Een bijdrage van Martijn van Mensvoort.
Toen de Nederlandse astronoom Prof. dr. Kees de Jager terug keerde naar zijn geboorte-eiland Texel, werd hem gevraagd door de voormalig directeur van het Koninklijk Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee, Prof. Jan de Leeuw, om de relatie tussen zonneactiviteit en ons klimaat te onderzoeken. Bij dit onderzoek werkte hij samen met Silvia Duhau, Ad Nieuwenhuizen, Hans Nieuwenhuijzen en vele andere onderzoekers. Dat onderzoek, gedaan over een periode van 15 jaar, heeft ongeveer tien papers opgeleverd met opmerkelijke nieuwe inzichten. Alle papers zijn hier bij elkaar verzameld en vormen de rode draad voor dit boek.
Dit boek behandelt de equatoriale en poloïdale magnetische velden van de zon, en de recent ontdekte magnetische velden op granulaire schaal. Verder wordt een voorspellingsmethode beschreven voor de ‘zonnevlek maxima’ tot 2130, en de begrippen ‘fasediagram’, ‘Transitie Punt’ en ‘grand episode’ worden uitgelegd. De start van moderne opwarming (1920) en het concept van variabiliteit t.g.v. de zon als onderdeel van de moderne opwarmingscurve (≈ 0,15 °C), zijn statistisch bepaald met dezelfde methode die is toegepast om de invloed van de variabiliteit van de zon op het klimaat te bestuderen. Een ander aspect van onze studie is het niet-lineaire tijdsverschil tussen de zonne-magnetische toename en de opwarming van de aarde, dat enigszins parallel loopt met de lengte van de gletsjers. Dit tijdsverschil is in de laatste decennia van de 20e eeuw bijna nul geworden.
[Bovenstaande betreft een vertaling van de beschrijving op de achterzijde van het boek.]
Recensie door Martijn van Mensvoort
In december 2020 werd het boek ‘Solar Magnetic Variability and Climate’ gepresenteerd; de auteurs hebben de inhoudsopgave en de ‘Introduction and summary‘ in digitale vorm beschikbaar gesteld, zie HIER.
Het boek is opgebouwd uit 10 hoofdstukken (175 paginas).
Figuur 1.1 en 2.3: De magnetisch structuur van zonnevlekken.
In de eerste drie hoofdstukken worden 3 magnetische componenten van de zon beschreven, respectievelijk:
• Hoofdstuk 1 beschrijft het equatoriale magnetische veld, dat meer bekend is in de vorm van de zogenaamde ‘zonnevlekken’ – zie bovenstaande afbeelding (de afbeelding rechtsonder presenteert een symbolische beschrijving van de magnetische structuur van zonnevlekken de niet in het boek staat vermeld).
• Hoofdstuk 2 beschrijft het polaire magnetische veld waarvoor een proxy wordt gebruikt, namelijk: de minima van de geomagnetisch aa index.
• Hoofdstuk 3 beschrijft het lokale korrelige magnetische veld [granulatiecellen], dat wordt getoond in onderstaande video (in het boek wordt enkel een foto gepresenteerd).
VIDEO: Veranderingen over een tijdsbestek van 10 minuten in de granulair fijne structuren, samengesteld uit beelden met de hoogste resolutie van het oppervlak van de zon die ooit zijn gemaakt. Elk van de bubbelachtige korrels van convectie-plasma die hier te zien zijn heeft een diameter in de orde van gemiddeld ongeveer 1500 kilometer, vergelijkbaar met een oppervlakte 3x zo groot als Frankrijk (de video toont magnetisch fenomenen met een omvang vanaf ongeveer 30 kilometer). Credits: NSO, NSF en AURA; bron: Scientific American.
In hoofdstuk 4 wordt ingegaan op de zogenaamde zonne-dynamo. Dit betreft het fysieke proces dat het magnetisch veld van de zon genereert. Vervolgens wordt in hoofdstuk 5 beschreven dat de activiteit van de zon in de 2de helft van de 20ste eeuw op een ‘Grand Maximum’ (= een ongewoon hoog niveau) is beland; vervolgens is deze in het 1ste decennium van de 21ste eeuw wat afgenomen.
In hoofdstuk 6 wordt uitgebreid ingegaan op hoe de activiteit van de zon zich komende eeuwen zal gaan ontwikkelen. Dit toont een beeld waarbij de zon waarschijnlijk zal gaan functioneren op een relatief laag niveau dat bij benadering vergelijkbaar is met het Dalton minimum aan het begin van de 19de eeuw.
De laatste vier hoofdstukken gaan over het klimaat op aarde en de bijbehorende variaties als gevolg van magnetische zonneactiviteit. De aandacht is beperkt tot het klimaat van de noordelijke hemisfeer van de aarde. De auteurs beschrijven dat de grondtemperatuur van de noordelijke hemisfeer afgelopen eeuwen t/m de eerste 2 decennia van de 20ste eeuw “volledig correleert” met de activiteit van de zon (op basis van een ‘smoothing interval‘ van 18 jaar). Vanaf 1920 toont de analyse een additionele component van opwarming aangetroffen bij de noordelijke hemisfeer, die rond het jaar 2000 een waarde in de orde van bijna 1 °C heeft bereikt.
Hoofdstuk 7 beschrijft o.a. dat afname van de activiteit van de zon een rol heeft gespeeld bij de stagnatie in de opwarming tijdens het eerste decennium van de 21ste eeuw.
Daarna gaat hoofdstuk 8 dieper in op de relatie tussen de temperatuur en de drie bestudeerde componenten van de zon. Het equatoriale magnetische veld van de zon verklaart bijna 43% van de variantie in de temperatuur ontwikkeling van de noordelijke hemisfeer van de aarde en het polaire magnetische veld verklaart ruim 32% van de variantie. Het restant (bijna 25%) wordt door de auteurs in dit boek voor het eerst in verband gebracht met de 3de magnetische component van de zon: de lokale granulen.
Hoofdstuk 9 beschrijft een faseverschil van 16 jaar tussen de activiteit van de zon en de temperatuur; hierbij wordt o.a. gerefereerd aan een eerdere studie waarbij een faseverschil van 20 jaar is beschreven voor de activiteit van de zon en de temperatuur van een Aziatische gletsjer (Weiss, 2010; figuur 13). De auteurs speculeren hierbij over de mogelijkheid dat een soortgelijk faseverschil een verband kan impliceren tussen de zeer hoge activiteit van de zon rond het jaar 1960 en de relatief sterke temperatuurstijging in de periode 1990-2000.
Figuur 9.13 toont voor de periode tussen het Maunder minimum (= de periode van lage zonneactiviteit rond de overgang van de 17de en 18de eeuw) en 1920 impliciet een temperatuur variabiliteit t.g.v. de zon in de orde van bijna 0,3 °C. Voor de periode vanaf 1920 bedraagt deze variabiliteit ongeveer 0,15 °C. Conform de analyse van de auteurs kan voor de periode vanaf het Maunder minimum t/m de eerste helft van 2016 de zon verantwoordelijk worden gehouden voor een temperatuurstijging in de orde van 0,2 °C van de in totaal 1,2 °C temperatuurstijging die bij de noordelijke hemisfeer van de aarde is ontstaan (zie opnieuw figuur 9.13).
Figuur 9.13: Dit diagram vergelijkt de gemiddelde afgevlakte grondtemperatuur van de noordelijke hemisfeer van de aarde met de variatie van de magnetische zonnestralingsflux, inclusief de 16 jaar vertraging in de invloed van de zon. De horizontale schaal toont de jaren; de verticale schaal toont de log van de stralingsflux uitgedrukt in zonne-eenheden. Tot aan het begin van de 20e eeuw lopen beiden redelijk parallel, terwijl na ongeveer 1920 de additionele verwarming dominant is.
Hoofdstuk 10 beschrijft dat er sprake is van een variabel faseverschil tussen de activiteit van de zon en de temperatuur, die in verband wordt gebracht met de feedback dynamiek rond het groei en smeltproces van gletsjers. Hierbij wordt een piekwaarde aangetroffen aan het einde van de 18de eeuw in de periode na het Maunder minimum, zie figuur 10.6. Het faseverschil is vervolgens geleidelijk afgenomen tot slechts enkele jaren rond het jaar 2000, zie figuur 10.7 (hierbij is door de auteurs overigens verondersteld dat het signaal van de zon zich daadwerkelijk laat scheiden van de temperatuur).
Figuur 10.6 & figuur 10.7: er is sprake van een niet-lineair faseverschil tussen de magnetische variabiliteit van de zon en de temperatuur op aarde. De groene punten vallen binnen het 95% betrouwbaarheidsinterval; de rode punten vormen uitschieters die zijn vastgesteld op basis van een t-test.
Het boek kan worden besteld bij uitgever STIP Media (contact: Vincent de Vrede: vincent@stipmedia.nl).
Figuur 9.13, figuur 10.6 en figuur 10.7 werden speciaal voor deze recensie beschikbaar gesteld door Ad Nieuwenhuizen.
Voor meer informatie over het onderzoek van Prof. Kees de Jager, zie: www.cdejager.com; de inmiddels bijna 100-jarige Cees (Kees) de Jager was lang geleden o.a. ook voorzitter van Stichting Skepsis.
VOETNOOT: Het bestaan van een variabel faseverschil tussen de activiteit van de zon en de temperatuurontwikkeling vormt een bijzonder fenomeen. De auteurs reiken hiermee een nieuw fundamenteel inzicht aan m.b.t. de nog steeds grotendeels onbegrepen relatie tussen het complex van de zonnecycli en klimaatverandering. De inhoud van het boek laat daarnaast wel enigszins onderbelicht dat de analyse een speculatief element bevat t.a.v. de invloed van de 3de magnetische component; want deze berust op een wiskundige techniek zonder dat hierbij gebruik is gemaakt van een dataset die berust op de granulaire activiteit van de zon zelf.
