Small Nuclear Reactor, Rolls Royce.

Een bijdrage van Jeroen Hetzler.

Het begint er op te lijken dat het gezond verstand de irrationele informatie over kernenergie heeft doorzien. Het gezonde verstand heeft de opgedrongen angst voor kernenergie overwonnen en de bakerpraatjes van vooral Greenpeace en WISE door te prikken.

De feiten vertellen immers een heel ander verhaal. Het is een kwestie van sommetjes maken …of de uitkomsten bevallen hen niet. We lezen bijvoorbeeld in de Telegraaf:

Campagnevoerder Gerard Brinkman van actiegroep Wise weet het zeker: “als de plannen voor nieuwe centrales concreet worden, zullen grote groepen weer opstaan tegen atoomstroom, ook jongeren. „Er kleven nog steeds gevaren aan kernenergie en het is gewoon te duur.”

Gevaren kleven aan alles, zelfs aan een bananenschil op straat. Een nietszeggende dooddoener. Het opslaan van veel grotere hoeveelheden zwaar chemisch afval dat nooit vergaat toont de zwakte van dat argument aan, namelijk de eenzijdige visie en informatievoorziening. Greenpeace is hierin zeer bekwaam en dus evenzeer onbetrouwbaar. Immers, kernafval vergaat juist wél altijd. Daarbij, kernenergie heeft veruit het laagste aantal doden per geproduceerde TWh.

WISE c.s. verspreiden misleidende informatie. Het gaat daarom om de veiligheidsnaleving. Men moet daarin echter niet doorslaan met irrationele regelgeving, waardoor kernenergie nodeloos duur wordt gemaakt. Dit is gebeurd zoals men hier kan vaststellen. Kernenergie is desondanks uiteindelijk juist concurrerend goedkoop. Later meer hierover. Laten we na deze zijstapjes terugkeren naar het artikel in de Telegraaf:

Misschien was 2018 wel een omslagpunt. Bij de VPRO, op het hoogste podium van progressief Nederland, hield presentator Arjen Lubach opeens een hartstochtelijk pleidooi voor kernenergie. „Hoogradioactief afval gevaarlijk? Al het afval dat we nu in Nederland hebben past in één flinke zeecontainer!” Er zal altijd een harde kern zijn, maar ik denk dat steeds meer mensen het licht zien. Angst kun je overwinnen. Bron mogelijk achter betaalmuur.

Desondanks leeft in vooral milieukringen en klimaatbevlogenen het beeld van gevaarlijk en te duur. Dit herkennen we van Timmermans, al begint deze een beetje te draaien. Dichter bij huis zien we die dogmatische afwijzing van kernenergie vooral bij Nijpels. Bij de klimaattafels werd kernenergie opzichtig buitengesloten. Er is derhalve iets onprettigs aan de handelwijze van Nijpels in punt 3 van het regeerakkoord (in EW):

De procedures voor de realisatie van nieuwe grootschalige energie-infrastructurele projecten die van nationaal belang zijn, gaan te traag. We brengen daarin versnelling aan door een aanpak zoals in de Crisis- en Herstelwet.’ Dat kan maar één ding betekenen: bestaande democratische procedures zullen vaker buiten spel worden gezet om die grootschalige projecten te kunnen realiseren, zoals de broodnodige versterking van elektriciteitsnetwerken. Ed Nijpels lijkt hier zijn wensen vervuld te zien. Bron.

De inherent abominabele prestaties van wind en zon zijn kennelijk reden tot klimaatdictatuur. Alleen, daar lost hij het probleem nooit mee op natuurlijk. Immers, over vermogensdichtheid (VD) ofwel energetische prestatie lijkt Nijpels nooit gehoorde te hebben. Dit ter verduidelijking. Windmolens hebben een VD van 2 tot 3 Watt per vierkante meter. Zon 4 tot 12 W/m^2, gas 2000 W/m^2 en kernenergie 8000 tot 10.000 W/m^2.

Nijpels had zich dus eerst moeten verdiepen in begrippen als vermogensdichtheid, leveringszekerheid en levensduur, alvorens met zulke onbezonnen feitenvrije uitspraken te komen. Dan had hij zich gerealiseerd dat kernenergie windmolens en zonnepanelen met straatlengtes achter zich laat, qua kosten, betrouwbaarheid en levensduur. Helaas blijkt het maken van sommetjes teveel gevraagd. Feitenvrij alarmeren geniet kennelijk bredere voorkeur bij milieu- en klimaatbevlogenen in hun ijver hun raison d’être te behouden.

Progressief is dit allemaal niet, maar oerconservatief net zoals natuurbehoud dat is. Dat belooft wat voor onze samenleving. Het verval, zoals de aantasting van de Trias Politica door feitenvrije activistische rechters, en de aantasting van de democratie door Nijpels zijn reeds merkbaar.

Onlangs verscheen een interessant artikel over Small Modular Reactors (SMR) in EW, dat ik nog niet in digitale vorm heb gezien. “Kernrevolutie uit de fabriek” Het betreft de zeer goedkope serieproductie van SMR die de wereld begint te veroveren. China is koploper met zelfs al in productie name en plaatsing. SMR gaat tot 500 MW aan vermogen.

