Van een onzer correspondenten.

Het was natuurlijk humor tijdens een NOS-radio uitzending deze week, maar de relatief hoge temperaturen van dit moment geven inderdaad aanleiding voor dit soort ludieke acties. Voor de CO2-doemdenkers het zoveelste bewijs dat de aarde opwarmt door menselijk toedoen. We laten de ijsgroei op de noordpool maar buiten beschouwing.

Onderzoeker en klokkenluider Rob de Vos waarschuwde deze week opnieuw om de opwarming alleen toe te schrijven aan CO2. Hij schreef:

‘Kijken we niet alleen naar de directe zonnestraling (zonuren) maar naar de totale instraling, dus directe en diffuse zonnestraling, dan zien we een spectaculaire stijging vanaf 1989. De totale instraling neemt in de periode 1989-2022 met een trend van 0,4795 W/m2 toe met in totaal 15,8 W/m2. Dat is een toename van 14,6% .

Is een toename van de instraling door de zon tussen 1989 en 2022 met 15,8 W/m2 eigenlijk wel veel? Vergelijk het eens met het effect van verdubbeling van het CO2 gehalte. De ‘radiative forcing’ van verdubbeling van het atmosferisch CO2-gehalte wordt vaak geschat op zo’n 3,7 W/m2. Helaas is die 15,8 W/m2 extra zonlicht in De Bilt niet een op een om te rekenen naar °C, maar de vergelijking met de radiative forcing van CO2-verdubbeling laat wel zien, dat wat er de afgelopen 4 decennia is gebeurd met de zoninstraling in De Bilt en grote delen van Europa hoogst waarschijnlijk de opwarmingseffecten van de CO2-toename verre overtreft. Het is niet voor niets dat Hoogeveen et al  in hun onderzoek naar de temperatuurontwikkeling in De Bilt constateerden dat enig effect van CO2 op de temperatuur in De Bilt nauwelijks aantoonbaar was.’

Rob de Vos.

Volgens de wetenschapper wordt het de hoogste tijd dat het narratief van ‘CO2 bepaalt klimaatverandering’ vervangen wordt. Er moet bij onderzoekers oog zijn voor een veel bredere kijk op klimaatverandering. De Vos stelt dat het misleidend is om alleen maar te focussen op CO2 als oorzaak.

Voor het klimaatalarmisme as such is het niettemin beter om Marco Verhoef in korte broek te zien dan Gerrit Hiemstra.

Voor het onderzoek van Rob de Vos: zie hier.

***