spencer-recent

Onopgemerkt door de mainstream media! Een primeur dus!

Een kenmerk van postnormale wetenschap is de uitbreiding van de wetenschappelijke methode met wetenschap middels consensus, ofwel handopsteken. Vooral op het gebied van de klimatologie is die ‘verrijking’ razend populair geworden. Het VN-klimaatpanel (IPCC) heeft met deze trouvaille veel succes gehad. Vele geleerde gezelschappen zijn het IPCC gevolgd.

De meest gerenommeerde daarvan is waarschijnlijk wel de ‘American Physical Society’ (APS), die een alarmistisch standpunt heeft ingenomen, opgesteld door een groepje klimaatbevlogen leden, maar die niet over voldoende inhoudelijke deskundigheid beschikten op het onderhavige terrein, zoals Judith Curry hier heeft beschreven. Maar de APS is tot dusver nog niet op haar schreden teruggekeerd.

Ook de Nederlandse Nederlandse Natuurkundige Vereniging (NNV) wilde zich niet onbetuigd laten. Op initiatief van Jan Terlouw, oud-D66-leider, oud-minister van economische zaken en oud-vicepremier, werd in oktober 2015 een bijeenkomst bij het KNMI in de Bilt belegd om tot een gezamenlijke verklaring te komen à la de APS. Met uitzondering van Marcel Crok behoorden alle sprekers tot de aanhangers van de AGW-hypothese (AGW = ‘Anthropogenic Global Warming’). Er waren stellingen opgesteld met het doel daarvoor steun onder de leden te verkrijgen.

Hieronder staan die stellingen weergegeven met een kort commentaar van Kees le Pair daarop.

De verbranding van fossiele brandstoffen is de belangrijkste factor in de verhoging van de concentratie van kooldioxide in de atmosfeer.

Dit is onzeker. Tijdens glaciale cycli steeg en daalde de CO2 concentratie zonder menselijke invloed. De verandering van het kooldioxidegehalte van de atmosfeer is het gevolg van het verschil in natuurlijke en menselijke bron en natuurlijke absorptie, door de biosfeer, de oceanen en gesteente. De invloed van natuurlijke processen is twee ordes groter dan de menselijke emissie. De onzekerheden daarin zijn van dezelfde grootte-orde als de menselijk emissie. Van alle productieprocessen van CO2 wordt momenteel 98% door de natuurlijke consumptie opgenomen. Wij weten niet precies waardoor dit getal wordt bepaald. Er is geen evenwicht als gevolg van diverse relaxatietijden. Als de absorptie zou toenemen tot 99%, zou de toename van de CO2–concentratie in de atmosfeer halveren. Dit is uiteraard speculatief, maar het duidt op onze onvoldoende kennis van de CO2–huishouding in de natuur.

Verhoogde concentraties van kooldioxide versterken het broeikaseffect, waardoor meer warmte wordt vastgehouden en het aardoppervlak een hogere gemiddelde temperatuur aanneemt.

Dit is geen fysische uitspraak. De vraag is: hoeveel de temperatuur verandert als gevolg van CO2-concentratie verandering? Daarover is geen consensus. IPCC e.a. veronderstellingen zijn vooral gebaseerd op het idee van een positieve terugkoppeling door waterdamp, die op goede gronden is betwist. Zelfs over de eigen bijdrage van CO2 lopen de bevindingen van diverse onderzoekers uiteen. De combinatie van verdamping van water en wolkenvorming leidt tot een negatieve terugkoppeling die door de miljoenen jaren heen de temperatuur van het aardoppervlak binnen zekere grenzen constant heeft gehouden.

We hebben vertrouwen in het proces geleid door het IPCC en in de onafhankelijkheid van de wetenschappers die daaraan hebben bijgedragen.

Dat vertrouwen is misplaatst. De conclusies van het IPCC zijn voornamelijk gebaseerd op de resultaten van klimaatmodelleringen, waarvan duidelijk is dat die in ernstige mate tekort schieten. De werkwijze van het IPCC is onweerlegbaar bekritiseerd. Bijvoorbeeld bleken samenvattingen in strijd met onderliggende documenten. Verschillende ‘lead authors’ trokken zich daarom terug.

