Een gastbijdrage van leonardo da gioiella (Italië).
Ik heb een steen verlegd, in een rivier op aarde
Nu weet ik dat ik nooit zal zijn vergeten
Paul Crutzen is weliswaar niet de vader van de gedachte van het antropoceen – er zijn er (ver) voor hem geweest die in die termen naar de mensheid (en naar zichzelf) keken, de Bijbelse noties van zowel de zondeval als van het rentmeesterschap liggen op hetzelfde niveau. Volgens mij krijg je last van die dingen als je last hebt van Joods-Christelijke worteltjes … wel, Crutzen is niet de vader, maar hij heeft het begrip wel body en vaart gegeven.
Nu was Crutzen een nobel mens – God hebbe zijn ziel. Hij had het beste met de wereld voor, en hij heeft dan ook een Nobelprijs gehad. En Crutzen heeft de naam dat hij, als een soort Hans Brinker, in z’n eentje het gat in ozonlaag heeft gedicht, een idee dat vele gelovigen kent, en waarvoor ook wel een theoretische basis wordt gegeven die, geloof ik, steviger is dan de basis voor CO2 als het begin van alle ellende.
Maar Paul Crutzen is ook de man die vriend en vijand verbaasd heeft met het idee om de aardse atmosfeer kunstmatig flink te vervuilen door er een hoop rotzooi in te spuiten die daar niet thuishoort – sulphurizing – teneinde de zonne-instraling te doen verminderen waardoor we de GMT omlaag kunnen brengen, of op z’n minst laten stoppen met stijgen. Hij toonde zich daarmee een aanhanger van, maar ook driver achter geo-engineering.
Kijk, hij mag dan een nobel mens zijn, en in de Anglo-Amerikaanse wereld een Nobel genoemd worden … maar ik denk als je met dat soort hybris rondloopt op de aarde, dat het beter is dat de rest van de mensheid je ideeën nog eens even langs de meetlat legt, en zich serieus achter de oren krabt om te kijken of je al die eer nou wel echt verdiend hebt.
Nou, als ik ooit met de deur in huis ben gevallen, dan nu wel.
Uh … ik denk dat het tijd is voor een beetje disclosure. Ik ga nu dingen zeggen die jullie al weten, of kunnen vermoeden, maar ik ga ze naar een iets hoger niveau tillen. Want, zoals ik al eerder gezegd heb, ik heb altijd op de verkeerde mensen gelet, ook hier bij Climategate.nl. Juist bij Climategate.nl, want dat gaat over klimaat. Terwijl we de ecologen/ecomodernisten in de gaten moeten houden.
Bekentenis
Ben ik een ontkenner van aardsystemen? Nee. Wel suggereert de term dat we er alles vanaf weten, want we weten kennelijk dat het om systemen gaat.
Heeft earthsystems science een plekje verdiend in het pantheon van de wetenschappen? Absoluut. Met die aantekening dat ze (sommige, in ieder geval klimaat), als wetenschappelijk subject, povertjes gedefinieerd zijn.
Veranderen die aardsystemen in de loop van eonen? Allereerst volmondig: ja, ik geloof.
Daarnaast, ik weet het, want we hebben kampvuurverhalen die mythes zijn geworden, maar ook wel indirecte metingen.
Ten derde, die veranderingen vinden plaats over een lange periode. Je kan ze niet aflezen aan de hevigheid van orkanen of de frequentie van aardbevingen. Niemand heeft de Himalaya zien groeien tot z’n huidige hoogte, en niemand zal ooit weten dat z’n superioriteit ooit aangetast zal worden door een nog hogere puist.
Last but not least, in systeemcybernetica zit ingebakken dat het systeem reageert op externe invloeden, en dus aan wijziging onderhevig is. Dus, om af te dalen naar climate change: het klimaat als systeem wijzigt niet – dat kun je eenvoudig zien aan het gaan en het terugkeren van ijstijden – maar de uiterlijke kenmerken zijn eon-gebonden.
Zullen veranderingen van aardsystemen zich desastreus manifesteren? Dat is boven enige twijfel verheven. Een hik in het schuiven van de tektonische platen zullen we zeker voelen. Maar, laat ik weer even afdalen naar de actualiteit, als we naar de hedendaagse bevolkingsomvang kijken dan kunnen we met een gerust hart zeggen dat een naderende ijstijd, al dan niet vooraf gegaan door een flinke zeespiegelstijging, desastreus uit gaat pakken voor de wereldbevolking, te beginnen in NL – of iets noordelijker.
Ik wil daar onmiddellijk aan toevoegen: de plannen van IPCC-AR5 zijn een sprong in het duister, met wat mij betreft een niet geringe kans dat ze de destructie vroegtijdig in zullen zetten.
Als, over een kleine 50.000 jaar, de wereldbevolking, gedecimeerd en wel, zit te bibberen van de kou in door gure windvlagen omgeven grotten, waar ze ternauwernood uit tevoorschijn durven komen, is het niet om de angst voor bevriezingsgevaar, dan wel vanwege andere wezens die ook honger hebben … als dat de situatie zal zijn, is er dan iemand die we iets kunnen verwijten? NEE!
Einde bekentenis
Waarom schrijf ik dit nu allemaal op? Wel, de vraag die zich aan mij opdrong, mede geïnspireerd door Hugo van der Molen, geen onbekende hier, is deze: hoe kan het bestaan dat we niet weten hoe duur windenergie en zonne-energie is/wordt, en de milieubelasting daarvan niet eens willen benoemen, maar wel uit kunnen tekenen hoe zoiets als ecologisch verantwoorde landbouw of rechtvaardige arbeidsdeling er uit ziet?
En wat ik dus wil constateren is, dat er inmiddels weliswaar een hoop wetenschappers bezig zijn met the anthropocene as a heuristic and analytical power to rethink the nature-culture relation and to re-assess the narratives that historians of science, technology, and the environment have written until now, maar dat dat iets heel anders is dan wetenschapsbeoefening. Het is zoiets als de exacte wetenschappen onderbrengen bij de sociologische faculteit.
Het spreken over zoiets als Climate Sensitivity – of het Equilibrium daarvan – of GMT – ik volg daarin de Nobel Ivar Giaever – is niet alleen de ultieme manifestatie van de hybris van het dier dat een geologisch tijdperk naar zichzelf wil vernoemen, het is bovenal alles behalve een uiting van wetenschappelijk denken – het is pure domheid.
Ik las laatst een mooie: the greatest enemy of knowledge is not ignorance; it is the illusion of knowledge. (een alphaman, de historicus Daniel Boorstin).
Dat denken over het antropoceen heeft zich inmiddels als een virus verspreid door de gangen van alle wetenschappelijke instituten. Dat verzin ik niet, dat heeft iemand die als een autoriteit wordt beschouwd, na literatuuronderzoek opgeschreven: Helmuth Trischler in NTM Zeitschrift für Geschichte der Wissenschaften, Technik und Medizin. En uit alles blijkt dat hij de kwalificaties a heuristic and analytical power to rethink onderschrijft. To rethink alles, zelfs evolutie. Waar ze al mee bezig zijn!
I do think, however, that history of science, technology, and the environment would greatly benefit from engaging in such border-crossing collaborations and conceptual debates, which are well underway in related fields such as archeology, evolutionary anthropology, and ancient DNA research.
In het kielzog daarvan hebben andere wetenschappers, sommige daarvan welwillend bezien in de klimaat-sceptische hoek, het Ecomodernist Manifesto opgesteld. Dat ze welwillend worden bekeken is onder meer vanwege hun protagonistische houding tegenover kernenergie.
En wat voor statements komen er dan tevoorschijn uit dat rethinken en uit die border-crossing collaborations and conceptual debates? Wel, zoiets als:
… after aeons of the development of planet Earth, we have created the mess in no more than two centuries
over het begin van het einde.
Óf, over de eindtijd aller eindtijden:
Our waste nitrogen phosphate is likely to leave a mark that will last until our planet dies in the red blazing fire of our aging sun.
En dat was voor mij een heel makkelijke greep, ben trovato, uit wat ik eigenlijk als een hoop “onzin” wil kwalificeren.
Maar, ziet hoe welwillend deze onzin tegemoet wordt getreden. NRC had laatst een artikel van een regisseur/schrijver die zijn vrienden tijdens gezellige etentjes voorhoudt dat vis en vlees eten ecologisch niet verantwoord is, en passant er aan toevoegend dat ze hun kinderwens moeten inhouden, omdat ieder nieuw kind geen verwachtingsvol leven meer is, maar een footprint. En de slijpsteen van de geest heeft hem daarvoor ruimte gegeven. Vooral de reacties lezen, zou ik zeggen.
En, vergeet Frans Timmermans niet, met z’n groeiplannen voor de biologische land- en tuinbouw! (zie Hetzler enige dagen terug).
AEON, a unique digital magazine, publishing some of the most profound and provocative thinking – en free for everyone! – dat recent speciale aandacht besteedde aan Am I my connectome? over het menselijk brein, waarvan de redactie zegt If science can map it, immortality beckons (featured article!) gelooft nog niet zo in immortality als ze the Deep Anthropocene behandelen.
Nog afgezien van het feit dat profound and provocative thinking nogal cliché is geworden, het gezeur is niet van de lucht. Het woord climate komt 17 keer voor (altijd gekoppeld aan change), Anthropocene slechts 5 keer. Het zegt dat a clear-eyed appreciation for the deep entanglement of the human and natural worlds is vital. Ze zien duidelijk human niet als nature.
We live at a unique time in history, in which our awareness of our role in changing the planet is increasing at the precise moment when we’re causing it to change at an alarming rate.
Die unique time is, grafisch gesproken, nog geen pixel breed in de periode dat de mens op aarde rondloopt.
En waar komt die wijsheid vandaan? Uit een database. HYDE = History Database of the Global Environment. En wat blijkt? Deze data base – deployed in climate models! –
… combines contemporary and historical patterns of land use and population across the planet over the past 12,000 years. Despite this huge span of space and time, with notable exceptions, HYDE is based largely on historical census data that go back to 1960, mostly from Europe.
A huge space of time die in kaart is gebracht met “lokale” data die niet verder teruggaat dan 1960. Antropocene lulkoek.
In een boek dat ik hier voor me heb, over Ancestral DNA, Human Origins, and Migration, weten ze gelukkig nog raadsels toe te geven. Zoals in een zin over de “colonization” van wat toen nog niet Australia was gedoopt.