De analyse roept tevens de (onbeantwoorde) vraag op in hoeverre de combinatie van de drie magnetische componenten een beeld beschrijft dat in overeenstemming is met satellietdata en de zogenaamde ’totale zonnestraling’ [TSI = total solar irradiance, waarvoor diverse datasets beschikbaar zijn – waaronder de LISIRD TSI dataset die is ontwikkeld op basis van satellietdata door Greg Kopp, TSI instrumenteel wetenschapper van het LASP / Universiteit van Colorado; Kopp beschrijft de invloed van de zon op het klimaat in detail, zie hier: Greg Kopp VIDEO interview (mei 2020)].
Afsluitend volgt hieronder aanvullend video materiaal waarin Prof. Kees de Jager aan het woord komt:
• VIDEO 1 (2020): ‘Reis naar de zon‘ (deze video is enkel beschikbaar op de website van het NTR televisieprogramma De Kennis van Nu):
Sterrenkundige Kees de Jager (1921) kijkt net als presentator Lieven Scheire met spanning naar de ruimtesonde die onderweg is naar de zon: de Solar Orbiter. De zon is de aanjager van het klimaat op aarde, de bron van warmte en licht. Maar de zon kan ook gevaarlijk zijn: in onze steeds meer van satelliet-technologie afhankelijke maatschappij – kan een enkele zonne-uitbarsting dramatische gevolgen hebben.
• VIDEO 2 (2019): Voor het Gala van de Sterrenkunde op 17 december 2019 interviewde New Scientist-hoofdredacteur Jim Jansen de nestor van de Nederlandse sterrenkunde, Kees de Jager (in april 2021 hoopt hij de leeftijd van 100 jaar te bereiken).
• VIDEO 3 (2011): Op 20 mei 2011 presenteerde Kees de Jager onderstaande lezing over de relatie tussen zon en klimaat.
• VIDEO 4 (2009): In 2009 gaf Kees de Jager een interview waarin hij beschrijft dat de invloed van de zon op het klimaat wordt onderschat.
LET OP: Bij deze video mag inmiddels een belangrijke kanttekening worden gemaakt, namelijk dat het onderzoek van de Jager na 2009 heeft uitgewezen dat de invloed van de zon op de temperatuurontwikkeling minder groot blijkt te zijn dan door de Jager in dit interview toentertijd werd gesuggereerd.
Dank Martijn voor deze interessante informatie over de invloed van de zon.
Er is kennelijk méér tussen hemel en aarde dan de absolute ‘wetenschappelijk onderbouwde waarheid’ die het IPCC aan de man probeert te brengen en ons wil doen geloven.
Heb je al vorderingen gemaakt met de review van jouw analyses en conclusies?
Hans Labohm, dank voor de presentatie van mijn artikel Hans
Helaas zijn In de opmaak van het artikel hierboven de meeste illustraties niet zichtbaar; in de versie op mijn eigen website zijn alle illustraties wel zichtbaar, zie: http://klimaatcyclus.nl/klimaat/solar-magnetic-variability-and-climate-boekrecensie.htm
(Dit probleem speelt overigens al langer want sinds een half jaar zijn de illustraties in mijn artikelen die eerder werden gepresenteerd ook niet meer zichtbaar t.g.v. een wijziging in de instellingen op het Climategate platform; ik heb dit diverse malen gemeld maar dit is niet opgepikt. Tevens vormt dit artikel deel 2 uit een drieluik over de zon en het klimaat waarvan deel 3 morgen op dit platform wordt gepresenteerd… ik vrees nu al dat hetzelfde probleem zich morgen dus opnieuw gaat aandienen wanneer dit probleem vandaag niet alsnog wordt opgelost)
Het gaat hierbij om de volgende illustaties
– Figuur 1.1 en 2.3:
Deze illustratie is hier wel beschikbaar: h ttp://klimaatcyclus.nl/klimaat/pics/sunspot-structure.jpg
– Figuur 9.13
Deze illustratie is hier wel beschikbaar: h ttp://klimaatcyclus.nl/klimaat/pics/solar-magnetic-variability-and-climate-de-jager-book-figure-9-13.jpg
– Figuur 10.6 & figuur 10.7
Deze illustratie is hier wel beschikbaar: h ttp://klimaatcyclus.nl/klimaat/pics/solar-magnetic-variability-and-climate-de-jager-book-figure-10-6-and-10-7.jpg
– Video 1:
Deze illustratie is hier wel beschikbaar: h ttp://klimaatcyclus.nl/klimaat/pics/De-Kennis-van-Nu-reis-naar-de-zon-Kees-de-Jager.jpg
Re: “Heb je al vorderingen gemaakt met de review van jouw analyses en conclusies?”
Leuk dat je er naar vraagt Willem.
Ik kan inmiddels melden dat ik vorige week een uitnodiging heb ontvangen van het journal ‘Climate’ (ISSN 2225-1154, CiteScore 3.2) om mijn artikel daar te laten publiceren:
https://www.mdpi.com/journal/climate
PS. De 2de ronde van feedback door expert reviewers die zijn ingeschakeld door de hoofdeditor van het jouran ‘Earth and Space Science’ heeft helaas niet tot een publicatie geleid. In deze 2de ronde werd één van de reviewers betrokken die ook al werd geconsulteerd in de eerste ronde afgelopen zomer + een nieuwe reviewer. Beide reviewers hebben aangegeven dat ze onvoldoende vertrouwen hebben in de LISIRD dataset van DE toponderzoeker op het terrein van de satelliet metingen gericht op het signaal van de zon: Dr. Greg Kopp van het LASP (Universiteit van Colorado).Ik heb mijn bedenkingen bij de validiteit van dit argument en daarom acht ik het nu eerst verstandig om Kopp hierover zelf te consulteren en ik ben dankzij de publicatie van het boek van de Jager ook een nieuw spoor gevonden dat suggereert dat de 3de component van de zon (welke betrekking heeft op de lokale granulaire cellen die worden aangetroffen bij het plasma oppervlak van de zon) een significante rol van betekenis spelen bij mijn eigen onderzoeksbevinding – maar voor zover ik weet zijn er enkel datasets beschikbaar voor dit aspect die betrekking hebben op het satelliettijdperk (er zijn waarschijnlijk nog geen proxies beschikbaar voor de experts waarmee verder terug kan worden gekeken in de tijd).
Ik heb inmiddels 2 signalen ontvangen dat MDPI journals bepaald niet bekend staan om een grondig proces van peer review, dus bij deze heb ik het besluit genomen om niet op de uitnodiging van het joural ‘Climate’ te gaan reageren.
Ondanks dat deze uitgever wel diverse verdachtmakingen heeft weten te weerleggen, zie:
https://en.wikipedia.org/wiki/MDPI#Who's_Afraid_of_Peer_Review?
PS. Ik was aanvankelijk zelf overigens ook al niet heel erg enthousiast omdat het AGU journal ‘Earth and Space Science’ een aanzienlijk hogere waardering heeft dan het MDPI journal ‘Climate’, zie:
Earth and Space Science (AGU) impact factor: 2.35 + rank: 1971
https://www.resurchify.com/all_ranking_details_2.php?id=1971
Climate (MDPI) impact factor 1,89 + rank: 8834
https://www.resurchify.com/all_ranking_details_2.php?id=8834
(Enfin, toch wel leuk dat deze laatste journal mij benaderd heeft… voor mij blijft dit desondanks toch ook wel weer een bemoedigend signaal)
To be continued!
Martijn, ik denk een must voor de zonneliefhebber die dieper in de materie wil.
Maar verschillende links werken niet, althans bij mij niet.
B.v. de links van de hoofdstuk figuren.
Dank Theo!
PS. Ik heb het probleem inmiddels ook bij Hans Labohm gemeld; het is een probleem dat direct voortkomt uit de gewijzigde instellingen die sinds ongeveer een half jaar geleden van kracht zijn. Helaas manifesteert dit probleem ook bij alle voorgaande artikelen van mijn hand die afgelopen 20 maanden op Climategate zijn verschenen.
Voor de geïnteresseerden , hier een recente bijdrage van Valentina Zharkova over het Grand Solar Maximum leidend naar een koeling https://www.tandfonline.com/doi/full/10.1080/23328940.2020.1796243?fbclid=IwAR3pwXAOuNHOjO6v_w0nUVWem0Eqh-HbqEjNk5gkut1pIymFEbjVTdkVmSg&
Deze tekst is in een “editorial”, zonder peer-review dus. In een editiorial is het toegelaten om wat te fantaseren.
Ze doet een “projectie” (verwachting) voor de volgende 30 jaar, maar laat na om ook maar enige indicatie van een (berekende) foutenmarge te presenteren. “up to 1.0°C” kan ook 0.0°C betekenen! DAt is dus gewoon misleiden – trap niet in die val!
De “average terrestrial temperature” is niet met 1.0–1.5°C gestegen vanaf het Maunder Minimum tot 1950, maar met zo’n 0.5°C (zie de data van Pages 2K).
Haar figuur 4 toont geen verandering in “solar irradiance” na 1950, maar wel een stijging in temperatuur. Ze kan gewoonweg zelfs de temperatuurstijging van de afgelopen 70 jaar niet verklaren!
Waarom moeten we haar toekomst dan wel geloven?
Klopt met de aardse temperatuur waarneming (ook door het VN-IPCC): “de activiteit van de zon in de 2de helft van de 20ste eeuw op een ‘Grand Maximum’ (= een ongewoon hoog niveau) is beland; vervolgens is deze in het 1ste decennium van de 21ste eeuw wat afgenomen.” Nog even teruglezen het artikel, Eppo!