Ongeacht de oorzaak van klimaatverandering, constateren we dat de mondiale samenleving in toenemende mate kwetsbaar is voor verandering in klimaat. Betrouwbare meting en registratie van klimaat is van essentieel belang, als eerste stap in de keten van besluitvorming.

‘In toenemende mate’ is niet onderbouwd. Er zijn ook positieve effecten, zoals een toenemende plant- en gewasproductie. Betrouwbare metingen zijn  uiteraard noodzakelijk en dienen te worden voortgezet en verbeterd. Bij de huidige beperkte kennis van  de klimaatverschijnselen en hun effect op de samenleving is een verantwoorde besluitvorming niet mogelijk.

Ongeacht de oorzaak van klimaatverandering, is het van groot belang maatregelen te ontwerpen die kunnen bijdragen aan de beheersing van de klimaatverandering.

Dit gaat uit van de veronderstelling dat de mens in staat is het klimaat te sturen. Deze veronderstelling is uit de lucht gegrepen. Wij kunnen ‘continental drift’, variatie in de beweging van planeten en variaties in de zonneactiviteit niet beïnvloeden. CO2-concentratie is op zijn hoogst een minieme factor. Maatregelen zouden eerst en vooral gericht moeten zijn op de gevolgen van klimaatverandering, niet op een vermeende oorzaak.

Techniek is niet de beperkende factor. Kosten (mondiaal) zijn niet de beperkende factor. Het klimaatprobleem kan nu aangepakt worden.

Het klimaatprobleem, als dat al bestaat, kan helemaal niet aangepakt worden. Reeds nu zijn de kosten waartoe men in dit verband heeft besloten onaanvaardbaar hoog.

De voorraden fossiele brandstoffen zijn groot, maar eindig. De inzet van duurzame alternatieven is van groot belang om een stabiele energievoorziening te kunnen blijven garanderen.

Er is zeker voor meer dan een eeuw een voldoende voorraad van fossiele brandstoffen. Studie naar mogelijkheden voor alternatieve energievoorziening zijn van belang voor de zeer lange termijn. Grootschalige, gesubsidieerde inzet van dure, onvoldoende systeemtechnisch doordachte instrumenten is schadelijk. Bij de huidige inzichten lijken kernenergie, uraan, thorium en kernfusie het meest belovend. De opties wind en zon dragen niet bij aan stabiliteit, integendeel. Zij vereisen grootschalige energie opslag.

Er zijn voldoende energiebronnen, en conversie-, opslag-, transport- en eindverbruikerstechnologieën beschikbaar om tegen 2050 energiesystemen te ontwerpen waarbij de broeikasgasemissies verwaarloosbaar laag zijn. De meerkosten van zulke systemen ten opzichte van het huidige systeem zijn beperkt.

Dit is volkomen onjuist. Bij de huidige stand van de techniek zijn er geen technologieën beschikbaar die dit mogelijk maken. Vooral de kosten van opslag van niet vraaggestuurde zon- en windelektriciteit zijn astronomisch hoog. Bovendien zijn de kosten van de nu bekende technieken onacceptabel hoog.

Het gevaar van afwachten zonder maatregelen te nemen is te groot. De klimaatmodellen kunnen geen volledig zekere voorspellingen leveren, maar de meest waarschijnlijke scenario’s vragen snel om ingrijpende beslissingen.

Er bestaat geen dreigend gevaar. De huidige klimaatmodellen schieten in belangrijke mate tekort, zie bovenstaande grafiek. Er is absoluut geen noodzaak voor snelle ingrijpende beslissingen. Dit zou alleen maar kunnen leiden tot nog meer grootschalige mislukkingen.

De natuurkundige gemeenschap in Nederland roept de nationale en internationale politiek op om tijdig gepaste maatregelen te nemen om de opwarming van de aarde tegen te gaan.

Deze oproep is gezien de bestaande wetenschappelijke kritiek op de uitgangspunten de Nederlandse natuurkunde onwaardig. De enige zekerheid is dat het klimaat altijd verandert. Een oproep om maatregelen in antwoord op de gevolgen van klimaatverandering zou meer voor de hand liggen, al zouden wij daarmee een open deur intrappen. Wij weten veel minder over het klimaat dan velen denken. Klimaatonderzoek is nodig. Daarbij zou op de eerste plaats fysisch onderzoek moeten komen en minder klimaatmodellering waaraan nu op gigantische schaal geld wordt uitgegeven. Het succes daarvan valt erg tegen, zie grafiek.