… it would not be expected for large number of people to drift in a log, floating vegetation, or a canoe, except for instance, if a tsunami thrusted a good portion of populations to the shores of Australia.
Inderdaad, hoe zou de mens dat nou voor elkaar gekregen hebben, zijn footprint op Australië én Melanesië, Micronesia, en Polynesia. ’t Zou me niks verbazen als de schrijvers van dit boek zich gaan mengen in die anthropocene border-crossing collaborations and conceptual debates , én … ook nog een antwoord gaan vinden. Ik denk dat als theologen en visbeheerecologen om tafel gaan zitten met ecozonde-experts, voor een border-crossing conceptueel debat, ze elkaar wel kunnen vinden in de profeet Jonas, die op de stranden van wat nu Aboriginal Australië heet door een walvis is uitgespuwd, om anderszins aangespoelden te vertellen dat de straffende God eigenlijk best Liefde is, en hen bijtijds uitstekende aanwijzingen heeft gegeven voor het bouwen van een catamaran.
Daar moet wat aan gedaan worden. Daar moet tegen opgetreden worden. Daartoe heb ik met mezelf een afspraak gemaakt: om die boel eens grondig door te gaan spitten, zodat meer rationeel ingestelde geesten te weten komen wat er allemaal aan spoken rondwaart in de academische wereld.
Een Hercules-taak? Ik denk eerder een soort sisyfusarbeid. Maar wel leuk. Je komt hilarische dingen tegen, en je blijft ze tegenkomen, waar een mens zijn voordeel mee kan doen – zoals daar zijn gezonder worden van de lachlust, het scherpen van de geest, of zijn pen een plezier doen.
En wat Bram Vermeulen betreft, die wordt niet meer vergeten. Niet omdat ie de loop van een rivier veranderd heeft, maar omdat ie zo mooi, zo heel antropoceen, bezongen heeft hoe mensen zich in de kijker van de geschiedenis proberen te spelen … met hun praatjes.
Omdat door het verleggen van die ene steen
De stroom nooit meer dezelfde weg kan gaan
Lekker leesvoer op de vroege ochtend, da gioiella. compliment. Ik las dergelijk in…..Genes, Peoples and Languages.
Cavalli-Sforza has summed up his work for laymen in five topics covered in ‘Genes, Peoples, and Languages,
https://www.amazon.nl/Genes-Peoples-Languages-Luigi-Cavalli-Sforza/dp/0520228731
dankjewel, Scheffer
Ik had gisteren een ‘discussie’ met een Antwerpse uitgever van boeken over ‘rethinking ‘ . Die presenteerde het nieuwe boek van Bruno Latour, de franse equivalent van Monbiot ( mon -idiot ) die er mee binnenliep . ( je suis jalours )
Probleem is dat mensen serieus ingaan op al die onzin en dan wordt het een self fulfilling prophecy en zelfs op Climate Gate besproken.
Ik zei tegen die uitgever de woorden van jan scheafer : in gelul kun je niet wonen ‘
Ik vraag altijd of ze ook kunnen uitleggen hoe en waarom een motor ‘warmtemachine’ werkt. Dan kijken ze je altijd aan alsof ze water zien branden, terwijl dat toch behoorlijk essentieel is om te kunnen overleven .
Bob Ros, hoeft ook geen wetenschappelijk onderzoek te zijn zolang er door leken vragen worden gesteld die niet door wetenschappers beantwoord worden.
“Ik las laatst een mooie: the greatest enemy of knowledge is not ignorance; it is the illusion of knowledge. “” Geniaal !
Ah, een democraat. “Er is eigenlijk”. Let op het woordje “eigenlijk” en dan volgt daarna de haat verpakt in D66-nepelite taal.
Dit gaan we nog vaak horen deze vier jaar: communisme verpakt in elitaire breedspraak. Fatsoenlijke haat. Die kenden we nog niet.
“er is geen enkele gedegen wetenschappelijke studie die hun onzin ondersteunt”
Behalve dan de dagelijkse observatie, dat de catastrofale opwarming en zeespiegelstijging uitblijft.
Aardige gedachtegang dacht ik zo mijmerend in mijn luie stoel. Wordt vervolgd?
Hoezo ga je met de slee er op uit?
Hier sneeuwt het goed en blijft liggen, zal bij jou ook wel zijn, of net niet?
Hoezo opwarming? :-)
2,1 cm sneeuw heb ik net gemeten, maar op de weg begint die weg te smelten.
Het Antropoceen is een product van menselijke grootheidswaanzin. Het schijnt dat er voor iedere kg mens 400 kg mier rondkruipt over onze planeet.
Ik heb in vier landen projecten gedaan die geheel of mede zijn betaald met gelden voor ontwikkelingshulp en mijn mening over de invloed van de mensheid op onze planeet wordt het best verwoord in ‘Return to Eden’ van Marijn Poels.
Geen enkele zichzelf respecterende geoloog spreekt over het Antropoceen. We leven nu in het Holoceen, waarvan de bovenste etage het Meghalayan is.
Het Recent.
Niet iedere Aardwetenschapper is het daarmee eens Dirk. In Science een artikel daarover.
Nee, tuurlijk niet. Wetenschap zonder tegenspraak heet communisme. En dat willen wij hier niet. Nouja, behalve lelijk, dom en incompetent dan.
Dirk,
Ik help het je hopen. Maar ik kom toch genoeg geologen tegen die er enthousiast over zijn – één er van, lid van de werkgroep die over die keuze moet nadenken, heeft al een geologische antropocene laag ontdekt: de plavuizen vloeren in de vliegtuighal van Frankfurt.
Het probleem is waar te beginnen.
1950?
1850?
Eén richting vindt dat je een hap zou moeten nemen uit het holoceen.
Maar, zoals je (hoop ik) begrepen zult hebben, de naamgeving zal me een zorg zijn.
De praat die dat idee van Cruzen heeft losgemaakt, en dat onder wetenschappers. Zondebesef en grootheidswaanzin buitelen over elkaar heen.
Paul Crutzen heeft de Catch-22 situatie waarin we zijn beland blootgelegd.
Welkom Leonardo, het is me een genoegen weer van je te horen.
Het hele klimaat wat ik tot nu toe gelezen en gehoord, gezien heb is gissen wat de toekomst brengt.
De klimaatwetenschappers zijn totaal gefocust op opwarming door co2 en zien verder niets, zware berekeningen met modellen die er naast zitten en iedere verandering is opwarming, en weet je het warmt wat op, en wat maakt het uit.
Rampen en rampscenario’s die ze zien zijn er nog niet eens, die maken ze zelf door ieder gril in de natuur aan te grijpen.
Rampen door te veel co2, als het daar door zal komen, komen niet, tegen die tijd is de meeste fosielle brandstof onbetaalbaar.
Ik hoorde onlangs Biden nog zeggen dat Amerika er voor gaat zorgen dat het klimaat weer op orde komt, en Amerika daar voor gaat zorgen, ik dacht jonge oude man ik wens je veel succes, maar de weerstand in Amerika groeit al.
Biden is een activist in hart en nieren, veel Amerikanen betitelen hem al als een gevaarlijk man, ook al heeft hij ook goede dingen in petto.
Maar de gekte is overal aan de gang en zal ook voorlopig niet stoppen.
Het rare aan deze hele toestand, en daarom weet ik ook zeker dat het om geld gaat is dat alles naar co2 nutraal moet in een keer, daar was in het begin totaal en toe geen sprake van.
Maar nu is alles ineens Build Back Better, zelfs de regering is er mee bezig, BBB.
https://www.rijksoverheid.nl/documenten/kamerstukken/2021/03/03/kamerbrief-over-duiding-van-het-concept-build-back-better
Theo, het kan heel snel gaan met het klimaat.
Volgens het KNMI is de gemiddelde temperatuur in Nederland tussen 1901 en 2020 gestegen met 2 graden.
https://www.knmi.nl/over-het-knmi/nieuws/klimaatdashboard
Volgens weerstatistieken.nl is de gemiddelde temperatuur tussen 1 jan en 6 april dit jaar 4,76 graden. Afgelopen jaar was het 6,85 graden. Dus 2021 is tot nu toe 2,1 graden kouder dan 2020.
Trek dus je conclusie.
De gemiddelde temperatuur over de eerste 3 maanden van 2018 was 3,66 graden; 1.1 graad kouder dan de eerste 3 maanden van dit jaar. Dus trek je conclusie?
Leefde we nog maar in 2013, toen was er van opwarming nog geen sprake.
Jawel hoor, maar ietsje minder snel dan nu.
Dat heb je altijd met die linkse utopisten: ze denken over klimaat en hoe oplosbaar dat zou zijn maar hun arme bevolking een ziektekostenverzekering te laten krijgen lukt ze niet eens. Linkse luchtfietsers bedekken hun incompetentie altijd met de volgende wens. Look at the facts: links is bagger. Gesmolten zelfhaat.
Heerlijk verhaal!
dankjewel, Paul
Ros stelt,
“Is het gewoon onzin? of is het succesvol lobbyen door de fossiele industrie?”
Als er iets is waar de fossiele industrie altijd slim voor gezorgd heeft dan is het wel de illusie van schaarste.
Dus mocht er iets in het voordeel van deze industrie gaan uitpakken dan wordt het wel deze mislukte energietransitie.
Met de milieu en klimaatbeweging als vaandeldragers tegen kernenergie en voor duurzaam prutsen hoeft de fossiele industrie zich geen zorgen te maken.
Die mislukte energie transitie heeft er wel voor gezorgd dat vorig jaar 50% van de Duitse elektriciteit uit hernieuwbare bronnen kwam. En bij ons al 26%….
Waarvan bijna 7 % uit biomassa Bas.
En aan een gemiddelde heb ik niets als er ook, volgens de site van klimaataccoord, dagen bij zijn met 1,5% opbrengst van wind en zon.
Het gemiddelde IQ is ten slotte ook 100 weet je wel.
Zo hernieuwbaar zijn windmolenbladen en zonnecellen voorlopig nog niet Bas. Er moeten eerst heel wat kinderen in de mijnen sterven voor jouw gebrek aan ziektebesef. Of bedoel je dat mensen wel hernieuwbaar zijn? Hernieuwbaar. Stolling van een tijdelijk woord tot wapen. Zodat niemand er meer over nadenkt. Oorlogen zijn er uit voortgekomen. Commies en Vietnam. Bah.
