GLOBAL SEA LEVEL FALLS
Global sea level dropped six millimeters in 2010 and has continued to drop in 2011, NASA satellite instruments report. The NASA Jet Propulsion Laboratory reports “the rise of the global ocean has been remarkably steady” since satellite instruments began measuring sea level in 1993, which counters alarmist assertions of an acceleration in sea-level rise.ย While the 2010 – 2011 decline in global sea level is almost certainly of a temporary nature, it may force a downward revision of the long-term pace of sea-level rise.
Het is ronduit verfrissend om een dergelijk bericht te krijgen van het doorgaans zo alarmistische NASA. De geconstateerde feiten zijn overigens veel minder opzienbarend dan de conclusie dat ze aanleiding zouden kunnen zijn tot het bijstellen van de lange termijn voorspellingen van het IPCC.ย En dat stelt NASA? Het moet niet veel gekker worden!
Die conclusie over het IPCC deel ik overigens niet. Er zijn erg veel redenen om die voorspellingen bij te stellen, maar de recente (hoewel best dramatische) zeespiegeldaling zegt helemaal niets over de lange termijn trend. Laten we eerst eens kijken hoe die door NASA verklaard wordt. Dat is namelijk een uitstekend bruggetje naar mijn uitleg over het verband tussen zeespiegel- en temperatuurstijging!ย ย ย ย ย ย ย ย ย ย ย ย ย
Altijd weer die Niรฑo’s en Niรฑa’sโฆ
Het onderschrift bij bovenstaande figuur luidde:
The red line in this image shows the long-term increase in global sea level since satellite altimeters began measuring it in the early 1990s. Since then, sea level has risen by a little more than an inch each decade, or about 3 millimeters per year. While most years have recorded a rise in global sea level, the recent drop of nearly a quarter of an inch, or half a centimeter, is attributable to the switch from El Niรฑo to La Niรฑa conditions in the Pacific. The insets show sea level changes in the Pacific Ocean caused by the recent El Niรฑo and La Niรฑa
De verklaring hiervoor is dat een El Niรฑo droger is waardoor er minder water naar de continenten wordt afgevoerd door regen, waardoor de zeespiegel extra stijgt. Dat zie je ook in de grafiek in ’98. Daarna volgt een La Niรฑa, die juist met extra neerslag gepaard gaat, en dus een tegengesteld effect heeft. Volgend jaar stijgt de zeespiegel dus weer gewoon.
Er is zelfs gemeten waar al dat water precies gebleven is:
Niks aan de hand, dat stroomt allemaal weer naar zee (?)
In de uitleg van NASA lezen we verder:
But for those who might argue that these data show us entering a long-term period of decline in global sea level, Willis cautions that sea level drops such as this one cannot last, and over the long-run, the trend remains solidly up. Water flows downhill, and the extra rain will eventually find its way back to the sea. When it does, global sea level will rise again.
De scherpzinnige lezer heeft gezien dat er hier een addertje onder het gras zit! Want op de kaart is duidelijk te zien dat twee van de donkerblauwe gebieden binnen de poolcirkel liggen: Noord Rusland en Groenland. Donkerblauw wil overigens zeggen: 50 kg per m2 mรฉรฉr watermassa dan vorig jaar. En die massa is in die twee gebieden niet als regen gevallen, maar in de vorm van een 50 cm dikkere laag sneeuw dan vorig jaar. In lage gebieden in Noord Rusland zal daar deze zomer een deel van smelten en afgevoerd worden, maar in Groenland ligt het grotendeels op een hoogte waar al mรฉรฉr dan 120.000 jaar geen afsmelt is opgetreden. Door bewegingen in de ijsmassa komt dit uiteindelijk ooit wel een keer in een gletsjer en daarna in zee terecht, maar op dat moment zitten we al weer in de nieuwe ijstijd.
Heeft deze extra opslag van water in Groenland door de La Niรฑa een grote invloed op de trend van de zeespiegelstijging? Nee, die zal amper merkbaar zijn. Maar het toont wรฉl aan dat kleine veranderingen in het neerslagpatroon grote invloed hebben op de zeespiegelstijging, en datย is een prachtig bruggetje naar waar het wรฉl om gaat!
Wat bepaalt de zeespiegelstijging dan wรฉl?
Er zijn drie factoren die samen de mate van zeespiegelstijging op langere termijn bepalen:
1. De vertraagde opwarming van de oceanen na het einde van de laatste ijstijd.
De oceanen hebben een dermate grote warmtecapaciteit dat ze 20.000 jaar na de laatste ijstijd nog lang niet op de gemiddelde temperatuur van de atmosfeer zitten. Elk jaar warmen ze dus een beetje op, en daardoor zetten ze uit. Dit leidt tot een stijging van ca 12 cm per eeuw. De fluctuerende temperatuur van de atmosfeer van de laatste honderd jaar heeft hier weinig invloed op.
2. De sneeuwval in gebieden boven de sneeuwgrens.
De luchttemperatuur daalt in droge lucht ongeveer 10 graden per kilometer hoogte. Zowel op Antarctica als in Groenland bevinden de sneeuwvlakten zich op 2 tot 3 km hoogte, waar het dus altijd bitter koud is. Temperatuurvariaties op zeeniveau van enkele graden kunnen gletsjers laten smelten, maar hebben op 3 km hoogte bij een temperatuur van โ30 C (op Antarctica zelfs tot โ 80C) nooit smelten tot gevolg. In beide gebieden is er op deze hoogte dan ook nog nooit een jaar sneeuwval weggesmolten, ondanks periodes met vรฉรฉl hogere temperaturen dan nu, want we vinden elk jaar terug in de ijskern boringen, in Groenland tot 125.000 jaar geleden, op Antarctica tot 800.000 jaar geleden.
3. Het afsmelten van ijs in lage gebieden.
Variabel zijn hierbij voornamelijk de gletsjers.
Het verschil tussen sneeuwval en afsmelten is al geruime tijd ongeveer 7 cm per eeuw. Samen met de uitzetting is dat 19 cm per eeuw, en er is geen enkele aanwijzing dat daar enige versnelling in optreedt.
Korte termijn fluctuaties
Mijn verklaring klopt niet met het eerste plaatje: daar is sprake van een trend van 32 cm per eeuw. Dat is vรฉรฉl meer dan de door mij genoemde 19 cm.
De oorzaak daarvan ligt in korte termijn fluctuaties, die waarschijnlijk te maken hebben met variaties in de zonneactiviteit. Daardoor zit er op de trend een rimpel van maar liefst ca +/-25 cm per eeuw gesuperponeerd. Je kunt dus naar willekeur een periode uitzoeken met een veel hogere en een veel lagere stijging dan 19 cm per eeuw, en daar wordt soms ook gretig gebruik van gemaakt om een dramatische toename van de stijging mee te suggereren.
In het plaatje zie je in rood de (decadal) satellietmetingen uit het eerste plaatje tot 2007. De afname van de stijging tekent zich al duidelijk af, en is inmiddels blijkbaar zelfs even onder de nul gedoken. Maar dat zegt dus niets.
Het effect van global warming op de zeespiegel
Stel dat de aarde verder op zou warmen, om wat voor reden dan ook, wat gebeurt er dan met de drie genoemdeย factoren?
1. De uitzetting van de oceanen gaat gewoonย door, of het nu รฉรฉn of anderhalveย graad warmer wordt, met ca 12 cm per eeuw.
2. De neerslag neemt toe: de temperatuur van het wateroppervlak neemt toe, waardoor er meer water verdampt, en dus ook weer als regen of sneeuw omlaag komt. Dit effect is blijvend: zolang het warmer is, blijft er meer sneeuw vallen en zich opstapelen in Groenland en Antarctica.
