Zoals de climategate.nl bezoekers zich ongetwijfeld zullen herinneren, was er enige tijd geleden wat commotie over de mysterieuze verdwijning van een halve graad hier – laatst bekende verblijfsplaats was tussen 1945 en 1970. Nou die is terecht hoor, tenminste voor de helft dan: het Noordelijk halfrond. Willie Soon had hem gevonden samen met twee enthousiaste medewerkers.
Zie afbeelding boven.
Wat bleek nou, het had zich verstopt in de plattelandsstations, maar uiteindelijk met minutieus speurderswerk kwam de schelm voor de dag. Dat kwam goed uit voor Willie zodat hij zijn punt kon maken:
Finally, we compare our new composite to one of the solar variability datasets not considered by the CMIP5 climate models, i.e., Scafetta & Willson, 2014’s update to the Hoyt & Schatten, 1993 dataset. A strong correlation is found between these two datasets, implying that solar variability has been the dominant influence on Northern Hemisphere temperature trends since at least 1881. We discuss the significance of this apparent correlation, and its implications for previous studies which have instead suggested that increasing atmospheric carbon dioxide has been the dominant influence.
Willie’s niets aflatende ijver kennende, zal hij vast binnenkort ook wel de halve graad van het zuidelijk halfrond opsnorren.
het lijkt zelfs eerder 3/4 graad dan een halve.
Verder: het citaat van Willie Soon gaat vooral over het sterke solar-effect. Dat ímpliceert dat de rol van CO2 veel kleiner is dan veelal gedacht.
Wat raar. Indien er sprake is van een strong correlation tussen temperatuur en zonne activiteit dan zou je juist een flinke toename van T moeten zien tussen 1940 – 1960. Maar we zien juist het tegenover gestelde…..
Dit is Noordelijk halfrond op land:
http://berkeleyearth.lbl.gov/regions/northern-hemisphere
En Als Willie Soon et al nu zijn werk gewoon peer reviewed gaat publiceren….
Is al gebeurd:
http://www.sciencedirect.com/science/article/pii/S0012825215300349
Je mag dus de pek en veren ook op de reviewers en de publicisten richten.
Herman
Hoeveel chemische en andere vervuiling ( fijnstof etc.) zat er in de lucht als gevolg van de 2e wereldoorlog en de kernproeven daarna?
En wat zou het gevolg daarvan zijn op de doorlaatbaarheid van de atmosfeer voor zonlicht in de door jouw genoemde periode?
Juist. De daling op het Zuid. halfrond is slechts 0,2 gr. Daar vonden (nauwelijks of) geen kernproeven plaats.
Herman
Jarenlang soms elke nacht bombadementen op Duitsland en Engelend.
Gevechten jarenlang in de pacific en jij hebt het over uitregenen.
Geweldig kortzichtig
Van de tweede wereld oorlog lokaal ja, Continentaal misschien. Maar Globaal ? Aerosolen zijn al naar een paar weken uitgeregend. Kernproeven? geen idee. Vergelijk eens met een vulkaanuitbarsting, voeg eens een berekening toe. Misschien heb je een case, misschien ook niet. Of heb je soms een referentie naar een onderzoek?
Herman
Het was zomaar een idee van een simpele leek.
Ik stelde je 2 vragen en krijg niets terug.
Ooit van oorzaak gevolg relaties gehoord.
Een kwestie van verstand gebruiken in plaats van modellen.
Als ik het antwoord niet weet dan kan ik je niet verder helpen Hugo. Ook ik ben een leek. Het enige wat ik stel is dat een langdurige invloed van de tweede wereld oorlog niet waarschijnlijk is omdat Aerosolen niet langdurig in de lagere atmosfeer blijven hangen en uitregenen. Wat betreft kernproeven is er een theoretische mogelijkheid omdat deze op grote hoogte in de atmosfeer Aerosolen hebben uitgestoten. Of dit een significante forcing kan zijn hangt af van de hoeveelheid rotsooi en dus moet je een schatting maken en bijvoorbeeld vergelijken met vulkaanuitbarstingen. Dan heb je een case. Nu blijft het slechts bij een wilde bewering.
er zijn honderden (meer dan 300) kernbommen bovengronds ontploft. Het is onwaarschijnlijk dat dat geen effect heeft gehad. Het feit dat het Noord. halfrond vooral is afgekoeld is een aanwijzing. Ook dat er na 1963 geen verdere afkoeling was.
