Kadri Simson. Foto: Shutterstock.

Atlantico: Voor het Europees Parlement sprak Kadri Simson, de Europese commissaris voor Energie, over het falen van Frankrijk wat betreft zijn doelstellingen op het gebied van hernieuwbare energie en moedigde Frankrijk aan om nieuwe maatregelen te nemen. Heeft Frankrijk niet een van de meest CO2-vrije energiebronnen in Europa?

Samuel Furfari: Voor de Europese Commissie gaat het niet om de doelstelling met betrekking tot kernenergie, maar om de doelstelling van hernieuwbare energie. En Frankrijk heeft de doelstelling op dit gebied niet bereikt. Het is mogelijk om je te verschuilen achter het feit dat Frankrijk dankzij kernenergie een CO2-vrije economie heeft. Maar deze doelstelling op het gebied van hernieuwbare energie is door Frankrijk niet bereikt. Het valt nog te bezien of dit een relevante doelstelling was. Maar Frankrijk is niet het enige land dat zijn doelstellingen op dit gebied niet heeft verwezenlijkt. Veel andere lidstaten hebben hun doelstellingen niet gehaald en zijn niet, zoals Frankrijk, afhankelijk van kernenergie. Duitsland maakt zich ook bijzonder zorgen en heeft moeite om aan de vereiste criteria te voldoen. 

Atlantico: Toont dit niet de koppigheid van de Europese Commissie aan die het doel (het terugdringen van de uitstoot) en het middel verwart?

Samuel Furfari: In 2001 was de doelstelling vooral een doelstelling voor duurzame energie. Geleidelijk vanaf 2009 werd een doelstelling voor het CO2-arm maken geïntegreerd en sinds het akkoord van Parijs zijn er uiterst ambitieuze doelstellingen voor het terugdringen van de CO2-uitstoot. Het zou daarom noodzakelijk zijn om deze twee doelstellingen te bereiken,

Maar Frankrijk wilde zijn strategie verdedigen, en dat is terecht, door uit te leggen dat het land op weg was naar een CO2-arme economie dankzij kernenergie. Waarom zou er meer inspanning nodig zijn op het gebied van hernieuwbare energie, terwijl Frankrijk kampioen is van decarbonisatie dankzij kernenergie? Maar Frankrijk heeft de bindende doelstelling voor hernieuwbare energie aanvaard.

Ik ben zeer kritisch op de EU-Commissie, maar ook op de lidstaten, omdat de Europese Commissie niet anders kan
doen dan wat de lidstaten besluiten. Frankrijk is in dit verband net zo schuldig aan de doelstellingen als de andere lidstaten. Het is te gemakkelijk om Brussel de schuld te geven wanneer besluiten worden genomen door staatshoofden en regeringsleiders, en niet te vergeten het Europees parlement!

Ook in Duitsland zijn er vertragingen en moeilijkheden bij de transitie. De  Duitse energiesector verkeert in moeilijkheden. De meeste Europese landen lopen in feite achter bij de energietransitie, maar zij zijn degenen die zichzelf in de nesten hebben gewerkt.

De Europese Commissie heeft onrealistische en extreem kostbare doelen gesteld. De meeste landen zijn er daarom niet in geslaagd deze doelstellingen van de Commissie te verwezenlijken. En dit zal van kwaad tot erger gaan, want tot nu toe zijn de bereikte doelstellingen relatief goedkoop. Het risico bestaat dat de meest ambitieuze doelstellingen niet worden verwezenlijkt want deze kosten meer.

Sommige doelstellingen van de Commissie zijn veel te ambitieus en onrealistisch. Er zijn een paar uitzonderingen, zoals Zweden, dat profiteert van waterkracht, hout en biomassa uit de bossen, die intensief worden gebruikt, vooral voor stadsverwarming, plus kernenergie. Hetzelfde geldt voor bepaalde Baltische landen en Finland. De andere landen zitten echt in de problemen als het gaat om het bereiken van de gestelde doelstellingen.

Atlantico: Draaft de Europese Commissie niet door ten aanzien van hernieuwbare energie? Is er een betere aanpak denkbaar? 

Samuel Furfari: Er is inderdaad sprake van drammerigheid van de kant van de Europese Commissie, maar er is ook koppigheid van de Europese Raad en het Europees Parlement, die samen de echte wetgever zijn. Alles wat door het Europees Parlement wordt besloten, is gekoppeld aan de actie en toezeggingen van de lidstaten, Frankrijk voorop. Frankrijk speelt een belangrijke rol in Straatsburg en Brussel en aanvaardde deze buitensporige doelstellingen. Emmanuel Macron accepteerde alle doelstellingen van de Europese Commissie. Dit alles wetende, heeft hij zelfs Ursula von der Leyen als voorzitter van de Commissie aanvaard. We zullen zien of hij haar nog steeds zal steunen, hetgeen zijn hypocrisie jegens boeren zal aantonen.