3. De afsmelt van gletsjers neemt ook toe. Maar dit effect is niet blijvend: wanneer de gletsjers weggesmolten zijn tot de ter plaatse geldende sneeuwgrens, stopt de versnelde afsmelting.
Maar wacht eens, als de neerslag doorgaat, en de smelt afneemt, dan wil dat dus zeggen dat er bij langdurige opwarming na een zekere tijd juist een afname van de zeespiegelstijging optreedt?
Dat is inderdaad zeer waarschijnlijk. Ook in sommige IPCC scenario’s is er sprake van een veel lagere zeespiegelstijging dan de laatste eeuwen, als gevolg van de verwachte opwarming van de aarde. In 2001 werd als ondergrens zelfs 9 cm per eeuw aangehouden, tegenover de huidige 19 cm.
Anekdotisch hierbij is het feit dat de Kilimanjaro tijdens de laatste ijstijd 100.000 jaar lang kaal geweest is, en pas 12.000 jaar geleden, in de warmste periode van het dit interglaciaal, een ijskap kreeg. Mount Everest in de Himalayaย is zelfs nog maar 8.000 jaar met ijs bedekt. Op beide bergen is het boven de 3 ร 4 km hoogte koud genoeg voor eeuwige sneeuw, maar als die onvoldoende valt, vormt zich geen ijskap. En in ijstijden is er vรฉรฉl minder neerslag dan tijdens de warme interglacialen. Pas toen door de opwarming na de ijstijd de aarde warm genoeg was voor voldoende neerslag werden dus deze ijskappen gevormd.
De ijskap van Groenland, het smeltende “overblijfsel uit de ijstijd”
In zijn boek “Hoezo klimaatverandering” schreef Professor Pier Vellinga onlangs:
Wat als de temperatuur met 3 tot 4 of nog meer graden stijgt?
โฆโฆHet smelten van de ijskappen op Groenland en Antarctica zal waarschijnlijk niet meer stoppen. Dit geldt vooral voor de ijskap van Groenland. Die ijskap is een overblijfsel uit de laatste ijstijd, die zichzelf door haar hoogte kan handhaven.
Dat klinkt aannemelijk, maar gezien bovenstaande paragraaf ruikt u natuurlijk al onraad! Het ligt namelijk voor de hand dat ook in Groenland de warme periode tot juist mรฉรฉr sneeuwval geleid heeft. Welnu: dat klopt, en niet zo’n beetje ook! Want wat zien we op de uitstekende site van de Universiteit van Kopenhagen:
Op dit plaatje ziet u dat de ijskap van Groenland, opgebouwd in 100.000 jaar ijstijd, bij de sterke opwarming daarna niet begon te smelten, zoals Vellinga suggereert, maar in slechts 12.000 jaar zelfs bijna verdubbeld is! Aan de temperatuurlijn zie je ook prachtig de opwarming na de laatste ijstijd, en de geleidelijke afkoeling die alweer 10.000 jaar aan de gang is. Met als toegift het ijs dat nog over is uit de tijd van het flink warmere vรณrige interglaciaal, het Eemian!
De neerslag en dus ook de sneeuwopslag per jaar in Groenland is dus blijkbaar verveelvoudigd door de opwarming.
Nog duidelijker is dit te zien in de GISP 2 data. Onderstaande grafieken zijn rechtstreeks uit de GISP 2 database overgenomen en betreffenย sneeuwopbouw en temperatuurverloopย over de laatste 50.000 jaar in midden-Groenland. Links het heden en het warme interglaciaal van de laatste 12000 jaar:
Uit de grafieken blijkt dat er inderdaad een tipping point is in Groenland, namelijk dat boven een bepaalde temperatuur de neerslag en dus de sneeuwopbouw sterk toenemen!
Vellinga’s theorie dat Groenland door afsmelting van de hoge ijskap op een tipping point afsnelt, waarna de zeespiegel zeven meter zal stijgen, is leuk bedacht, maar niet meer dan fantasie. De laaggelegen gletsjers zullen smelten, er zal extra ijs vanuit de hoogvlakte wegstromen, maar door de voortdurende hogere neerslag in de hoge gebieden zal er netto weinig tot geen bijdrage aan de zeespiegelstijging zijn, eerder het omgekeerde.
De geologie van de ijskuip
Vellinga stelt dat het ijs in Groenland aan het smelten is, dat daardoor de hoogte ervan afneemt, en het daardoor zo laag komt te liggen dat er regen valt ipv sneeuw. Dat is het door hem aangekondigde tipping point. Maar in werkelijkheid was Groenland ooit een hooggebergte. Toen zich daarop een enorme ijskap ontwikkelde, werd de massa daarvan in het midden zo groot dat de aardkorst eronder indeukte. De bergen aan de rand bleven staan en vormen nu een soort kuip. Inmiddels is de ijskap 3 km dik, en bevindt de bovenlaag zich op 3 km hoogte. De bodem is dus ongeveer zeeniveau. Dat geldt precies zo voor Antarctica.
Het bleef echter maar sneeuwen, en het ijs werd zo hoog dat het over de bergen naar zee begon te schuiven. Daarbij werden gletsjerdalen uitgesleten in het gebergte.ย Dit ijs daalt af tot een hoogte waar het nog maar een klein gedeelte van het jaar vriest. Er stelt zich hier een zeer wankel evenwicht in tussen aanvoer, “koudecapaciteit” en afsmelten. Door de vrij vlakke loop van de gletsjers houdt een stijging vanย de sneeuwgrens met 50 meter (dus bij 0,5 graad hogere temperatuur) al gauw vele kilometers afsmeltende gletsjers in, en omgekeerd.
De “kuip” houdt ook een bescherming in van de opgeslagen ijsvoorraad. Deย doorsteek van gletsjers geeft bij hoge temperaturen lokaal een versnelde afvoer, maar de toegenomen neerslag vult de kuip dan ook weer extra snel bij, waardoor het netto effect op de zeespiegel erg beperkt blijft. Een dramatische afsmelting is gezien de altijd zeer lage temperatuur op 3 km hoogte onmogelijk, en daar is ook in veel warmere periodes dan nu aantoonbaar geen sprake van geweest. Integendeel, zoals we al zagen.
Stijgt de zeespiegel op dit moment door Groenland?
De afsmelt die op dit moment aan de zuidkant van Groenland optreedt is spectaculair. Dit lage gebied wordt zoals gezegd sterk beรฏnvloed door kleine temperatuurveranderingen. Het zou me dan ook niets verbazen als er op dit moment (tijdelijk) een flinke netto bijdrage zou zijn aan de zeespiegelstijging door Groenland.
Maar het KNMI kwam onlangs met een rapport waarin dat weerlegd wordt:
Negenennegentig percent van al het landijs ligt opgeslagen in de ijskappen van Groenland en Antarctica. Gletsjers en andere โ kleinere — ijskappen, bijvoorbeeld in de Canadese Arctische eilanden, Alaska of Patagoniรซ, vertegenwoordigen slechts 1% van het totaal. Deze gebieden worden dan ook vaak over het hoofd gezien in studies over zeespiegelstijging. โOnze studie benadrukt het belang van deze regio’s.โ, volgens hoofdauteur Alex Gardner. โOndanks hun kleine afmetingen zijn ze verantwoordelijk voor net zoveel — of zelfs meer — zeespiegelstijging als Groenland en Antarctica samen. De ijsgebieden in de Canadese poolgebieden namen hiervan de laatste jaren de hoofdmoot voor hun rekeningโ, voegt Bert Wouters van het KNMI toe.
