Van een onzer correspondenten.
De manier waarop beursgenoteerde ondernemingen verslag doen over het deel van hun bedrijfsactiviteiten dat invloed heeft op het klimaat loopt sterk uiteen. Daarmee is vergelijking van Nederlandse bedrijfsinspanningen voor het klimaat nauwelijks mogelijk.
Dat blijkt uit een KPMG rapport waarin voor het eerst beursgenoteerde bedrijven langs de meetlat zijn gelegd van de in juli 2020 ingevoerde Europese taxonomie wet- en regelgeving waar deze organisaties aan moeten voldoen.
Het merendeel van de beursgenoteerde ondernemingen in Nederland geeft inzicht in het deel van hun bedrijfsactiviteiten dat grote invloed heeft op het klimaat. Volgens de Europese taxonomieregelgeving moeten deze bedrijven dit volgens dezelfde groene taal classificeren. Echter, de manier waarop dat gebeurt, loopt volgens KPMG sterk uiteen, wat het vergelijken van de inspanningen van de bedrijven bijna onmogelijk maakt.
Afgelopen jaar moesten grote Nederlandse beursgenoteerde bedrijven voor het eerst een EU-taxonomie klimaatrapportage publiceren. Het gaat om rapportage over bedrijfsactiviteiten die een aanzienlijke bijdrage kunnen leveren aan klimaatbescherming of aanpassing aan klimaatverandering, zoals het verduurzamen van gebouwen, investeringen in duurzame energie-opwekking en het opleiden van boeren om hun gewassen te beschermen tegen klimaatverandering.
‘Tevens ontbreekt vaak de toelichting op de berekening van de resultaten’
Kwaliteit
Veertien van de 34 onderzochte beursgenoteerde ondernemingen realiseren een deel van hun omzet met potentieel klimaatvriendelijke activiteiten volgens de taxonomieverordening. 23 bedrijven doen investeringen in dit domein. Tegelijkertijd geeft een derde van de bedrijven in hun jaarverslagen niet expliciet aan welke activiteiten onder de taxonomieregelgeving vallen. Vijftien bedrijven gebruiken de terminologie uit de verordening. De overige organisaties geven een eigen invulling aan hun taxonomieverslaglegging. Slechts zes bedrijven rapporteren specifiek aan welke milieudoelstelling wordt bijgedragen.
Ook de lengte van de taxonomierapportages varieert aanzienlijk. Van 241 woorden tot meer dan drieduizend woorden. ‘Dat is overigens geen indicatie voor de kwaliteit van de verslaglegging omdat bedrijven eveneens beschrijven wat de EU-taxonomie betekent zonder uitgebreid inzicht te geven in de resultaten. Tevens ontbreekt vaak de toelichting op de berekening van de resultaten’, aldus KPMG.
‘…de zoektocht naar de juiste gegevens en het interpreteren van de wet- en regelgeving voor veel organisaties nog een flinke uitdaging. Dat zorgt ervoor, dat ieder bedrijf een eigen invulling geeft aan de EU-taxonomie.’
Behoefte aan meer duidelijkheid
Wat de onderzoekers verder opvalt, is dat het merendeel van de beursgenoteerde bedrijven geen relatie legt tussen de EU-taxonomierapportages en hun Environmental, Social & Governance (ESG) strategie op weg naar een volledig duurzame bedrijfsoperatie. Slechts zeven van de 34 ondernemingen beschrijven in hun jaarverslag hoe inspanningen op het vlak van duurzaamheid aansluiten op de regelgeving. KPMG:
‘Daarmee lijkt voldoen aan wet- en regelgeving vooralsnog de belangrijkste drijfveer voor de taxonomierapportages.’
Gijs de Graaff, director Accounting Advies bij KPMG, concludeert dat de kersverse Europese taxonomieverordening voor veel bedrijven nog lastig te implementeren is.
‘De wil om langs de lijnen van de groene taal te rapporteren, is aanwezig. Tegelijkertijd is de zoektocht naar de juiste gegevens en het interpreteren van de wet- en regelgeving voor veel organisaties nog een flinke uitdaging. Dat zorgt ervoor, dat ieder bedrijf een eigen invulling geeft aan de EU-taxonomie. Daarmee is vergelijking van de inspanningen voor het klimaat onder beursgenoteerde bedrijven nauwelijks nog mogelijk. Er is grote behoefte aan meer duidelijkheid zodat de EU-taxonomie een effectief instrument wordt voor het stimuleren van activiteiten die bijdragen aan klimaatbescherming.’
Taxonomie
De EU taxonomieregeling is in het leven geroepen om de transitie naar een klimaatneutraal Europa te ondersteunen door meer kapitaal naar duurzame activiteiten te laten stromen. De verordening moet voor meer transparantie zorgen over duurzame bedrijfsinvesteringen om zowel greenwashing te voorkomen als de samenleving betrouwbaar inzicht te geven in de omvang van duurzame activiteiten als onderdeel van omzet, kapitaal- en operationele uitgaven van ondernemingen.