(Scheffer doelt hier op een passage in mijn artikel hierboven – zie de beschrijving voor hoofdstuk5)
Als een hongerige leeuw stort je je op deze publicatie, met een ongenuanceerdheid die chicaneurs zo duidelijk kenschetst.
Interessant is het in het artikel gestelde fenomeen van faseverschillen tussen zonnesterkte (zonnevlekken?) en temperatuur op aarde.
Er blijken diverse natuurlijke faseverschillen van diverse met elkaar interfererende klimaatfactoren, ook met verschillende lengten van het faseverschil? Wat weet het VN-IPCC in hun klimaatmodellen er mee te doen?
Worden deze genegeerd door het VN-IPCC door gebrek aan kennis of door hun ideologische mantra van CO2-‘vervuiling’-reductie.
Ik refereer ook aan het voorspelde aanstaande astronomische zonneminimum, dat een faseverschil moet hebben met de aardse temperatuur stijging / daling.
Hoi Scheffer, het VN-IPCC houdt geen rekening met de mogelijkheid van het bestaan van [b]faseverschillen tussen de zon en de temperatuur op aarde[/b] (evenals ze ook geen rekening houden met het feit dat de belangrijkste cyclus van de zon de 22-jarige Hale cyclus betreft).
Overigens, morgen wordt op Climategate deel 3 van mijn drieluik over de zon en het klimaat gepresenteerd; hierin wordt een meer uitgebreide nieuwe opsommige gepresenteerd waarin wordt beschreven dat bovendien voor diverse andere belangrijke aspecten die betrekking hebben op de zon geen ruimte wordt geboden (lees: geen rekening wordt gehouden) binnen het denkkader van het IPCC.
PS. Op mijn eigen website kun je via de homepage overigens alle drie de artikelen van het ‘Drieluik: zon & klimaat’ al enige tijd terug vinden, zie:
http://klimaatcyclus.nl
Geweldig artikel. Zeer leerzaam weer.
Fijn dat te horen Scheffer, merci!
PS. Hans vreesde opnieuw dat het niveau wellicht opnieuw te hoog zou kunnen zijn voor het bredere publiek op dit platform maar hij meende ook dat het zo nu en dan geen kwaad kan om het publiek enigszins uit te dagen met wat zwaardere kost. Hulde voor Hans dat hij er naar streeft om de lat hoog te leggen + zoals je weet heb ik rond mijn artikelen meestal veel energie gestoken om dingen toe te lichten + nader tegen het ligt te bezien.
Het boek van de Jager & co. is zeer de moeite waard, met name voor mensen die meer willen weten over ‘de olifant’ in de kamer die iedere seconde genoeg energie produceert om de aarde maar liefst 100.000 tot 1 miljoen jaar van energie te voorzien en de zon is met afstand de grootste energiebron voor de aarde.
(Deze laatste 2 punten worden overigens in detail beschreven in sheet 2 t/m 4 in deel 1 van het drieluik, zie: http://klimaatcyclus.nl/klimaat/online-seminar-door-zonnefysicus-Greg-Kopp-zonnestraling-en-klimaat.htm )
Ben ik met je eens Martijn, er mogen best wel eens artikelen met zware stof geplaatst worden, al snapt daar misschien maar 75% een beetje van, waar ik ook onder behoor.
Ik denk dat er genoeg meelezers zijn die dit ook wel op prijs stellen, ook al reageren ze niet.
Een van mijn kennissenkring post 90% van wat hier verschijnt op Facebook.
Je weet wel waarom.
Bij zwaardere kost zwijgen doorgaans ook de trollen, van Mensvoort!
Hans,
Wat bedoel je precies?
Waarom die post op Facebook?
Re: Scheffer “Bij zwaardere kost zwijgen doorgaans ook de trollen, van Mensvoort!”
Ik lees zelf nog steeds met interesse wat ze te melden hebben in reactie op mijn onderzoek.
;-)
Dit lijkt me een interessant boek voor een wetenschapper die meer wil weten over de variabilitieti van de zon. Voor iemand die eerder geïnteresseerd is in de opwarming van de aarde, zijn de volgende zinnen belangrijk:
“Conform de analyse van de auteurs kan voor de periode vanaf het Maunder minimum t/m de eerste helft van 2016 de zon verantwoordelijk worden gehouden voor een temperatuurstijging in de orde van 0,2 °C van de in totaal 1,2 °C temperatuurstijging”
We moeten dus onthouden: het overgrote deel van de huidige opwarming kan NIET verklaard worden door een effect van de zon. Dit is op zich niet verbazingwekkend: er bestaan heel wat boeken en andere studies die uitleggen dat die overige 1,0°C veroorzaakt wordt door uitstoot van broeikasgassen. Maar niet iedereen hier blijkt daarin mee te zijn. Misschien dat zo’n boek ook eens besproken moet worden?
Je bedoelt boekjes van de science fiction boekenplank?
Zolang men weigert om de “back radiation” te meten (naast de insolatie) is de invloed van o.a. CO2 alleen gebaseerd op modeluitkomsten.
En dat zijn geen waarnemingen.
Meteogegevens zijn nooit bedoeld om in handen te vallen van klimatologen.
Omdat men achterlijke/achterhaalde meetmethoden gebruiken.
Boels heeft ook een stokpaardje gevonden.
http://www.drroyspencer.com/2013/05/surface-radiation-budget-wheres-the-proof/
@Hans Erren:
Ik wil af van de vermoedens, ik wil metingen.
Het eindeloos gezeur (borrelpraat) over “back radiation” en de rol van o.a. CO2 daarin moet maar eens afgelopen zijn.
Een deel van een commentaar in bovenstaande link:
The problem is that Meteorologists and Climate Alchemists are taught this, so it’s very difficult for them to unlearn it.
Zolang men weigert om de “back radiation” te meten (naast de insolatie) is de invloed van o.a. CO2 alleen gebaseerd op modeluitkomsten.
Dan wordt er gezegd dat het wel ergens gemeten wordt.
Dat weet ik ook wel ;-)
Het gaat om de energiebalans per meetplek (in ieder geval die meetplekken die de mondiale klimaatverandering bepalen).
Dozijnen meetplekken t.o.v. tienduizenden meetplekken mag je zelfs niet representatief noemen.
Re: Boels “Zolang men weigert om de “back radiation” te meten (naast de insolatie) is de invloed van o.a. CO2 alleen gebaseerd op modeluitkomsten.”
Boels, ik hoop nog steeds dat je in de toekomst hier wellicht een bijdrage gaat presenteren waarin je de relevante van het fenomeen van de ‘ínsolatie’ gaat beschrijven – maar dan voor het wereldwijde perspectief.
Ofschoon deze factor mede wordt bepaald door de planetaire constellaties lijkt me dat de variaties zich mondiaal bezien relatief langzaam ontwikkelen, toch?
Hoi Bjorn,
Op zichzelf maak je een valide punt van de analyse van de Jager & co. suggereert inderdaad dat slechts een beperkt deel van de temperatuurstijging sinds het Maunder minimum kan worden verklaard door de zon.
Echter, wanneer ik de analyse vergelijk met het proces dat afgelopen 2 jaar in rond mijn eigen analyses is ontstaan dan ben ik mij bewust van het feit dat de analyse van de Jager geen rekening houdt met bijvoorbeeld de veel sterkere correlatie tussen de zon de temperatuur, welke op basis van mijn eigen analyse ook van toepassing blijkt te zijn op de periode na 1920 wanneer wordt gekeken naar de zonneminima jaren.
Hierbij wil ik ook nog even vermelden dat het fenomeen van de zonneminima jaren in de analyse van de Jager überhaupt geen enkele rol speelt. Overigens, ik heb hierover afgelopen jaar diverse malen gecommuniceerd met één van de co-auteurs van het boek van de Jager (Ad Nieuwenhuizen) en ik kan melden dat hij mijn onderzoeksactiviteiten met belangstelling heeft gevolgd – weliswaar op afstand maar hij heeft ook opties aangedragen om mijn onderzoek inhoudelijk verder voort te zetten. Hij heeft mij ook te kennen gegeven dat hij zeer geïnteresseerd is in mijn waarnemingen gericht op de zonneminima binnen het kader van de 22-jarige Hale cyclus.
Nieuwenhuizen heeft informeel ook te kennen gegeven dat binnen de onderzoeksgroep van de Jager achter de schermen wel degelijk ook rekening wordt gehouden met de mogelijkheid dat de invloed van de zon op het klimaat groter is dan in het boek wordt beschreven.
PS. We moeten ons hierbij ook realiseren dat de analyse van de Jager enkel betrekking heeft op de relatie tussen de zon en de temperatuurontwikkeling van het noordelijk halfrond; kortom, deze analyse heeft dus bijvoorbeeld geen betrekking op de temperatuur ontwikkeling van de gehele aarde. Hierbij is het denk ik ook van belang dat deze onderzoeksgroep niet op de hoogte was dat er voor de mondiale temperatuur ook wel degelijk een temperatuur dataset beschikaar is, namelijk: de dataset van het 2 Degrees Institute, welke een belangrijke rol speelt in het derde deel van mijn drieluik dat morgen op Climategate wordt gepresenteerd, zie:
http://klimaatcyclus.nl/klimaat/tussen-1685-en-1976-volgde-de-temperatuur-het-verloop-van-de-totale-zonnestraling.htm
De mondiale temperatuur dataset van het 2 Degrees Institute is hier beschikbaar:
https://www.temperaturerecord.org
(Ik heb van Nieuwenhuizen zelfs ook nog een expliciet bedankje ontvangen voor het attenderen op het bestaan van deze laatste dataset; in feite zou de groep van de Jager & co. deze dataset kunnen gebruiken om hun analyse ook toe te passen op de temperatuurontwikkeling van de gehele aarde)
Martijn,
Ik hou gewoon rekening met wat er geschreven staat, en op wat dat gebaseerd is. Wat vaststaat: de Jager en Nieuwenhuizen schrijven in hun boek dat de zon de huidige opwarming niet kan verklaren. Dat past trouwens binnen alle andere onderzoek rond global warming.