Dit toont aan dat er, zelfs in de huidige periode van sterke afsmelting van de lage gebieden van Groenland en Antarctica, netto amper sprake is van ijsmassaverlies: als die twee samen minder bijdragen dan de andere smeltbronnen, is dat dus samen niet meer dan ca 3 cm per eeuw. Dat wordt niet zomaar opeens 40 cm, wat nodig is voor het hogere bereik van de IPCC voorspellingen. Eerder zal het zo zijn dat dit op de langere termijn, wanneer het lage ijs is weggesmolten, zoals dat in de warme middeleeuwen het geval was, zal omslaan in een netto toename van de ijsmassa en de facto een afname van de zeespiegelstijging.
Wat zegt het IPCC?
Voor de komende eeuw voorspelden de scenario’s in de opeenvolgende IPCC rapporten de volgende stijgingen van de zeespiegel:
Rapport 1990:ย ย ย ย 37 –ย 100 cm
Rapport 2001:ย ย ย ย 9ย –ย 88 cm
Rapport 2007:ย ย ย 18 –ย 59 cm
Er vallen hierbij twee zaken op:
– De stijging wordt in elk opvolgend rapport aanmerkelijk lager ingeschat.
– Bij de laatste twee komen de laagste schattingen uit op een afname van de stijging, ondanks een hogere temperatuur.
Wat zeggen de deskundigen?
De twee meest vooraanstaande deskundigen op dit gebied zijn glacioloog en Spinoza winnaar Professor Hans Oerlemans,ย en de Delftse expert satellietwaarneming en zeespiegelstijging Dr Ir Ernst Schrama. Oerlemans is overigens voorstander van CO2 uitstootbeperking vanuit het voorzorgsprincipe, maar ergert zich dermate aan het klimaatdebat dat hij er niet aan deelneemt. Schrama neemt regelmatig een zeer alarmistisch standpunt in op zijn (twitter)blog, en beschouwt de AGW hypothese zelfs als afdoende bewezen. Het lijkt me dus dat de conclusies van deze heren ook door alarmisten serieus genomen zouden moeten worden.
Wat zeggen deze experts vanuit hun eigen vakgebied over dit hoofdthema van de AGW hypothese van het IPCC?
Oerlemans stelt dat, zelfs bij sterk stijgende temperatuur zoals door het IPCC voorspeld wordt, het smelten van Antarctica weliswaar 40m zeespiegelstijging zou opleveren, maar dat daar minstens 14.000 jaar voor nodig zou zijn. Voor Groenland is dat respectievelijk 7 meter en 4.000 jaar. Alle gletsjers kunnen onder extreme omstandigheden wรฉl snel smelten, in 40 tot 100 jaar, maar dat zou bij elkaar slechts leiden tot een zeespiegelstijging van 30 cm.
Schrama bevestigt dat er geen meetbare versnelling is van de zeespiegelstijging, ook niet als je de satellietwaarnemingen van nu koppelt aan havenmetingen uit het verleden.
Conclusies
- De zeespiegel stijgt zeer stabiel met gemiddeld ca 20cm per eeuw, en er is geen versnelling van die stijging meetbaar.
- De grote ijsvoorraden op Groenland en Antarctica zijn redelijk stabiel en het is waarschijnlijk dat ze bij hogere temperaturen eerder zullen aangroeien dan afsmelten, waardoor geen significante bijdrage aan de zeespiegelstijging te verwachten is.
- De huidige snelle afsmelting van laaggelegen ijsvoorraden leidt niet tot een sterke toename van de zeespiegelstijging, en zal na enige tijd sterk afnemen, wanneer het meeste lage ijs gesmolten is.
- Bij een zeer sterke temperatuurstijging is er theoretisch een eenmalige extra stijging van 30 cm in een eeuw mogelijk.
- Het in het laatste IPCC rapport genoemde bereik van de zeespiegelstijging van 18 tot 59 cm per eeuw, is uitgaande van enkel een maximale afsmelting niet volstrekt uit de lucht gegrepen, maar het hier beschreven mechanisme van de evenzeer toegenomen neerslag en alle metingen in ogenschouw genomen,ย kan geconcludeerd worden dat de stijging zich helemaal onderin dit bereik zal bevinden.
- De door Vellinga in het rapport van de Deltacommissie genoemde vier meter stijgingย in 2200 is volstrekt uit de lucht gegrepen en ook theoretisch onmogelijk.
Een wereldgemiddeld zeeniveau lijkt mij net zo'n onzinnig religieus bedenksel als een wereldgemiddelde temperatuur.
Als je de geoide bekijkt op http://www.esa.int/esaLP/SEM1AK6UPLG_LPgoce_0.htm…
dan moeten de stromingspatronen (en de zeeniveaus) welhaast een chaotisch karakter hebben.
Onvoorspelbaar dus.
Dat krijg je ervan als er minder sigaren worden gerookt. ;-)
Bij gebrek aan achterkanten van sigarendozen is men gedwongen om met megamodellen te werken en die moeten uitgaan van simpele veronderstellingen.
Een handgerolde havanna uit doos, heren klimatologen?
Keurig Theo, zo laat je alweer zien waarom blogs zo nodig zijn.
Zoals gezegd, ik had het ook nagekeken bij Simon Holgate zijn groep, die stelden al dat de huidige 3 mm per jaar een gevolg van decadale variatie kan zijn. En nagevraagd bij Bert Vermeerssen, dat is wat in het boek van Marcel ook terechtkwam.
Maar de alarmisten doen meteen alsof er 'acceleratie'is: het is toetsbaar onwaar. Ook aardig, ik heb rapporten gezien van CSIRO, het Australische planbureau voor de bureaucratische leefomgeving waarin men het El Nino-jaar als startpunt kiest voor zeespiegelmetingen om dan een dramatische toename te claimen.
Dat is aantoonbaar valsspelen, juist omdat zoals je al beschrijft de zeespiegel dan TIJDELIJK inzakt
En die Pier Vellinga kun je gewoon zonder juridische consequenties kwalificeren als oplichter,als hij op jacht naar invloed en onderzoeksgeld wél een beroep op zijn academische titels kan doen, heeft hij ook geen excuus om bij een fatsoenlijke lezing van de literatuur van zijn opleiding géén gebruik te maken
@Theo Wolters
» "De zeespiegel stijgt zeer stabiel met gemiddeld ca 20cm per eeuw, en er is geen versnelling van die stijging meetbaar."
Ik heb onlangs een artikel van Church & White gelezen en die beweren iets geheel anders :
"There is considerable variability in the rate of rise during the twentieth century but there has been a
statistically significant acceleration since 1880 and 1900 of 0.009 ± 0.003 mm year-2 and 0.009 ± 0.004 mm year-2, respectively."
Zie: http://www.springerlink.com/content/h2575k28311g5…
Grafisch weergegeven:
http://www.columbia.edu/~mhs119/SeaLevel/SL.1870-…
Het lijkt mij dat er wel degelijk een versnelling meetbaar is.
Een andere goede statistische analyse van deze zee-niveau-data kun je vinden op:
http://tamino.wordpress.com/2011/03/31/so-what/
» "De grote ijsvoorraden op Groenland en Antarctica zijn redelijk stabiel"
Je hebt vast wel eens de gegevens van NASA-Grace gezien over het massaverlies van Groenland en Antarctica, enkele citaten:
"The Greenland and Antarctic ice sheets are losing mass at an accelerating pace.."
" the two ice sheets lost a combined average of 36.3 gigatonnes more than they did the year before".