Met dank aan Roy Spencer voor het bijeenbrengen van gegevens uit talloze bronnen.

Aldus Kees le Pair.

Ook Kees de Lange heeft zijn bezwaren tegen de gang van zaken kenbaar gemaakt. Ik citeer de conclusie van zijn brief aan het bestuur:

Samenvattend, naar mijn mening is het eenzijdige programma van het symposium van 29 oktober met de bijgevoegde stellingen een verwerpelijke poging van het NNV bestuur om tot politieke beïnvloeding van de NNV leden te komen. Dat is definitief niet de taak van de NNV. Door deze weg te bewandelen werkt de NNV nadrukkelijk aan haar eigen overbodigheid. Het organiseren van stemmingen om via politieke meerderheden wetenschappelijke ‘feiten’ te scheppen is de NNV onwaardig. Deze manier van doen kan slechts leiden tot toekomstige ongeloofwaardigheid van een organisatie die ik meer dan 50 jaar van harte gesteund heb.

Aldus Kees de Lange.

En wat was de uitkomst van de bijeenkomst van het NNV?

Ik citeer diens voorzitter, Jan van Ruitenbeek:

Het advies van de commissie was op bovenstaande politieke ontwikkelingen afgestemd [Noot HL, te weten: … op de klimaattop te Parijs is gebleken dat de conclusies en voorspellingen van het IPCC als leidraad worden aanvaard …] en werd vergezeld van een brief aan de politiek. De brief richt zich op het nieuwe perspectief van de klimaatdiscussie en wijst op de grote technische en maatschappelijke inspanningen die nodig zijn om de gestelde doelen te bereiken. De brief van de commissie beperkt zich zorgvuldig tot de expertise van de NNV en pleit voor meer investering in onderzoek. Het bestuur onderschrijft de conclusies en adviezen neergelegd in de brief. Toch kiezen we ervoor om bovenstaande reden [Noot HL: wegens verschillen van inzicht onder de leden zou het formuleren van een gemeenschappelijk standpunt een weinigzeggend compromis opleveren …] om ons kruit droog te houden en concluderen dat het op dit moment verstandig is geen publieke uitspraak te doen.

Een heel belangrijk resultaat van de NNV-discussie is het feit dat we een brug hebben weten te slaan tussen de partijen in het klimaatdebat. Alle betrokkenen by het symposium in De Bilt hebben zich positief uitgelaten over de discussie. Het pacificeren van het debat kan op lange termijn van groot belang blijken. We willen graag voortbouwen op dit fundament en het debat binnen de NNV blijven leiden. Een officieel standpunt zou de gemoederen eerder verhitten dan kalmeren en contraproductief werken. Een open debat zal helpen het wederzijds begrip en respect te vergroten. We willen ons hierop richten. Verder zullen we interne communicatie over de klimaatdiscussie versterken om beter voorbereid te kunnen inspelen op eventuele toekomstige ontwikkelingen in de politiek en effectiever te kunnen reageren op de actualiteit. Gezien het bovenstaande zullen we afzien van de eerder aangekondigde brede ledenraadplaging.

Aldus Jan van Ruitenbeek.

‘The science is setlled?’ ‘All scientist agree?’ Nee dus!

En dat allemaal vanaf de kansel van de NNV! Hoe gezaghebbend wil je het hebben?

In het licht van de inhoudelijke weerlegging van de stellingen van de NNV door Kees le Pair is het vasthouden van het bestuur van de NNV aan AGW-hypothese en alles wat daarbij hoort, op zijn minst curieus te noemen. Maar daar staat tegenover dat het voorlopige eindresultaat van de klimaatdiscussie, zoals verwoord door de voorzitter van de NNV, toch zeer evenwichtig en bemoedigend is.

Het gezonde verstand keert langzaam terug.

Nederland als gidsland?

Voor mijn eerdere bijdragen over klimaat en aanverwante zaken zie hierhier, hier, hier en hier.