Atlantico: Zijn er alternatieve oplossingen voor deze onhaalbare doelen? Bijvoorbeeld door samenwerking tussen de lidstaten of technologische innovatie?

Samuel Furfari: Samenwerking tussen de lidstaten vindt al plaats en wordt geregeld door artikel 8 van de richtlijnen van bevordering van duurzame energie (het was Silvio Berlusconi die dit in 2008 eiste, wetende dat Italië de voorgestelde onwaarschijnlijke doelstellingen niet alleen zou kunnen verwezenlijken), maar deze is marginaal.

Luxemburg slaagt er niet in om de doelstellingen ten aanzien van hernieuwbare energie te halen, omdat het een klein land is. Luxemburg koopt daarom rechten op van hernieuwbare energiebronnen, bijvoorbeeld in Estland of Denemarken.

Maar de moeilijkheid betreft de technologische oplossingen. Er is geen nieuwe technologie op het gebied van hernieuwbare energie. Tegenwoordig neemt het aantal windturbineprojecten toe, maar er is geen revolutie in deze technologie. Windturbines worden groter, maar ze kosten meer en zijn kwetsbaarder. Ook de onderhoudskosten zijn hoger.

Zonne-energie bestaat al heel lang. Er zijn geen nieuwe technologische oplossingen. Alle voorgestelde oplossingen bestaan ​​al tientallen jaren. Groei van het aantal installaties met dezelfde technologie vormt geen technologische doorbraak, en dat is het enige dat in staat is om de prohibitieve kosten van hernieuwbare energie te reduceren.

De enige oplossing zou een herziening van de Green Deal zijn. Hiervoor moet er een nieuwe meerderheid komen in Brussel en Straatsburg. Burgers moeten bewust worden gemaakt, zodat ze dit niet blijven stemmen als voorheen. Ze moeten ophouden met te geloven in de valse beloften van de ecologie en de politieke klasse ten aanzien van het milieubeleid. Bijna alle partijen wilden in de Green Deal geloven. De toekomstige nieuwe meerderheid in Brussel en Straatsburg moet in deze kwesties met beide benen op de grond staan en afstand nemen van onrealistische doelstellingen.

Op 29 februari, publiceerde de uitgeverij L’Artilleur mijn boek, ‘Énergies, mensonges d’État‘, waarin ik die zaken aan de kaak stel. Leugens vertellen, door omissie of onwetendheid, door “groenen van alle partijen”. Dáár ligt het probleem: Iedereen geloofde dat we ons morgen gratis zouden kunnen scheren, en dat zouden we ook gemakkelijk en goedkoop kunnen doen zonder Russisch gas

Vanaf 1955 hebben de grondleggers van de Europese Unie verklaard dat we overvloedige en betaalbare energie nodig zouden hebben. Zolang we hier niet op terugkomen, zal de Europese economie achterblijven vergeleken met die van de rest van de wereld, die ernaar streeft in welvaart te leven op basis van overvloedige en betaalbare energie, zoals duidelijk werd tijdens de klimaattop {COP 28) in Dubai.

Atlantico: De Europese Commissie streeft haar extreme doelstellingen na door een Memorandum waarin nieuwe doelstellingen voor de reductie van de CO2-uitstoot worden voorgesteld rond 2040. Blijkt hieruit niet opnieuw de koppigheid van de Commissie op het terrein van ecologische transitie en hernieuwbare energie?

Samuel Furfari. Deze impactstudie is dramatisch. Inderdaad! Op 6 februari heeft de Europese Commissie een impactstudie van 605 pagina’s gepubliceerd, waarin werd voorgesteld om met dwangmaatregelen, ook op voedselgebied, tegen 2040 90% van de EU CO2-arm te maken, vooral door nóg restrictievere maatregelen voor te stellen om Net Zero te bereiken.

Samuel Furfari.

Dit is waanzin. De doelstellingen zijn zelfs nog strenger. Dit is ongeloofwaardig. De lidstaten slagen er nu al niet in de doelstellingen van 2030 bereiken, stel je dan die van 2040 voor. Ik hoop dat de verkiezingen van 9 juni een einde zullen maken aan deze utopie, die alleen maar tot verval kan leiden.

Het eerste deel van mijn boek ‘Énergies, mensonges d’État’ behandel ik de ontwikkeling van het Europese energiebeleid sinds 1950 tot 2016. Dankzij deze ontwikkeling beleefden we een periode van voorspoed en toenemende levenskwaliteit. Sinds 2016 is het beleid in de greep van de groene ideologie die ons in de huidige crisis heeft doen belanden. We moeten  daar uit zien te komen. Dit toont aan dat het niet de instituties zijn die in het geding zijn, maar de ideologieën die hen drijven.

***