Tot in de jaren ’80 vorige eeuw waren ook nog niet alle zoogdieren op aarde wetenschappelijk beschreven, die toen al in musea waren verzameld. Ook afgelopen decennia werden nog nieuwe zoogdieren ontdekt, zelfs grote soorten als apen. Dat wetenschappelijk classificeren na ontdekking is het werk van de taxonoom, een stoffige museumtijger die zich thuisvoelt tussen ladenkasten met dierlijk en plantaardig materiaal dat hij moet classificeren. Maar Wired meldt hoe de taxonomen op uitsterven staan dankzij gebrek aan impactfactor van hun werk, en daarmee geld dat beschikbaar komt.
As Sørensen explains, “The declining number of taxonomists and systematists is at least to some extent linked to the fact that your scientific production today should be measurable.” And the units of measurement are collected grant money or the impact factor of a journal paper. Taxonomy has never been considered hot, and pure taxonomic studies are rarely funded, he wrote. Departments need grant money to operate.
Zelfs in een land als Nederland is er maar een handjevol echte veld-experts per soort of soortgroep, die echt weten waarover ze praten, van het kaliber Rob Bijlsma, de laatste natuuronderzoeker in het bos. Bij de hogere planten is Wil Tamis de enige die echt kennis had van ontwikkelingen van afgelopen eeuw van alle bekende soorten, dankzij zijn proefschrift.
De rest schreeuwt iets over wat dit handjevol veldmensen en datatijgers verzamelde, flikkert lukraak wat data van verschillende kwaliteit op 1 hoop en scoort daarmee impactfactor. Wetenschap lijkt zo steeds meer op een omgekeerde pyramide waarbij de punt van dataverzameling inzakt, bedolven onder een brede basis van studies, die wel hypotheken betalen van academici maar geen echte kennis toevoegen.
Geldgebrek.
Zoals ecologen mij toevertrouwden bij de NERN/NECOV-conferentie moet je beslist klimaatprostituee zijn wil je nog geld krijgen. Iets akeligs roepen over klimaat, zodat je geld krijgt om onderzoek te doen dat je in dat alarmistische frame propt.
Milieubeweging is grootste vijand van moderne natuur
Overigens roept de schrijver van Wired ook wat geils over een huidig zesde massa-uitsterven, gefundeerd in de traditie van overdrijving die de impactfactor uitlokt.
Zoals wij al beschreven in ‘Biodiversiteitscrisis, Massa-uitsterven of massahysterie’ is van massa-uitsterven sprake als 75 procent van alle soorten binnen een soortgroep is weggevaagd, dat is de definitie die Barnosky aanhoudt in Nature. Bij zoogdieren en vogels zitten we nu op ongeveer 1 procent sinds 1500, het jaartal waarbij de Oude en Nieuwe Wereld biologisch werden verbonden door onze kolonisten. In de meeste regio’s nam het aantal soorten sterk toe, ook bij ons.
Maar die toename is niet beslist een verdienste van overheidsbeleid of natuurclubs: meer het aanpassingsvermogen van de natuur. Het areaal spontane natuur waar mensen eens een paar jaar met hun tengels van af blijven, met name zonder die grote grazernij, dat nam enkel af, en kan vooral in rommelhoekjes op industrieterrein nog voor verrassing zorgen.
Momenteel zijn natuur- en milieuclubs de grootste bedreiging voor de natuur in ons land, samen met de overheid. Met name de ideologische fanatici die met slap geouwehoer en natuurontwikkeling-subsidies hun brood verdienen of die een handeltje hebben in iets groenig/duurzamig/klimatigs, CO2-aflaten.
In Nederland bestaan bijvoorbeeld uitzinnige plannen om onze bossen te exploiteren voor klimaatkachels: waarbij je ook alle takken en resthout uit het bos trekt, Staatsbosbeheer is er al volop mee bezig….bosbeheer gestoeld in carbofobie werkt in Nederland tegen de natuurlijke diversiteit, die werd opgebouwd door decennia natuurlijker beheer en bosveroudering waarbij je juist dood hout laat liggen.
Het voorbeeld voor natuurlijker bosbeheer, Bialowieza toont ook dat je dan veel meer soorten krijgt, met name insecten en schimmels. Maar dat zijn geen sexy soorten waarmee natuurclubs fondsen kunnen werven. Die adverteren met grote graasmeiers, bisons, wolven en andere soorten voor ecologisch bijzienden die juist in cultuurland en cultuurbos veel algemener zijn. Maar goed, met slap geouwehoer over grazers en decennia achterhaalde systeem-ecologie verdienen zij hun brood.
….en dus heet het dan DE wetenschap.
Geef een reactie