Zie: http://www.jpl.nasa.gov/news/news.cfm?release=201…
Ik kan dat niet "redelijk stabiel" noemen, het massaverlies wordt gegeven in 36 Gt per jaar in het kwadraat. Volgens het artikel zou, indien het massaverlies zo doorgaat, dit tot een 15 cm stijging van het zee-niveau opleveren in 2050.
» "De door Vellinga in het rapport van de Deltacommissie genoemde vier meter stijging in 2200 is volstrekt uit de lucht gegrepen en ook theoretisch onmogelijk."
Nou volstrekt uit de lucht gegegrepen? Je kunt het zelf uitrekenen, uitgaande van de Grace data van 36.3 Gt/y².
Een gigaton aan afgesmolten ijs = 1*10^9 m3 water.
Met het oppervlak aan water op aarde, 3.61*10^14 m2, betekent elke gigaton ijs dat smelt derhalve 2.77*10^-6 m zeespiegelstijging.
Met het afsmelten van 36.3 Gt/ y² in 200 jaar :
200*200*36.3*2.77^10-6 = 4.02 meter.
Precies Vellinga's voorspelling.
Ik ben het op hoofdlijnen geheel met je eens Theo. Extra instraling en opwarming leiden tot meer verdamping, meer neerslag en meer opslag van ijs en water op land en dus verminderde zeespiegelstijging. Goed verhaal!
(Let wel de 50kg/m2 extra mag dan bij benadering overeenkomen met 50 cm sneeuw, maar het gaat om 5 cm water equivalent, maar dat is voor het betoog niet echt van belang)
@ Jos: Theoretische modellen (beweringen) hebben uitkomsten van zelfbedachte voorspellingen op basis van (garbage) input en (garbage) output, door middel van minimaal een gesubsidieerde en interessant uitziende (mega-)computer.
Klimaat modellen hebben uitkomsten (beweringen) van zelfbedachte ……….
Je kan dus volgens jou Vellinga niet verwijten, dat hij fors blunderde en daar keihard (tegen beter weten/argumenten/feiten) aan vast hield?
Lijkt me sterk!
@Andries Rosema
Meer instraling = het wordt warmer. Precies wat er in de periode na de laatste ijstijd van de grafiek alhier "Post-Glacial Sea Level Rise" opgetreden is op aarde. Deze grafiek laat zien dat als het warmer wordt het zeespiegel niveau stijgt. Dat is niet hetzelfde als wat jij zegt: Warmer = meer neerslag = lagere zeespiegel.
@Turris
Waar baseer je op dat Vellinga fors blunderde? Er zijn meer projecties van anderen voor het zeeniveau in de toekomst en die wijken niet zoveel af van de voorspellingen van de Delta Commissie.
Een grafiekje met referenties voor verschillende projecties voor 2100:
http://www.nature.com/climate/2010/1004/fig_tab/c…
Een citaat uit het Delta-commissie rapport :
"Uitgaande van een scenario met een temperatuurstijging van maximaal 6 °C in 2100 en van maximaal 8 °C in 2200 wordt de bovengrens voor de stijging van de wereldwijde zeespiegel geschat op 0,55-1,10 m in 2100 en 1,5 – 3,5 m in 2200."
Let wel, het zijn schattingen van de bovengrens van de stijging van de zeespiegel. Als je je land wil beveiligen tegen overstromingen, moet je niet van ondergrenzen uitgaan.
Zie : http://www.deltacommissie.com/doc/Onderzoek%20naa…
Of al deze projecties bewaarheid worden is vers twee natuurlijk, het hangt ervan hoeveel warmer het gaat worden.
Een gletscher heet een gletscher omdat het een schuivende ijsmassa is.
Dat er meer geschoven wordt wil op zich niets zeggen over de oorzaak.
Zolang de NASA niet in staat is om de afname af te strepen tegen de toename blijft het een beetje alarmistisch geneuzel.
Ammehoelawetenschap.
@Boels069
De Grace satellieten meten het verschil in massa voor Groenland en Antarctica. Het verschil in massa is toename – afname en dit resulteert in die -36.3 Gt/y². Waarom is dat nu plotseling "Ammehoelawetenschap". Exact dezelfde Grace gegevens gebruikt Theo Wolters bij de onderbouwing van zijn verhaal.
@ Jos: Waar zijn de klimaatmodellen op gebaseerd?
90% op extreme aannames, die verkeerd of onbetrouwbaar bleken.
Dat wist Vellinga!
@Turris
Je twijfelt er zeker aan of het wel zoveel warmer wordt als de Delta-commissie heeft meegenomen als bovengrenzen? Ik heb toch liever dat men bij het bouwen van dijken rekening houdt met de wetenschappelijke bovengrenzen. Voorkom je natte voeten, mocht jij toevallig ongelijk hebben. Ik zie derhalve nog steeds niet waar dat "blunderde" op slaat.
Jos26 en Boels069:
Het is inderdaad vreemd, dat de Grace-metingen jaar in jaar uit massaverlies voor Groenland berekenen, in 2010 zelfs een record verlies, terwijl de zeespiegelstijging niet versnelt, en het laatste jaar zelfs negatief is. Misschien geeft het onderzoek van Wu et al )Nature Geoscience 3, 642 – 646 (2010)) de verklaring: de modellen waarmee het massaverlies van Groenland is berekend houden onvoldoende rekening met het terugveren van de aardkorst. Grace meet geen ijsmassa, maar gravitatie, en de omrekening van variaties in gravitatie naar variaties in ijsmassa berust (al weer …) op modellen. Die modellen kunnen fout zijn.
@ Jos: Tijd zat voor eventuele dijkenverhoging! Laten we eerst het vorige Deltaplan maar geheel afwerken. Hun veiligheidswaarden zijn gericht op de komende 100 jaren en tot op heden blijken ze meer dan afdoende.
Vellinga en Deltacommissie-Veerman hebben zich overduidelijke geleend voor gepolitiseerd extreem klimaatalarmisme ("Amersfoort aan Zee") en voor de industrielobby, pur sang, en duidelijk gericht op de nationale offshore- en baggerindustrie.
Beiden beleefden wetenschappelijk en journalistiek een afgang! Veerman slaat sindsdien gefrustreerd hard om zich heen. Vellinga heeft sindsdien een gematigder toon aangenomen, was zelfs complimenteus naar Marcel Crok.
Dus Jos : ophouden met je alarmistische onzin!
@Jos26:
"The nearly 20-year study reveals that in 2006, a year in which comparable results for mass loss in mountain glaciers and ice caps are available from a separate study conducted using other methods, the Greenland and Antarctic ice sheets lost a combined mass of 475 gigatonnes a year on average."
Deze "comparable results" zijn van hevig aangevochten studies (meten op 1 of een beperkt aantal plaatsen en rekensommetjes geldig verklaren voor het hele gebied).
Het wachten is op ESA's GOCE en verdere metingen van het bodemprofiel en ijsdikte van Antarctica met CryoSat-2.
@jos26
De alarmistische worst case van de Deltacomissie komt voledig uit de hoge hoed van Stefan Rahmstorf.
Die gaat uit van een kastrofale afsmelting van de West Antarctic Ice Sheet (WAIS).
Dat sprookje is gespeend van enige cryofysica.
@Frans Dijkstra
Het Wu-verhaal is wat ouder en beslaat een veel kortere periode (2002-2008) dan het Rignot artikel (http://sciences.blogs.liberation.fr/files/calottes-fondent.pdf) en ik vermoed dat Rignot et al zeker rekening gehouden hebben met een Glacial Isostatic Adjustment. Ik heb wat discussie hierover kunnen vinden bij ThinkProgess:
http://thinkprogress.org/romm/2011/03/10/207664/j…
Ook het Wu-verhaal ontkracht in mijn ogen de stelling dat de grote ijsvoorraaden op Groenland en Antarctica redelijk stabiel zijn, gezien de data die Wu et al geven: http://www.nature.com/ngeo/journal/v3/n9/full/nge….