Beste Wim. Dat er mogelijk sprake is van enig effect is best waarschijnlijk. Maar wil je werkelijk een serieuze forcing van een tiende graad of meer opvoeren dan moet je eventjes een berekening maken. Maak een schatting van de hoeveelheid uitgestoten global dimmende materialen en vergelijk dat met een vulkaanuitbarsting. Doe je dat niet dat is er slechts sprake van een idee c.q. gevoel zonder enige onderbouwing, ook wel blind geloof genoemd. Wat moet ik nu geloven: De zonneactiviteit was maximaal maar door de kernproeven was er een halve graad afkoeling?
een betere hypothese is er niet. Zo ja, houd ik me aanbevolen.
dat dit zover ik weet nog nooit is gekwantificeerd geeft trouwens wel aan hoe moeilijk het is.
Niets
http://data.giss.nasa.gov/modelforce/strataer/tau.line_2012.12.gif
bovenstaand in antwoord op
“Hoeveel chemische en andere vervuiling ( fijnstof etc.) zat er in de lucht als gevolg van de 2e wereldoorlog en de kernproeven daarna?
En wat zou het gevolg daarvan zijn op de doorlaatbaarheid van de atmosfeer voor zonlicht in de door jouw genoemde periode?”
misschien heeft men niet het juiste gemeten. Wellicht veroorzaken kernbommen een uiterst fijne, nauwelijks waarneembare ‘stofmantel’ hoog in de atmosfeer.
Kijk: Noord Amerika
http://berkeleyearth.lbl.gov/regions/north-america En daar heb je de halve graad van Willie Soon…. Ben nu wel nieuwsgierig naar de spreiding van Soons stations….
Dus China, Ierland, de USA en de Noordpool zijn tegenwoordig het noordelijke halfrond. …..
Rare jongens die “sceptici”, soms klagen ze over een gebrek aan stations en dan halen ze 3/4 van het noordelijk halfrond weg en claimen dan dat het noordelijk halfrond is.
In dat licht moet ook nog maar eens naar de 1950 correctie van De Bilt worden gekeken
http://members.casema.nl/errenwijlens/co2/uccleuhi2.gif
oeps dat is Ukkel (zelfde verhaal) dit is De Bilt:
http://members.casema.nl/errenwijlens/co2/debiltuhi.gif
En wat is de bron van deze gegevens?
Lijkt me trouwens logisch dat je het gaat homogeniseren als je Zwanenburg, Utrecht en De Bilt in één reeks wilt weergeven. Voor zover dat al op een zinvolle manier mogelijk is.
De grootste sprong is in 1950, dat wordt verklaard door verhuizing naar Stevenson screen, maar er zijn geen parallelle metingen.
De vraag was waar de gegevens in je grafiek vandaan komen, met name het blauwe lijntje tussen 1901 en 1950.
Het KNMI biedt op zijn site twee gegevens reeksen aan voor De Bilt, de meetgegevens en een gehomogeniseerde reeks. Dat ziet er toch echt anders uit:
http://www.logboekweer.nl/Actueel/DeBiltGecorrigeerd.JPG
De verschillen zijn klein, bijna steeds is de gehomogeniseerde reeks ca 0,1 graad lager dan de niet-gehomogeniseerde.
De blauwe lijn is de ruwe ongecorrigeerde voortgezette labrijnreeks, tot voor kort te downloaden van giss, knmi en ghcn.
Een gevalletje orwell dus.
Klimaatgek Rob de Vos heeft hem ook.
http://klimaatgek.nl/wordpress/de-bilt/
Hier zijn de cijfers:
http://members.casema.nl/errenwijlens/co2/debiltuhi.txt
Linkerkolom is de ruwe jaargemiddelde temperatuur dec-nov.
Het verschil komt kennelijk door de overstap van de pagode naar de stevensonhut, zie dit artikel p. 26
http://www.pbl.nl/sites/default/files/cms/publicaties/550032010.pdf
Kennelijk zijn de operationele gegevens van het KNMI hier al voor gecorrigeerd. De meerwaarde van de gehomogeniseerde reeks is dan beperkt.
Die overgang pagode-stevensonhut is inderdaad de gebruikelijke verklaring, maar hoeveel moet je corrigeren als er geen overlappende metingen zijn? Heel Europa ging dat jaar over vanwege de nieuwe richtlijnen van de WMO.