Wat er “achter de schermen” gedacht wordt, daar kan ik me niet op baseren. Aangezien je recente manuscript geweigerd werd voor publicatie en je de validiteit van de argumenten van maar liefst drie reviewers gewoonweg in twijfel trekt, heb ik ook mijn bedenkingen bij jouw eigen analyses en openheid om kritiek te aanvaarden, en wil ik me ook niet zomaar baseren op jouw inzichten.
Blijkbaar ben jij overtuigd dat de zon de verklaring is voor de huidige opwarming. Tot nu toe toont alle onderzoek het omgekeerde aan. Dat je toch gebrand bent om je eigen visie te ‘bewijzen’ en de tegenargumenten blijkbaar niet valide vindt, vind ik geen goed startpunt om onderzoek te doen.
Re: Bjorn 17 feb 2021 om 11:53
De tekst op de achterflap van het boek is op dit punt heel duidelijk: de analyse van de Jager & co. beschrijft dat pas vanaf 1920 opwarming is ontstaan die niet (geheel) door de zon kan worden verklaard terwijl volgens het IPCC deze periode al vanaf 1850 zou zijn begonnen.
PS. Dit wordt o.a. getoond door figuur 9.13 in het boek van de Jager welke ik ook in mijn artikel heb verwerkt maar helaas op dit moment niet zichtbaar is in de presentatie hierboven op dit platform omdat er iets mis gaat met het uploaden van de illustraties van mijn website (achter de schermen wordt inmiddels wel gewerkt aan een oplossing voor dit probleem). Dit betreft overigens de URL van de figuur 9.13 die hierboven eigenlijk ook zichtbaar zou moeten zijn:
http://klimaatcyclus.nl/klimaat/pics/solar-magnetic-variability-and-climate-de-jager-book-figure-9-13.jpg
LET OP: Figuur 9.13 toont aan dat uit de analyse van de Jager & co. blijkt dat de zon ook wel degelijk een bijdrage heeft geleverd aan de opwarming in de periode vanaf 1920 – zie het rode deel van de grafiek die de activiteit van de zon toont.
(In het algemeen kan dus enkel worden gesteld dat de zon slechts een deel van de recente opwarming kan verklaren; het percentage dat hierop van toepassing is echter sterk afhankelijk van de dataset en de analyse techniek die wordt gebruikt om deze invloed te beschrijven. Binnen het denkkader van het IPCC worden helaas voortdurend structurele keuzes gemaakt die er zijn op gericht om een beeld te laten ontstaan dat de invloed van de zon in de opwarming nihl zou zijn geweest… met als gevolg dat er ongenuanceerd eenzijdig beeld ontstaat waarbij geheel ten onrechte de indruk wordt gewekt dat natuurlijke variabiliteit nauwelijks een rol zou spelen in het verloop van de temperatuur. Bovendien is het eigenlijk een kwalijke zaak dat men zelfs niet beschrijft dat er zich in het verre verledenen naar verhouding behoorlijke grote temperatuurschommelingen hebben voorgedaan die grotendeels door de zon worden verklaard – immers, het is ook niet voor niets dat ik in eerdere artikelen heb vermeld dat het temperatuur verschil tussen een passieve en actieve zon binnen het lange termijn perspectief gepaard gaat met een mondiale temperatuurschommeling in de orde van 1 graad Celsius. Het is daarom ook niet verbazingwekkend dat uit analyse van diverse onderzoekers zoals: Hoyt & Schatten, Scafetta & Shaviv blijkt dat de zon mogelijk zelfs meer dan de helft van de opwarming in de 20ste eeuw kan verklaren. En dit blijkt ook uit mijn analyses gericht op de zonneminima… morgen veel meer hierover op Climategate!)
Bjorn,
Waar heeft dat ingestaan dat het manuscript geweigerd is?
Anders heb ik dat gemist denk ik.
Theo, zie mijn post: 17 feb 2021 om 10:38 (de uitnodiging van het journal ‘Climate’ zegt denk ik toch ook wel het een en ander over de impact van mijn analyse gericht op de zonneminima)
PS. Bjorn lijkt verder niet echt op de hoogte van wat er zit in de klimaatwetenschap zoal afspeelt, want hij schrijft verder o.a.: “Tot nu toe toont alle onderzoek het omgekeerde aan.” Terwijl in mijn artikelen bijvoorbeeld veelvuldig heb verwezen naar het werk van o.a. Hoyt & Schatten, Scafetta en Shaviv – waaruit immers blijkt dat de impact van de zon sterk afhankelijk is van de gebruikte dataset voor de activiteit van de zon + de analyse technieken (uit hun analyse blijkt immers dat de zon in potentie toch echt ruim de helft van de opwarming de 20ste eeuw kan verklaren en dit is ook wel degelijk bekend binnen de gelederen van het IPCC maar men heeft niet het lef om dit expliciet te vermelden in de rapporten – het werk van Scafetta en ook Hoyt & Schatten wordt bijvoorbeeld wel in het 2013 AR5 rapport genoemd, doch hierbij worden enkel kritische kanttekening geplaatst waarbij onvermeld blijft dat de impact van de zon in potentie wel groter kan zijn dan in het beeld dat door het IPCC wordt beschreven).
Overigens, in mijn bijdrage van morgen (deel 3 van het drieluik over ‘zon en klimaat’) wordt duidelijk dat ook Greg Kopp wel degelijk beseft dat de impact van de zon sterk afhankelijk is van de gebruikt dataset; dit blijkt o.a. uit dit fragment uit een 2015 presentatie van Kopp:
http://klimaatcyclus.nl/klimaat/pics/Greg-Kopp-LASP-december-18-2013.jpg
Zie ook:
https://www.youtube.com/watch?v=GadUj0spMf0&feature=youtu.be&t=2660
Martin van Mensvoort
Mooi dat je vorderingen hebt gemaakt met het plaatsen van je paper.
Mag ik de hier gebezigde uitspraak:
“beschrijft dat pas vanaf 1920 opwarming is ontstaan die niet (geheel) door de zon kan worden verklaard terwijl volgens het IPCC deze periode al vanaf 1850 zou zijn begonnen”
ook lezen als dat de opwarming niet geheel kan worden verklaard door de zon over die periode, maar dat effecten over de langere termijn van 800 jaar (lange zonnecyclus) hierin niet zijn meegenomen?
Dat zijn dan de effecten van de zoninstraling in de oceanen die pas over véél langere termijn worden opgeslagen en versneld periodiek vrijkomen?
Hoi Peter,
Ik begrijp de aard van je associatie wel maar in het werk van de Jager wordt o.a. in hoofdstuk 6 gekeken naar hoe de invloed van de zon zich sinds het jaar 200 heeft ontwikkeld. Daarom is je associatie denk ik niet gerechtvaardigd omdat de invloed van de lange termijn cycli van de zon in de analyse van de Jager immers dus wel is meegenomen.
Je mag er denk ik rustig vanuit gaan dat mensen die menen dat de zon alle opwarming van de afgelopen decennia (en eeuwen) kan verklaren, zeer waarschijnlijk een weinig realistisch denkbeeld vertolken. Dit kan evengoed worden gezegd van mensen die menen dat de fluctuaties in de opwarming geheel het gevolg zijn van natuurlijke variabiliteit in combinatie met de gedachte dat de mens geen enkel aandeel heeft gehad in de opwarming.
De wetenschappelijke discussie rond het klimaat draait uiteindelijk met name om de gewichten van de invloed van zowel de mens als de natuur, waarbij moet worden bedacht dat de verhoudingen tussen de gewichten sterk zijn gaan fluctueren in de loop der tijd. De invloed van de mens is in de loop der tijd groter geworden maar was mogelijk wel het grootst in de jaren ’90 van de vorige eeuw, welke onderdeel vormt van de periode waarin het gat in de ozonlaag is ontstaan (deze ontstond immers vanaf eind jaren ’70 en bereikte rond de eeuwwisseling haar grootste omvang).
Het IPCC schetst daarentegen een beeld dat suggereert dat de mens mogelijk (lees: waarschijnlijk) verantwoordelijk kan worden voor alle temperatuur fluctuaties sinds 1850 maar een gedegen analyse gericht op de invloed van de zon in de periode voorafgaand aan 1850 ontbreekt in feite wel geheel in de rapporten van het IPCC – omdat men in haar eigen analyse enkel werkt met een temperatuur dataset die begint in het jaar 1850.
Dit verklaart waarom de analyse van het IPCC als eenzijdig kan worden afgeschilderd omdat men de invloed van de zon in feite nihiliseert op basis van opportunistische keuzes waarbij de impact van nogal wat datasets eenvoudigweg ter zijde wordt geschoven… en daarom eigenlijk niet onder ogen wordt gezien.
(In mijn serie artikelen heb ik dit allemaal onderbouwd m.b.v. referenties naar de wetenschappelijke literatuur waarin dieper wordt ingegaan op de diverse controversen die wel degelijk nog steeds bestaan)
Martijn van Mensvoort
Bedankt voor je uitgebreide antwoord.
Daaruit maak ik op dat de Jager óók de invloed van de warmteopslag over honderden in de oceanen heeft meegenomen. Klopt dat?
Blijft over de verklaring van de warme periodes in de Romeinse tijd en de Middeleeuwen.