Beursgenoteerde bedrijven met meer dan vijfhonderd medewerkers moeten aangeven welk deel van hun activiteiten bijdraagt aan het voorkomen van of aanpassen aan klimaatverandering. Deze Europese regelgeving is in juli 2020 van kracht gegaan en wordt voortdurend uitgebreid. Zo moet vanaf volgend jaar toegevoegd worden welk deel van de inspanningen de circulaire economie bevordert, vervuiling voorkomt of biodiversiteit beschermt en herstelt. Het duurzaam gebruik en bescherming van water en andere maritieme bronnen wordt dan eveneens meegenomen in de taxonomieverordening.
***
Bron: hier
Een van die ‘bedrijven ‘ was het ABP, waarvan de CFO onlangs juichend bekendmaakte dat de jaarrekening voldeed aan de (CFD ) Climate-related Financial Disclosures.
Lees voor meer info de jaarbrief 2022 van Larry Fink
Straks moet iedereen verantwoording afleggen voor zijn bijdrage in de klimaat verandering. Via belasting of co2 verbruik app.
Ergelijk vind ik die tegenwerpingen die er steeds maar komen zoals vandaag op wynias week over windmolens op zee. Dat 100% van de tijd het piekvermogen geen garantie is en dat er altijd een volledige backup moet zijn die steeds maar moet aan en afschakelen. Ook het stukje dat windmolens nooit af zijn en dat je permanent aan het bouwen en vervangen bent. Deze berichten ondergraven het vertrouwens in de geboden oplossing. Lang geleden waren er ingenieurs verantwoordelijk voor de energie voorziening. Net als overal in de maatschappij moeten de vakmensen weg en vervangen worden door politieke managers waarbij het uiteindelijke doel als energie voorziening vervangen is door hogere doelen zoals het redden van de wereld of natuur. Dat er nog steeds ingenieurs zijn die niet meewerken begint de politiek genoeg van te krijgen. De energie gedeputeerde van brabant, D66 en conservatorium opleiding klaagde al over tennet dat het onacceptabel is dat als er meer vermogen op het net wordt gepompt dan er verbruikt wordt of omgekeerd dat er 1 kant wordt afgeschakeld. Het is tenslotte een politieke beslissing dat zonneenergie die overdag geleverd wordt verrekend wordt met het nacht verbruik. Dat is de saldering regeling en nu blijkt dat er obstructie is van netbeheerders. Over 10 jaar is die generatie ook met pensioen en kan ook die laag personeel divers en inclusief worden ingevuld om de klimaat doelen te verwezelijken.
https://www.wyniasweek.nl/jettens-zeewindparken-zijn-onhaalbaar-onbetaalbaar-en-ineffectief/
Volgens een bericht in de Volkskrant van 5 januari (https://www.volkskrant.nl/economie/werkgevers-krijgen-een-co2-meetplicht-hoeveel-stoot-het-personeel-uit-op-weg-naar-het-werk~bf81185d/) , zijn bedrijven met meer dan honderd medewerkers verplicht vanaf 2023 CO2 uiststoot van woon- werkverkeer bij te houden.
Wat mij betreft is het heel simpel: zolang woon- werkverkeer niet als werktijd wordt aangemerkt, is het privëtijd en heeft de werkgever niets te maken met wat ik in die tijd doe.
Hoe zou je het resultaat van een niet bestaand probleem met destructieve oplossingen moeten meten?
Eenvoudig: Hoe minder men doet hoe beter. En dat weet men ook, dus verzint men een sappig politiek correct verhaal en gaat men verder zoals men altijd heeft gedaan. Iets anders kan eenvoudigweg niet.
Deze gekkigheid maakt vooral 1 ding duidelijk. De afgestudeerde incompetenten moet toch op de één of andere manier met zitten achter een bureau aan een inkomen geholpen worden. Zodat het niet opvalt dat zij in feite niets meer doen dan lucht verplaatsen. Kortom één van de vele vormen van werkverschaffing.
De taal en gebruik van woorden is in een jaarverslag vooral gericht op de financiën, gericht op economisch en juridisch geschoolden. En die jaarverslaggeving heeft niet tot doel openheid te geven over de tegengekomen problemen en de voorgestane oplossing daarvan, waarmee die verslagevende onderneming geconfronteerd is in betreffende verslagperiode.
Integendeel, is mijn ervaring als een nu gepensioneerde bedrijfsjurist van een eens beursgenoteerde onderneming.
Het betreft vooral financiële gevolgen van problemen waarover verslag wordt gedaan naar de aandeelhouders, die feitelijk niet geïnteresseerd zijn in probleemoplossingen maar in de winst.
Dat KPMG rapporteert, is niet opvallend, want zij zijn naast behulpzame accountant veelal ook adviseur van de onderneming die het jaarverslag uitbrengt. Kennelijk een nevenactiviteit van milieurapportage, waarmee ook geld te verdienen is. En dan zal de rapporteur niet degene willen zijn die de opdrachtgever beschadigt.