Rob de Vos.

Tijdens de Ontgroeningsdag van de Groene Rekenkamer, donderdag j.l., werd het rapport ‘Het raadsel van de verdwenen hittegolven’ gepresenteerd.

Vier onderzoekers hielden de meetgegevens van het KNMI tegen het licht, als het gaat om hittegolven en hitterecords.

Een korte terugblik van Jan van Friesland met één van de onderzoekers, Rob de Vos.

Wat was het moment dat jullie dachten: we zijn iets op het spoor?

Op het moment dat we de exercitie van het KNMI niet konden reproduceren. We hebben onze resultaten voorgelegd aan het KNMI en een gesprek aangevraagd. Dat werd geweigerd.

Met veel moeite kregen we het voor elkaar dat we schriftelijke vragen mochten voorleggen. Die zijn beantwoord en het bleek dat het KNMI voor een deel andere dingen had gedaan dan de methode die men in het technisch rapport had beschreven. Maar zelfs met de toevoeging van die dingen kregen we nog steeds niet de uitkomsten van het KNMI.

Wat is jullie hoofdconclusie?

Onze hoofdconclusie is dat de methode, percentiel matching, die het KNMI gehanteerd heeft voor de homogenisatie van De Bilt niet reproduceerbaar is. We hebben exact gedaan wat het KNMI zegt dat ze gedaan heeft en we krijgen hele andere uitkomsten.

Homogenisatie, wat is dat precies?

Het aan elkaar plakken van 2 meetreeksen, meestal na een verplaatsing van de meetapparatuur.

Maar men heeft bij metingen toch altijd referentie-metingen?

Nou, ook de keuze voor Eelde als referentiestation is arbitrair: we hebben een aantal andere stations als referentie gebruikt voor de homogenisatie. En elk station geeft een andere uitkomst.

Was het moeilijk om de gegevens te analyseren?

Zeer ingewikkeld. Het is een grotendeels statistisch onderzoek. Vandaar dat we twee mensen in het team hadden die op het gebied van statistiek bij hun promotieonderzoek hun sporen verdiend hadden. De bedoeling was dat we er twee maanden over zouden doen, maar het werden er zes.

Hebben jullie ook medewerking gekregen van het KNMI?

Deels, men was argwanend mag je wel zeggen.

Of ben je tegengewerkt?

Soms, de data van de parallelle metingen tussen 1942 en 1950 werden ons niet gegeven zodat we die ook niet konden meenemen in het rapport. En het geweigerde gesprek dus.

Het zijn toch data die ons allemaal toebehoren?

Ja…

De temperaturen zijn mogelijk bewust gewijzigd?

We weten niet of er opzet in het spel is, of nonchalance , of iets anders. Dus dat ‘bewust’ komt niet van ons.

Wat zijn de gevolgen voor het klimaatbeleid?

Nou ja, door de homogenisatie is het aantal hittegolven tussen 1901 en 1951 teruggebracht van 23 naar 7. Dus ziet het er plots naar uit dat in de periode 1951-2018 veel meer hittegolven zijn geweest dan in de periode 1901-1951. In werkelijkheid, dus met de niet-bijgestelde temperaturen was het andersom.

Uit het rapport:

De gevolgen van de homogenisatie werden nog beter zichtbaar in de warme zomer van het afgelopen jaar. Er werden in 2018 door het KNMI twee hittegolven geteld. Media berichtten dat hittegolven nu frequenter voor komen: van één keer in de twintig jaar een eeuw geleden tot elke twee tot drie jaar nu. De bron daarvan was het KNMI, dat zich baseerde op de gehomogeniseerde cijfers.

Heeft dit maatschappelijke gevolgen?

Iedereen vertrouwt er op dat het KNMI smetteloos werk aflevert. Niet alleen andere weerbureaus, maar ook waterschappen en dergelijke leunen op het werk van het KNMI. En niet in de laatste plaats: burgers hebben er recht op dat wat het Koninklijk Instituut naar buiten brengt perfect in orde is.

Uit het rapport:

Het beste zou zijn om de homogenisatie ongedaan te maken en met een breder opgezet team , waaronder wetenschappers van buiten het KNMI, een nieuwe start te maken. Het KNMI zou zich voorlopig moeten onthouden van claims over een vermeende toegenomen trend in hittegolven in Nederland.

Wat is de reactie van het KNMI tot zover?

Ontkenning heb ik begrepen.

Zou er een parlementair onderzoek moeten komen om de zaak in de volle breedte te bekijken?

Nou dat weet ik niet hoor. Als je kijkt wat de uiteindelijke resultaten zijn geweest van de afgelopen paar parlementaire enquêtes, dan zou ik zeggen: interessant kijkspel, maar doe maar niet want het leidt zelden ergens toe. Nee, ik denk dat er weinig animo in de Kamer is om hierover te debatteren. Het onderwerp is erg technisch en statistisch van aard, voor leken nauwelijks te volgen.

Tijdens het onderzoek schreef je op je blog:

Laat u in de tussentijd niets meer wijsmaken over hittegolven in ons land. De homogenisatie van de temperaturen in De Bilt zorgde ervoor dat de meeste hittegolven tussen 1901 en 1951 zijn verdwenen, zodat het lijkt alsof het aantal hittegolven in ons land aan het toenemen is. Dat is natuurlijk koren op de molen van mensen die geloven in of leven van klimaatalarmisme. Die door een slechte homogenisatie veroorzaakte toename van het aantal hittegolven zal u ongetwijfeld nog vaak via radio, tv en krant ingewreven worden als zijnde het gevolg van opwarming door de mens.

Ons wordt een fout beeld voorgehouden?

Ja, mensen vertrouwen op het KNMI en dat hoort ook zo. Maar ze worden op het verkeerde been gezet.

Hoe heb jij de fascinatie gekregen voor weer-data? Je bent geen meteoroloog…

Nee maar ik heb bij mijn opleiding wel behoorlijk veel meegekregen van weerkunde en paleo-klimatologie. Voor mijn examenleerlingen ben ik ooit begonnen met de website klimaatgek.nl, als ondersteuning voor de eindexamenstof. Dat is tenslotte uit de hand gelopen.