Door welke invloeden zijn die veroorzaakt? Geeft de Jager daarvoor een oplossing? Al dan niet zon gerelateerd?
En uiteraard daarin meegenomen dat de temperatuur, komende uit een glaciaal geleidelijk aan moét stijgen.
Martijn,
Ik heb het gelezen, het blijft en zal moeilijk zijn om een weg te vinden uit het normale hedendaagse scenario.
Ze willen zich uiteraard niet de vingers branden aan een artikel van deze materie, die voor een groot gedeelte het tegenovergestelde is van wat nu gaande is, en dan nog hoe goed zijn de beoordelers op de hoogte en diepgang van jou materie, ook de Nasa is niet heilig, maar word wel zo beschouwd.
“Bjorn lijkt verder niet echt op de hoogte van wat er zit in de klimaatwetenschap zoal afspeelt”
Dat noemt men ‘poisoning the well’: een op niets gestoelde suggestie met de bedoeling om mijn geloofwaardigheid onderuit te halen. Tja, met zo’n strategie is voor mij een discussie al direct op het verkeerde been gestart!
Martijn, jij schreef een lovend artikel over dat boek van de Jager & co. Je wijst er zelf op dat op de achterflap staat dat zij hebben berekend dat de zon slechts 0,15°C heeft bijgedragen aan de 1°C opwarming sinds 1850. Maar toch meen jij “dat de zon mogelijk zelfs meer dan de helft van de opwarming in de 20ste eeuw kan verklaren”. Zie je niet in dat je niet logisch bezig bent? Je kunt niet kersenplukken uit werk van andere onderzoekers en dan deze belangrijke conclusie van de Jager & co negeren (wanneer je het tegelijk ook bejubelt). Je kunt niet zomaar Hoyt & Schatten, Scafetta & Shaviv aanvaarden en de Jager & co negeren. Meer nog, dit zijn allemaal studies die helemaal niet kijken naar andere factoren. Als je niet kijkt naar CO2, dan kan je ook niet beweren dat dit geen belangrijke factor is.
Het gat in de ozonlaag is trouwens de afgelopen 20 jaar langzaam aan het krimpen, maar het is wel blijven opwarmen.
De analyse van het IPCC is niet “eenzijdig” en niet gebaseerd op “opportunistische keuzes”. Het is een samenvatting van alle wetenschappelijke publicaties over het onderwerp. Indien het geen representatief beeld zou geven van de klimaatwetenschap, dan zouden de klimaatwetenschappers wel protesteren, maar dat is nog nooit gebeurd. Je baseert je gewoon op holle beweringen.
Ik ben benieuwd wat je morgen gaat publiceren hier, maar aangezien ik hier opmerk dat je heel rare kronkels maakt, vrees ik dat ik als ik het morgen ga lezen, ik ook bedenkingen zal hebben.
Re: Bjorn
In de analyse van de Jager en co. wordt überhaupt geen aandacht besteed aan de zonneminima.
Morgen wordt in het nieuwe blogartikel het werk van de Jager in perspectief gezet in relatie tot mijn eigen analyse gericht op de zonneminima.
Waar weet je dat zo zeker van Bjorn?
In de Romeinse tijd, en de MWP waren er ook geen extra broeikasgassen, toch is het volgens studies warm geweest.
Zou dit niet zo zijn geweest dan waren ze niet zo ver kunnen oprukken.
Er worden steeds meer nederzettingen van Vikkingen gevonden in Canada, wat duid dat er grote smelt is geweest zodat ze daar zijn aangeland.
Gewoon een paar simpele bewijzen dat de aarde al eerder warmte periodes heeft gekend.
Ze maken zich heden druk om niks, het komt alleen de industrie en regeringen ten goede.
Het enige goede is dat er sneller word gezocht naar alternatieve energie.
Want de middelen wat ze heden hebben is niet voldoende, en vaak niet wenselijk in een klein land.
https://www.dagelijksestandaard.nl/2021/02/zweden-moeten-op-energierantsoen-want-groene-stroom-zorgt-voor-groot-elektriciteitstekort-stop-met-stofzuigen/
Ik ben een leek. Kan iemand hier uitleggen wat de oorzaak was van de opwarming in de Middeleeuwen (MWP)?
Kruistochten ;-)
Erik, dat kwam door CO2.
Dat CO2 werd door buitenaardse wezens in grote hoeveelheden naar de aarde vertransporteerd omdat duidelijk werd dat de aardbewoners het koud kregen. Verhoging van CO2-concentratie is namelijk de enige manier om de temperatuur omhoog te brengen. Daar is veel consensus over binnen de gevestigde klimaatwetenschap, maar het werd pas eeuwen later ontdekt.
Die opwarming kwam na de afkoeling daarvoor. OK?
Dank voor de antwoorden zover. Drie verschillende weliswaar, dus ik begrijp dat daarover geen consensus is?
Re: Ik ben een leek. Kan iemand hier uitleggen wat de oorzaak was van de opwarming in de Middeleeuwen (MWP)?
In figuur 6.4 wordt in het boek van de Jager & co. beschreven dat de zon in die periode een ‘grand solar maximum’ toonde met een duur van ruim een halve eeuw (= bij benadering ongeveer één Gleissberg cyclus); dit gebeurde tussen het Oort minimum en het Wolf minimum.
PS. Hierbij moet wel de kanttekening worden gemaakt dat er geen brede consensus bestaat over de vraag in hoeverre de zogenaamde ‘medieval warm period’ een fenomeen betreft dat zich wereldwijd heeft voorgegaan of enkel regionaal (metname in Europa). Overigens zijn er ook claims dat de impact van de 11-jarige zonnevlekkencyclus zich vooral in Europa heeft laat voelen.
(De reconstructies zijn op proxies gebaseerd maar dit betreft een zeer complexe materie waarbij afgelopen 25 jaar de inzichten soms nogal opzichtig ‘doelgericht’ werden geconstrueerd op basis van selectief gebruik van data)
Het MWP was duidelijk niet globaal:
https://en.wikipedia.org/wiki/Medieval_Warm_Period#/media/File:2000+_year_global_temperature_including_Medieval_Warm_Period_and_Little_Ice_Age_-_Ed_Hawkins.svg
Er was lokaal wel een opwarming, maar in andere delen van de wereld was er dan weer een iets koelere periode. Dit heeft te maken met de veranderingen van oceaanstromingen, die over de eeuwen kunnen veranderen.
Globaal was de aarde niet warmer in de MWP. De verhoogde activiteit van de zon in die periode (‘Grand Solar Maximum’) had dus geen impact op de globale temperatuur.
Hoi Piet,
Je claimt o.a.:
“Globaal was de aarde niet warmer in de MWP. De verhoogde activiteit van de zon in die periode (‘Grand Solar Maximum’) had dus geen impact op de globale temperatuur.”
Uit de temperatuur dataset van het 2 Degrees Institute blijkt dat de mondiale temperatuur in de periode tussen 1100 en 800 jaar geleden wel degelijk een relatief warme periode heeft gekend waarbij de temperatuur in de orde van ongeveer een halve graad Celsius hoger lag dan tijdens de voorgaande en latere eeuwen.
https://www.temperaturerecord.org
(Je kunt dit zien door eerste op de button linksboven te klikken: ‘Show last 800.000 years’ om vervolgens in te zoomen op de periode van het huidige Holoceen, dus de laatste 12.000 jaar)
Theo, heb jij dan niets begrepen van het werk van de Jager, beschreven in het artikel? De zon veroorzaakt bijna geen globale temperatuursveranderingen – zo’n 0,15°C. Er waren wel lokale fenomenen, zoals iets warmer in Europa in de MWP, maar dat was niet zo voor de gehele aarde.
De Jager bevestigt weer maar eens dat er geen enkele andere verklaring voor de huidige globale opwarming is dan de uitstoot van broeikasgassen. He toont aan dat het niet de zon kan zijn. Romeinen, VIkingen, MWP veranderen niets aan die conclusie over de broeikasgassen.
Ja ja Ben, lokale fenomenen die meer als een halve eeuw aanhouden, toon dat maar eens aan.
Dat er meer bekend is over lokale problemen, wat dus geen problemen kunnen zijn want ze waren van natuurlijke aard, zegt niets over de rest van de wereld, want de mensheid was daar toen der tijd zeer dunnetjes bezaaid, en de geschiedenis schrijvers waren er nog minder.
Dus dat is een beetje natte vingerwerk.
Co2 heeft zeker invloed, maar niet zoveel als beweerd word, en zeker niet catastrofaal.
Als alles zo duidelijk is, dan is er ook geen verder onderzoek meer nodig.
Er zijn wel veel dingen die ze nu als catastrofaal benoemen, maar die het niet zijn.
Re: Ben “Theo, heb jij dan niets begrepen van het werk van de Jager, beschreven in het artikel? De zon veroorzaakt bijna geen globale temperatuursveranderingen – zo’n 0,15°C.”
Nogmaals Ben, de analyse van de Jager heeft enkel betrekking op de tempeatuurontwikkeling op het noordelijk halfrond.
De analyse heeft dus niet betrekking op het “globale” beeld zoals je woorden hierboven suggereren.
(Ik geef toe: de impact van dit detail is niet erg groot… maar voor een gedegen discussie is het denk ik wel van belang dat je je bewust wordt hiervan want we kunnen niet uitsluiten dat een analyse gericht op een mondiale temperatuur dataset een groter aandeel voor de voor de zon kan opleveren)
Re: Theo
De conclusie van Bjorn is in meerdere opzichten voorbarig (zie mijn reactie van 17 feb 2021 om 11:15).
En Ben maakt hierboven dezelfde denkfout.
