Een gastbijdrage van Erwin Booij.

Lang geleden ontstond de mens. De wetenschap vermoedt al lange tijd dat de mens vanaf het allereerste begin de wereld naar zijn hand zette. Inmiddels weten we bijvoorbeeld hoezeer de mens het klimaat bepaalt. Niet alleen in de tegenwoordige tijd. Nee, ook reeds in het verre verleden.

Dit gebeurt omdat de mens zorgt voor CO2-uitstoot. En hierdoor meer CO2 in de atmosfeer brengt dan de natuur zou hebben gedaan. Die extra CO2 staat garant voor temperatuurstijging. De modellen van het IPCC bewijzen het. Met de kennis van tegenwoordig wordt het ook ineens helder en duidelijk hoe de temperatuur in het verleden door de mens is bepaald.

Voor degene die verder durft te kijken dan 1850 begint de menselijke invloed op het klimaat in elk geval al in het Atlanticum. Dat is een periode van ongeveer 9000 tot 5000 jaar geleden. Er leefden in die tijd tussen de 5 tot 20 miljoen mensen op de wereld. Op het Noordelijk Halfrond was de temperatuur gemiddeld 1,5 graad hoger dan tegenwoordig. De temperatuur was hoger, dus was er ook veel meer CO2 in de atmosfeer. Nog meer dan tegenwoordig. Dat kan niet anders. De verklaring hiervoor is dat de mensen met hun stenen bijlen enorm veel bossen hebben gerooid en eeuwenlang zo ongeveer hun halve wereld in brand hebben gestoken. Dat deden ze om redenen van landbouw.

De mensen in Afrika zijn toen ook nog eens met extra grote kuddes koeien en geiten de Sahara ingetrokken. De geiten aten daar alle planten op, de koeien ook de moerasplanten. En de mensen en het vee dronken samen de meren leeg waar de Sahara toen nog vol van was. Daarom is de Sahara sindsdien een zinderende woestijn.

In het Noorden van Siberiรซ holde men achter de laatste mammoeten aan, men wilde ze koste wat het kost uitroeien. Ze doodden de laatste exemplaren op Wrangel Island en aten ze op. De andere vroren ze in, voor later. Maar dat is weer een ander voorbeeld van โ€™s mensen schuld.

De warmere periode van het Atlanticum eindigde ongeveer 5000 jaar geleden en heel langzaam daalde de temperatuur. Het aandeel CO2 verminderde geleidelijk omdat de mensheid was gestopt met het in de fik steken van hun omgeving. De planten haalden door fotosynthese het vele CO2 uit de lucht. De plantengroei werd daardoor uiteindelijk wel wat minder. Dat was weer vervelend voor de eerste boeren die net de landbouw onder de knie hadden gekregen. Maar, omdat er nog weinig mensen op de wereld waren had er niemand honger.

Duizenden jaren lang gedroegen mensen zich netjes en verbranden en kapten ze relatief weinig bomen want de temperatuur bleef later ongeveer gelijk. En de temperatuur was ongeveer vergelijkbaar met de huidige. En dat is allemaal best bijzonder, want in het jaar โ€˜0โ€™ was het aantal aardbewoners vermenigvuldigd met vijftien. Er waren dus ongeveer 300 miljoen mensen op aarde en er bestonden steden met een miljoenenbevolking. Toch nam de hoeveelheid CO2 niet toe. Er waren toen namelijk zoveel bomen op de wereld, dat deze met hun opname van CO2 opwogen tegen al het hout dat voor huizen, ovens, verwarming, stallen en schepen op aarde nodig was gedurende die duizenden jaren. De temperatuur nam dus niet toe en uiteraard bleef ook het CO2-percentage gelijk.

In deze tijd moet de aarde een ecologisch paradijs zijn geweest voor de mens. Met miljoenen tegelijk kon men duizenden jaren lang kappen en branden zoveel als men wilde. En ondertussen vermenigvuldigde men zich met 1500%. Het maakte niets uit wat betreft de temperatuur. Alles was in heerlijk evenwicht.

Van de tiende tot de veertiende eeuw kroop de temperatuur dan toch weer een klein beetje omhoog. Dat was omdat de wereldbevolking in het midden van die periode alweer met 100 miljoen was toegenomen tot 400 miljoen. Logischerwijs werden er dus weer meer bomen gekapt en over de hele wereld waren wat meer vuurtjes te zien en dus, hupla, net als in het Atlanticum zesduizend jaar eerder, ging er opnieuw extra CO2 de lucht in.

Maar daar moet men dan ook weer uiterst snel mee zijn gestopt. Immers, een eeuw later begon de Kleine IJstijd. De hoeveelheid CO2 nam snel en zienderogen af. En hoewel wereldwijd de temperatuur volgens het IPCC slechts een miezerig graadje over de gehele periode daalde, groeiden over de hele wereld de gletsjers en het zee ijs en waren er op het Noordelijk Halfrond in West Europa tientallen jaren met zeer strenge winters waarbij de vorst soms tot 1 meter diep in de grond zat. Zelfs Venetiรซ raakte in die tijd vol ijs. En dat was geen schepijs.

Je zou denken dat als het zo koud is, dat er dan meer hout in de kachel gaat om warm te blijven. En dat daardoor de CO2 in de atmosfeer juist toeneemt. En dat dus ook de temperatuur weer toeneemt. Maar kennelijk hadden de arme mensen vier eeuwen lang te weinig hout en waren er geen bomen meer om te kappen om het huis warm te stoken.

Een trieste geschiedenis, maar ja het is nou eenmaal allemaal de schuld van de mens. Dat krijg je van al dat kappen en platbranden. Gelukkig eindigde De Kleine IJstijd in de 19de eeuw, dus wie weet had het stoken op het laatst toch nog succes.

Erwin Booij.

De wereldbevolking was inmiddels meer dan verdubbeld. Er waren een dikke miljard mensen toen in 1850 de industriรซle revolutie op gang kwam.

Bovenstaand verhaalt zal niemand letterlijk nemen. Het verhaal is passend gemaakt met de eenzijdige informatie over klimaatverandering en de simplistische formule: mens=CO2=snelle opwarming=snelle zeespiegelstijging=schuldig aan temperatuurverandering.

In het nabije verleden varieerde de temperatuur net zo goed en het verhaal is verzonnen op basis van de theorie dat stijging en daling van de temperatuur 1 op 1 gecorreleerd is met toe- en afname van CO2. En dat de mens als enige deze gematigde temperatuurvariaties via zijn CO2 uitstoot kon veroorzaken. Want de natuur zelf werkt immers op veel grotere schaal met de veel tragere ijstijden en het IPCC schermt toch alleen met CO2-uitstoot? Volgens hen het bewezen snelwerkend temperatuur mechanisme dat reeds actief is na een x aantal promillages, verondersteld toegevoegd door de mens als extra uitstoot bovenop het totaal van de โ€˜natuurlijkeโ€™ hoeveelheid CO2.