Deze technologie is interessant genoeg om er eens mee aan het rekenen te gaan. Overigens is elders in de wereld ook al ruime, en positieve, ervaring met SMR’s. Opgegeven bouwkosten volgens Rolls Royce bedragen € 1,8 miljard voor 500 MW bij 98% leveringszekerheid. De levensduur is 60 jaar (4 maal de subsidieperiode van een windmolen), dan vinden we: € 1,8 mrd /(500 MW x 60 x 8.760* x 0.98** = 258 TWh.) = 0,7 €cent/kWh.

Dit is weinig. Investeerders zullen de terugverdientermijn van hun investering bijvoorbeeld op de vergelijkbare 15 jaar voor een windmolen willen zien, hetgeen dan zou leiden tot 2,8 €ct/kWh.

*uren per jaar

** capaciteitsfactor/leveringszekerheid als % van de tijd

Die levensduur van 60 jaar wordt wel in stand gehouden door geregeld onderhoud. Dit brengt natuurlijk kosten met zich mee. Eender geldt voor windmolens en zonnepanelen en de kosten van hun vervanging. Dus zijn de cijfers niet geheel rotsvast, maar geven wel een goed indicatief beeld. Na 15 jaar zijn windmolens niet waardeloos, maar passen niet meer in het verdienmodel van subsidies. Bron.

In EW staat te lezen dat China al gestart is met SMR’s en dat in 2030 dergelijke kerncentrales ook hier geplaatst kunnen worden. Dit lijkt mij alleszins redelijk zodat ze de inherent onbetrouwbare windparken en zonneweides kunnen vervangen door betrouwbare stroomlevering. Een oude koe die steeds uit de sloot wordt gehaald, is Hinckley Point C (HPC) en kernenergie is te duur.

Onzin:

Om na te gaan of HPC met 25 miljard euro ook werkelijk duur is, moeten we de kosten vergelijken met de baten. Dan moeten we allereerst vaststellen dat HPC bestaat uit twee EPR’s met elk een nettocapaciteit van 1600 Megawatt. Op jaarbasis zullen ze samen 26 miljard kWh leveren aan het Britse elektriciteitsnet. Dat is genoeg stroom voor bijna 9 miljoen huishoudens. (In Nederland zou HPC dus álle huishoudens kunnen voorzien van CO2-vrije stroom.) HPC heeft een ontwerplevensduur van 60 jaar, met de mogelijkheid om te verlengen tot minstens 80 jaar. Gedurende 60 jaar zal HPC ruim 1500 miljard kWh aan stroom leveren. Daarmee komen de investeringskosten per kWh op 1,6 cent.

Het zeer zit hem in de bouwkosten die door de eerder in dit artikel genoemde ontspoorde veiligheidseisen absurd hoog zijn. Logisch dat investeerders de terugverdientijd van hun investering eerder willen terugzien dan de levensduur van de centrale. Dit is keurig geregeld bij HKC.

De lopende productiekosten na ingebruikname van de centrale zullen naar schatting uitkomen tussen 1,5 en 2,5 cent/kWh. Dit omvat alle lopende kosten tijdens bedrijf, waaronder personeelskosten, brandstofkosten, vergunningen, verzekeringen, onderhoud, belastingen en premies aan het ontmantelingsfonds en de verwerking en eindberging van kernafval.

De investeringskosten en de lopende kosten samen zijn dus hooguit 4,1 cent/kWh. Dat is nog lang niet de 11,3 cent die de eigenaar van HPC vergoed krijgt van de Britse overheid. Wat gebeurt er met het verschil van 7,2 cent/kWh?

Ondanks de relatief hoge bouwkosten zijn de kosten per kWh voor investeerders laag. Die 4,1 cent/kWh is vergelijkbaar met de kosten van een fossiele centrale en veel lager dan de kosten van de goedkoopste equivalente (stabiele, zelfstandige) combinatie van zonnepanelen en windmolens plus opslag met accu’s en waterstof, waarvan de kosten kunnen oplopen tot 50 cent/kWh. Vanuit dat perspectief is HPC dus net zo goed “verschrikkelijk goedkoop”. Zelfs door uit te gaan van “radicale transformatie” van het energiesysteem en extreem gunstige aannames (voortdurende kostendalingen van windturbine, zonnepanelen en opslagsystemen, de bouw van een internationaal elektriciteitnetwerk op continentale schaal, en de beschikbaarheid van goedkoop landoppervlak voor alle apparatuur) komen tegenstanders van kernenergie niet onder de 5 cent/kWh in 2050. Bron.

Jeroen Hetzler.

Opnieuw blijkt hoezeer men zich verkijkt op de stroomleverantie van kernenergie qua hoeveelheid, leveringszekerheid en levensduur.

Ceterum censeo Legem Climae delendam esse.

(Overigens ben ik van mening dat de klimaatwet moet worden vernietigd).

***