Beiden realiseren zich waarschijnlijk ook niet dat de analyse van de Jager het denkkader van het IPCC ontkracht want volgens het IPCC kan de invloed van de zon in de periode vanaf 1850 als nihil worden beschouwd – want men veronderstelt immers dat de antropogene factor nadien bepalend is geweest voor het temperatuur verloop.
Overigens, in het boek van de Jager & co. wordt niet expliciet beschreven dat hun analyse de validiteit van het denkkader van het IPCC niet onderschrijft maar een goed geinformeerde lezer kan dit wel degelijk uit de tekst op de achterflap op maken en ik twijfel er niet aan dat de auteurs dit ook zullen bevestigen wanneer hen dit wordt gevraagd.
Bjorn, zal je echte naam niet zijn denk ik, maar vooruit, al vele malen is hier en op Klimaatgek uitgelegd dat de opwarming van het aardoppervlak vooral is veroorzaakt door het verbeteren van de luchtkwaliteit dankzij de internationale samenwerking op het gebied van het terugdringen van de luchtvervuiling.
Dat effect, dat nu wel zo’n beetje is uitgewerkt want de lucht is beduidend schoner en veel meer winst valt er voorlopig niet te halen, was dus sterker dan het afnemen van de capaciteit van de zon zoals hierboven beschreven. Sinds 2016 gaan de verschijnselen op de zon de overhand krijgen en gaat het een heeeeel klein beetje afkoelen ongeveer in dezelfde ordegrootte van het heeeel klein beetje opwarming van de afgelopen tijd.
Moet je natuurlijk wel gewoon rekenen in graden Kelvin en niet in graden Celsius, want dan denk je dat als de temperatuur stijgt van 1 graad Celsius naar 2 graden Celsius, dat het dan in eens 2 x zo warm is geworden; de zgn. Klavermethode.
Niet reageren Anthony
Hier is een global brightening link met waarnemingen in Zwitserland die klimaatgek gelijk geeft.
https://iac.ethz.ch/group/climate-and-water-cycle/research/radiation-and-the-hydrological-cycle/global-dimming-and-brightening.html
Hans, dat was ik ook echt niet van plan maar dank voor je reactie.
Grappig dat lieden zoals die ‘Bjorn’ meteen in een soort kramp schieten als ze voor joker worden gezet en hun gelijk niet krijgen.
Hun gedag is te vergelijken met dat van een Willem Engel en die voormalige bajesklant die hij als juridisch adviseur heeft ingeschakeld. Ik krijg mijn gelijk niet, DUS de rechter is corrupt. Gedrag van een 4 jarige dreumes die geen koekje meer krijgt.
Waarnemingen in Zwitserland of in Potsdam? Dat laatste staat er bij. Opmerkelijk trouwens dat de waarnemingen daar doorliepen toen in het voorjaar van 1945 de boel in puin geschoten werd. In het eerste deel van de grafiek springen twee jaren er uit: 1947 en 1959. Dat waren jaren met uitzonderlijke zomers (en in het eerste geval ook uitzonderlijke winters). Dat had een andere oorzaak dan ‘brightening’.
Bij ‘brightening’ is niet alleen de instraling hoger, maar ook de uitstraling. Het netto effect hangt af van de plek op aarde. Je moet dus weten of die ‘brightening’ een lokaal verschijnsel was of iets globaals.
“dankzij de internationale samenwerking op het gebied van het terugdringen van de luchtvervuiling.”
Zo zie je maar. Internationale samenwerking kan prima werken! Met de bestrijding van het ozongat hebben we dat ook al gezien.
De vraag is of dat ozongat wel een probleem was in Australië (waar de mensen wonen), gezien de hoge kraag om het gat
https://www.esa.int/ESA_Multimedia/Images/2013/02/South_Pole_ozone
Ozon gat is vooral een mooi voorbeeld van hoe een door de mens veroorzaakt groeiend klimatologisch probleem kan worden opgelost door noodzakelijke internationale samenwerking.
Beste Annelies,
Klimaat experts verwachten zelfs dat klimaatbeheersing in de toekomst vooral zal gaan over het beheer van de ozonlaag.
Deze experts verwachten dus dat het niet om CO2 zal blijven draaien, ofschoon CO2 mogelijk wel enige invloed heeft op de ozonlaag betreft ook dit geen eenduidig verhaal want ook m.b.t. dat perspectief (de afkoeling van de stratosfeer) wordt rekening gehouden met de mogelijkheid dat dit fenomeen mogelijk grotendeels aan andere broeikasgassen kan worden toegeschreven (o.a. de CFK’s).
Overigens, ook hierbij speelt de zon een factor van belang; mede omdat deze factor waarschijnlijk wordt onderschat (t.g.v. het negeren van versterkingsfactoren) kunnen analyses ook voor dat perspectief een heel ander beeld opleveren dan veelal wordt verondersteld. Eerder heb ik in mijn artikel van februari 2020 uitgebreid aandacht besteed aan dit onderwerp, zie:
http://klimaatcyclus.nl/klimaat/1890-1976-zon-toont-perfecte-correlatie-met-temperatuur-invloed-CO2-blijkt-nihil.htm
Het lijkt me goed dat klimaat experts alle menselijke invloeden op het klimaat goed blijven monitoren om zodoende tijdig te kunnen waarschuwen indien noodzakelijk.
Wat betreft de zon zie ik geen duidelijke opwaartse of neerwaartse trend door de eeuwen heen in de gecombineerde groene en rode curve van de Jager en Co. Op die termijn (van eeuwen) levert de zon gemiddeld een te verwaarlozen bijdrage aan het mondiale temperatuurverloop.
http://klimaatcyclus.nl/klimaat/pics/solar-magnetic-variability-and-climate-de-jager-book-figure-9-13.jpg
“Klimaat experts verwachten zelfs dat klimaatbeheersing in de toekomst vooral zal gaan over het beheer van de ozonlaag. Deze experts verwachten dus dat het niet om CO2 zal blijven draaien”
Wie zijn die experts dan wel, Martijn?
In de link naar je eigen artikel, schrijf je trouwens zelf “dat de ozonlaag sinds het jaar 2000 herstellende is”. Je spreekt jezelf dus tegen, want het probleem is opgelost, we moeten die ozonlaag in de toekomst niet verder beheren, gewoon zorgen dat we geen schadelijke chemicaliën uitstoten.
Annelies heeft wel gelijk: “alle menselijke invloeden op het klimaat goed blijven monitoren”. Voeg daaraan toe: we moeten ook op tijd actie ondernemen wanneer we problemen zien opdoemen. Rond het gat in de ozonlaag werd er tijdig actie ondernomen, waardoor het probleem beperkt bleeft tot Antartica. Voor de globale opwarming blijkt men meer twijfelachtig tot actie over te gaan, alhoewel ondertussen al meer dan 20 jaar overduidelijk is dat dit in hoofdzaak door broeikasgassen wordt veroorzaakt.
.. probleem kan worden opgelost door noodzakelijke internationale samenwerking.
Als het “ozonprobleem” al is opgelost gaat men alsnog wel voorbij aan de echte, urgente problemen van orde en veiligheid.
Ooit eens bedacht wat het zou uitmaken als religieuse en culturele verschillen eens zonder gewapend geweld zouden worden opgelost?
Maar het is natuurlijk veel gemakkelijker om oliebaronnen de schuld te geven dan aan de politieke baronnen (VN, EU, Den Haag).
Het is niet al twintig jaar overduidelijk. Het leek al dertig jaar waarschijnlijk. Verraadt dus dat je hier met politieke motieven zit. Tja, Evangelisation der Klimajugend. Schiet niet op natuurlijk. Wetenschappelijk dan.
Nog een voorbeeld hoe dolgedraaide groenen zijn, welkom van kippenhok tot DDR.
Duitse Groenen willen verbod op bouwen eigen huis.
https://www.telegraaf.nl/nieuws/818032961/duitse-groenen-willen-verbod-op-bouwen-eigen-huis
Nog leuker, NL wil 330.000 woningen bouwen ;-)
Voldoende bouwvakkers zijn te vinden, geen geld bij de corporaties.
Droevig: 20 jaar lang de grenzen open stellen en niet bedenken dat er dan woningen nodig zijn.
Verkiezingstijd dus.
Ze zoeken ernaar Theo. Mening is Macht bij dat soort.
Mooie filmpjes ook!
De manier waarop ze die zonnevlekken in kaart brengen, gewoon overtrekken met een potlood met als valide motivatie: omdat dat al eeuwen zo wordt gedaan.
Heel anders dan het homogeniseren van hittegolven gebaseerd op veranderde meetopstellingen of het plakken van satelliet data achter boeimetingen.
Wat een fijne gedachte dat onze zon een heel constant schijnende ster is die het leven op aarde nog zo’n miljard jaar kan onderhouden.
Dit gaat de makers van de sciencefiction films er natuurlijk niet van weerhouden ons bang te maken.
Je moet toch wat verzinnen:
https://www.msn.com/nl-nl/weer/nieuws/opwarmende-noordpool-mogelijk-oorzaak-van-winterweer-texas/ar-BB1dKO9V?ocid=msedgntp
Zal dan ook wel komen door de opwarming:
https://www.msn.com/nl-nl/weer/nieuws/griekenland-bedekt-onder-ongewoon-dikke-laag-sneeuw/ar-BB1dJB9U?ocid=msedgntp
Maar, vroeger waren de winters toch kouder, blijkbaar was voor 1980 de Noordpool veel meer opgewarmd dan nu. Jammer genoeg kunnen we het niet nagaan.
(Bijzonder jammer dat de belangrijkste illustraties in het artikel hierboven niet zichtbaar zijn; daarmee wordt de lezer helaas een belangrijk deel van de presentatie ontnomen. Achter de schermen heeft Hans Labohm inmiddels wel stappen ondernomen om dit probleem op te laten lossen)
Martijn,
Het probleem ligt in de doorlink,
Ga eens op de link naar de foto staan en kies voor openen in een nieuw tabblad, dan krijg je alles te zien in het nieuwe tabblad.