@Anthony,
Die 7% biomassa is handig want die inzet kun je flexibiliseren wanneer wind+zon >70% van alle stroom produceren.
Daarmee kun je dan Dunkelfläutes ten dele opvullen.
Het merendeel vul je op middels aardgas als er nog geen verplichting tot 100% hernieuwbaar is of groene H2 (opgeslagen in zoutkoepel of aardgasveldje).
Altijd handig om meer opties te hebben.
Liefst groene H2 omdat dat de lucht schoner houdt, maar zo ver zijn we nog niet.
@Christian,
Je introduceert een compleet nieuwe eis.
Realiseer je dat ook zo ongeveer alle andere constructies, zoals:
– kerncentrales;
– brandstofstaven;
– uranium mijnen en zuiveringsfabrieken;
– uranium verrijkingsfabrieken;
– brandstof staaffabrieken.
– kernafval vaten en opslag gebouwen (COVRA)
niet hernieuwbaar zijn..
Dat is veel erger dan bij wind en zon!
“biomassa is handig want die inzet kun je flexibiliseren”.
Lukt met steenkolen en olie ook goed, beter zelfs.
Wanneer bomen net zo snel zouden groeien als dat ze verbranden, zou het probleem van de biomassa bijna opgelost zijn.
Tuurlijk Bas. Stralingsangst maar wel buitengewoon gore biomassa. Als je je gelijk maar krijgt.
Je hebt gelijk hoor; je kunt veel beter doodgaan aan longkanker door die gore uitstoot van de bio centrales dan aan kanker door atoomstraling.
Bas Gresnigt zegt,
Die mislukte energie transitie heeft er wel voor gezorgd dat vorig jaar 50% van de Duitse elektriciteit uit hernieuwbare bronnen kwam.
Prima Bas, ga even die Duitsers vertellen waarom die stroom nog niet de helft goedkoper is, hernieuwbare word ja bijna voor niets volgens jou.
Nee het word steeds duurder, en straks weer beginnen bij het begin, net als het verven van de eiffeltoren, als ze boven klaar zijn kunnen ze onder weer beginnen met verven.
50% hernieuwbare en steeds meer importeren, ieder jaar meer, vroeger waren ze exporteurs en nog niet zo een kleintje, heel Limburg en een stuk van Brabant werd voorzien van hun bruinkool centrales, zo goedkoop dat ze hier gesloten en stilgelegd werden.
Toen de conserveringstechniek nog in zijn kinderschoenen stond, had het weinig zin om veel meer vis te vangen dan er binnen een bepaalde dag geconsumeerd kon worden.
Of zou men toen ook zo stom zijn geweest om in tijden van overvloed meer weg te vangen dan nodig , zoals tegenwoordig bij zon en windstroom?
@BmG. Er is in feite helemaal geen sprake van een Energie Transitie in Duitsland. Ze bouwen net zo snel nieuwe Gascentrales als dat ze Kerncentrales sluiten. Wind en Zon vervangt geen capaciteit, maar is uitbreiding op de bestaande capaciteit. De enige besparing die daardoor wordt bereikt is brandstof. De vaste kosten voor deze centrales worden niet meer vergoed door opbrengst door de stroomproductie. Om het nog erger te maken worden biogascentrales ook ingezet voor warmte, waardoor ze niet meer flexibel ingezet kunnen worden.
En dan heb ik het nog niet over de verzwaring van het netwerk dat zonder wind en zon niet nodig zou zijn geweest.
50% ! Da’s meer dan de Duitsers zelf stellen (46%). Ennuh, is dat bruto of netto stroomproductie?
@Johan D
“Wanneer bomen net zo snel zouden groeien als dat ze verbranden, zou het probleem van de biomassa bijna opgelost zijn.”
Het is voor klimaatneutraliteit voldoende als er wordt gezorgd dat de houtvoorraad in betrokken bossen stabiel is.
En dat is ze.
Sterker, de metingen die we hebben geeft aan dat die houtvoorraad wat toeneemt met de toenemende stook van biomassa.
Dat impliceert dat biomassa stook dus CO2 negatief is!
Gunstiger voor het klimaat dan wind, zon, kernenergie.
@Theo,
“hernieuwbare word … steeds duurder, en straks weer beginnen bij het begin,…”
Onzin. Kijk naar de prijsdalingen afgelopen 10 jaar op sheet 10 van deze PPT:
https://www.lazard.com/media/2390/lazards-levelized-cost-of-energy-analysis-90.pdf
En extrapoleer!
Tegen dat geweld kan bijna niets op.
Alleen mensen met veel teveel geld willen nog nucleair.
We hebben niets Gresnigt, alle bos word met dikke subsidie gekocht in het buitenland evenals de centrales ook nog eens draaien op subsidie.
Doe die subsidie eens weg en de boel stort als een kaartenhuis inelkaar, zo zit de vork in de steel.
Wiebus is blij dat die weg is, weg uit de ellende wat die heeft aangericht in subsidie land.
@BmG 7 apr 2021 om 11:18 Fantastisch Bas. Dus ca. 3% van alle energie en zonder dat je weet wanneer je stroom op het net krijgt. Planbaarheid van aanbod dus 0%. Koddig dat je die rommel de hemel in blijft prijzen. Droom lekker door.
Tja, dat Bas zijn eigen onzin gelooft is niet zo erg, maar dat hij verwacht dat wij dat ook geloven, is best wel droevig.
De voorraad brandhout groeit net zo snel als dat het verbrandt…. Hahaha!
@Johan v L,
“… toen ook zo stom … om in tijden van overvloed meer weg te vangen dan nodig, zoals tegenwoordig bij zon en windstroom?”
Ook als we het zouden willen, gaan we er niet in slagen om met wind en zon roofbouw te plegen!
@Albert,
“Ze bouwen net zo snel nieuwe Gascentrales als dat ze Kerncentrales sluiten.”
Verzinsels.
2010 cap. kerncentrales 20,4GW; Gas 23,8GW
2020 cap. kerncentrales 8,1 GW; Gas 30,5 GW
Afname kern 12,3GW; toename gas 6,7GW. Toename gas cap. is slechts iets meer dan de helft van de afname van kern.
Waarbij komt dat de productie van gas in 2010 63,1TWh was en in 2020 niet gestegen maar gedaald was naar 56,8TWh…
zie energy-charts.info
@Johan D
Die 50% is op basis van de publieke stroom. Die 46% is incl. privé opgewekte en geconsumeerde stroom. Zoals in NL de hoogovens centrale.
@BmG, je weet de krenten wel te vinden:
2010 cap. kerncentrales 20,4GW; Gas 23,8GW
2020 cap. kerncentrales 8,1 GW; Gas 30,5 GW
https://energy-charts.info/charts/installed_power/chart.htm?l=de&c=DE
In het merendeel van de jaren is Gas+Kern 40 (+/- 2) GW
Het verschil is deels opgevangen door ‘speicherwasser’ (volgens mij stuwmeren die bij overschot worden volgepompt)
@Albert,
De productie van gascentrales is net zoals de productie van kerncentrales in de periode 2010-2020 afgenomen.
De categorie ‘Speicherwasser’ is pas in 2011 als aparte categorie in de capaciteiten grafiek waarna je linkt, vermeld.
Die was in 2011 1,4GW en in 2020 1GW. Een afname van 29%.
De afname van kernenergie kan vanuit capaciteitsoogpunt dus zeker niet zijn opgevangen door ‘Speicherwasser’.
Bij de productie cijfers zijn Lauf- en Speicherwasser samengevoegd tot: “Wasserkraft”
https://energy-charts.info/charts/energy/chart.htm?l=de&c=DE&interval=year&year=-1
Die grafiek geeft aan een afname van de productie van “Wasserkraft” aan van 20,9TWh in 2010 naar 18,4TWh in 2020.
Dus het verschil is zeker niet opgevangen door waterkracht. Het is omgekeerd; waterkracht heeft het verschil vergroot.
Je vergeet de olifant in de kamer “wind+zon”.
Dunkelflaute
@Hetzler,
Juist in de landen met veel wind+zon, zoals DK (>50%) en Dld (~40%), is de leverbetrouwbaarheid beter dan in NL.
En dat is waarom het gaat. Niet of ieder der componenten steeds actief is.
Overigens vallen kerncentrales gemiddeld eens in de 2 jaar plotseling totaal stil (vaak ingrijpen automatisch veiligheidssysteem).
Dus moet je daar dure spinning reserve voor hebben. Die is bij wind en zon veel minder nodig omdat de productie van de duizenden kleine units nauwkeurig voorspeld kan worden.
Erger, bij een groot kernongeluk vanwege een gebrek in één kerncentrale, moet je alle niet getroffen kerncentrales uit kunnen zetten om te voorkomen dat het probleem escaleert. Dat is in Japan dan ook gebeurd.
Dus moet je naast de totale capaciteit aan kerncentrales dezelfde capaciteit aan fossiele centrales in reserve hebben.
Dat verschilt qua kosten niet significant met de reserve kosten bij wind en zon (ik zou niet weten wat goedkoper is).
In België produceert kernenergie ~50% van alle stroom.
Toen een paar jaar terug 6 van de 7 kernreactoren in het najaar plat moesten (storingen en onderhoud) had België dan ook voldoende fossiele capaciteit om zonder hulp de stroomlevering te continueren.
We weten ook niet veel over de oorsprong van het leven. Hoe is het leven op aarde ontstaan. Zelfs de Oude Grieken geloofden al in een evolutiemodel, volgens hen stamde de mens van vissen af. Er komen altijd nieuwe theorieën op ons af. Hoe is het water op aarde ontstaan? Je hebt verschillende keuzes uit een ruim aanbod. De aarde is een waterplaneet en een rotsenplaneet en we mogen gelukkig zijn dat we op deze schone planeet mogen wonen. Ook al is de aarde niet echt veilig om te wonen.
Wat nou weer?
Gaat Gelderland ineens aan alle gemeenten vragen of ze wellicht belangstelling hebben voor een kerncentrale binnen hun gemeentegrenzen.
Zouden ze daar door hebben, dat de komende 4 jaar links in de TK nog geen deuk in een gesmolten pakje boter kan slaan?