Het lijkt me stug dat het KNMI in 1950-1951 een andere meetopstelling in gebruik heeft genomen zonder dat er een periode van overlap was. Maar ik heb er nog geen verdere informatie over kunnen vinden. Via een omweg is wel na te gaan of er in 1951 een niet-reële breuk zit. Dat kan door voor een reeks van jaren het gemiddelde te nemen van DeKooy, Eelde, Vlissingen (lees: West-Souburg) en Maastricht-Beek. Van deze stations is een homogene reeks beschikbaar van 1948-1958. Dit gemiddelde kan worden vergeleken met de nu geldende jaargemiddelden van DeBilt. WAT BLIJKT? De correctie voor de overgang van Pagode naar Stevensonhut is waarschijnlijk nog te voorzichtig doorgevoerd en had wellicht 0,1 of 0,2 graden meer moeten zijn. Kijken we naar de reeks van ‘Klimaatgek’ dan zien we veel grotere afwijkingen. Het is me trouwens nog steeds onduidelijk hoe dat bestand is opgebouwd, wat er in de kolommen staat en waar het vandaan komt. Als ik de moed heb zal ik morgen een net tabelletje plaatsen met mijn berekeningen. Intussen gaat er weer belachelijk veel tijd zitten in dit soort gedoe.
Hier een tabel met de parallele metingen voor de temperatuurmetingen in De Bilt waar Hans Erren om vraagt.
http://www.logboekweer.nl/Actueel/Pagode.jpg
Ik heb het gemiddelde berekend van de temperatuurgegevens van de andere vier hoofdstations over de periode 1948-1958. Deze gegevens zijn homogeen wat betreft meetopstelling en locatie. De metingen van Vlissingen vinden dan plaats in West-Souburg, maar dat maakt niet uit.
Vergelijken we de operationele gegevens van De Bilt met deze controlegegevens dan blijkt er tussen 1950 en 1951 een sprong voor te komen: de metingen tot 1951 in De Bilt vallen (te) hoog uit, op basis van de jaren 1948-1950. In de gehomogeniseerde reeks is dat deels weggewerkt, maar deze vergelijking doet vermoeden dat dat misschien meer had moeten zijn. Waar de cijfers van Klimaatgek op gebaseerd zijn is me een raadsel. Ik ben uitgegaan van de kolom ‘ANN’, maar documentatie ontbreekt. De gegevens vóór 1951 wijken sterk af van wat je zou verwachten, en na 1951 zijn er juist een paar rare uitschieters naar beneden.
Ai, nu blijk ik toch een foutje gemaakt te hebben. Het teken in de kolom ‘De Bilt – Gemiddelde’ staat verkeerd. Hier een gecorrigeerde tabel.
http://www.logboekweer.nl/Actueel/Pagode2.jpg
Het verhaal wordt daardoor wat anders. De operationele waarden van De Bilt tot en met 1950 zijn inderdaad aan de lage kant. In de gehomogeniseerde reeks is dat nog erger gemaakt. Vreemd… Ik zal dit voorleggen aan het KNMI.
De waarden uit de tabel van Klimaatgek vertonen een veel sterkere afwijking de andere kant op.
De vraag is of de operationele gegevens van De Bilt op enig moment gecorrigeerd zijn. Je zou ze dan moeten vergelijken met lang geleden gepubliceerde cijfers. Mijn oudste boek is ‘Het Weer Vandaag en Morgen’ van C. Schuuring uit 1967. De daarin vermelde zomergemiddelden komen nog steeds overeen met de huidige cijfers van het KNMI. Als er dus al een correctie is geweest dan heeft die lang geleden plaatsgevonden. (vijftiger- of begin zestiger jaren).
Beste André
Hier nog een artikel nav een eerder blog hier van jouw hand (over de Dryas):
http://www.sciencedaily.com/releases/2012/06/120625162907.htm
Titel: Greenland ice may exaggerate magnitude of 13,000-year-old deep freeze
Journal Reference:
Zhengyu Liu et al. Younger Dryas cooling and the Greenland climate response to CO2. Proceedings of the National Academy of Sciences, June 25, 2012 DOI: 10.1073/pnas.1202183109
Hartelijk dank voor de heads up. Ja dat helpt enorm wanneer anderen hetzelfde vinden. Althans bijna. Hier is de volledige studie:
http://www.pnas.org/content/109/28/11101.full
De studie is aannemelijk. We hadden al gevonden dat het Zuidelijk halfrond en ook delen van het Noordelijke Halfrond niet meededen aan de big freeze. Maar deze studie zet niet alles op zijn kop. OD en YD blijven koud c.q. kouder en de tussenliggende periode warm c.q. warmer.
Maar ben je wel zo blij met deze studie Andre? De conclusie:
” Our study suggests that rising deglacial CO2 had a significant impact on Greenland temperature during the YD despite a decrease in the AMOC. About 70% of the approximately 5 °C of warming between the YD and OD is caused by the concurrent approximately 50 ppm increase in atmospheric CO2 (Fig. 1D). This temperature-CO2 relationship implies a glacial climate sensitivity of approximately 10 °C over Greenland for a doubling of CO2 due to polar amplification, which is about twice the modern polar sensitivity in current climate models (6).
5 graden warmer door 50 ppm toename CO2…. oeps….