Het massa-verlies van Groenland en Antarctica is, volgens de Nasa-link in mijn eerste reactie, goed voor 1.3 mm/jaar zeespiegelstijging. Met de grote natuurlijke variaties die er ook zijn, zie de grafiek alhier van Holgate, kun je een versnelling in het afsmelten pas zien over meerdere jaren en zou zich dat moeten uiten in een versnelling van de stijging van de zeespiegel. Tot nu toe wordt dat ook gevonden, Church en White geven een versnelling van 0.009 mm/jaar. Het wordt interessant de komende jaren of die daling van de zeespiegel zich doorzet of het verwachte pad weer gaat volgen.
@Turris
"ophouden met je alarmistische onzin!"
Ik zie er niets alarmistisch in om te rekenen met wetenschappelijke bovengrenzen als men een commissie de volgende vraag stelt: "De Deltacommissie is door de regering gevraagd advies uit te brengen over de bescherming van Nederland tegen de gevolgen van klimaatverandering."
(http://www.deltacommissie.com/doc/advies_samenvatting_en_aanbevelingen.pdf).
Het kan zijn dat de Delta-commissie en vele andere wetenschappelijke groepen fout zitten met de projecties voor het zeeniveau, maar het is evenzo goed mogelijk dat jij fout zit met je mening, die je trouwens geen enkele keer onderbouwd hebt.
Ik heb volgens mij nergens alarm over geslagen, alleen vond ik enkele conclusies van Theo Wolters nogal discutabel. Je wens komt overigens uit, want ik besteed aan dit onderwerp hier verder geen aandacht meer.
@ Jos
> Het lijkt mij dat er wel degelijk een versnelling meetbaar is.
Zoals ik al schreef: je kunt altijd een stuk in de grafiek vinden waarin er véél meer stijging is. Maar ook een stuk met véél minder stijging.
Daar komt bij dat de satellietmetingen andere waardes lijken te meten dan de metingen op zeeniveau. Je mag die grafieken dus nooit zomaar aan elkaar knopen, dat geeft hier een schijnbare stijging aan het einde van de grafiek die er helemaal niet hoeft te zijn.
(Dat is overigens de trick van Mann met de tree rings waar zoveel over te doen is geweest.)
> Ik kan dat niet “redelijk stabiel” noemen, het massaverlies wordt gegeven in 36 Gt per jaar in het kwadraat. Volgens het artikel zou, indien het massaverlies zo doorgaat, dit tot een 15 cm stijging van het zee-niveau opleveren in 2050.
Dit soort getallen zijn de uitkomsten van uiterst ingewikkelde meettechnieken en rekenmethodes. Zeer onlangs bleek dat men er met Grace sowieso 50% naast zat. Het duurt nog wel even voor men zekerheid heeft over de echte waarden.
Er zijn voortdurend versnellingen en vertragingen van de stijging, het zou wel heel vreemd zijn als dat niet zo was.
Ik zou voor dit moment eigenlijk een flinke stijging van de zeespiegel verwachten, gezien de grote afsmelting in Groenland. Alle getallen die men daarover noemt wijzen in die richting. Dat die stijging er echt niet is (die relatieve metingen zijn wél betrouwbaar), wijst erop dat men iets niet goed doet. Nog duidelijker is het KNMI rapport dat het netto ijsverlies van de twee grote kuipen zelfs tot tweederangs bijdrage aan de stijging bombardeert. Dat kan alleen als er tegelijk met de toename van de smelt, ook een grote toename van de neerslag is geweest.
Ik heb me in dit stuk verre gehouden van de megatonnen smelt, en geprobeerd de verantwoordelijke mechanismen te beschrijven. Die zeggen veel meer, namelijk dat een snelle afsmelting van dit moment, of die nu leidt tot zeespiegelstijging op dit moment of niet, niet lang aan zal houden, omdat de toegenomen neerslag op de hooggelegen ijsvlaktes het uiteindelijk wint.
De grafiek van het Groenlandse ijs over de laatste 125.000 jaar spreekt hierbij boekdelen: de warme laatste 12.000 jaar hebben niet geleid tot afsmelting, maar juist tot een verdubbeling van de ijskap.
Beste Theo,
Je beweringen over de respons van Groenland tijdens de laatste terminatie zijn volledig onjuist. De grafiek van de universiteit van Kopenhagen die je laat zien als 'bewijs' laat iets heel anders zien, nl. de 'annual layer thickness'. Dit is de dikte van een jaarlaag in de NGRIP ijskern, zoiets als de dikte van een jaarring in een boom. Deze wordt bepaald door de hoeveelheid neerslag, EN door ijsstroming in de ijskap. Het laatste zorgt ervoor dat de jaarlagen steeds dunner worden. Het is geen klimaat signaal, en zegt helemaal niets (maar dan ook echt niets) over het volume van de ijskap. Het wordt gebruikt om te bepalen hoe oud het ijs is.
En inderdaad, in het Holoceen is de neerslag toegenomen, maar het warmere ijs stroomt ook sneller. Bovendien vormt de ijskap in een ijstijd ijsbruggen met de Laurentide ijskap, waardoor Groenland in een ijstijd juist meer ijsvolume kan vasthouden (vandaar ook de 120m zee spiegel stijging na de laatste ijstijd). En de ijskap wordt door sommigen als een fossiel uit de ijstijd gezien voor de volgende reden. In modellen kun je de ijskap verwijderen (als je daarin gelooft). Met de huidige neerslag lijkt het erop dat de ijskap niet meer zou terug groeien…
Wat gebeurt er dan werkelijk met het ijsvolume? Dit is wat Richard Alley erover schrijft (Alley et al. History of the greenland ice sheet: paleoclimatic insights, 2010)
Hij begint met:
En verderop:
Kortom, de ijskap op Groenland is helemaal niet toegenomen sinds de laatste ijstijd. Die grafiek van de annual layer thickness kun je maar beter verwijderen.
Jos schreef: Church en White geven een versnelling van 0.009 mm/jaar.
Negen-duizenste millimeter..
Man man, ik zit te sidderen op mijn stoel van ontzetting.
En nu maar hopen dat die 6 mm daling van Theo onzin is, anders ben jij opeens 666 jaar versnelling kwijt..
@ Christo
Dank voor het corrigeren van wat zo te zien een onjuiste formulering is in mijn verhaal.
> Je beweringen over de respons van Groenland tijdens de laatste terminatie zijn volledig onjuist.
Dat wil ik nou ook weer niet zeggen ;-).
> Dit is de dikte van een jaarlaag in de NGRIP ijskern, zoiets als de dikte van een jaarring in een boom. Deze wordt bepaald door de hoeveelheid neerslag, EN door ijsstroming in de ijskap. Het laatste zorgt ervoor dat de jaarlagen steeds dunner worden.
Er is zeker veel meer aan de hand dan het bijsneeuwen van een even zo grote hoeveelheid sneeuw/ijs als er al lag. Dat blijkt ook al uit het tweede plaatje dat ik laat zien. Ook de lagen van na de opwarming verdunnen door de stroming. Ik vermoed zelfs dat de invloed van de ijsbeweging daarop inmiddels groter is dan op het oude ijs onder in de "kuip".
Ook spelen er interacties tussen de snelheid van afsmelten van de gletsjers en de bewegingen in het ijs van de ijskap. Maar voor het principe maakt dat niet uit, is mijn stelling. Als de hoogte van de ijskap zou dalen, neemt ook de beweging in het ijs af, en ontstaat een nieuw evenwicht. Hierbij is de hoeveelheid neerslag bepalend, en niet een temperatuurfluctuatie van een graad op zeeniveau.
