Peter Kuipers Munneke.

Door Guus Berkhout.

Op 21 februari jl gaf weerman Peter Kuipers Munneke een minicollege over de oorzaak van klimaatverandering voor de Universiteiten van Nederland. Dat minicollege is als video op YouTube voor iedereen te volgen: zie hier.

In een technisch heldere presentatie luidt de stellige boodschap van Kuipers Munneke dat de wetenschap het klimaatmysterie heeft opgelost (‘The science is settled’): “De CO2 die de mens uitstoot, is oorzaak van klimaatverandering.” En hij heeft ook de oplossing: “Als we met fossiele brandstoffen stoppen, zijn we van de klimaatverandering af.” Zijn verhaal is een samenvatting van het aloude AGW-model (‘Anthropogenic Global Warming model’) van 40 jaar geleden, waarin ook de maakbaarheid van het aardse klimaat wordt verkondigd.

Wat direct opvalt is de zekerheid waarmee weerman Kuipers Munneke uitlegt hoe het allemaal precies zit. Met alle respect meneer Kuipers Munneke, waar haalt u die zekerheid vandaan? Past hier niet wat meer bescheidenheid? Er is zoveel over het aardse klimaat dat we nog niet weten.

Het vaststellen van oorzaak en gevolg is het meest moeilijke onderwerp in de wetenschap (correlatie is wat anders dan causaliteit!). Dat geldt zeker voor het gedrag van het ons klimaat. Immers, het aardse klimaat is een uitermate complex systeem, waarin ingewikkelde processen zich afspelen in een vierdimensionale ruimte: drie ruimtelijke coördinaten (x,y,z) en één tijd coördinaat (t). We weten daar nog weinig van. Meneer Kuipers Munneke, met grote zekerheid aan studenten vertellen dat we klimaatverandering begrijpen (‘The science is settled’), is dat niet misleiding van de jeugd?

Wat we wél weten is dat het aardse klimaat altijd in beweging is geweest, waarbij koude en warme perioden elkaar voortdurend afwisselden. Kijkend naar de afgelopen honderden jaren, dan constateren we dat we uit de kleine ijstijd komen en nu al zo’n 200 jaar in een opwarmende periode zitten. We weten ook dat er grote temperatuurverschillen zijn tussen de Evenaar en de Polen. Wist u dat het verschil in de jaargemiddelde temperatuur tussen Singapore en Oslo ongeveer 21 graden Celsius bedraagt? Toch hebben beide steden ongeveer dezelfde hoeveelheid CO2 in hun atmosfeer en zijn beide steden zeer welvarend.

Om tot een aansprekend narratief te komen dat begrijpelijk is voor het grote publiek, werden en worden door klimaatalarmisten de vier dimensies van het klimaatsysteem naar één dimensie teruggebracht. Dat gebeurt door de drastische stap te nemen om alle temperaturen langs het aardoppervlak te middelen (‘mondiale middeling’). Zo krijgen we voor een bepaalde periode slechts één temperatuur voor het gehele aardoppervlak (‘Global Mean Temperature’). In mathematische termen: T(x,y,z,t) wordt T(t). Na deze mondiale middeling wordt de klimaatverandering op aarde dus voorgesteld door een simpele tijdfunctie (zie rechter plaatje in bijgevoegde illustratie).

Vervolgens wordt met CO2 hetzelfde gedaan. Anders dan voor temperatuur is dat voor CO2 géén drastische stap, omdat de verschillen in CO2-concentratie langs het gehele aardoppervlak heel klein zijn. Met een mondiaal gemiddelde werken voor elk jaar is dus nu wél een zinvolle voorstelling van zaken (zie linker plaatje in bijgevoegde grafiek). Vervolgens worden de twee tijdfuncties met elkaar vergeleken. Omdat beide tijdfuncties toenemen, wordt er geconcludeerd dat CO2 de oorzaak is van de opwarming. Om deze verklaring een wetenschappelijke basis te geven, werd er een theoretisch model bij verzonnen. Overigens, dat gebeurde al zo’n 40 jaar geleden (het bewijs leveren van de AGW-hypothese stond centraal bij de oprichting van het IPCC in 1988). Sindsdien wordt er in de Westerse wereld heel veel geïnvesteerd om het dubieuze AGW-narratief in stand te houden. Kritiek daarop werd en wordt niet op prijs gesteld.

Deze gang van zaken is extra wrang omdat wetenschappelijk het AGW-model rammelt aan alle kanten. Waarom zou het bijvoorbeeld niet andersom kunnen zijn: “Niet de toename van CO2 zorgt voor opwarming, maar opwarming zorgt voor een toename van de CO2.” En daar kan heel eenvoudig een theoretisch model bij gemaakt worden. Immers, de aarde is een waterplaneet, oceanen bevatten heel veel CO2 en bij opwarmende oceanen komt er veel CO2 vrij (Wet van Henry). Kuipers Munneke laat een plaatje zien met opeenvolgende ijstijden en concludeert dat de CO2-concentratie keurig de grote temperatuurbewegingen volgt. Echter, wat hij er niet bij vertelt, is dat de CO2-beweging niet vóórloopt maar áchterloopt bij de temperatuurbeweging!