Als je even verder doorleest dan zie je dit: “CO2-alone sensitivity experiment indicates that approximately 70% of this warming is caused by the approximately 50 ppm increase in atmospheric CO2 (Fig. 1, blue line, Methods 1). T”
Voor Tinstaafl nog een keertje dan maar:
CONCLUSIE: About 70% of the approximately 5 °C of warming between the YD and OD is caused by the concurrent approximately 50 ppm increase in atmospheric CO2 (Fig. 1D). This temperature-CO2 relationship implies a glacial climate sensitivity of approximately 10 °C over Greenland for a doubling of CO2 due to polar amplification, which is about TWICE the modern polar sensitivity in current climate models (6)…….
Voor Herman Vruggunk, je hebt het nergens over die 70%.
En als 50ppm voor een stijging van 5 graden zorgt hoe zit het dan met de correlatie van de recente stijging van ppm CO2? Zouden er dan toch niet andere, veel sterkere invloeden zijn?
TINSTAAFL:
In mijn eerste reactie staat al:
” About 70% of the approximately 5 °C of warming between the YD and OD is caused by the concurrent approximately 50 ppm increase in atmospheric CO2 ”
Vervolgens ben ik een beetje slordig (sorry) in de vertaling met : “5 graden warmer door 50 ppm toename CO2…. oeps….”
Dat corrigeer ik vervolgens om het hele citaat nogmaals te herhalen zonder mijn ‘vrije’ vertaling.
Er wordt een klimaatgevoeligheid gevonden twee keer zo groot als die van modellen. Er zijn natuurlijk nog wel meer onderzoeken die een hoge klimaatgevoeligheid aangeven. Klimaatgevoeligheid? iets tussen NUL en TIEN graden. Elke schatting mag je met een korreltje zout nemen.
Inderdaad Herman, je corrigeert jezelf naar aanleiding van mijn commentaar en dat was ook mijn bedoeling.
Die conclusie over het causaal verband is voor hun rekening. Bedenk wel dat het opwarmen van het Jonge Dryas het causaal verband met methaan volledig onderuit haalt. Maar dat wordt niet vermeld natuurlijk. Het gaat erom dat de isotopen thermometer niet deugt.
We hebben overigens nog steeds die CO2piek uit een drietal onafhankelijke stomata studies rond 12,800, net terwijl de Jonge Dryas aan het beginnen was.
Oh en over dat Oudste Dryas, wat volgens hun zo koud was, ook daarover zijn nuanceringen. Die van Hill et al 2006 is wel aardig:
(quotje uit mijn draft artikel)
Hill et al 2006 find also indication early deglacial warmth 2 ka before the formal termination and remark that those findings “are consistent with a growing number of records from around the globe that exhibit pre-Bølling warming prior to Termination IA, and extends the record of such processes to the northern Pacific Discussion
http://www.sciencedirect.com/science/article/pii/S0277379106001521
waarbij je weer kunt opmerken dat ja,… maar toen steeg de CO2.
Over het causaal verband tussen Jonge Dryas met methaan dit: Ik heb er naar gezocht maar ik vind eigenlijk nergens dat iemand daling van methaan gehalte als oorzaak voor de YD aanwijst. Meestal wordt het stilvallen van warme grondstroom of iets dergelijks aangevoerd. Ook heb ik je uitleg over de isotopen thermometer niet aangevallen maar er steeds op gewezen dat er meer aanwijzingen zijn die gezamenlijk de datering bepalen, niet alleen een enkele ice core.
OD: koud, Bølling-Allerød : warm en YD: koud. Daar hadden we het steeds over. Jij wil dat op zijn kop zetten. Ik geloof niet dat we hoeven te twijfelen aan die bevindingen als algemene lijn. Minder koud dan verondersteld, korter of langer dan verondersteld, dat kan natuurlijk heel goed. Zo nauwkeurig kunnen we dat nog niet bepalen.
Causaal verband is wel eens gelegd tussen methaan en het eind van de Jonge Dryas
http://www.climateemergencyinstitute.com/catastrophe.html
As ‘abrupt climate change’ or ‘rapid warming’ the ice core science shows this is happened in the past and the most recent one (the post Younger Dryas) was caused by methane emissions.
Aan het eind van de YD wordt dat verband wel eens gesuggereerd. Niet erg consequent als je het mij vraagt. Met de korte verblijftijd van methaan in de atmosfeer moet dan ook de scherpe daling toegeschreven worden aan methaan. Maar dat lees ik nergens. Wel zie ik kometen en leeglopende meren langskomen. Ook allemaal niet erg geloofwaardig. Des te meer reden om de aanname van een diepe snel invallende kou te wantrouwen.