> Het is geen klimaat signaal, en zegt helemaal niets (maar dan ook echt niets) over het volume van de ijskap. Het wordt gebruikt om te bepalen hoe oud het ijs is.
Hoezo "helemaal niets maar dan ook echt niets"?
Is van de huidige kap niet ongeveer de helft afkomstig van sneeuwval van de laatste 12.000 jaar?
Maar als je daarover viel: mijn opmerking dat de ijskap verdubbeld is, is waarschijnlijk wel onjuist. Waarschijnlijk lag er al een kap die hoger was dan het nu resterende deel dat ongeveer de helft is, en is door de toegenomen neerslag de kap hoger geworden en en sneller gaan wegstromen naar de gletsjers.
Maar de uitspraak waar ik tegenin ging, nl dat de ijsmassa van Groenland een overblijfsel is uit de ijstijd, klopt nog minder dan de stelling dat hij een overblijfsel is uit het vorige interglaciaal.
Want ongeveer de helft van de huidige ijsmassa is afkomstig uit de huidige en de vorige warme periode.
Het QED blijft dus fier overeind.
> En inderdaad, in het Holoceen is de neerslag toegenomen, maar het warmere ijs stroomt ook sneller.
Maw. de laagdikte daarvan vermindert veel sneller dan die van het "oude" ijs.
> Bovendien vormt de ijskap in een ijstijd ijsbruggen met de Laurentide ijskap, waardoor Groenland in een ijstijd juist meer ijsvolume kan vasthouden (vandaar ook de 120m zee spiegel stijging na de laatste ijstijd).
Uiteraard. So what?
> En de ijskap wordt door sommigen als een fossiel uit de ijstijd gezien voor de volgende reden. In modellen kun je de ijskap verwijderen (als je daarin gelooft). Met de huidige neerslag lijkt het erop dat de ijskap niet meer zou terug groeien…
Dat lijkt me een zinloze theoretische exercitie.
Het gaat erom dat Vellinga een tipping point verzonnen heeft dat zou optreden als de bovenkant van de ijskap zover gesmolten is dat de neerslag niet meer als sneeuw maar als regen valt.
Dat is op ongeveer zeeniveau. Als er iets is wat het plaatje dat jij zo graag weg wilt hebben aantoont, is het dat er sterk toegenomen aangroei van ijs is als het warmer wordt, en dat de bovenkant van de ijskap zeker niet lager komt te liggen.
Dat tipping point komt dus in ieder geval niet dichterbij, en is ook in de veel warmere periodes niet opgetreden.
> Wat gebeurt er dan werkelijk met het ijsvolume?
Dat er op het moment van overgang van ijstijd naar interglaciaal, wanneer het eiland geisoleerd komt te liggen, aan de randen veel ijs verdwijnt ligt voor de hand.
Maar nogmaals, de kwestie is of Groenland op een tipping point afsnelt, en daar zie ik geen enkele aanwijzing voor.
Uit: http://en.wikipedia.org/wiki/%CE%9418O
De verhouding tussen het voorkomen in het artikel van "suggest" en "proof" is 25:0 ;-)
Alley, R.B., et al., History of the Greenland Ice Sheet: Paleoclimatic insights, Quaternary Science Reviews (2010), doi:10.1016/j.quascirev.2010.02.007
http://www.uvm.edu/cosmolab/papers/Alley_2010_405…
Het aantal malen dat "model" voorkomt in het artikel is ~60.
Richard Krajicek lijkt toch de enige die goed met een model om kan gaan :-)
Toegevoegd: Paragraaf "Wat zeggen de waarnemingen?"
Veranderd: enkele formuleringen, met name tav. de verdubbeling van de ijskap na de ijstijd nav. de opmerkingen van Christo.
@ Theo
Inderdaad, alle jaarlagen dunnen uit door de stroming. Grofweg lineair met de diepte, met uitzondering van de diepste lagen (~kwadratisch). In de top 1200 m kun je een rechte lijn fitten, omdat de neerslag constant is gebleven. Daaronder kom je in ijs uit tijden met een lagere neerslag. Bij NGRIP is er nog meer aan de hand; er smelt ijs op de bodem door geothermische warmte. Dat bepaalt de laagdikte op de bodem (als er x mm/jaar smelt, dan zijn de jaarlagen op de bodem ook x mm dik). Vergeet niet dat een ijskern slecths een eenpuntsmeting is, en wel vlak bij de top van de ijskap. In ijstijden strekt het ijs veel verder uit; het getal van Richard Alley is 40% meer bodemoppervlakte in ijstijden. Het meeste verschil in ijsvolume zit em nu juist in de randen van de ijskap.
Ja. Maar dat geldt ook in een ijstijd omdat het meeste ijs nooit erg 'diep' in de ijskap komt (http://www.iceandclimate.nbi.ku.dk/research/flowofice/). Dit zegt niets over het volume in het verleden; zoals ik al aangaf worden de laagdikten bepaald door ijsstroming, neerslag en geothermische warmte. Niet door ijsvolume. En bovendien is het een puntmeting die niets zegt over de marges.
Die uitspraak is zeker weten onjuist. De ijskap is afgenomen in volume.
De ijskap is waarschijnlijk meer dan een miljoen jaar oud, iig ouder dan het oudste ijs in ijskernen (vanwege smelt en omdat de jaarlagen zo dun worden dat ze niet meer te interpreteren zijn). De ijskap is zowiezo in staat om een interglaciaal te overleven, omdat de hoeveelheid ijs niet binnen 10.000 jaar kan smelten (ijs uit het vorige interglaciaal in ijskernen is het bewijs). Studies suggereren dat als de ijskap verdwijnt, hij niet terug zou komen gegeven de huidige neerslag. In die zin is de ijskap dus een overblijfsel uit de vorige ijstijd. Het vorige interglaciaal was een stuk warmer, en de ijskap waarschijnlijk een stuk kleiner; dat zou een mogelijk toekomstscenario kunnen zijn.
Ik weet niet welk QED overeind staat.
De omgeving van een ijskap (ice shelves en ook de Laurentide ijskap) hebben een zgn 'buttressing efffect' waardoor er meer ijsvolume vastgehouden wordt. Dit zorgt ervoor dat de ijskap wel degelijk een stuk groter was tijdens de ijstijd. Integenstelling tot jouw bewering dat de ijskap kleiner was in de ijstijd.
Dit effect is erg goed zichtbaar bij de Larsen B ice shelf die bij het Antarctisch schiereiland afbrak. Daarna zijn er spectaculaire versnellingen waargenomen in alle gletsjers die vroeger uitkwamen in Larsen B, omdat ze nu minder weerstand ondervinden. Dat is het punt dat ik wilde maken.
De hoogte van een ijskap wordt niet alleen bepaald door de neerslag, maar net zo goed door de horizontale oppervlakte en de plasticiteit (warm ijs stroomt sneller). Een berg zand kun je ook niet oneindig hoog maken. Afsmelting aan de rand beinvloedt wel degelijk de hoogte (zie ook het buttressing effect van eerder). En vanwege de zgn. 'polar amplification' is een graad mondiaal eerder 5 graden opwarming in het Arctisch gebied.