……Ik denk dat als theologen en visbeheerecologen om tafel gaan zitten met ecozonde-experts, voor een border-crossing conceptueel debat, ze elkaar wel kunnen vinden in de profeet Jonas, die op de stranden van wat nu Aboriginal Australië heet door een walvis is uitgespuwd, om anderszins aangespoelden te vertellen dat de straffende God eigenlijk best Liefde is, en hen bijtijds uitstekende aanwijzingen heeft gegeven voor het bouwen van een catamaran…..
Die Leonardo toch.. die deinst niet terug voor complexe onzin zinnen die zomaar uit zijn pen vloeien.
Hij zal er wel gnuivend innerlijk van hebben genoten van zoveel ‘eonisch’ transcendentie samengebald in zijn door de intellectuele elite van de NRC dagelijks gemasseerd ‘anti’ bewustzijn. Hij wil er zelfs zijn heuristsch levenswerk van maken in de tijd die hem nog rest als pixel of zandkorrel aan het strand van de komisch kosmische verbazing.
Afijn hij gaat zijn gang maar op zoek naar de ‘heilige graal’, als de moderne Calivinistische Sysiphus, die zijn eigen steen en godsstraf zomaar zelf bedacht heeft.
Hij heeft er niet eens de goden voor hoeven uitdagen, tenzij hij natuurlijk de ‘NRC’ als ultiem godengezelschap ziet.
Zonde van zijn tijd zou ik zeggen, al moeten we, zoals we geleerd hebben van Camus, Sisyphus zien als een ‘ultiem gelukkig mens’.
Veel van de profeet Jona heeft hij in ieder geval niet begrepen en dat pleit niet in zijn voordeel. Hij blijft in zijn heuristisch bewustzijn hangen in zijn eigen kindertijd waar zijn ouders hem liefderijk heen en weer schommelde boven zijn bedje , net voor het slapen gaan.
Jonas in de wallewis, die vannacht gevangen is, in het zoute water, eendje houd je snater!!! en hup daar lag Leonardo een twee drie op zijn bedje…..en die hield daarna zijn snatertje wel.
Jona is bij uitstek de profeet die op deze site bejubeld en verguisd zou moet worden, niet om zijn avontuur op zee met de bijgelovige zeelui, de storm en zijn avontuur in de Wallevis, maar hoe hij met de zondige stad Nineve omging en de bewoners opriep om zich te bekeren om de zondvloed en ondergang van de stad.
Een beetje de Timmermans van Nineve zullen we maar zeggen….. Maar onheilsprofeten zijn nurkse mensen en Jona vormde daar geen uitzondering op, ook al bekeerden de inwoners zich. De Timmermansen en Jona’s maakt het niets uit. Die stad en die beschaving moesten ten onder bekering of niet.…!!nou hoe dat allemaal afloopt kunt u rustig nalezen in een toch wel erg leuk vertelt verhaal, met wonderbomen, de hitte des daags en nog wat van die elementen.
Nou ja op naar een volgend ‘verhaal’? van onze ‘eonische’ Sisyphus die moeiteloos van de hak op de tak springend ons allemaal naar een hoger plan gaat brengen…..
” Ik ga nu dingen zeggen die jullie al weten, of kunnen vermoeden, maar ik ga ze naar een iets hoger niveau tillen….”
” Ai ai ai Leonardo wat een hybris…als dat maar goed afloopt. Pas maar op dat je niet door je ‘eigen’ wijsheid net als je NRC buurman met die topzware boekenkast verpletterd wordt onder de ‘loden last van je verder licht geworden heuristische dromen’. Succes zal ik maar zeggen.
Gerard,
in het boekwerk ‘Die Sagen der Juden’ van Micha Josef Bin Gorion uit 1935 staat eveneens het verhaal van Jona. Hier staat, duidelijk en niet tussen de regels, dat die walvis een soort onderzeeër moet zijn geweest – en dat ver voor de tijd van Jules Verne’s 20000 mijlen onder zee. Een opvatting die gedeeld wordt door aanhangers/non sceptici van de hypothese dat voor ons een hoogontwikkelde groep aanwezig geweest moet zijn op aarde – iets wat door massa’s mythen en sagen over de hele wereld bevestigd wordt, als je tenminste de klassiek wetenschappelijke uitleg over goden en wonderen overboord zet.
ja Gerard, dat heb je goed gezien,
Ik vermaak me er mee om zo nu en dan de wijsheid der ouderdom te laten voor wat het is – al was het alleen maar omdat wijsheid, sinds de Verlichting heeft toegeslagen, niet meer zo’n gewild artikel is. In onzin dealen is een goed alternatief … afdalen in mijn jeugdige onbezonnenheid bezorgt mij veel plezier.
Of spreek je me hierop aan omdat ik in jouw prerogatieven zit te wroeten?
Want als jij Marsman naar China mag verplaatsen, mag ik toch wel Jona naar de kusten van Australië roepen?
Of wou je beweren dat het je menens was dat je, denkend aan China, allerlei bedreigingen zag? Roet, zielloos tragische levens. En dan ook nog de mensenrechten in een post communistische ruimte.
Je wou toch niet echt beweren dat je serieus denkt dat dat de, gerelokaliseerde, context was van Marsman?
Mijn God, je zit je daar, geloof ik, echt druk over te maken hé, daar in Frankrijk. Je bent zwaar op de hand aan het worden.
Kom in Italië wonen, man, voor het te laat is.
Ach maak je geen zorgen Leonardo over mijn ‘dag invulling’
Ik vond je stukje natuurlijk wel leuk om te lezen. Je blijft wel wat hangen in de obligate vijandsbeelden en tegenstellingen die deze site zo dodelijk saai maakt.
Maar ja vijandsbeelden dienen nou een keer een ‘verder weg’ liggend doel waarbij ‘reis en doel’ zich, net als bij de kruistochten, vermengen tot een wat zouteloze ‘rats en kuch’ die je ’s morgens ongeschoren zo snel mogelijk naar binnen werkt.
Daarna hijs je met een vermoeide beweging je CG ‘ransel’ maar weer om je schouder en schort je aan voor weer een nieuwe stoffige tocht naar het doel, ‘de energetische bevrijding van Jerusalem’ op de vermaledijde ‘groene duivel’ en zijn ‘ranzige krantjes’.
Ach ja, Marsman, een van mijn favoriete reizende dichters, die trouwens de laatste jaren van zijn jonge leven in Frankrijk sleet..
‘Denkend aan Holland’ is een ‘gerelokaliseerd’ gedicht, geschreven aan de Middellandse zee .
Nog en keer is hij kort naar Nederland geweest, hij had het daar wel gezien.
China boeit me nauwelijks, zijn gedichten des te meer.
Hier een fragment uit ‘de Overtocht’ . Voor wie het leven en het einde van Marsman kent, een ‘voorspellend’ gedicht.
De eenzame zwarte boot
vaart in het holst van den nacht
door een duisternis, woest en groot
den dood, den dood tegemoet.
ik lig diep in het kreunende ruim,
koud en beangst en alleen
en ik ween om het heldere land,
dat achter den einder verdween
en ik ween om het duistere land,
dat flauw aan den einder verscheen.
Sterkte daar met het verteren van je ‘rats kuch en bonen’, gelukkig heb je de digitale NRC onder handbereik….
nou Gerard, als China je dan niet preoccupeert – en dat lijkt me heel goed – laat je dan maar meevoeren door deze regels:
zwervende tussen fonteinen van licht
en langs de stralende pleinen van ’t water
voer ik een blonde vrouw aan mijn zij
die zorgeloos zingt langs het eeuwige water
Antropoceen is een geologisch neologisme dat niet door geologen wordt gebruikt omdat het begin niet gedefineerd is.
“dat niet door geologen wordt gebruikt omdat het begin niet gedefineerd is.”
Dat is relatief. Aan een nauwkeurigheid van +/- 100 jaar kunnen de andere geologische tijdvakken toch echt niet tippen.
Wikipedia noemt 1950 als mogelijk beginjaar.
https://en.wikipedia.org/wiki/Meghalayan
Er is dus geen uniform geaccepteerde definitie van het begin Bart, dus is Antropoceen een onwerkbaar geologisch begrip dat alleen door niet-geologen wordt gebruikt om een punt te maken.
Ik denk dat de omslag groot genoeg is om van een nieuw tijdperk te spreken. Het recentste tijdvak in het Holoceen is het Meghalayan. Dat is als volgt gedefinieerd:
“The age began with a 200-year drought that impacted human civilizations in the Eastern Mediterranean, Mesopotamia, the Indus Valley and the Yangtze River Valley”
In het Maghalayan is het klimaat bepalend voor de ontwikkeling van de beschaving. In het Antropoceen is het andersom: de beschaving is bepalend voor de ontwikkeling van het klimaat.
Daarnaast is er natuurlijk de enorme impact van de mens op het aardoppervlak, de flora en de fauna en alle resten die we bedoeld en onbedoeld achterlaten. Sinds ca 1950 is dat ook een grote hoeveelheid plastic en andere kunststoffen.
Mooi artikel Leonardo met veel terechte opmerkingen.
Wat losse reacties.
“Last but not least, in systeemcybernetica zit ingebakken dat het systeem reageert op externe invloeden.”
Als we systemen zien als delen binnen het allesomvattende grote systeem kunnen we niet meer spreken over externe invloeden. De mens als onderdeel in die natuur ( het grote systeem) kan dan niet als een externe factor worden gezien.
Geo-engineering is naar mijn stellige mening gezien de ontoereikende staat van huidige kennis van klimaatprocessen een MISDAAD.
Verder.
“hoe kan het bestaan dat we niet weten hoe duur windenergie en zonne-energie is/wordt, en de milieubelasting daarvan niet eens willen benoemen, maar wel uit kunnen tekenen hoe zoiets als ecologisch verantwoorde landbouw of rechtvaardige arbeidsdeling er uit ziet?”
Omdat we onze verstandelijke beperking door zelfoverschatting trachten te compenseren. Voor de mens moet alles maakbaar zijn of worden maar de mogelijkheden van het verstand zijn daarvoor ontoereikend. Daardoor wordt dit streven van de mens die voor God speelt geklungel in de marge en dient het ‘resultaat’ vooral de streling van de ego. Idd “het is pure domheid”.
“Het is zoiets als de exacte wetenschappen onderbrengen bij de sociologische faculteit.”
