Richard Lindzen.

Auteur: Chris Morrison.

Vertaling: Martien de Wit.

Opwarming door kooldioxide verloopt logaritmisch als gevolg van ‘verzadiging’ in het infraroodspectrum en elke toekomstige verdubbeling van het gas in de atmosfeer zal gepaard gaan met dezelfde opwarming van ongeveer 1°C. Dit resultaat wordt niet als controversieel beschouwd, betoogt atmosferisch wetenschapper en emeritus professor Richard Lindzen van het MIT – hoewel men zou kunnen opmerken dat het dat wel is, omdat het het politieke ‘gevestigde’ wetenschappelijke concept van een catastrofale antropogene opwarming van de aarde fataal ondermijnt. Professor Lindzen merkt op dat het huidige “absurde wetenschappelijke narratief” ons opzadelt met een quasi-religieuze beweging. Daar bovenop is de “constante Goebbelsiaanse herhaling door de media van het klimaatalarm” gekomen.

In een door de Global Warming Policy Foundation (GWPF) gepubliceerd artikel waarschuwt Lindzen dat, tenzij we wakker worden en de absurditeit van de drijvende kracht van dat verhaal inzien, “dit waarschijnlijk nog maar het begin zal zijn van de rampen die zullen volgen op de huidige irrationele demonisering van CO2”. Deze rampen omvatten natuurlijk de “verlamming” van de westerse energiesystemen, wat leidt tot een verminderd vermogen om weerstand te bieden aan Russische agressie.

Lindzen is al lange tijd een criticus van het politiek gekleurde verhaal over de opwarming van de aarde. In dit GWPF-essay wijst hij op de woorden van wijlen de Amerikaanse president Eisenhower uit 1961:

Het vooruitzicht van overheersing van de nationale wetenschappers via federale werkgelegenheid, projecttoewijzingen en de macht van het geld, is altijd aanwezig en moet serieus genomen worden. Maar als we wetenschappelijk onderzoek en ontdekkingen respecteren, zoals het hoort, moeten we ook alert zijn op het even grote en tegenovergestelde gevaar dat het overheidsbeleid zelf de gevangene wordt van een wetenschappelijk-technologische elite.

Lindzen waarschuwt al lang voor de gevaren van gepolitiseerde wetenschap en merkte onlangs op dat het door de VN gesteunde IPCC “door de regering wordt gecontroleerd en uitsluitend door de regering gedicteerde bevindingen afgeeft”. Samen met collega-atmosfeerwetenschapper professor William Happer van Princeton vertelde hij recent een onderzoekscommissie van de Amerikaanse regering dat de huidige klimaatwetenschappelijke literatuur ‘een lachertje is. Het was “pal review, niet peer review“, voegden ze eraan toe.

Natuurlijk zijn de banden tussen de klimaatwetenschap en subsidieverstrekkende politici bekend. In 2013 vertelde het toenmalige hoofd van het IPCC, Rajendra Pachauri, aan de Guardian:

“We zijn een intergouvernementeel orgaan en we doen wat de regeringen van de wereld willen dat we doen. Als de regeringen besluiten dat we het anders moeten doen en met een heel ander pakket producten moeten komen, zullen we hen op hun wenken bedienen.

Wetenschappers als Lindzen – en zoals we hebben gezien groeit hun aantal – hebben een intellectueel probleem met het toeschrijven van alle of de meeste veranderingen in de mondiale temperatuur aan de eigenschappen van slechts één atmosferisch spoorgas. Lindzen is ongelukkig met wat hij noemt de ‘eendimensionale‘ kijk op het wereldklimaat en de manier waarop het ‘broeikaseffect’ en de rol van CO2 het opwarmingsverhaal domineren.

Hij stelt vast dat de aarde vele klimaatregimes kent, en dat er in de loop der millennia ‘ingrijpende’ veranderingen in temperatuur zijn geweest tussen de tropen en de poolgebieden. In die tijd is de temperatuur in de tropen weinig veranderd, een situatie die we in de huidige klimaatgegevens waarnemen.

Lindzen behoort tot de school van de klimaatwetenschap die stelt dat de temperatuurveranderingen worden veroorzaakt door dynamische warmtestromen in de atmosfeer en de oceanen die worden veroorzaakt door latitudinale temperatuurverschillen, of ‘baroklinische instabiliteit’ om het met een wetenschappelijke term te zeggen. Veranderingen in de gemiddelde temperatuur “zijn hoofdzakelijk het gevolg van veranderingen in het verschil tussen de tropen en de polen en niet van veranderingen in het broeikaseffect”, stelt hij.

Voor Lindzen is het ‘absurd‘ te veronderstellen dat de kleine bijdrage van CO2 de bepalende factor is voor temperatuurveranderingen in het complexe driedimensionale klimaat. Hij wijst op het bewijs uit de Antarctische Vostok-ijskern waaruit blijkt dat afkoeling voorafging aan afname van CO2 tijdens de ijstijden van de afgelopen 700.000 jaar. Voor de paleoklimatologische gegevens van 600 miljoen jaar geleden “is er geen enkele aanwijzing voor een verband met kooldioxide”, voegde hij eraan toe.

Chris Morrison.

Kooldioxide wordt aangemerkt als een ‘bijzonder belachelijke’ keuze als verontreinigende stof. Zijn voornaamste rol is die van meststof voor planten en momenteel, zo voegt hij eraan toe, “hebben bijna alle planten een tekort aan CO2”.

Bovendien, als we iets meer dan 60% van de CO2 zouden wegnemen, zouden de gevolgen verschrikkelijk zijn, “namelijk de hongerdood voor alle dieren”. Niet dat zo’n daling veel effect zou hebben op de mondiale temperatuur, aldus Lindzen, met minder dan een paar procentpunten verandering in het stralingsbudget, leidend tot een daling van 1°C. Immers, zo concludeert hij, een vermindering van de zonnestraling met 30% zo’n 2,5 miljard jaar geleden leidde niet tot een veel koudere aarde dan nu.

***

Chris Morrison is de Milieu-redacteur van de Daily Sceptic.

***

Bron hier.

***

Uit de oude doos

Bron: Klaus-Eckhart Puls.