Voor Natuurmonumenten zijn de kraanvogels van het Fochtelooer Veen – pardon het Dutch Crane Resort-een fantastische subsidie-aanvrager. De kraanvogel hielp ze aan 1,8 miljoen Drentse euro’s en 1 miljoen euro Life-subsidies. Om 190 hectare boerenland bij Veenhuizen onder water te zetten. Zoals gewoonlijk betaalt de belastingbetaler voor het werk van schatrijk Natuurmonumenten (190 miljoen euro belegd vermogen), dat zelf slechts 2,5 procent van de projectkosten betaalde. Terwijl ze de grond ook al gratis van de overheid kregen. Ook profiteert Natuurmonumenten met haar kraanvogels vooral van een natuurlijke populatie-uitbreiding in Europa.
Meteen in het jaar van afronding van het Dutch Crane Resort eind 2014 claimt Natuurmonumenten dat het aantal broedparen verdubbelde.
In 2001 werd, na eeuwen van absentie, het eerste kraanvogelnest gevonden. Destijds verheugend nieuws. Een kroon op het werk van Natuur- monumenten, dat het hoogveen weer natte voeten gaf. Intussen nestelt zich een prille populatie. In 2014 broedden er zeven paren, een verdubbeling in één jaar tijd. Nog steeds broedt de kraanvogel nergens zo massaal in Nederland.
Vos vreet alle jongen op, recreanten Natuurmonumenten verjagen ouders
Maar wat Natuurmonumenten verzwijgt is dat door vossenpredatie en overvloedige verstoring door ‘ sterk toegenomen recreatiedruk’ maar 1 van de 7 jongen vliegvlug werd in 2014. Door verstoring van ouders (door concurrerende kraanvogels en recreanten) raken de jongen op drift, en ze lopen zo in de bek van een vos. Natuurmonumenten weigert de vossenpredatie aan te pakken, zo meldt hun voormalige werknemer en ecoloog Wim Knol. In het Dwingelder Veld gingen alle legsels van kraanvogels OOK verloren door de combinatie verstoring door recreanten en vossenpredatie.
De site Het Fochtelooer Veen schrijft
Janco Mulder ziet op 30 juni twee kuikens van 7 weken oud van een ander nieuw broedpaar. Het grote kuiken loopt zo in de bek van een vos. Het kleine kuiken heeft een groeiachterstand en heeft de pech dat het op de leeftijd van 12 weken wordt gegrepen. Normaal had dit kuiken allang moeten vliegen.Nog een paar met twee kuikens verliest een kuiken van 10 weken oud.
Tegelijk roept Natuurmonumenten in 2012 dat F16s niet mogen overvliegen omdat dan de broedsels van kraanvogels verloren zouden gaan. Maar ze kunnen beter wat minder fiets- en wandelpaden aanleggen om de natuur zo ‘beleefbaar’ mogelijk te maken voor het ‘draagvlak’ van Sharon Dijksma haar Natuurcomplot.
Verstoringsgevoelig
Kraanvogels zijn (net als de zeearend) erg verstoringsgevoelig in de nestperiode. Het eerste Nederlandse broedgeval kwam tot stand tijdens de MKZ-crisis in 2001 toen mensen de natuur niet in mochten lopen. Ook verstoren ze elkaar in het kraanvogelrijke jaar 2014. Op geschikte broedplaatsen snoepen ze van elkaar territorium af, en de vos is er dan als de kippen bij (als er eieren liggen). Deze Scandinavische studie met gezenderde kraanvogels vermeldt territoria van 100-600 hectare. De dieren verblijven vooral in wetlands (rusten) en op landbouwgrond (eten).
Europese populatie al jaren in opmars en van Rode Lijst af
Wie de internationale literatuur doorvlooit ziet in deze Italiaanse studie naar trekgedrag dat de kraanvogel sinds de jaren ’60 in Europa een grootschalige comeback beleeft, vooral ook in landen zonder enige Nieuwe Natuur of natte hoogveen-fabricage. In 1997 werd hij daarom al van de Rode Lijst gehaald. In 1999 kwamen de eerste territoriale kraanvogels in het FV.
Since the 17th century, crane populations have undergone a large decline in Europe, with a min- imum reached in the 1960s, due to the negative impacts of habitat loss and degradation, changes in land use and agricultural production methods (Meine & Archibald 1996). Afterwards, thanks to legal protection and habitat restoration, European populations started to increase and most national populations were restored to numbers and in range size, which brought the crane to be removed from the IUCN red list (Prange 1997, Birdlife International 2004, Prange 2005). In fact, since the 1990s cranes have re-occupied most of their former territories, and the total European population has been estimated at 74,000–110,000 breeding pairs (Birdlife International 2004), even more nowadays (Prange 2011).
