Nog steeds staat het Brusselse beleid op de rol dat a. onze visserij-sector onder water duwt, en dat b. ecologisch nadelig werkt. Dat noemen wij de aanlandplicht voor bijvangst, ook wel Discardban genoemd. Onze Noordzeevissers die vooral leven van gemengde visserij op bodemvis, moeten dan alle bijvangst aanlanden omdat dit ‘duurzaam’ zou heten. In theorie zou dit verspilling tegengaan. De praktijk is anders, zoals wij al voorjaar 2013 met de SWNM schreven in de Discardguide.
Vis die anders deels overleefde, of die voer voor het leven in zee was, die moet je nu aan wal dumpen, discarden dus. Daar levert het als vismeel een factor 10 minder op, en alle vangst gaat dan dus dood, wordt verspild. Terwijl het dus al diervoeding was voor alle leven in zee. Het resultaat: onze vissers moeten dekruimte reserveren voor vangst waar ze niets aan verdienen.
De zee is leeg in 2020, geen vissers meer
Anti-visserijgroepen als Stichting de Noordzee die zeereservaten nastreven waarbij 30 procent van de Noordzee op slot zou gaan voor visserij, lobbyden voor die aanlandplicht met subsidies van het Ministerie van Sharon Dijksma. Theoretisch lijkt het immers goed, om vissers te ‘straffen’ die teveel vis bijvangen en over boord zetten. En een gefaseerde groei naar meer selectieve visserij lijkt ook een goed agendapunt.
Maar het middel van groene NGO’s is nu dus: zet die vissers maar plots voor het blok. Het gaat deze NGO’s dan ook niet om selectievere visserij. Zij lobbyen voor zeereservaten, en als visserijbedrijven omvallen wordt de zee steeds leger. Terwijl de visserspopulatie sinds 1990 toch al bijna halveerde, dus de zee is in 2020 leeg: er zijn geen vissers meer over. Met die halvering van de visserspopulatie halveerde ook het volume aan gediscarde vis op de Noordzee.
Maar doordat de regel plots dankzij de lobby van groene clubs vanuit Brussel over onze vissers werd uitgestort, is hij onwerkbaar. Daarom werd een omnibus-verordening ingesteld. Dus wel invoeren, niet kijken of je met de regel meer kwaad dan goed uitricht. Maar de eerste paar jaren je regels niet handhaven, als lokkertje om wel met deze regels in te stemmen.
Er zijn meer heldere geesten die zich verzetten, zoals de voedseljournalist Wouter Klootwijk. Maar met een leuke column die je voorleest in de Oosterkerk van het Texelse Oosterend en op Vroege Vogels is dit beleid nog niet van tafel. Daarom mijn vraag: waar blijft de nationale verontwaardiging?
En waar zijn de ‘genoeg is genoeg’-guerilla acties van de vissers die heel Nederland laten zien wat voor prachtig bedrijf om zeep wordt geholpen dankzij de dodelijke combinatie van door de Europese Commissie gesubsidieerde groene protest-NGO’s en de Brusselse beleidsmachine die over alles walst dat van waarde is, en daardoor weerloos is. De natuur, en de mens die van die van die natuur zijn bestaan maakt door ons vers voedsel uit eigen zee te leveren.
Simon Rozendaal van Elsevier gaf al de aftrap met zijn omslagverhaal. Waar is de rest van het protest? Of werkt verzet in stilte het beste, of afwachten in de hoop dat de Brusselse gifbeker zal voorbij gaan?
Vissers zijn geestelijk lui en ongeorganiseerd om hun gluiperige broodrovers met acties te bestrijden! Dat vissers zowel God en Wet vrezend zijn is slechts een drogreden.
@turris, ja ik kom nu na 4 jaar aandragen van munitie en ideeen ook op zo’n punt dat ik denk: als ze het zelf niet oppakken, wat kan ik dan nog betekenen.
Ik kan hooguit de corruptie van de oude milieubeweging blootleggen met mijn journalistieke skills en columnistische schrijfstijl waar dat groene tuig niet mee weet om te gaan, en waarbij je vanuit het hart van de doelgroep spreekt.
Een andere tak van sport was het aandragen van kennis aan vissers en VG-huis, zodat de StAB onze analyse overnam tav gesloten gebieden, en dat advies nam de Raad van State over. Dat was zonder mij (en in juridisch opzicht Luuk Boerema van VG-huis) nooit gebeurd, en dat was de eerste (pyrrhus)overwinning van vissers in de afgelopen 10 jaar.
En dan blijven ze nog met de partij knuffelen die ze een mes in de rug duwt, en ze blijven de bestuurders in het zadel houden die het probleem in stand houden.
Maar dat is maar 1 aspect. Het alternatief gestalte geven moet het andere zijn. Je krijgt bijna begrip voor die milieuclubs en ook Ton IJlstra, die weten. Als je ze niet voor het blok zet komt de zaak nooit in beweging, dat is ook ongeveer letterlijk wat IJlstra mij vertelde.
Alleen zie ik weinig in overheidsgeforceerde centrale planning, die vaak averechts werkt
Halverwege 2013 zou er actie gevoerd worden tegen de aanlandplicht. Zo was dat afgesproken op een brainstormsessie van NL Vissersbond. Spandoeken werden gemaakt en verschenen her en der op kotters tijdens evenementen. Dat was het.
Reden: in het geniep werden visserijvoormannen uitgenodigd te samen met Imares, NGO’s door het ministerie van Dijksma. Deze beloofde een zakje met centen om de aanlandplicht dragelijker te maken. Centjes die moesten worden geïnvesteerd in opties om minder bijvangst te vangen.
Van alle plannen om actie te voeren tegen de aanlandplicht zijn alleen de spandoeken gerealiseerd. Met andere woorden, de visserij heeft voor de zoveelste keer de wedstrijd verloren door niet pro actief actie te voeren omdat er een “zakje geld” met “duurzame omkoop euro’s” aangeboden werd aan de belangenbehartigers en Imares (lekker weer wat centjes binnen voor “onderzoek”).
Conclusie: niemand in de Nederlandse visserij hoeft meer te zeuren over de aanlandplicht. De visserijbelangenbehartigers hebben zelf ingestemd met de “duurzame omkoop euro’s”, van mevrouw Dijksma, waardoor het protest vanuyit de sector in de kiem gesmoord werd.
Voor wie staan die lieden nu eigenlijk? De verdeeldheid doet de visserij volledig de das om. Domme vissers en nog dommere voorlieden.