Bij de Goereese Sluis in de Haringvlietdam bij Stellendam is tijdelijk een tekstkar geplaatst. Vanwege langdurige droogte en verzilting wordt er uitsluitend bij eb geschut. Hierdoor wordt er geen zoutwater binnengelaten. Bron: Rijkswaterstaat/Henri Cormont.

Van een onzer correspondenten.

Wat betekenen de nieuwe KNMI-klimaatscenario’s voor Rijkswaterstaat? De klimaatverandering die we nu meemaken zet de komende tientallen jaren door, weet Rijkswaterstaat nu al. Dat is geen vraag meer. De klimaatverandering zal grote impact hebben op Nederland, zo is de stellige inschatting en de nieuwe klimaatscenario’s van het KNMI zijn daarbij onmisbaar. Toch is er nog een wereld van vragen bij RWS.

RWS: Burgers spelen een belangrijke rol bij het antwoord geven op al die vragen. Misschien kunnen KNMI en Rijkswaterstaat voor meedenkende burgers een keer de deur van het slot doen.

Zo worden met de KNMI-klimaatscenario’s toekomstige rivierstanden doorgerekend en geanalyseerd. Drie grote vraagtekens van Rijkswaterstaat: wat betekent dit voor de bescherming tegen hoog water? En wat betekent zeespiegelstijging voor onze dijken? En hoe gevoelig is een weg bijvoorbeeld voor extreem weer?

Droogte kan leiden tot lage rivierstanden met gevolgen voor de scheepvaart aldus RWS. Bij droogte ontstaan er vaker bermbranden en wordt de waterkwaliteit slechter. En bij wateroverlast door hoosbuien kunnen wegen en tunnels zomaar onderlopen. Dit alles kan gevolgen hebben voor de bereikbaarheid en veiligheid van de infrastructuur. Daarnaast heeft de zware neerslag in Zuid-Limburg in juli 2021 laten zien hoe groot de impact van overstromingen kan zijn op de samenleving, alarmeert RWS.

Klimaat-klokkenluiders doen al jaren pogingen om in gesprek te komen over de houdbaarheid van KNMI- scenario’s. Daarover zijn veel vragen te stellen.

Droogte blijkt een ingewikkelde puzzel en leidt daarom ook tot vragen. Volgens het hoge en droge KNMI’23-klimaatscenario (Hd) neemt het gemiddelde neerslagtekort in 2050 mogelijk toe met 35 procent. Dit betekent dat de droogte zoals we die in 2018 hebben meegemaakt tegen die tijd aanzienlijk minder uitzonderlijk is dan nu. Door tijdig maatregelen te nemen, kan men er voor zorgen dat in 2050 voldoende zoetwater beschikbaar blijft in een droge periode. Vijf vraagtekens nu : hoe is het water verdeeld over het land? Hoeveel neerslag valt er en waar? Hoe gaan buurlanden zoals België en Duitsland met water om? Hoeveel water wordt er gebruikt? En wat is de waterkwaliteit?

De uitdaging de komende jaren is, vindt Rijkswaterstaat, om antwoorden te vinden op de adaptatieopgave waar Nederland voor staat. Weer vier vragen komen op bij RWS. Wat verstaan we precies onder klimaatbestendig? Hoe ver moeten we gaan om hinder door extreem weer te voorkomen? En wat krijgt daarbij prioriteit? Hoe richten we ons land in?

De politiek, de beleidsmakers van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat, andere overheden en kennisinstellingen – waaronder het KNMI – maar ook de gebruikers  zoals het bedrijfsleven en burgers spelen een belangrijke rol bij het antwoord geven op al die vragen, aldus Rijkswaterstaat. Misschien kunnen KNMI en Rijkswaterstaat voor meedenkende burgers een keer de deur van het slot doen. Klimaat-klokkenluiders doen al jaren pogingen om in gesprek te komen over de houdbaarheid van KNMI- aannames. Daarover zijn veel vragen te stellen.

***

Bron hier.

***