Ook in het Britse Norfolk vestigden zich al kraanvogels begin jaren ’90 nadat de laatste dieren in de 17de eeuw sneuvelden als diner van landadel.
Natuurmonumenten: Pronken met andermans veren
Net als bij de zeearend profiteren wij in Nederland waarschijnlijk toevallig van deze uitbreiding. Dat daardoor kraanvogels zich vestigen, lijkt waarschijnlijker dan dat een vogel die met honderdduizenden dieren over Noord- Centraal Europa tot in Oost Azie voorkomt reageert op de aanleg van een gesubsidieerd hoogveenkussentje door Natuurmonumenten. Hij wordt niet meer zo massaal afgeschoten, en profiteert van voedsel uit de landbouw. Bij Veenhuizen, maar ook in Polen zie je ze ook meestal op de stoppelvelden mais-resten eten.
Dat wij profiteren van de Europese trend, het wordt bevestigd door de vestiging van kraanvogels in vele andere delen van het land. Niettemin loopt Natuurmonumenten schaamteloos te adverteren met hun succes van hun kraanvogels. Ook als deze zich even laten zien in het Korenburgerveen:
Dat er nu twee verblijven in het rustigste deel van het 500 ha grote hoogveengebied, is uitzonderlijk. Beheerder Barry Teunissen is verheugd. ’Het is de kroon op ons werk. Natuurmonumenten is al jaren bezig met het herstel van het hoogveen. Dat gebeurt in het kader van de Ecologische Hoofdstructuur, het netwerk van natuurgebieden dat de groene ruggengraat vormt van de natuur in ons land. Doordat we maatregelen hebben getroffen om het water langer vast te houden, is de kwaliteit van het hoogveen verbeterd.’
Rust zonder recreanten nodig en veilige plaats zonder vossen
Vernatting geeft kraanvogels vooral een rustgebied waar geen vos kan komen (aartsvijand), en veiliger broedgebied tegen vossen. Maar dat hoogveen kan ze verder gestolen worden, in de rest van Europa verblijven ze ook vooral veel in vochtig bos en op landbouwgronden. Volgens een studie in Biological Conservation in 2001 bepaalt vooral vermijding van PREDATIE of kraanvogels zich blijvend ergens vestigen of weer verkassen. Het is maar een model-oefening maar toch… Dat levende hoogveen is meer een speeltje van natuurontwikkelaars.
De kraanvogel is een fantastisch oerbeest dat dus vooral haar succes aan zichzelf dankt. Ik mocht ze bij duizenden mocht observeren in een meteorietkrater in West Finland, Sodervjarden bij Vaasa, maar ook in het Hula reservaat in Noord Israel, waar ze bij tienduizenden landen. En vorig jaar zaten ze daar plots in het stoppelveld in Veenhuizen.
Het getrompetter hoog in de lucht op trek is een van de mooiste natuurgeluiden. Croe Croe, zeg Natuurmonumenten op, riepen ze, Croe Croe.
Ter illustratie van het natuurwetenschappelijk niveau van Natuurmonumenten dit persbericht dat al een week op hun website staat:
“Verstikking, versnippering en verdroging grootste uitdagingen.
(…) Maar nieuwe bedreigingen zijn er ook. Natuurmonumenten ziet drie problemen rap urgenter worden: verdroging door lage waterstanden, verstikking door de toenemende hoeveelheid stikstof in de lucht en versnippering van natuurgebieden”
Ik geloof dat NM per ongeluk de oorzaak van wiegendood heeft ontdekt.
Het wordt tijd dat subsidies afgeschaft gaan worden, zeker als het een organisatie met een niet-nederlandse naam betreft.
Willekeurige Dutch Crane Resort:
http://www.vanderkolk-zwolle.nl/materieel/volvo-mobiele-kranen/
De Leeuwarder Courant geeft in een bericht op 29/7 2015 aan, dat geen enkel van de VIJFTIEN legsels in het Fochteloerveen in 2015 is uitgekomen. Men constateert verheugd dat de kraanvogel , na verkies van eerste legsel nog een tweede probeert.
Over de reden van het niet uitkomen wordt systematisch niet gerept………………………..
Mag ik in reactie citeren uit je blog? Een bundeling van feiten in een reactie omdat NM die negeert door hun tactiek van het weglaten is hier nodig, die misleiding, daar wil je toch doorheen prikken!
Peter van Kempen,
Fauna Beheerder, Reduzum
@Peter van Kempen: dat is heel goed. Dan wordt in de ingezonden brieven bij de LC nog WEL journalistiek bedreven, in de nieuwskolommen bij de LC is dat al jaren niet het geval tav natuur en milieu