Voor wat in deze tijd onder klimaatwetenschap en de wetenschap over de verandering van klimaat (ik beschouw hier twee takken) geldt dat in deze opmerking meer waarheid ligt dan misschien is bedoeld.
Tot even voor nu gezien gebrek aan tijd,
“Ik las laatst een mooie: the greatest enemy of knowledge is not ignorance; it is the illusion of knowledge. (een alphaman, de historicus Daniel Boorstin).”
Dat aanvechten van die illusie van het weten is vanuit mijn achtergrond en ervaring mijn grootste drijfveer geweest.
Mvg,
Frans
dankjewel Frans.
Opmerkingen over “systeem” blijven me intrigeren. IPCC spreekt in één van haar publicaties over een “chaotisch complex systeem”.
Dat kan natuurlijk niet.
Maar ik hanteer zelf de taal ook niet goed. Ik spreek van het wijzigen van systemen, maar doel dan op de uiterlijke verschijningsvorm.
Klimaatsysteem zou eigenlijk niet meer dan een handboek moeten zijn, waarin de regels van dat systeem beschreven zijn, en waar van elke externaliteit – zeg maar de interface met een ander aardsysteem – beschreven is hoe daarmee gehandeld wordt.
Als we dat handboek niet bezitten, kan er geen sprake zijn van systeem.
Wijzigingen in natuurlijke systemen bestaan niet.
Ik zou ook niet weten wie voor zo’n systeem, bij een voorkomend (ogenschijnlijk) gebrek een systeemwijziging zou moeten schrijven. Crutzen met z’n sulphurizing van de dampkring?
Maar als je deterministisch bent ingesteld kan het niet anders of alles moet “systematisch” gaan. The future events are as fixed and unalterable as the past is fixed and unalterable.
Eigenlijk zouden we van een aardsysteem, bijv. het klimaat, moeten zeggen: we beschouwen het als systeem, maar of het een systeem is weten we niet.
Vroeger zei ik: chaos is orde die we nog niet begrijpen. Tegenwoordig denk ik: orde is chaos waarvan we denken dat we het in onze vingertjes hebben.
De naam ‘Antropoceen’ is een gedrocht wat alleen niet-geologisch onderlegden kunnen bedenken. Alle namen van de series in het Cenozoïcum eindigen op -ceen. Dat komt van het Griekse kainos wat ‘recent’ of ‘nieuw’ betekent. Het eerste deel van de namen geeft de chronologie aan, vanaf paleo-, eo-, oligo-, mio-, plio-, pleisto- tot Holoceen. De voorvoegsels betekenen oud, dageraad, weinig, minder, meer, meest, geheel. De combinatie ‘antropo’ en ‘ceen’ slaat nergens op.
Dank je Dirk, ik heb je antwoord gebruikt als antwoord op mijn vraag naar die uitgang “ceen” op mijn webpagina Antropoceen, die ik met Pasen schreef n.a.v. een gedachtenwisseling met Leonardo: https://www.milieuzaken.org/antropoceen.php
Ik ben het eens met je commentaar en stel voor dat – als we al iets willen benoemen – we het maar beter kunnen hebben over het Tijdperk der Mensen, nu inmiddels – naar ik heb begrepen – ca 200 à 300 honderd duizend jaar. Dat geeft dan gewoon aan waar we het over hebben. Zoals je ook zou kunnen spreken over het Tijdperk van de Mieren, qua totaal lichaamsgewicht verreweg onze meerdere, en over het Tijdperk der Kakkerlakken, dat reed enkele miljoenen jaren gaande is.
Binnen het Tijdperk van de Mensen (Engl.: Human Era) kunnen we dan de laatste millennia en/of eeuwen een score geven aan de mate van natuurverwoesting die heeft plaatsgevonden: wellicht een boeiende nieuwe tak van biologie. Voor de kaalslag kunnen we alvast de naam Sprinkhanen-index reserveren.
Maar ik denk – net als jij – dat dit alles met Geologie niets te maken heeft, vriendelijke groet, Hugo
“Ik las laatst een mooie: the greatest enemy of knowledge is not ignorance; it is the illusion of knowledge”
Heel mooie omschrijving van het gevaar van al die pseudosceptici: ze denken het allemaal te begrijpen maar eigenlijk baseren ze zich op vooroordelen.
Mmmmmatig. Wijkende begrippen, wijkend gebruik. Wetenschapsfilosofie. Jij haalt er je eigen interpretatie bij maar het is gewoon standaardvraag in een ander jasje.
Goed lezen, daar begint het mee Henk…
Klazien uut alk, hoe is het eigenlijk afgelopen met het CUTE-project? In 2003 begonnen, in 2005 geëindigd en nooit meer wat van gehoord. Alles onder leiding van wetenschappers!
Ipv een duimpje naar beneden, zouden jullie ook kunnen uitleggen hoe wel of niet succesvol het destijds veelbelovende waterstofproject CUTE (Clean Urban Transport for Europe) is geweest.
Aangezien we er nooit meer iets van hebben gehoord, zal het wel een stille dood gestorven zijn.
Nog aardiger is de versie van Mark Twain:
[blockquote]What gets us into trouble is not what we don’t know. It’s what we know for sure that just ain’t so.[/blockquote]
goodreads.com/quotes/738123-what-gets-us-into-trouble-is-not-what-we-don-t
“What gets us into trouble is not what we don’t know.
It’s what we know for sure that just ain’t so.”
Het huidige tijdperk van Westerse decadentie wordt begeleid door een hoop modieuze onzin. Zo vat ik het erudiete verhaal even samen.
Een mooie samenvatting, Jan, van het “erudiete verhaal” in het artikel hierboven: “een hoop modieuze onzin”
Kun jij helemaal niet beoordelen. Kan ik afleiden uit je gretigheid en het laten verleiden tot omdraaiing.
De ‘eindetijd-literatuur’.
Als er mensen zouden bestaan die deze profetieën-literatuur wel degelijk serieus nemen en (!) denken de vervulling van de profetieën een handje te moeten helpen, dan lijkt mij dat toch wel wat vervelend worden.
Antropoceen? Als men dit zo graag wilt, begon die bij het verschijnen van de eerste mens. En daar zit je al met de precieze vaststelling van wanneer dit verschijnen precies was. De moderne term is niks anders dan onze maatschappij opzadelen met een schuldgevoel. De term is dus niets anders dan politiek geladen onwetenschappelijke kolder.
Werelden in botsing van Immanuel Velikovsky sluit hier wel bij aan. Leuk boek.
Leuk zo’n erudiet stuk over de waan van wat we weten, Leonardo. We weten weinig in absolute zin. Vrijwel het hele heelal is onbekend. Donkere energie en materie, het overgrote deel, is onbekend terrein. Maar we weten wel heel veel van dingen die ons leven mogelijk en makkelijk maken, omdat we oorzaak en gevolg kennen. Ik weet dat het licht aan gaat, als ik een knopje omzet. Al weet ik ook, dat dat niet gebeurt, als een leiding stuk is, of ergens een generator stil staat. Ik weet ook dat een knopje omzetten makkelijker is dan eerst vuur maken. En dat bidden om licht de duisternis niet verdrijft. Al zijn er, die denken, dat het helpt.
Terug naar het klimaat. Sommige leerboeken leren dat de aarde in zijn baan om de zon een temperatuur van 255 K zou hebben. Dat ze toch leefbaar is komt door de atmosferische broeikas, waarop verder geborduurd wordt. Ik weet, dat dat niet zo is. Al weet ik niet, hoe het precies komt dat we dan wel op een leefbare planeet zitten. Toch nuttige wetenschap, zou ik denken. We weten ook heel wat over menselijk gedrag. Bijvoorbeeld dat een alarm over dreigend gevaar de mensheid angstig maakt. En dat die gemakkelijker de alarmist, die redding belooft, volgt dan zelf uit te zoeken of het gevaar reëel is. Ook nuttig voor het Climategate gezelschap om te weten. Er is dus best nuttige, betrouwbare kennis, die hier en daar wetenschap wordt genoemd.
Weten?
We weten dat de kleur groen correspondeert met een bepaald golflengte-gebied. We weten ongeveer hoe die golflengte in ons oog omgezet wordt in een elektrisch signaal en hebben een notie van hoe dat verder verwerkt wordt in onze hersenen.
Maar wat is nu eigenlijk ‘groen’?
Wat is ‘is’
Dat bedoel ik nou, Hans.
Nou zeg. Ik zie de sneeuw daar in dat koude kikkerland en ik denk bij mn eigen : zal er nou nog iemand zijn daar die niet bly is met de antropogene opwarming? Anders was het toch nog kouder geweest?
Christian & Hans,
Waar zien jullie jezelf wanneer het over klimaat en agw gaat? Hebben jullie “knowledge” of is het enkel een “illusion of knowledge”?
Zolang het begrip ‘antropoceen’ nog niet is ge-epibreerd, zal ik er geen gebruik van maken.
Ik was nog hoopvol toen ik 1990 het boekje “Ongecijferdheid” geschreven door John Allen Paulos had gelezen en dacht dat de wetenschap het zou kunnen winnen van de bergen aan onzin en flauwekul. Maar helaas leert de geschiedenis van 1990 tot heden me dat in die ruim dertig jaar de onzin en flauwekul een ongekende opgang hebben gemaakt zodat wij onder lawines van nep, leugens, flessentrekkerij, nepotisme, zelfverrijking, gemakzucht en eigen belang zijn bedolven. Ondanks alles kan men er met een juiste distantie toch wel vrolijk om worden. Dostojevski schreef ooit in “De Idioot” (ongeveer): “De mens is een dier dat bij iedere gelegenheid een mooi gezicht kan trekken en dat zich thuis voelt in poel vol smerigheid”.
Door het stuk van Leonardo deed me denken aan het stuk van Piet Borst over pseudowetenschap.
Pseudowetenschap
door Piet Borst – Skepter 26.1 (2013)
‘NIEMAND afficheert zichzelf als pseudowetenschapper. Ik ga niet ’s ochtends naar het lab om pseudowetenschappelijke proeven te doen in mijn pseudowetenschappelijke project. Pseudowetenschap doen de anderen.’