Wat we hier doen is erg rustig op los speculeren. Deze effecten worden allemaal keurig meegenomen in (toegegeven, imperfecte) ijsmodelen. Ik neem aan dat Vellinga (ik ken het werk niet) dit heeft gedaan. (en ja, ik weet dat het woord 'model' gelijk staat aan vloeken hier op climategate)
Echt? Je conclusies onder de loep:
Onjuist. De laatste 5000 jaar was het hoogstens 4 cm per eeuw. http://en.wikipedia.org/wiki/File:Holocene_Sea_Le…
Er is wel degelijk een versnelling. De eerste grafiek die je laat zien toont duidelijk een 3 mm / jaar stijging in de laatste 20 jaar. Het gemiddelde over de tweede helft van de vorige eeuw was 1.8 mm /jaar.
Onjuist. Dit onderwerp hebben we zo onderhand wel besproken. Zowel groenland als antarctica verliezen massa op het moment. Groenland had meer ijsvolume tijdens de ijstijd.
Is nog niet met zekerheid vast te stellen. Gletsjers en kleine ijskappen zijn samen goed voor ongeveer 0.5 m zeespiegel. Als dat gesmolten is, zullen ze daarna idd niet meer bijdragen…. (?)
Onjuist. Dit is gebaseerd op je aanname dat de grote ijskappen niet kunnen smelten.
Onjuist. De huidige stijging alleen (30 cm / eeuw) ligt al in het midden van het bereik. De IPCC waarden nemen GEEN bijdragen van landijs mee, omdat in 2007 die getallen nog te onzeker waren (en het IPCC probeert conservatief in te schatten, om niet onnodig alarmistisch te zijn). De verwachting is dat AR5 hogere waarden zal geven dan 18-59 cm.
Onjuist. 4 m is niet theoretisch onmogelijk. Tijdens het vorige interglaciale tijdperk was de gemiddelde temperatuur op aarde zo'n 1-2 graden warmer dan onze pre-industriele temperatuur, en de zeespiegel was 7-9 m hoger (Kopp et al., Nature 2009).
Mijn excuses voor het lange antwoord, maar je betoog is lek als een mandje.
MVG, Christo
@ Boels69
Ik hoop dat je het artikel ook daadwerkelijk gelezen hebt in plaats van alleen maar Ctrl + F te gebruiken.
Het verbaast me niets dat het woord 'suggest' vaker voorkomt dan 'proof'. Dit geeft nu precies het verschil aan tussen zorgvuldige wetenschappers die voorzichtig formuleren, en blaaskaken op forums die drie websites hebben gelezen en pretenderen alles te weten op elk wetenschapsgebied. (Dat geldt gelukkig niet voor alle skeptici op climategate.nl, er zijn wel degelijk mensen die zich beter informeren.) Onzekerheid is de realiteit van wetenschapsbeoefening, en de kunst is om te onderscheiden welke feiten onzeker zijn, en welke niet. Er staan wel degelijk ook harde conclusies en feiten in de paper.
Het aardige van de paper van Alley is dat het juist NIET gebaseerd is op modelen, maar dat hij met name al het paleoklimatologisch bewijs (observaties!) samenvat, en daar conclusies uit trekt. De kwaliteit van een publicatie hangt niet samen met het aantal keren dat het woord 'model' word gebruikt.
@Christo
Met een deel van je opmerkingen kan ik het eens zijn, al doen ze niets af aan mijn verhaal.
Jouw bijdrage en mijn toevoeging in het artikel hebben elkaar gekruist.
Ik wacht even op je reactie daarop, voor ik reageer op jouw bijdrage.
@Theo Wolters
Uitermate interessante discussie over de zeespiegel. Ik publiceerde begin vorig jaar daarover op 'Klimatosoof' en in watervakblad H2O. Zie link onderaan.
We hebben inderdaad te maken met een natuurlijke stijging van ongeveer 20 tot 30 cm per eeuw. Grofweg 2/3 door thermische expansie, de rest door overige factoren zoals smeltwater van ijskappen en gletsjers. De trend is ingezet na afloop van de Kleine IJstijd, mogelijk reageert de diepe oceaan nog de 'grote' ijstijdencyclus. Er is inderdaad géén versnelling zoals IPCC en anderen beweren. De zogenaamde versnelling komt door het verschil in meetmethode: traditionele peilschalen versus satelliet (vanaf begin jaren '90. De natuurlijke trend zal lopende eeuw doorzetten met nog eens 20-30 cm. Als de opwarming (weer) doorgaat misschien zelfs 50 cm? Hoe dan ook: veel minder dan de Commissie Veerman suggereert (120 cm).
Het 'eindperspectief' is onzeker. Wolters suggereert dat de zeespiegel weer gaat dalen vanwege de extra aangroei van de ijskappen. Misschien. Daar staat tegenover dat tijdens het vorige interglaciaal, het Eemien, de zeespiegel enkele meters (vijf?)hoger stond dan nu. Het was enkele graden warmer. Groenland was toen grotendeels vrij van ijs. M.b.t. Antarctica moet je onderscheid maken in Oost en West. De westelijke kap (WAIS) ligt lager en is minder koud en is kwetsbaarder dan de oostelijke. De massa van WAIS is vergelijkbaar met die van Groenland. Indien het huidige interglaciaal (Holoceen)nog lang aanhoudt, zouden we t.z.t. te maken kunnen krijgen met condities zoals tijdens het Eemien. Met 't.z.t.' bedoel ik 'enkele tienduizenden jaren'. Niet iets om je nu zorgen over te maken. Bovendien doe je er toch niets tegen: de natuur gaat immers zijn eigen gang. Lezenswaardig zijn ook diverse publicaties over oceanische opwarming door 'hydrothermal vents' uit de 'mid ocean ridges'. Het effect daarvan is mogelijk groter dan tot nu toe gedacht.
Tenslotte nog dit. De Commissie Veerman adviseerde tevens de veiligheidsnorm voor de zeeweringen te verhogen, te beginnen met een factor 10. Dus van eens in de tienduizend jaar naar eens in de miljoen jaar! Met die ene zinsnede is Nederland plotseling een stuk onveiliger geworden.
Zie ook: http://www.scribd.com/doc/63412434/Zeespiegelstij…
Bert Amesz
Theo,
De studie van Ettema et al. is een modeleer studie van de oppervlakte massabalans (SMB, oftewel surface mass balance), en dus niet van de totale massabalans. De uitstroom van ijs is niet meegenomen. Vandaar dat de totale SMB positief is; als je de bijdrage van gletsjers meeneemt kom je op nul uit. Of in de woorden van de auteurs:
de 'discharge estimates' is het ijs wat via gletsjers de ijskap verlaat.
Kortom, Ettema et al. geven niet het volledige verhaal, slechts wat er aan de oppervlakte gebeurd. Bovendien laten ze zien dat de laatste 20 jaar er meer smelt aan de oppervlakte is, waardoor de SMB juist sterk is afgenomen.
Ik zie dus niet hoe je verhaal wordt onderbouwd door Ettema et al.
Er zijn ook observaties van de totale massabalans (Ettema et al is een modeleer studie). De gehele ijskap verliest wel degelijk massa. Zie bijvoorbeeld deze recente (open-access) paper gebaseerd op ICEsat waarnemingen: http://www.the-cryosphere.net/5/173/2011/tc-5-173…
Sørensen et al concluderen:
Graag je reactie op deze en eerdere vragen!
PS. Ik weet niet of je toegang hebt tot wetenschappelijke bladen via een universiteitsbibliotheek o.i.d. Zo niet dan kun je me altijd een email sturen en kan ik je papers opsturen die je zoekt. (je kunt ongetwijfeld aan mijn email adres komen als moderator op het forum. Ik moet het tenslotte invoeren.)
Oja. Het gerapporteerde massaverlies komt overeen met ongeveer 0.5 mm zeespiegelstijging per jaar (dus 16% van de waargenomen stijging). Als het massaverlies doorzet geeft Groenland dus ongeveer 5 cm in 2100. Deze zijn niet meegenomen in de IPCC AR4 scenarios.
