Turnover: De grottenleeuw verdween uit Nederland, maar we kregen er veel voor terug

Turnover: De grottenleeuw verdween uit Nederland, de hyena is ook weg, maar we kregen er veel voor terug

Terwijl de internationale Conservation Biology meestal ‘soorten’als eenheid voor biodiversiteit gebruikt om trends vast te stellen en prioriteiten voor natuurbescherming, misleidt het Planbureau voor de Leefomgeving beleidsmakers en publiek via de Natuurbalans en hun website door de noodtoestand over onze natuur te verklaren op basis van een wereldvisie: de mean species abundance-index van twee van hun ecologen Rob Alkemade en Michel Bakkenes.

Dat kun je binnenkort lezen in het onderzoek over het moderne massa-uitsterven dat ik uitbreng na twee maanden noeste arbeid, binnenkort via Climategate.nl te lezen. Die misleiding is kwalijk, omdat de uitkomsten bedoeld zijn voor (mondiaal) natuurbeleid. Dat krijgt dankzij het PBL input op basis van datavrije wetenschap met ideologische insteek. Terwijl je bij effectief natuurbeschermen juist betere velddata nodig hebt, zoals ik al toonde: zelfs in welvarende landen is van de helft van de biodiversiteit geen populatiedata beschikbaar, ik blog daar morgen nog over.

Dankzij de rekenmethode van de MSA zou ons land er het slechtste aan toe zijn qua ‘biodiversiteit’ van Europa. Een bespreking van hun gebruikte methode vind je in dit artikel. Europa zou dan nog 45 procent ‘oorspronkelijke’biodiversiteit over hebben, de wereld nog 70 procent, en Nederland zou met 15 procent er het slechtst aan toe zijn. Terwijl de auteurs van het Cahier Biodiversiteit in 2012 én van De Biodiversiteit van Nederland (2010) verklaren dat Nederland juist relatief soortenrijk is.  We kregen er nog eens 6000 soorten bij sinds 1993. Hoe dat verschil te verklaren?

Wat je er instopt aan aannames, komt er bij MSA als conclusie uit
De auteurs van het cahier Biodiversiteit (van biologen van oa het Leidse Naturalis) gaan uit van soortenrijkdom en variatie in landschap, zoals gebruikelijk. Het PBL komt tot haar wereldbeeld via een andere definitie: de hoeveelheid biodiversiteit hangt af van de afwezigheid van landbouw, verstedelijking, stikstofdepositie enz. Hoewel vele van die invloeden een soortenrijkdom-verlagende werking kunnen hebben rust de Mean Species Abundance rust daarmee niet op wetenschappelijke ecologie, maar een wereldvisie die kunstmatig onderscheid maakt tussen menselijke en ‘natuurlijke’ invloed, die herstel en turnover weglaat. Mensen ook vele nieuwe ecosystemen toe (de polder met weidevogels!!), en  ons land is ‘oorspronkelijk ‘minder soortenrijk, want minder heterogeen in habitats (béta-diversiteit). Vooral bos, en verder onder water gelopen (zonder gemalen en dijken verzuipen we immers).

Meer dan 40 procent van onze insectensoorten komt ook voor in stedelijke omgeving, de stadssperwer en kolencentrale-slechtvalk zijn in opmars, in Berlijn ontstonden in de bomkraters van geallieerden soortrijke plantgemeenschappen van vooral neofyten (na 1500 kolonisernde plantsoorten, deels door mens). Maar de MSA verklaart steden biologisch dood, omdát ze door mensen zijn gemaakt. De aanname die je in de MSA stopt bepaalt dus meteen de uitkomst op een door mensen gedomineerde planeet: het gaat SLECHT!, wees somber en voel je schuldig. Natuurbescherming als afstomping.

Hij is klaar, en geeft vele contra-intuitieve conclusies, die meer met de realiteit overeenstemmen

Hij is klaar, en geeft vele contra-intuitieve conclusies, die meer met de realiteit overeenstemmen

Als oorzaak uitsterven ‘natuurlijk’ is, zijn soorten er volgens MSA nog
Die als wetenschap verpakte wereldvisie heeft ecologisch absurdistische bijkomstigheden. Wanneer je de MSA toepast en je trekt het hele arsenaal aan natuurrampen uit de kast om soorten over de kling te jagen, van aardbevingen tot vulkaanuitbarstingen als die van Krakatau in 1883 gebeurt er een wonder: ondanks dat die vulkaanuitbarsting alle biodiversiteit wegvaagde in de wijde omtrek en duizenden mensen het leven beroofde, wemelt het volgens de MSA dan van de biodiversiteit op de smeulende hopen van Anak Krakatau. Omdat het niet door mensen is gedaan, stikstofdepositie of veranderd landgebruik door landbouw en verstedelijking.

MSA in tegenspraak serieuze ecologische theorie én veldgegevens
Overal waar mensen op pacifische eilanden verschenen en waar ze ratten, katten, boomslangen en andere exoten meenamen zien we een massa-uitsterven van ‘oorspronkelijke’soorten, de endemen. Dat uitsterven van eilandsoorten is de hoofdoorzaak van de bodycount, die het moderne massa-uitsterven is gaan heten. Maar toch komen er op zo’n eiland netto veel meer soorten bij dan er verdwijnen, doordat de mens als dispersiefactor van biodiversiteit optreedt.