Met deze passage begint het boek van Michael Gordin (2012), The pseudoscience wars. Historicus Gordin hangt zijn verhaal op aan de kleurige would-be astronoom Immanuel Velikovsky, maar behandelt en passant de vele vermommingen waarin de pseudowetenschap zich toegang verschaft tot het wetenschappelijke toneel. Dominant zijn de creation science, pogingen om de juistheid van het Bijbelse scheppingsverhaal wetenschappelijk te onderbouwen, en de caleidoscoop van alternatieve behandelwijzen. Tot diep in de twintigste eeuw waren er echter pseudowetenschappelijke stromingen binnen de serieuze wetenschap, zoals het lysenkoïsme in Rusland en Velikovsky in de VS, die prominent in de schijnwerper wisten te komen.
Lang was het onderscheid tussen pseudowetenschap en echte wetenschap beperkt tot het makkelijk meetbare. Aan de natuurkundige wetten van Isaac Newton viel door serieuze geleerden niet te tornen, maar of de alchemie die Newton als hobby bedreef iets voorstelde, wisten ook zijn maten in de Royal Society niet. De scheikunde was nog geen wetenschap en dus was er geen onderscheid met pseudowetenschap. Merkwaardigerwijs schenkt historicus Gordin geen aandacht aan dit historische proces, waarin de wetenschap zich ontworsteld heeft aan de pseudowetenschap. Hij begint gewoon na de Tweede Wereldoorlog, toen de wetenschap zich inmiddels over de hele linie had verschanst in een eigen vesting, waar de pseudowetenschap geen toegang toe heeft.
Parmantig Intelligent Design
Creation science is vooral Amerikaanse folklore en geënt op het feit dat Amerika eigenlijk één grote Bijbelgordel is. Ook in de laatste opiniepeilingen blijken de Amerikanen de evolutie volgens de Bijbel te prefereren boven Darwin. Door Henry Morris werd vanaf 1972 gepoogd in het Institute for Creation Science het Bijbelverhaal wetenschappelijk te onderbouwen. Geld was er in overvloed, maar het was uiteraard een mission impossible. Ook met fossielenfraude bleek die missie niet tot een goed einde te brengen.
Het creationisme kreeg in Nederland nooit een voet aan de grond. Des te succesvoller was een nazaat ervan, de Intelligent Design (ID) beweging, die eind twintigste eeuw in de VS ontstond. Kernthema van ID was dat sommige processen in de natuur zo complex zijn dat ze nooit stapsgewijs ontstaan kunnen zijn. Dit thema van deze zogeheten niet-herleidbare complexiteit werd met enthousiasme geadopteerd door een aantal VU-hoogleraren. Zij kregen zoveel bijval dat ze twee dikke boeken wisten te produceren en zelfs OCW-minister Van der Hoeven even bij de neus namen.
Zelden is een pseudowetenschappelijk kaartenhuis zo snel in elkaar gestort als de ID-beweging. Al die voorbeelden van niet-herleidbare complexiteit, zoals bacteriële zweepstaarten of menselijke bloedstolling, bleken in deskundige handen zonder moeite te kunnen ontstaan in een stapsgewijze evolutie. ID had ook geen alternatief voor stapsgewijze evolutie. Niemand kon aangeven waar God de evolutie een zetje had gegeven en hoe dat dan precies gegaan zou zijn.
Ik zou de stille dood van ID niet hebben aangehaald, als er niet recent nog een laatste stuiptrekking was geweest. Aan de VU promoveerde op 11 december 2012 de bioloog Joris van Rossum op een filosofisch proefschrift, waarin hij claimt dat seksuele voortplanting onverklaarbaar is op basis van de evolutietheorie. Parmantig concludeert de jonge doctor dat hij dus Darwins evolutietheorie heeft gefalsificeerd. Nu is er altijd wel gesteggeld over de precieze evolutionaire voordelen van seks, maar anno 2012 is er geen enkele serieuze evolutiebioloog die denkt dat seks wringt met Darwin.
De Nederlandse evolutiebiologen vielen dan ook en bloc over het VU-proefschrift heen. Van Rossum had de recente literatuur niet gelezen en wat hij wel had gelezen, had hij niet begrepen. De grootste gram trof de beide promotoren, de filosoof Van Woudenberg en de wiskundige Meester, die een promovendus hebben begeleid bij de bestudering van een onderwerp waar ze beiden geen verstand van hebben. Ook de VU gaat niet vrijuit. Van Woudenberg en Meester zijn ID-paladijnen van het eerste uur. Die kun je niet los laten rondlopen in de serieuze biologie. Daar moet je geharnaste evolutiebiologen naast zetten om dit soort ID-oprispingen tegen te gaan. Ook de rector van de VU heeft dat inmiddels publiekelijk erkend.
Ik heb wel met promovendus Van Rossum te doen. Nu denkt hij nog dat hij Darwin een poets heeft weten te bakken, maar uiteindelijk zal het hem dagen dat elke serieuze bioloog zijn proefschrift niet zo’n meesterwerk vindt. Lang nadat de ID-strapatsen van zijn promotoren zijn vergeten, zit hij nog met dat proefschrift. Treurig.
Crackpots en tragische figuren
Pseudowetenschap is relatief jong in de geneeskunde. Lang was volstrekt onduidelijk wat werkte en wat niet. Evidence-based geneeskunde is nu de standaard, maar lang was de overtuiging van de dokter dat zijn behandeling werkte maatgevend, of die behandeling nu regulier of alternatief was. In het begin van mijn carrière hadden alternatieve therapeuten daarom ook geen behoefte aan wetenschappelijke rechtvaardiging. Moerman was ervan overtuigd dat zijn moermandieet kanker genas. Hij ging echt geen systematische prospectieve studies doen. Je ging een patiënt toch niet de zegeningen van het moermandieet onthouden?
Hoe anders ligt dat anno 2013. De evidence-based geneeskunde staat op een voetstuk en alternatieve therapeuten pogen een plekje op dat voetstuk te veroveren. Mimicry heb ik dat eerder genoemd en het vormt een rijke bron van pseudowetenschap.
Een derde vorm van pseudowetenschap is de cynische, door financiële belangen gedreven pseudowetenschap. Als jij denkt dat verbranding van mijn petroleum de aarde opwarmt, dan huur ik wel een wetenschapper in die het tegendeel bewijst. Die laat zien dat verbranding van petroleum helemaal geen CO2 oplevert, dat meer CO2 juist gezond is, dat de aarde helemaal niet opwarmt en dat die verdwijnende gletsjers socialistische propaganda zijn. Deze cynische vorm van pseudowetenschap wordt door Gordin nauwelijks behandeld in zijn boek, omdat Oreskes en Conway dat al afdoende hebben gedaan in hun boek Merchants of doubt.
Resteren de meest authentieke pseudowetenschappers, de mensen die niet pogen de Bijbel of de petroleumindustrie goed te praten, of hun Chinese kruiden aan de man te brengen, maar die menen binnen de reguliere wetenschap een nieuwe visie ontwikkeld te hebben, die superieur is aan de gangbare. Daar zitten veel crackpots tussen en een enkele tragische figuur, zoals de geniale scheikundige Linus Pauling, die op hoge leeftijd ging denken dat met megadoses vitamine C kanker voorkomen en genezen kan worden. In extreme politieke omstandigheden kunnen zulke randfiguren dominant worden in hun tak van wetenschap, zoals Lysenko. Gesteund door Stalin wist Lysenko zijn idee dat verworven eigenschappen erfelijk kunnen zijn, tot leidraad van de sovjetlandbouw te maken, daarmee niet alleen de Sovjetgenetica, maar ook de Sovjetlandbouw ruïnerend.
Velikovsky’s bestseller
VelikovskyDe protagonist van de respectabele pseudowetenschappers is volgens Gordin echter Immanuel Velikovsky. In 1950 publiceerde Velikovsky zijn Worlds in Collision, waarin hij een spectaculaire nieuwe theorie poneerde voor de recente geschiedenis van de aarde. Velikovsky beweerde dat een gigantische komeet van de planeet Jupiter was gerukt en richting aarde was gegaan. Na catastrofes op aarde te hebben aangericht, was de komeet uiteindelijk tot rust gekomen als de nieuwe planeet Venus. Velikovsky poneerde dat deze catastrofale botsing in het recente verleden heeft plaats gevonden, circa 1500 v.C., en dat de gruwelijke gevolgen zijn overgeleverd in de sagen van de mensheid. Mozes die de Rode Zee even drooglegde om zijn volk doorgang te verschaffen, was niet bij wijze van spreken, maar echt gebeurd door de bijna-botsing van de aarde met een komeet.
Velikovsky was arts-psychiater-psychoanalyticus, zeer geïnteresseerd in de geschiedenis van het Joodse volk en hij had zich verdiept in de sagen van andere volken, Chinezen, Indiërs, Maya’s, Inca’s, enz. Hij had daaruit de overtuiging gedestilleerd dat de catastrofen die in al deze sagen beschreven worden, ook echt gebeurd moeten zijn. Vanuit die rotsvaste overtuiging paste Velikovsky de geologische geschiedenis van de aarde aan, ongehinderd door hedendaagse astronomische kennis. Die kennis had hij namelijk ontleend aan een boek uit 1696 dat Velikovsky niet goed had begrepen, zoals de Nederlandse wiskundige Hans Freudenthal in een gedetailleerd artikel heeft laten zien.
De astronomen waren ontzet over dit absurde verhaal van Velikovsky, maar vooral dat zijn schertstheorie was gepubliceerd door een serieuze uitgever van wetenschappelijke literatuur, MacMillan. Dit verklaart wellicht waarom een aantal wetenschapsredacteuren van serieuze kranten als de New York Herald Tribune erin liepen. Hoewel Velikovsky’s boek geweldig verkocht, kreeg MacMillan al gauw spijt. MacMillan had een lucratieve afdeling voor wetenschappelijke leerboeken en die dreigde in de verdrukking te komen, toen leerboekschrijvers MacMillan lieten weten dat ze niet geassocieerd wilden worden met Velikovsky. Uiteindelijk schoof MacMillan de hete Velikovsky-aardappel door op het bord van uitgeverij Doubleday, die deze melkkoe nog lang heeft weten uit te melken.
Historicus Gordin doet zijn best om te reconstrueren hoe MacMillan er toe is gekomen om een wetenschappelijk prul te publiceren dat al door acht uitgevers was afgewezen. Uit deze reconstructie blijkt dat MacMillan het boek wel degelijk heeft laten beoordelen door redelijk competente mensen, en dat die vrij positief hadden gereageerd. Weliswaar had niemand een goed woord over voor de astronomie, maar de interpretatie van de catastrofes uit wereldsagen als historische gebeurtenissen vonden de reviewers toch intrigerend. Ook als de astronomie van Velikovsky niet deugde, kwam er misschien nog wel eens een verklaring die beter paste bij de vaststaande geologische feiten.