Ja Theo, ik weet het.
Het heeft te maken met de instellingen op het Climategate platform.
Het probleem met de illustraties blijkt vooral bij Chrome en Opera op te spelen.
Achter de schermen wordt nog steeds gezocht naar een oplossing.
(Ik ben gisterenavond helaas opnieuw tot de conclusie gekomen dat het aan de instelling op dit platform moet liggen, die zijn waarschijnlijk veel te scherp afgesteld; overigens, met de browsers Firefox en Vivaldi kan ik de illustraties wel zonder problemen direct bekijken)
Theo
Toptiptheo!
En nu wachten op het antwoord van Bjorn op van Mensvoort. Zou deze Bjorn ook zo’n analyse met onderbouwing kunnen aanleveren?
Even voor de duidelijkheid:
Op mijn labtop en Smartphone zijn de figuren 1.1 & 2.3, figuur 9.13 en figuur 10.6 en 10.7 niet zichtbaar en ook video 1 is niet zichtbaar.
Ik zou het op prijs stellen wanneer enkele mensen even aan willen geven of deze illustraties in hun browser wel of niet zichtbaar zijn want ik heb inmiddels de suggestie aangereikt gekregen dat dit probleem mogelijk aan de instellingen van mijn eigen apparaten zou kunnen liggen – wat mij bevreemd omdat ik op andere website nooit last heb van dit probleem.
PS. Theo beschreef eerder dat de linken naar de figuren niet werken; ook dit kan ik bevestigen maar voor mij is niet duidelijk geworden of hij de figuren zelf wel kan zien in het artikel hierboven (ik veronderstelde bij het lezen van zijn post dat dit niet het geval is… maar wellicht dat dit toch wel het geval is).
Martijn in de link van de afbeelding op Climategate.nl staat twee keer de link achter elkaar maak een kopie van de link werkt het wel.
(Jammer dat Rinus niet heeft vermeld welke browser hij gebruikt; ik veronderstel dat Hans Labohm en andere betrokkenen bij Climategate geen Chrome of Opera zal gebruiken want anders had men denk ik ook al veel eerder naar een oplossing gezocht… dit speelt inmiddels al maanden)
Martijn, in de nieuwste Edge browser werkt het ook niet.
Merci Theo!
(Maar goed, sinds vandaag heb ik de indruk dat bij Hans en zijn webmaster het kwartje inmiddels alsnog is gevallen; ik heb begrepen dat de opmaak van het artikel van morgen in een andere vorm zal worden geupload waardoor het probleem mogelijk is opgelost – ik hoop dat ze dit van te voren gaan checken door diverse browsers te gebruiken om te testen of de oplossing daadwerkelijk effectief is voor alle browsers)
@Martijn:
Alles is te zien en de video werkt ook.
Ik gebruik geen Windows browser maar Mozilla Firefox.
Hartelijk dank Rinus en Lidi!
Fijn om te horen dat de illustraties voor jullie blijkbaar wel zichtbaar zijn.
Ik zal op zoek gaan naar een oplossing voor het probleem op mijn apparaten (dat ik overigens eerder ook op andere apparaten heb vastegesteld).
PS. Overigens… warempel ja: in mijn Firefox browser zijn de illustraties wel zichtbaar; dank Lidi!
(Ik gebruik overigens Google Chrome dus blijkbaar heeft het te maken met de instellingen in die browser; ik ga er op een later moment vanavond eens goed naar kijken)
@Martijn,
Ook in mijn versie van Chrome werkt het niet goed inderdaad.
Toch maar een andere browser gebruiken?
Aangezien ik Chrome nooit gebruik ga ik het verder niet uitzoeken. :)
(Merci voor deze melding Lidi!)
Martijn (10:38), ken je de Engelse uitdrukking “Stop flogging a dead horse”? Dit lijkt me van toepassing op jouw manuscript, dat weer eens werd geweigerd.
Je hebt het naar Rob van Dorland gestuurd, en hij gaf heel wat opmerkingen, die jij niet afdoende kon weerleggen.
Je plaatste het op climategate en sciencetalk, en kreeg heel wat kritiek van verschillende reageerders met (denk ik toch) een wetenschappelijke achtergrond, maar je wimpelde hun opmerkingen weg als komende van “criticasters”.
Je stuurde het naar een eerste vakblad, maar de redacteur vond het niet geschikt.
Je stuurde het naar een tweede vakblad, en nu blijkt dat 3 reviewers en de redacteur het niet aanvaardbaar vonden, maar weerom probeer je hun kritiek te minimaliseren.
Blijkbaar ziet iedereen dat je werk onvoldoende is om als wetenschap te worden beschouwd, behalve jijzelf.
Dr Kopp contacteren zal je niet verder helpen. Zijn antwoord over het gebruik van LISIRD zal kort samengevat zijn: “wij van WC-eend…”. Aangezien je reeds vanuit allerlei hoeken kritiek kreeg op het gebruik van LISIRD, doe je analyse dan gewoon met een andere dataset. Kom je tot andere resultaten? Trek daar dan je conclusies uit!
Nu stel je je hoop ook in een derde journal. Ik zie in de weblink die je geeft, dat het uitgegeven is door MDPI. De meeste wetenschappers weten wat dat betekent: je kunt je manuscript daar altijd wel gepubliceerd krijgen door betaling van >1000 euro. De peer-review stelt dan niets voor – je weet op voorhand dat het bijna zeker zal slagen. Die uitgevers ronselen gewoon naïeve auteurs, om geld te verdienen door manuscripten te publiceren die overal elders werden geweigerd. JA, je kunt het daar (tegn betaling) gepubliceerd krijgen. Maar wat is daar de meerwaarde van – worden ‘gebruikt’ door zo’n uitgever, veel geld moeten uitgeven, terwijl iedereen zo kan zien dat jij nergens anders terecht kon?
Filip
Volgens mij zijn je verdachtmakingen vooral van toepassing op het IPCC. In elk geval zeker ten tijde voorafgaande aan het verschijnen van het boek “The delinquent Teenager” van Donna Laframboise.
Beste Filip,
Je hebt zojuist helaas een onjuiste voorstelling van zaken gegeven want Rob van Dorland heeft namens zijn collega Gertjan van Oldenborgh op 15 mei 2020 enkel een e-mail reactie ingezonden n.a.v. een eerder artikel dat ik reeds in de maand mei heb gepresenteerd; dit betrof het artikel met de titel:
‘De zon zorgde voor 1,1 °C opwarming sinds de 17de eeuw’
https://www.climategate.nl/2020/05/de-zon-zorgde-voor-11-c-opwarming-sinds-de-17de-eeuw/
http://klimaatcyclus.nl/klimaat/zon-zorgde-voor-1,1-graad-Celsius-opwarming-sinds-17de-eeuw.htm
Het vervolgartikel dat ik heb ingezonden voor peer review werd dus niet beoordeeld door Van Dorland.
Eind juni heb ik het vervolgartikel overigens wel toegezonden maar ik heb hierop geen reactie ontvangen.
Het lijkt je ook te zijn ontgaan dat ik afgelopen zomer uitgebreide feedback heb ontvangen van 2 expert reviewers waarbij vooor mij duidelijk is geworden dat mijn onderzoek zich begeeft op een terrein (gericht op de zonneminima op basis van de Hale cyclus) dat nog niet echt eerder werd onderzocht. Het is denk ik ook niet voor niets dat ik door de hoofd-editor van Earth and Space Science in de gelegenheid ben gesteld om mijn artikel ’te repareren’.
Dat na de reparatie de reviewers met name twijfelen aan de validiteit van de LISIRD dataset zegt denk ik enerzijds iets over hun eigen expertise (ik heb sterk de indruk dat geen van de betrokken reviewers een expert is op het terein van de TSI data en metingen) en anderzijds toont het geuite wantrouwen m.b.t. de LISIRD mogelijk aan dat het probleem in de kern niet ligt in mijn analyse.
In deel 3 van het drieluik blijkt dat de sterke correlatie tussen de LISIRD TSI minima en de mondiale temperatuur nog veel verder terug reikt in de tijd bij de positieve/primaire zonneminima. Dit sterkt mij in de overtuiging dat mijn vondst waarschijnlijk valide is omdat het patroon enerzijds veel te sterk is om te kunnen worden toegeschreven aan toeval en anderzijds bevestigd het in feite de bevinding van andere onderzoekers die via een geheel andere benaderingswijze tot de conclusie zijn gekomen dat de invloed van de zon tot ver in de 20ste eeuw zichtbaar is in het verloop van de temperatuur.
PS. Je onjuiste, ongenunaceerde en zelfs ook ongemanierde manier van speculatief redeneren (met o.a. de redenering “wij van WC-eend…” waarbij je een top onderzoeker als Greg Kopp in feite bij het straatvuil probeert te zetten) doet mij vermoeden dat je onder andere namen reeds actief bent geweest in de discussies rond mijn artikelen.
OK, Martijn, ik had het mis: Rob van Dorland heeft dat manuscript niet becommentarieerd, maar een ander manuscript van jou. Maar de conclusie blijft: “hij gaf heel wat opmerkingen, die jij niet afdoende kon weerleggen.”
Het was me juist niet ontgaan dat jij “afgelopen zomer uitgebreide feedback heb ontvangen van 2 expert reviewers”. Je schreef dat de ene het niet publiceerbaar vond, en de ander dat het serieuze aanpassingen nodig had. Wat betreft je opmerking dat je “in de gelegenheid ben gesteld om mijn artikel ‘te repareren’.”, dat is gewoon standaard praktijk. Dat is niets bijzonders.