  • Precies volgens het boekje van de theorie van Eilandbiogeografie. Je verhoogt de immigratie, dispersiecapaciteit en hopla: het soortverzadigingspunt schiet omhoog per oppervlakte-eenheid. Dus de MSA is ook niet in overeenstemming met de meest basale theorie van ecologie, door turnover te verwaarlozen. (de theorie uit 1963 werd getoetst op rekolonisatie Krakatau,vandaar dat ik het voorbeeld aanhaal)

Meer oorspronkelijke natuur in NL dan in 1700: bos
Als je het dan over de ‘oorspronkelijke’ biodiversiteit van Holland, holzland hebt zónder mensen: dat is bos, bos en nog eens bos, daar veranderde Bos primigenus (het oerrund) niets aan. Sinds 1800 kregen we er een factor 3,5 extra bosoppervlak bij. Dat bos is ook nog eens gemiddeld ouder geworden sinds 1900. Dus het natuurtype van ‘oorspronkelijke biodiversiteit’zoals we die in Nederland hadden voor de mens ging overheersen in landgebruik is enkel toegenomen. Al zijn die larix- en grove denopstandjes dan niet datgene dat de hunebedbouwers aantroffen voor ze er de bijl in zetten, maar toen was de beuk- een nieuwkomer sinds 2500 jaar- er ook nog niet. Wel brengen die naaldbomen weer hun eigen mycodiversiteit mee, oude naaldhoutopstandjes zijn rijk aan diverse soorten paddestoelen en schimmels. Turnover dames en heren, daar draait het steeds om.

Laten we verder succesvolle natuurbescherming ook eens in het zonnetje zetten, zoals Herbert Prins en Udo de Haes al deden: schoner water, meer natuurgebieden en hoewel de soortenrijkdom en biomassa van akkers achteruit kachelde zien we sinds de jaren ’70 in met name natuurgebieden opwaartse trends van vroegere zeldzaamheden. Wat mij betreft zijn vooral de roofvogels hét voorbeeld van succesvolle natuurbescherming.

Dus Michel en Rob: Waarom toch weer die MSA?
Volgens mijn bescheiden opvatting heeft de MSA maar één doel: het vergroten van de bureaudiversiteit van de groene ambtenarij, die haar belang wil opblazen met pseudowetenschappelijke rechtvaardiging, hardnekkig in stand blijvend bij onkritisch publiek en ‘de Groene 11′  NGO’s die alles papegaaien dat de fondsenwerving kan dienen. Uiteindelijk is dat ook één van de bestaansgronden van het PBL, dat volgens onze Natuurbeschermingswet 1998 de partij is die onze overheid moet adviseren. Laten we dat er in de nieuwe Wet Natuurbescherming uit slopen, en die taak toevertrouwen aan meer wetenschappelijke instituten.

Ik vertrouw meer op de mensen van Naturalis, en ecologen als Joop Schaminee, Rob Bijlsma en vele andere serieuze ecologie bedrijvende mensen, en in mijn onderzoekje kun je ook zien dat ik aan op data gebaseerde wetenschap de voorkeur geef. Niettemin, de mensen die op mij het stempel plakten van ‘klimaatscepticus’zullen ook hier weer voldoende aanleiding vinden mij als ketter weg te zetten. Ik hoop met dit boekje juist een wat meer gebalanceerd beeld van het hoe en waarom van uitsterven te schetsen.  Met sommige zaken gaat het relatief goed, andere weer minder.  Er is alvast geen hard verband tussen Westerse levensstijl en biodiversiteit, behalve dan dat wij de enigen zijn die er nog een beetje om geven.

Het Paradijs: de ommuurde tuin
Verder zijn uitspraken als  ‘het gaat goed’ of ‘het gaat slecht’ met de natuur sterk afhankelijk van je referentiepunt. Wanneer je dus mensloze wildernis als norm hanteert komt het nooit meer goed met de natuur, tenzij we euthanasie plegen.Net als in het dagelijks leven. Wanneer mijn referentiepunt zou zijn: ik moet miljonair zijn en ferrari rijden dien ik volgens de MSA (Mean Saldo Abundance) diep ongelukkig te zijn, al mijn energie op de ratrace van Homo sapiens te richten. Maar met mijn Clio kom ik overal, ik heb uitdagend en interessant werk, ontmoet  interessante mensen, van tijd tot tijd leuke dames,  geniet zeker bij zonnig weer intens van mijn paradijsje in Langweer. Ideaal? Nee. Het kan altijd beter, maar ook veel slechter.

Paradijs is overigens Perzisch voor ‘ommuurde tuin’, daar waar je natuurlijke invloeden buiten houdt en de gewenste biodiversiteit binnen.  Precies wat ik in mijn achtertuin heb gemaakt, en hier nam de biodiversiteit met minimaal 200 soorten toe in 3 jaar waar deze volgens de MSA enkel zou kelderen.

Een nieuwe kolonist in mijn voortuin, die 3 jaar geleden nog van beton was

Nieuwe kolonist in mijn voortuin, 3 jr terug van beton. Volgens de MSA  zit hij er niet,  ik zou zweren van wel…

Tot zover ‘oorspronkelijke natuur’.