Deze onderschatting van het effect van pseudowetenschap zie je vaak. Mensen willen niet scherpslijpen, moet toch kunnen, het is zo aardig geschreven, het kan toch geen kwaad, die man bedoelt het goed. Door dit soort begripvolle zachtheid slipt er van allerlei softe nonsens via serieuze kanalen het publieke domein binnen. Ik herinner me nog het rapport-Muntendam over alternatieve behandelmethoden in Nederland. In een doorgeschoten vlaag van consensus zoeken, liet een aantal serieuze dokters zich meeslepen door de tijdgeest om ‘alternatief’ een serieuze plek te geven in de Nederlandse geneeskunde. Er was maar één commissielid dat de rug recht hield. In een vlijmscherp minderheidsstandpunt toonde psycholoog Frits van Dam aan waarom het rapport-Muntendam niet deugde en de deur openzette voor een leger aan dubieuze pseudowetenschappelijke medische praktijken.
Het boek van Velikovsky ging meteen naar de top van de bestsellerlijst. Het was meeslepend geschreven, de gemiddelde lezer kon niet weten dat die Venus-toestand astronomisch volstrekte flauwekul was – het was immers een MacMillan-boek – en veel mensen die zijn opgegroeid met het Oude Testament vonden het wel mooi dat iemand nu liet zien dat al die fantastische verhalen over een droogvallende Rode Zee een historische basis hadden. Uiteraard werd Velikovsky omarmd door de christelijke fundamentalisten, ook al moest hij daar zelf niets van hebben. Creationisme was pseudoscience, vond Velikovsky, zijn eigen werk was echte wetenschap, alleen nog niet door iedereen als echt herkend.
Een vruchteloos debat
Velikovsky was in alles het prototype van een pseudowetenschapper. Rotsvast overtuigd van eigen gelijk, charismatisch, meeslepend, erudiet, intransigent. Meestal verdwijnen zulke mensen weer snel uit beeld. Ze zijn zo onmogelijk dat ze geen stabiele achterban kweken. Velikovsky wist echter een comeback te maken in de jaren 1960, toen de antiautoritaire hippiejeugd op zoek ging naar iconen. Toen kwam Velikovsky als geroepen met zijn fantastische catastrofetheorie, verguisd door alle officiële wetenschappers. Uiteraard konden de hippies de krakkemikkige astronomische onderbouwing van Velikovsky’s theorieën niet doorzien, maar dat hij geen officiële wetenschap vertegenwoordigde, was buiten kijf en genoeg. Voor Doubleday was de hernieuwde belangstelling een mooie meevaller. Hoewel Velikovsky niets moest hebben van de counterculture, kon hij de hernieuwde belangstelling voor zijn theorieën waarderen.
De piek in deze Velikovsky-revival kwam toen de American Association for the Advancement of Science (AAAS) in 1974 een symposium over Velikovsky organiseerde. De AAAS liet er geen misverstand over staan wat het doel was van het symposium: de ontmaskering van Velikovsky’s ideeën, niet een debat met Velikovsky, omdat zo’n debat niet thuis hoorde in een serieuze wetenschappelijke bijeenkomst. Uiteindelijk werd het wel een debat, waarin de 79-jarige met zijn gebruikelijk verbale vaardigheid zijn ideeën verdedigde. Inmiddels karakteriseerde hij die ideeën niet meer als theorie, maar als een onweerlegbare reconstructie van historische feiten.
Tegen Velikovsky had AAAS erkende kanonnen in stelling gebracht, zoals de charismatische astronoom en publiekslieveling Carl Sagan. Het symposium liep geheel uit de hand en nam drie uur langer dan het plan was. Na afloop waren beide partijen volstrekt overtuigd dat zij een doorslaggevende overwinning hadden behaald. Het doel van de AAAS om de populariteit van Velikovsky’s absurditeiten onder studenten eens en vooral te ondergraven, was faliekant mislukt.
Brosrepen
Verbazingwekkend is dat niet. Pseudowetenschap heeft vaak het karakter van een religieuze sekte en dan helpt het niet om daar een openbaar debat over te organiseren. De sekteleden laten zich niet overtuigen, en het grote publiek wordt op het verkeerde been gezet: als het de moeite waard is om een symposium over Velikovsky, astrologie, homeopathie, intelligent design, u roept maar, te organiseren, dan zit daar misschien toch iets in. Die aandacht werkt vaak averechts en ik doe er dus niet aan mee.
Ik herinner me dat de Kindergeneeskunde in het AMC in een moment van onbezonnenheid een symposium over complementaire geneeskunde organiseerde waarin een aantal prominente alternatieve therapeuten zou spreken. In een laat stadium kwam de Raad van Bestuur daar achter, waarna ik het verzoek kreeg om in een ingelaste voordracht aan het eind van de bijeenkomst tegenwicht te bieden. Per kerende post liet ik weten dat ik vereerd was, maar paste. Het heeft weinig zin om de duivel uit te komen bannen als het kwaad eenmaal is geschied. Een echt symposium in het AMC, daar zou alternatief Nederland nog jarenlang propaganda mee maken en mijn banvloek zou daar niets aan afdoen. Gelukkig had toen de Raad van Bestuur van het AMC het verstand en de kracht om het hele symposium op het laatste moment af te blazen.
Terug naar Velikovsky wiens pseudowetenschap ook na 1974 nog een tijdje kon doorsudderen met behulp van tegendraadse hippies. Zijn boek Worlds in Collision zag al meer dan 70 Engelse edities tijdens Velikovsky’s leven en het werd in veel talen vertaald, waaronder Nederlands. Historicus Gordin is niet verbaasd. Het onderscheid tussen wetenschap en pseudowetenschap is nu eenmaal lastig. Sterker, Gordin vindt dat er geen objectief criterium is dat het onderscheid kan maken. Zelfs het criterium van Karl Popper dat een echte wetenschappelijke theorie falsifieerbaar, weerlegbaar en toetsbaar moet zijn, verwijst hij naar de prullenmand, want wie besluit wanneer een theorie falsifieerbaar is, toetsbaar, of weerlegd is? Allemaal subjectief en daar kan een strenge filosoof niet mee werken.
Gordin geeft toe dat de gemiddelde onderzoeker geen moeite heeft met het onderscheid tussen wetenschap en pseudowetenschap. Ik kan dat beamen. Ook echte paradigmawisselingen in mijn vak, niet door iedereen meteen omarmd, roken nooit naar pseudo. Laat ik één voorbeeld geven: het prionconcept. Prionen zijn abnormaal gevouwen eiwitten die hun normale soortgenoten kunnen overhalen om ook abnormaal te vouwen, zodat grote eiwitklonten ontstaan. Als dat in de hersenen gebeurt krijg je ‘gekkekoeienziekte’ of een variant daarvan en ga je dood.
Toen Stan Prusiner in 1993 postuleerde dat prionen geen virussen waren maar infectieuze eiwitten, was dat een echte paradigmashift. Niet veel vakgenoten geloofden Prusiner. Toch kwam niemand op het idee om dit pseudowetenschap te noemen. Er waren al heel oude proeven die lieten zien dat prionen zo ongevoelig waren voor röntgenstraling dat ze nauwelijks DNA of RNA konden bevatten. Prusiners concept kwam dus niet uit de lucht vallen; je kunt zelfs vraagtekens zetten bij zijn Nobelprijs. Daar kwam bij dat Prusiners prionconcept gebaseerd was op solide proeven en uiterst toetsbaar en weerlegbaar was. Het idee van een infectieus eiwit was bizar, maar niet onmogelijk, en goed te testen, zoals later onderzoek heeft laten zien.
In de praktijk zijn er ook veel kenmerken van de pseudowetenschapper die diagnostisch zijn. Een echte onderzoeker weet dat verregaande claims, verregaande experimentele bewijsvoering vereisen. Ik herinner me nog goed hoe Tom Cech zijn ontdekking dat sommige RNA-moleculen een chemische reactie kunnen katalyseren in het tijdschrift Science publiceerde. Cech realiseerde zich dat wij biochemici allemaal zouden denken dat hij iets over het hoofd had gezien en een artefact had geproduceerd. Driekwart van zijn stuk bestaat dan ook uit het minutieus analyseren van alle mogelijk denkbare artefacten. Het stuk is één lange controleproef en daarom werd de vondst van Cech meteen vakbreed geaccepteerd.
Echte onderzoekers bouwen argwaan in. Ik heb in mijn lab altijd Bros-repen uitgeloofd aan studenten die mijn meest geliefde hypothese met welgemikte proeven onderuit wisten te halen. Die Bros-repen zijn ook uitgereikt. Ook onderzoekers die zo overtuigd zijn van eigen gelijk dat ze geen Bros-repen uitloven, blijven meestal toch in discussie over de feiten en hun interpretatie. Wie op de vraag: ‘Wat zou je theorie kunnen weerleggen?’ geen lijst met uitvoerbare proeven weet op te hoesten, plaatst zichzelf buiten de serieuze wetenschap.
Fatale fascinatie
In de praktijk is het voor vakmensen zelden een probleem om pseudowetenschap te herkennen, waar het opduikt, ook al vertellen filosofen ons dat het onderscheid met echte wetenschap niet te maken valt. De meeste pseudowetenschap is absurd en totaal niet te rijmen met wat we zeker weten. Als astrologen beweren dat de stand van de sterren mijn leven bepaalt, hoef ik daar niet over na te denken. Dat kan niet. Als homeopaten willen dat ik de werking van oneindig verdunde geneesmiddelen ga onderzoeken, begin ik daar niet aan. We weten iets van scheikunde en dat zet ik niet overboord voor een idiote theorie, die nergens op gebaseerd is. Het helpt dat pseudowetenschappers de neiging hebben zichzelf buiten spel te zetten door fanatisme, onredelijkheid, knullige experimentele resultaten en door de humorloosheid van de echte gelovigen.