@Christo
Wow, wat een blunder van me!
Ik heb de paragraaf meteen weggehaald: zonder flinke herformulering was hij behoorlijk misleidend, en mét herformulering zegt hij niet zoveel, zonder aanvullende informatie. En daar heb ik pas op zijn vroegst over enige dagen tijd voor.
Bedankt voor je oplettendheid!
Ik kan inderdaad niet meer bij wetenschappelijke artikelen: de geologie studenten die ik de laatste jaren had ingehuurd om mij te wetenschappelijk te ondersteunen (die kunnen wel overal bij) en zo nodig te corrigeren(!) zijn afgestudeerd, dus ik moet weer nieuwe ronselen.
Gelukkig heb jij hun rol deze keer overgenomen!
Ik zit even overvol, dus mijn reactie op je stellingen komt ook pas wat later. Sorry!
Beste Theo,
Je moet misschien toch dit artikel op mijn blog lezen: http://ejo-twitter.blogspot.com/2011/09/een-discu…
Ejo
@Ejo
Hoe zat het met de opwarming tussen 200 en 900 n.Chr en tussen 1600 en 1900? Naar mijn weten was de CO2 uitstoot toen gering.
@Ivo
Waar heb jij het over?
Van 1600 tot 1900 (of beter: 1850) was de 'Little Ice Age', mede veroorzaakt door de Maunder en Dalton minima. Dus door de zon, naast meer vulkanisme dan gemiddeld.
In de klimaatwetenschap beweert niemand dat alleen CO2 het klimaat zou bepalen. Kijk maar in de IPCC rapporten, daar worden de zon, vulkanisme, stofdeeltjes (aerosolen), CH4 etc. allemaal besproken en zo goed mogelijk gekwantificeerd.
Op de wat langere termijn (ijstijden en interglacialen) spelen natuurlijk de Milankovic cycli een belangrijke rol.
Maar Ejo weet het vast beter dan ik. :)
@Arnold, ik was misschien niet duidelijk, dat had ik bij ene Theodorus ook al. Rond 1600 was het koudste moment, midden in de 'Little Ice Age' zoals jij het noemt. Vanaf dat moment begon het weer op te warmen. Pas vanaf 1900 / 1940 wordt CO2 als oorzaak aangemerkt vandaar dat ik vroeg naar de 300 jaar opwarming daarvoor.
Waar ik naar op zoek ben zijn de factoren die ophielden de aarde te verwarmen toen de CO2 erbij kwam. Eerst 300 jaar natuur en dan CO2, maar wat veranderde er dan in die natuur? Afname van vulkanisme? minder stofdeeltjes en zo ja hoe dan?
Als de vraag te simpel is, dan graag een verwijzing naar het voor de hand liggende antwoord of waar ik verder moet zoeken.
@Ivo
De Little Ice Age was kouder dan gemiddeld, door meerdere oorzaken:
1) de Maunder en Dalton minima van de zon (de Total Solar Insolation was minder);
2) meer vulkanisme dan nu, o.a. Mount Parker (1642) en de Tambora (1815) die het beruchte 'Year without a Summer' (http://en.wikipedia.org/wiki/Year_Without_a_Summer) veroorzaakte;
3) er zijn enkele aanwijzingen dat de thermohaliene circulatie wat trager verliep, door het smeltwater vanwege de voorafgaande Midieval Warm Period;
4) van William Ruddiman is er de beroemde hypothese dat de Black Death (en andere ontwikkelingen) aan het einde van de middeleeuwen tot dalende bevolkingsaantallen en daardoor herbebossing (dalende CO2) geleid zouden hebben.
Die laatste twee punten zijn interessant maar wel wat speculatief. De eerste twee zijn zeker.
Het einde van de LIA kwam doordat vanaf 1830 de zon weer 'op volle sterkte' ging schijnen (wat blijkt uit de tellingen van zonnevlekken: http://en.wikipedia.org/wiki/Dalton_Minimum) en uit proxies zoals Be-13 (Beryllium 13 isotopen) die de zonneactiviteit aangeven.
Die 'opwarming' was dus het gevolg van een actievere zon (zoals blijkt uit de zonnevlekken-tellingen en Be-13 isotopen) én doordat er na 1815 aanzienlijk minder vulkanisme was.
Het is ook zo dat vanaf 1800 al heel geleidelijk de CO2 op gaat lopen, je kan dat zien in de icecores (2e plaatje hier: http://www-das.uwyo.edu/~geerts/cwx/notes/chap01/…. Hoewel er tussen 1600 en 1800 inderdaad wat lagere CO2 waarden waren, is het discutabel of dat een oorzaak is (a la Ruddiman), of eerder een gevolg van de afkoeling tijdens de LIA.
Vanaf 1800 zie je in alle cores (heb de verwijzing niet bij de hand, maar heb onlangs nog 13 verschillende cores in detail gezien) heel langzaam de CO2 toenemen. Meest waarschijnlijke oorzaak is toenemend kolen stoken, turfsteken,… pas na ca. 1850 komt de toename CO2 er echt fors in.
Toch wordt de opwarming aan het einde van de LIA (tot ca. 1850) in de eerste plaats aan zonneactiviteit en het ontbreken van vulkanisme toegeschreven (de toename CO2 was er wel, maar nog gering). Er zijn altijd meerdere factoren in het spel, de een soms meer dan de ander.
Je kan de Little Ice Age het beste zien als een benedenwaardse afwijking van het lange termijn gemiddelde: de lange termijn is ongeveer een afkoeling van -0,2 graad per eeuw (omdat we heel geleidelijk op weg zijn naar het einde van dit interglaciaal en het begin van een volgende ijstijd). Tot recent natuurlijk, toen peerde de temperatuur plotseling met ca. 0,7 graad omhoog.
Het Wikipedia artikel is best goed:
http://en.wikipedia.org/wiki/Little_Ice_Age#Cause…
@Ivo
In het 4e IPCC rapport staat ook een interessante grafiek:
http://tinyurl.com/3fmlfm4
Daar zie je de 'forcings' (oorzaken van opwarming/afkoeling) van 1850 tot nu.
De rode lijn (LLGHG) is de bijdrage van de broeikasgassen.
De blauwe lijn onder de horizontale as is het tijdelijk verkoelend effect van stof door vulkaanuitbarstingen (zoals de Agung uit 1963/64). Ook het effect van aerosolen en de zon (bruin) staat aangegeven.
De optelsom van al die verschillende forcings is de zwarte lijn.
Daar zie je dat die optelsom geleidelijk steeds meer bepaald wordt door ‘greenhouse gases’ – maar in het verleden (50′er en 60′er jaren) was de invloed van de GHG’s relatief niet zo groot.
Daarnaast was er in de 50′er en 60′er jaren sprake van relatief veel aerosolen (kolenstook, 'smog' kwam toen veel voor) én van vulkanisme, die samen een tijdelijk afkoelend effect hebben. Al deze factoren hebben bijgedragen aan een kleine, tijdelijke afkoeling in de periode 1945-1965.
Het irritante van de broeikasgassen (CO2 etc.) is dat ze lang in de atmosfeer blijven, terwijl de rest weer snel naar de nullijn zakt.
Het is dus altijd een combinatie van natuur + 'man made'.
@ArnoldJe schrijft: "Daar zie je de ‘forcings’ (oorzaken van opwarming/afkoeling) van 1850 tot nu".
Daar moet aan toegevoegd worden: "ZOALS GESIMULEERD IN HET MIROCS+SPRINTARS KLIMAATMODEL".