen dat nieuws weer half: ‘visstand in halve eeuw gedaald’, omdat milieuredactivisten nu eenmaal iedere trend in de natuur melden als ‘milieuprobleem de overheid doet niet genoeg’. Terwijl de grafiek vooral een anomalie toont in de jaren ’70 tot 1985, waarin abnormaal véél ( en veel grotere) vis werd gevangen.

We weten dat de draagkracht verminderde na 1985 dankzij milieubeleid. Minder fosfaat= minder copepoden doordat de voedselkwaliteit in algen afneemt en minder copepoden is minder vissenvoer. Ik vraag me af of NIOZ dit eenvoudige feit moeilijker gaat voordoen, al zijn natuurlijk veel meer zaken in een halve eeuw veranderd als de zeewatertemperatuur, zandsuppleties en visserijdruk.

Waddenvereniging zwijgt over fosfaat
Ik sprak net Arjan Berkhuysen van de Waddenvereniging, die het persbericht uitstuurde. Teleurstellend Arjan, is dat jullie één van de oorzaken weglaten, en de trend wel degelijk framen als milieuprobleem.

Wie de gegevens opvraagt van een vissoort als de aal, krijgt een treurig beeld voorgespiegeld. Aal trekt tussen zoet en zoutwater. De komst van de Afsluitdijk en de afsluiting van de Lauwerszee hebben een verwoestende impact gehad op deze en andere trekvissoorten. De aantallen gevangen aal daalde in vijftig jaar tijd van gemiddeld 24 per vangdag naar 0,13. Ook de harder, een recent populair geworden consumptievis, laat een dalende trend zien. Werden er in de zestiger jaren gemiddeld 10 harders per dag in de fuik gevangen, nu is dat er krap 1 per dag. Positief nieuws is er ook, de zeebaars een zuidelijke vissoort laat zich in de zomermaanden in toenemende aantallen in de Waddenzee zien. Deze vissoort profiteert waarschijnlijk van het feit dat de Waddenzee het laatste decennium bijna 2 graden is opgewarmd.

De website is een initiatief van de Waddenvereniging. Die zag dat er grote behoefte was aan het ontsluiten van objectieve gegevens over de visstand van de Waddenzee. Wouter van der Heij, bioloog bij de Waddenvereniging: ‘Wij maken ons al tientallen jaren zorgen over de teruglopende visstand van de Waddenzee en hopen dat deze website bijdraagt aan het besef dat een gezonde,rijke visstand op de Waddenzee ver weg is. De visstand in de Waddenzee is nog maar een fractie van wat die kan zijn. Uit eerder internationaal onderzoek bleek al dat ecologische rijkdom van de Waddenzee nog geen 30% is van wat die kan zijn.’ Een rijke Waddenzee vol vis is niet alleen van groot ecologisch, maar ook van economisch belang. ‘Dat het beter kan is geen vage droom. Ruim baan voor trekvis via projecten als de Vismigratierivier laten zien dat we niet machteloos hoeven toe te kijken.’

Dus Arjan, door te zwijgen over één van de belanrijkste oorzaken van minder visbiomassa ben je als Waddenvereniging niet integer bezig. Dus ligt het niet aan journalisten dit keer, maar aan het persbericht van de Waddenvereniging die zichzelf op de politieke kaart wil zetten met wat prestigeprojectjes. Dat is jammer, maar het idee om de data te ontsluiten is wél goed.