Het (door haar omvang machtige) Nederlandse Wereld Natuur Fonds frustreert samenwerking met het WWF tussen internationale natuurbeschermers en aalvissers verenigd in de Sustainable Eel Group (SEG). Terwijl zij een gemeenschappelijk belang zouden moeten delen, namelijk effectief herstel van aalbestanden in Europa. Dat stelt Adrew Kerr, voorzitter van de SEG en bestuurslid van Wetlands International in een gesprek dat ik met hem had.
Afgelopen maand sprak hij op het Vismigratiecongres in Groningen over het belang van het uitzetten van opgroeiende paling in binnenwateren in Zweden, met hulp van vissers. Het WNF houdt samenwerking van het Britse Wereld Natuur Fonds met de SEG tegen, terwijl de Britse WWF positief staat tegenover de inspanningen van de SEG om via beheerste handel en consumptie te werken aan palingherstel. Het migratiecongres werd georganiseerd door Herman Wanningen. Die heeft sterke banden met het WNF en blokkeert daarom op orders van WNF samenwerking met SEG-partner Dupan.
Dupan, dat zijn de Nederlandse palingboeren, die ook op mijn vistrip meewaren met de Vereniging Wetenschapsjournalisten Nederland. Zij willen via gereguleerde consumptie met hun Dupan-paling herstelprojecten betalen. Maar omdat Dupan als duurzaamheidslabel concurreert met het MSC- monopolie dat WNF nu onze supermarkten als Albert Heijn oplegt, doet het WNF alles om Dupan te frustreren.
Clash van beschermings-filosofie
Het Wereld Natuur Fonds coördineerde de internationale campagnes voor een verkoopverbod van paling in Britse, Duitse en Nederlandse supermarkten, door met uitspraken uit het jaar 2004 van toenmalig Imares-onderzoeker Willem Dekker (nu verbonden aan Zweedse landbouwuniversiteit) te schermen dat ‘de aal uitsterft’. Daar slaagden zij in 2010 in dankzij hun omvangrijke marketingbudget. Maar voor daadwerkelijke herstelprogramma’s van paling trekt het Wereld Natuur Fonds geen eigen geld uit, zoals ik ook al in VORK schreef. Volgens Kerr heeft het WNF geen budget voor herstel.
Na het rommelen van de campagnetrommel rond 2010 met Sportvisserij Nederland en de Aalherstelgroep is er geen euro naar daadwerkelijke fysieke herstelprojecten gegaan. Althans, als het WNF mij dat kan overleggen, is er 1 euro ook maar gegaan naar het helpen van migratie van paling, het uitzetten van glasaal in geschikt water of het passeerbaar maken van gemalen? NEE. Het WNF is een campagne-bedrijf maar steekt in Nederland zelden of nooit een euro in fysiek herstel, dat moeten anderen voor het WNF betalen nadat zij campagnedruk zetten.
Dankzij het blokkeren van verkoop door het WNF droogt zo een belangrijke financieringsbron op voor herstelprojecten van de SEG. De SEG financiert namelijk aalherstel via verkoop van consumptiepaling uit kweek van gevangen glasaal uit de Severn in West Engeland.(estuarium met wel 12-14 meter getijdenverschil). In hippe restauranten en clubs in Londen verkopen ze nu overigens wel weer SEG-paling. En dat spul is ook goddelijk lekker, dus ik kan hier niet objectief zijn. Ook omdat SEG mijn eigen natuurfilosofie vertegenwoordigt van ‘natuurliefde via de maag’, in plaats van ‘natuurliefde met je handen op je rug vastgebonden, onder de knoet van een groene fanaticus met politieke machtsfantasieen’.
Ieder voorjaar hopen zich in de monding van de Severn glasaatjes op, de palinglarven afkomstig uit de paaigronden in de Bermudadriehoek. Vissers vangen daar een deel van en kweken dat op. Volgens het Europese aalmanagementplan moeten ze van de opgevangen glasaal 60 procent opkweken voor uitzetprogramma’s in wateren, die anders niet toegankelijk zijn dankzij dammen, gemalen, waterkrachtstations en sluizen. Dat is translocatie.
Een clash van beschermings-filosofieen. De vissers en handel willen bescherming via beheerste visserij en consumptie volgens het sustainable use-principe, het WNF staat voor ‘alles verboten’. En nu ze het verkoopverbod in supermarkten afdwongen, gaan ze weer verder met het volgende obstructie-programma.
WNF: Translocatie werkt niet. Onderzoek Willem Dekker: het werkt wel
De aalonderzoeker Willem Dekker voerde het onderzoek in Zweden uit naar translocatie van opgekweekte glasaal voor de Sustainable Eel Group, en is nu door de SEG als adviseur binnengehaald. Sinds Dekker in Zweden werkt is hij minder alarmistisch en wetenschappelijker geworden, waar hij als Imares-onderzoeker zich nogal eens te buiten ging. Al heeft hij zo wel voor de Europese beschermingsplannen gezorgd.
Volgens groene campagnebedrijven als het WNF – die zich op Willem Dekker baseerden bij hun campagnes tegen aalconsumptie- zou translocatie niet werken. Maar het onderzoek van Dekker toonde in de binnenwateren van Zweden, dat de meeste paling die daar nu uittrekt om te paaien in de Bermuda-driehoek afkomstig is van uitzetprojecten.
Oftewel, translocatie werkt wel. Het Nederlandse Wereld Natuur Fonds blijft bij ons de media en supermarkten bestoken met achterhaalde informatie over aalherstel, zoals wij al aantoonden. Zo schermen zij nog steeds – anno 2015- met de uitspraak van Willem Dekker uit 2004 dat de aal over 5 jaar zou uitsterven, dus 6 jaar geleden.
Ondertussen wordt de meeste sterfte van paling nu veroorzaakt door waterkrachtcentrales en gemalen. In Zweden nemen waterkrachtcentrales meer dan 40 procent van de sterfte van uittrekkende paling voor hun rekening. Vissers vangen daar ook ongeveer 30 procent weg, maar ze zijn weer onmisbaar voor het uitzetten van opgroeiende aal. Zonder menselijke hulp zou er nu geen paling meer zijn, en dat gebeurt nu alleen door partijen die daar economisch belang bij hebben.
Geef een reactie