Maar er is nóg iets mis en dat is veel fundamenteler van aard. Door alle ruimtelijke informatie weg te middelen en met slechts een tijdfunctie verder te gaan, hebben we een probleemstelling geformuleerd waarin het aantal onbekenden vele malen groter is dan het aantal vergelijkingen. In zo’n situatie kunnen we dus vele oplossingen verzinnen die voldoen aan die vergelijkingen. Echter, we zijn niet in staat te bepalen welke van al die oplossingen de werkelijkheid representeert. Dat verklaart ook de uiterst bescheiden vooruitgang in het officiële klimaatonderzoek van de afgelopen decennia. Van nieuwe ontdekkingen is geen sprake.

Als we erachter willen komen hoe het écht zit met klimaatverandering, dan moeten we observaties niet ruimtelijk middelen, maar moeten we juist kijken naar de grote verschillen die er op onze planeet zijn. Als we dat doen, dan gaat er voor klimaatonderzoekers een hele nieuwe wereld open. Met al die informatie kunnen we vaststellen dat het echte klimaatverhaal totaal anders in elkaar zit dan het alarmistische AGW-narratief. De werkelijkheid is veel en veel ingewikkelder. Er is veel meer aan de hand dan CO2: “The science is not settled at all!”

Zo’n brede wetenschappelijke aanpak laat ook zien dat we bij ingewikkelde systemen (zoals het klimaat) niet moeten beginnen met theoretische modellen, maar dat we moeten starten met de metingen (‘Let the data speak’). Immers, (satelliet)metingen vertellen ons hoe de werkelijkheid in elkaar zit, zonder aannames en compromissen. En zo’n brede aanpak vertelt ons ook dat we al die informatie niet moeten wegmiddelen, maar dat we ons juist moeten richten op de verschillen. Verschillen tussen het Noordelijk en Zuidelijk halfrond, verschillen tussen oceanen en continenten, verschillen tussen tropische en polaire gebieden, enz., enz. Zo ontstaan er genoeg vergelijkingen om met een betrouwbare oplossing te komen. Dat is de wetenschappelijke route die we moeten volgen om de zo broodnodige vooruitgang in het klimaatonderzoek te boeken.

Zoals al eerder aangegeven, kritiek op het alarmistische AGW-verhaal werd en wordt niet getolereerd. Een open wetenschappelijk debat – door de internationale klimaatorganisatie Clintel ettelijke malen voorgesteld aan het IPCC – wordt categorisch afgewezen. Waarom wenst het IPCC geen dialoog over het klimaat? Waarom wil de alarmistische klimaatbeweging critici monddood maken? In de waarheidszoekende wetenschap is dat een doodzonde!

Nobelprijswinnaar Dr. John Clauser (zie foto), ondertekenaar van Clintel’s World Climate Declaration, formuleert het als volgt:

“Truth has the property of being in accord with reality and good science means observing reality in nature and reporting it accurately with no thought to the consequences.”

In dat licht nog iets over CO2. Metingen geven aan dat meer CO2 wel een opwarmend effect heeft, maar metingen geven ook aan dat dat zeer bescheiden is (minder dan 1 graad Celsius voor een verdubbeling van de CO2-concentratie). Er is dus geen enkele, en dan ook geen enkele wetenschappelijke indicatie voor al die AGW-paniekverhalen.

Bovendien, metingen laten ook zien dat CO2 het levensmolecuul is voor alle natuur op aarde. Hoe meer CO2, hoe groener onze aarde en hoe hoger de productiviteit van de landbouw. Als we beide CO2-eigenschappen met elkaar vergelijken, dan is het peperdure en ontwrichtende “net-zero” klimaatbeleid dat nu gevoerd wordt onverantwoord. Dát is het verhaal dat we aan onze studenten moeten vertellen!

Tot slot nog het volgende. Door met alarmistische conclusies te komen, die gebaseerd zijn op politiek-gestuurde klimaatmodellen, worden niet alleen vele (jonge) mensen misleid, maar worden ook vele honderden miljarden besteed aan beleidsmaatregelen die ons alleen maar armer maken en niets oplossen.

Guus Berkhout.

Gelukkig komen steeds meer burgers in opstand tegen de enorme verspilling die nu plaatsvindt. Immers, er is heel veel geld nodig om ons verziekte onderwijs weer op peil te brengen. Eens zat Nederland in de top, nu bungelen we onder in de middenmoot. Zonder goed onderwijs gaat het met ons land verder bergafwaarts. Maar er is ook veel geld nodig om onze bureaucratische gezondheidszorg te vernieuwen, de hoge woningnood op te lossen en de strijd tegen de georganiseerde misdaad te financieren.

Commerciële klimaatbureaus, als die van Kuipers Munneke, verdienen wel veel geld met hun alarmerende klimaatverhalen maar als we kijken naar de gevolgen voor de jeugd, de burgers en de ondernemers in ons land, dan kunnen we die dubieuze klimaatbureaus missen als kiespijn.

***

Guus Berkhout is auteur van het Drieluik: “De Toekomst van Nederland”

***