Velikovsky, de meest gerespecteerde pseudowetenschapper ooit, laat trouwens zien, dat in de praktijk de demarcatie werkt. Van meet af aan zag het gros van de vakmensen dat Velikovsky astronomische en geologische onzin had geproduceerd. Omdat de wetenschap ingewikkeld was en Velikovsky een charismatisch, erudiet en verbaal begaafd man was, kon hij een groot publiek enthousiast maken voor zijn ‘historische reconstructie’. Maar in de leerboeken vind je Velikovsky niet terug.
Dit alles neemt niet weg dat pseudowetenschap in bredere zin het meest klemmende probleem is geworden van onze tijd. Wij kunnen in onze westerse, academische leunstoel wel meewarig neerkijken op al die domme mensen die in goden en hun profeten geloven, in ayurvedische geneeskunde, of ufo’s, maar het bittere feit is dat we een kleine minderheid van sceptici vormen, die geloven dat alle problemen op te lossen zijn met echte wetenschap. Urgenter dan een preciezere definiëring van pseudowetenschap, is daarom het onderzoek naar de neiging van mensen om malle dingen te geloven. Het is juist dat de resultaten van echte wetenschap vaak contra-intuïtief zijn, zoals Lewis Wolpert heeft betoogd in zijn The unnatural nature of science, maar veel pseudowetenschap is dat ook. Daarbij komt dat pseudowetenschap meestal saai en voorspelbaar is, terwijl echte wetenschap laat zien hoe ingenieus, onvoorspelbaar en elegant onze wereld en wij zelf in elkaar steken. Waarom dan toch die fatale fascinatie voor pseudowetenschap?
Dat is een vraag, waar Gordin niet aan toe komt en waar ik ook nog geen volledig bevredigend antwoord op heb gevonden. Pogingen tot een antwoord zijn door antropologen, psychologen en wetenschapsfilosofen gedaan en ik heb er columns over geschreven (Borst, 2010). Irrationele overtuigingen waren kennelijk van evolutionair voordeel in de tijd dat de mens ontstond, maar nu zitten we opgescheept met dat brein, dat niet optimaal is toegesneden op de problemen van een steeds vollere, warmere wereld.
Literatuur
Borst, P. (2010). Gezonde twijfel. Amsterdam: Uitgeverij Nieuwezijds.
Freudenthal, H. (1963). Botsende werelden (Worlds in collision). Rekenschap, 10, 162-182.
Gordin, Michael D. (2012). The pseudoscience wars: Immanuel Velikovsky and the Birth of the Modern Fringe. Chicago: University of Chicago Press.
Muntendam, P. et al. (1981). Alternatieve Geneeswijzen in Nederland. Rapport van de Commissie Alternatieve geneeswijzen. Den Haag: Staatsuitgeverij.
Oreskes, N. en E.M. Conway (2010). Merchants of Doubt. New York: Bloomsbury Press.
Wolpert, L. (1993) The unnatural nature of science. Londen: Faber & Faber.
Uit: Skepter 26.1 (2013)
Vond u dit artikel interessant? Overweeg dan eens om Skepsis te steunen door donateur te worden of een abonnement op Skepter te nemen.
Steun Skepsis
Piet Borst is arts en emeritus-hoogleraar biochemie. Tevens lid van het Comité van Advies van Skepsis.
© Stichting Skepsis
↑
De bijdrage van Leonardo deed me weer denken aan een artikel van Piet Borst over pseudowetenschap.
Hier te vinden: https://skepsis.nl/pseudowetenschap/
dank voor je comment, Peter, dank voor de link en de herinneringen die deze bij mij oproept.
Velikovsky en Van Rossum – hebben ze wat gemeen?
Ja, ze brengen mij bij een dominee die op ons dorpje stond. Ik was een jonge man van 17 of 18. De dominee preekte over het volk dat door de Rode Zee trok en de oversteek maakte, waarna het leger van de Farao verzwolgen werd door een vallende watermuur.
Kijk, zei dominee, daar stond natuurlijk geen watermuur. Wat er gebeurd moet zijn is dit.
Ergens meer noordelijk heeft een aardbevinkje de Jordaan tijdelijk versperd door een dam met rotsblokken. Dat maakte dat de Rode Zee even droog stond. Het Joodse volk heeft daar handig gebruik van gemaakt. Terwijl het volk aan het overtrekken was, waren die rotsblokken alweer aan het rollen gegaan, door de kracht van het opstuwende water. Zodat, toen de Farao er aan kwam het losgebroken water zich met donderend geraas op diens leger stortte.
Ik herinner me nog goed zijn conclusie.
Broeders en Zusters. Dat maakt Gods wondere wegen niet minder wonderbaarlijk, ook niet minder ondoorgrondelijk. Het blijft een wonder dat het Joodse volk gespaard werd. Maar het maakt de oude verhalen meer geloofwaardig.
“En wat ik dus wil constateren is, dat er inmiddels weliswaar een hoop wetenschappers bezig zijn met the anthropocene as a heuristic and analytical power to rethink the nature-culture relation and to re-assess the narratives that historians of science, technology, and the environment have written until now, maar dat dat iets heel anders is dan wetenschapsbeoefening. Het is zoiets als de exacte wetenschappen onderbrengen bij de sociologische faculteit.”
Hier ben ik het volledig mee eens. Voor de naamgeving binnen de chrono-, litho- en biostratigrafie, en de daaruit met behulp van dateringen afgeleide geochronologie, bestaan binnen de aardwetenschappen internationaal nomenclatuur commissies. Die laten zich zeker niet leiden door waanzinnige voorstellen van buitenstaanders.
Binnen de lithostratigrafie worden afzettingen uit het geologisch verleden onderverdeeld in formaties. Een formatie is een op het oog herkenbaar gesteentepakket met min of meer gelijke eigenschappen, formeel beschreven en benoemd op een bepaalde ’type locality’ (type lokaliteit). Als het even kan wordt het soort gesteente benoemd. Wij kunnen het dan bij voorbeeld hebben over een zandsteen, kalksteen, mergel of klei formatie. De formele naam dient dan verder met hoofdletters te worden beschreven, een voorbeeld dicht bij huis: de ‘Beemster Klei Formatie’. Als het soort gesteente duidelijk is, mag het woord ‘formatie’ in publicaties worden weggelaten, dan wordt het simpel ‘Beemster Klei’.
Hebben wij te maken met een in het veld herkenbaar gesteentepakket, dat is opgebouwd uit meer dan één gesteentetype, zoals een min of meer regelmatige afwisseling van mergel en kalksteen, dan wordt de naamgeving enkel opgebouwd uit de naam van een type lokaliteit met de verplichte toevoeging van het woord formatie. Een voorbeeld uit de noordelijke Alpen: ‘Drusberg Formation’. Als geoloog weet je dan meteen, dat het verschillende gesteentetypen betreft.
Veel formaties op aarde zijn honderden meters dik en in miljoenen jaren gevormd. Het kan zijn dat daarin ook weer afwijkende secties worden aangetroffen. Dan worden die weer afzonderlijk met hoofdletters beschreven en benoemd als ‘member’. Wordt er een enkele afzonderlijk herkenbare gesteentelaag aangetroffen, dan wordt die beschreven en benoemd als ‘bed’. Soms wordt een aantal formaties weer tezamen formeel aangeduid als ‘group’.
Aan een term als ‘antropocene’ is in de geologie geen plaats en geen enkele behoefte. Ik geef daarom een voorbeeld van verder denken langs geologische lijnen. In het Bodenmeer, dat regionaal de grens vormt tussen Zwitserland, Oostenrijk en Duitsland, zijn in de kleiige bodemafzettingen, vooral van na WO II, tal van vreemde stoffen aanwezig. Die zijn er door toedoen van de mens in terechtgekomen. Aan de Universiteit Heidelberg werd daarnaar tientallen jaren lang onderzoek gedaan. Sommige stoffen worden vastgehouden in de lagen waarin ze zijn afgezet, andere migreren ook nog naar diepere lagen in de afzettingen. Het ecosysteem was daardoor ook veranderd, vooral door de aanvoer van fosfaten uit de vroegere wasmiddelen, die als kunstmatige bemesting voor een rijker plantaardig en dierlijk leven bleek te zorgen. Er werd in de eerste decennia na de WO II veel meer vis gevangen dan voorheen.
De ophoping van pesticiden en andere schadelijke stoffen in het bodemslib leidde uiteindelijk tot een grootscheepse actie om het Bodenmeer tegen verdere vervuiling te behoeden. En dat is al in de loop van de vorige eeuw met succes bekroond. Het water is weer volledig schoon te noemen, vergelijkbaar met de toestand in het begin van de vorige eeuw. Alleen de vissers mopperen, die vangen nu weer veel minder.
Misschien zal het vervuilde deel in de afzettingen in het Bodenmeer later door geologen formeel worden benoemd, maar dan alleen als ‘bed’ of ‘member’. Zelf denk ik dat de oprukkende Rijndalgletsjer er voor die tijd opnieuw voor zal zorgen de huidige afzettingen in het Bodenmeer volledig te eroderen en ook om het Holoceen voordien al af te sluiten. Er moet dan natuurlijk wel tijdig een naam voor de nieuwe ijstijd door geologen worden bedacht.
Nou las ik het volgende hier op de site, waarvan ik mij dan afvraag of iemand die zulks stellen gaat nog wel in staat is om redelijkerwijze om logisch na te denken.
Het is voor klimaatneutraliteit voldoende als er wordt gezorgd dat de houtvoorraad in betrokken bossen stabiel is.
En dat is ze.
Goed, even resumeren dan. Indien men duizend bomen met een omtrek van 80 centimeter uit een bosperceel wegnemen gaat, hoeveel nieuwe aanplant moet er dan komen om deze houtmassa te compenseren? Duizend bomen vervangen door duizend nieuwe aanplant is geen stabiliteit maar een rekenkundige truuk om onnadenkende mensen op een dwaalspoor te zetten.
Te vergelijken door uit een bakstenen muur tweehonderd bakstenen te vervangen door tweehonderd kiezelstenen. Qua aantal klopt het dan wel maar of het nog veilig is om in te wonen betwijfel ik, maar ieder zijn eigen keus.
Tegelijkertijd doemt de vraag op of het dan nog wel zinvol is om met dit soort mensen met deze gedachtegang nog in discussie te gaan of te blijven, daar deze niet in staat is/zijn om hun eigen onzin te erkennen.
Kunne we de tevergeefse energie van BMG niet gebruiken om de aarde te vergroenen?