IN Brussel afgelopen woensdag zette Agenda 21-patser uit de ‘conservatieve’ hoek Michael Liebreich van Bloomberg New Energy Finance de zaag in het Europese innovatiebeleid van Horizon 2020.

Dat is het Europese ‘Framework Programme for Research and Innovation’ waar liefst 80 miljard euro publiek geld in om gaat tot 2020. Volgens Liebreich gaat daar meer geld verloren aan management consulting-fees, het bevorderen van, social engineering en verdere Europese integratie dan het stimuleren van werkelijke innovatie.

Hij toonde helaas niet op welke cijfers hij die observatie baseerde, dus heb ik ‘m een mail gestuurd. Er klopte wel meer niet aan zijn lezing, waardoor je dacht: hoe kan  zo’n steenrijke patser dan zoveel geld krijgen voor het verkopen van halve waarheden? Daarover meer in een volgend blog.

Liebreich zette zich af tegen Ebell

Liebreich zette zich af tegen Ebell

Innovation Union = Social Engineering
Vast staat wel dat veel geld opgaat om Europese integratie af te dwingen via een zogenaamde Innovation Union. Met de welbekende social engineering-stokpaardjes waar Eurocraten altijd al subsidie aangeven, zoals ‘vrouwelijke uitvinders’, genderqouta, lesbische levenswetenschappers met zorg over CO2 en trans-nationale dwarsverbanden van transseksuele minderheidsgroeperingen in een rolstoel met andersbegaafdheid.

Bij mijn bezoek aan toenmalig Milieucommissaris Potocnik werd de voorbereiding van deze papieren EU-tijger al verkocht. Toen schreef ik al dat je van die typische EU-projecten krijgt als een samenwerkingsverband tussen Hongaarse homo-wetenschappers met Finse Laplanders die dan gezamenlijk subsidie krijgen voor een Yakmelk-vergister die de gendergelijkheid bevordert.

Ik overdreef.

Maar in die hoek kun je het al vaak zoeken, zoals deze brochure van een ‘evaluatie’ toont. Oftewel: is de Europese Bureaucratie de juiste partij om innovatie aan te sturen? Die vraag stelde Liebreich ook, en  zijn antwoord was nee.

Genderstokpaardjes berijden voor innovatie: Horizon 2020

Genderstokpaardjes berijden voor innovatie met vaginale quota: Horizon 2020 en de ‘innovation union’

Social Engineering-quota

Social Engineering-quota, the Clit-Statistics

Een kenmerk van EU-innovatie, is dat die bureaucratie het succes meet aan de mate waarin het geld opraakt, gekoppeld aan social engineering. Als belangrijkste parameter geeft de Europese Commissie ook in deze brochure de hoeveelheid geld, in vergelijking met andere werelddelen.En hoeveel vrouwen er bij zaten.

Nederland zit in de top van de subsidie-krijgers

Nederland zit in de top 6 van de subsidie-krijgers

Nederland staat dan in de top 6 van Europese (toegekende) aanvragers. Een andere observatie die klimaat-commissaris Jos Delbeke deed: men wil de wisselvalligheid van intermittent renewables (een ingewikkelde naam voor ruimtevretende en wisselvallige energiebronnen) opvangen door verdere EU-integratie. Dus een Europese Energiemarkt, waarin overschotten en tekorten dan beter zouden worden uitgewisseld. Of dat ook zo werkt is technisch natuurlijk maar de vraag. Alleen als het doel van al je beleid is- een politieke unie afdwingen- dan zijn technische vragen en werkelijke innovatie ondergeschikt.

...en instituten die het milieu-alarmisme een wetenschappelijke rechtvaardiging verlenen als NIOZ

…en instituten die het milieu-alarmisme een wetenschappelijke rechtvaardiging verlenen als NIOZ

Euroduswel
Daarnaast houdt Horizon 2020 noodlijdende instituten in de lucht zoals het NIOZ op Texel, via bijvoorbeeld het Atlantos-project. Dan organiseren ze pseudo-wetenschappelijke conferenties met door serieuze visserijbiologen afgeschreven alarmistische charlatans  (Daniel Pauly) als keynote speaker deze week: let op, deze week in media krijgen we weer alarmgekrijs over het ‘grote probleem van illegale overbevissing dat ingrijpen van de EU noodzaakt, meer regels en meer onderzoek(sgeld)’.

Een instituut dat dus drijft op milieu-alarmisme krijgt geld. Je kunt je afvragen wat daar innovatief aan is.

Daarnaast lijkt ook de Europese Energiemarkt onafwendbaar te worden. Jos Delbeke en andere sprekers gebruikten de wisselvalligheid van meer wind- en zonne-energie niet als rechtvaardiging om daar dan eens kritisch naar te kijken. Maar als argument om DUS een grensoverschrijdende energiemarkt verder te stimuleren. Die er volgens mij toch al is, wij leven toch al op een Europees grid, krijgen stroom uit Duitsland, kernstroom uit Frankrijk. De Denen dumpen hun windenergie-overschotten richting Noorwegen en Zweden.

Oftewel: men zoekt een ander excuus voor meer politieke integratie. Zodat je Eurodusnie kunt roepen, maar ondertussen is de boel al zo vervlochten dat je net als bij de nagestreefde bankunie aan elkaar vast zit geklonken op een weg zonder terugkeer. Met wat ‘boeh’ roepen- zoals hier gewoon-  zal daar niets aan veranderen.