Het is duidelijk dat jij als amateur een beperkte expertise hebt – en blijkbaar niet echt doorhebt hoe het peer-reviewproces werkt en wat daarin standaard praktijk is. Maar nu probeer jij je eigen beperkte expertise te projecteren op die reviewers, die volgens jou onvoldoende kennis hebben. Het is bij jou altijd de fout van een ander blijkbaar. Niemand begrijpt jou, maar jij bent het genie!
Ik merk ook op dat Bjorn opmerkt dat jij aan ‘poisioning the well’ doet. Dat blijk je nu weer te doen, met je “PS” – en dat dan ook nog in het vet te zetten. Ik wou je echter gewoon advies geven en ik herhaal het nog maar eens: je hebt van allerlei kanten kritiek gekregen op je werk, je hebt op veel van de punten van kritiek nooit een afdoend antwoord gegeven, en het werd geweigerd door twee vakbladen van middelmatig niveau (dus de drempel om aanvaard te worden was niet hoog). Je blijkt niet in staat om daar conclusies uit te trekken. Alhoewel je geen enkele erkenning hebt, word je toch uitgenodigd om je manuscript in te dienen bij MDPI. Besef je echt niet dat ze gewoon je geld willen, en zich niets aantrekken of je manuscript degelijke wetenschap is of niet?
Best gek om de reviewers te diskwalificeren. Daarmee diskwalificeer je feitelijk het tijdschrift waarin je jouw werk zo graag zou hebben gepubliceerd. Je zult nu dan wel blij zijn dat het niet gepubliceerd is in zo’n incapabel tijdschrift.
Peter, in mijn ogen is het eigenlijk tamelijk bizar om te moeten constateren dat ‘expert reviewers’ zichzelf de ruimte geven om een dataset te diskwalificeren van één van DE belangrijkste sleutelfiguren op het terrein van de technologie waarmee het signaal wordt gemeten.
Want Greg Kopp betreft een persoon die niet alleen verantwoordelijk is voor het vaststellen van de consensus m.b.t. het TSI niveau tijdens de recente zonneminima, hij werkt daarnaast ook nauw samen met Judith Lean, wiens werk een belangrijk deel van de basis vormt die wordt gebruikt bij de PMOD methode die door het IPCC is omarmt.
Martijn, ik vind het bizar dat jij die reviewers diskwalificeert omdat ze een toch algemeen bree gedragen bedenking bij die dataset hebben en ze die onafhankelijk van elkaar formuleren. Blijkbaar kon jij geen goede reden geven in je manuscript waarom je juist die dataset koos.
Ik ga er van uit dat ze ook andere opmerkingen hadden op je manuscript en dat ze het verworpen hebben omwille van de som daarvan.
Daar ben je heel stil over.
Bij publicatie gaat het erom reviewers, van een door jezelf gekozen en dus gewaardeerd tijdschrift, te overtuigen. Dat is niet gelukt. Het heeft dan verder geen zin naar schuldigen te zoeken. Leer ervan en kom een volgende keer beter beslagen ten ijs, zodat ze niet om je heen kunnen.
Beste Marleen,
Ik denk dat het eigenlijk ongepast is om de feedback van de expert reviewers hier publiekelijk te gaan delen, maar ik denk dat onderstaande citaat direct duidelijk maakt dat zelfs de meest constructieve reviewer mij in feite voor een onmogelijke taak heeft geplaatst waarbij hij uiteindelijk niets anders dan zijn eigen wantrouwen m.b.t de dataset van Kopp de overhand laat nemen:
“Reviewer #1 (Comments to Author):
I was highly sceptical of the results presented when I reviewed the original
manuscript over the summer. My scepticism is perhaps greater directed at Kopp’s
“Historical” TSI reconstruction which forms the backbone of the present
analysis; I gave the author the opportunity to refute us with a better analysis
of a better data set, but this was not taken.
…”
PS. In mijn ogen komt dit eigenlijk neer op een soort van obstructie in het bedrijven van wetenschap waarbij de data set van een expert buiten beeld wordt gehouden terwijl de dataset van Kopp bijvoorbeeld ook wel degelijk is terug te vinden op de website van zowel het NOAA als de NASA, zie:
https://coastwatch.pfeg.noaa.gov/erddap/info/earthCubeLisirdHistTsi/index.html
https://climate.nasa.gov/blog/2953/there-is-no-impending-mini-ice-age/
(Ik ben ervan overtuigt dat de betrokken reviewers geen besef hebben dat de LISIRD dataset dus wel degelijk serieus wordt genomen bij zowel het NOAA als de NASA; bovendien is Kopp nauw betrokken bij het consensus-project waarbij de experts op het terein van de metingen van het signaal van de zon gezamenlijk tot een een dataset proberen te komen die in de toekomst kan worden gebruikt als basis voor de verdere ontwikkeling van de klimaatwetenschap – dit betreft de zogenaamde: ‘Community-Consensus TSI Composite’, welke tevens fungeert als de basis waarmee de LISIRD dataset is samengesteld – Kopp heeft hierbij enkele noodzakelijke correcties toegevoegd afgaande op zijn eigen beschrijving, zie: de ‘Description’ https://lasp.colorado.edu/lisird/data/historical_tsi/ )
Re: Peter 17 feb 2021 om 23:16
Inderdaad, dit kan ik alleen maar beamen.
Voor mij is het niet zo heel lastig om te accepteren dat de validiteit van de LISIRD dataset door de betrokken mogelijk is onderschat – onmdat deze elementen bevat die blijkbaar onverenigbaar zijn met hun eigen persoonlijke kennis, etc.
Hun probleem, niet het mijne… want voor mij is duidelijk dat persoonlijke inzichten (of het ontbreken hiervan) ogenschijnlijk uiteindelijk een prominente rol hebben gespeeld in het proces rond mijn artikel. Maar ik ben de betrokkenen wel degelijk dankbaar voor hun input want dit heeft mij in de gelegenheid gesteld om binnenkort een verdere stap vooruit te kunnen gaan maken waarbij ik hoop dieper in te kunnen gaan op de dominante factor in het signaal van de zon die een rol speelt bij het ontstaan van de (complexe) relatie met het verloop van de temperatuur.
Maar om die stap daadwerkelijk te kunnen maken ga ik nu wel afhankelijk worden van de bereidwilligheid van enkele mensen om relevante informatie hieromtrent met mij te delen. En ik kan niet geheel uitsluiten dat een deel van deze kwestie een soort van ‘blackbox’ zal kunnen blijken te zijn omdat de beschikbare data mogelijk eenvoudigweg niet verder terug reikt in de tijd dan het satelliettijdperk.
Nog 1 kleine maar wel relevante aanvulling:
Kopp blijkt de LISIRD dataset te hebben geconstrueerd om het IPCC te bedienen; op zijn website wordt dit als volgt beschreven:
“- It was produced merely to provide a time-series plot for the IPCC”
Martijn (17 feb 2021 om 23:25 )
Het stukje dat je toont van één van de reviewers, toont aan dat die juist WEL heel goed weet waarover het gaat. Hij (zij) beseft dat er meerdere datasets zijn, en dat het resultaat kan afhangen van de gebruikte dataset. Hij heeft je blijkbaar uitgenodigd om je analyse ook eens uit te voeren met andere datasets. Dat had tot één van de twee mogelijke scenario’s kunnen leiden:
Ofwel bekom je hetzelfde resultaat. Je had dat kunnen toevoegen aan je manuscript, en het had je werk overtuigender gemaakt.
Ofwel bekom je een ander resultaat. Daar moet je dan de juiste conclusies uit trekken en die ook opnemen in je manuscript.
In beide gevallen had je een wetenschappelijk gezien betere publicatie gehad. Maar je hebt dat niet gedaan.
Je had additioneel ook in je manuscript meer uitgebreid -en op wetenschappelijke argumenten- kunnen motiveren waarom je de andere datasets niet verkeist. Voor zover ik het begreep, baseer jij je nu alleen maar op autoriteitsargumenten. Ik lees in dat manuscript “dit betreft geen “officiële” TSI doch deze dataset bevat in de ogen van de auteur (LASP hoofdonderzoeker Dr. Greg Kopp) wel de beste waarden”. Ook nu kom je alleen maar af met een autoriteitsargument, dat het op de NASA website staat en dat het voor het IPCC werd geproduceerd. In wetenschap moet je wetenschappelijke argumenten gebruiken!
Het is dus begrijpelijk dat het geweigerd wordt. De analyse met enkel LISIRD en de motivatie daarvoor was onvoldoende. Je bent koppig geweest en je ging niet in op een vraag om je manuscript meer wetenschappelijk verantwoord te maken door er additionele analyses aan toe te voegen.
“Maar je hebt dat niet gedaan”
Ik vermoed dat hij het wel gedaan heeft maar dat de uitkomsten ongewenst waren. Een ongewenste uitkomst niet publiceren is wetenschappelijk bezien niet integer.
Dus, óf hij heeft het advies van de reviewer in de wind geslagen, óf hij heeft de reviewer gevolgd en ontdekt dat zijn methode, toegepast op een andere dataset, een ongewenst resultaat oplevert. Vervolgens besloot hij dat laatste dan maar te verzwijgen.
Welke van de twee opties het ook was, hij heeft niet aan het verzoek van de reviewer voldaan. Beide opties leiden dan ook logischerwijs tot dezelfde enige mogelijke conclusie: verwerpen.
De reviewer heeft Martijn een kans gegeven. Martijn heeft hierboven dan ook de verkeerde tekst vet gedrukt. Hij had deze moeten vetdrukken en er wat mee moeten doen: “I gave the author the opportunity to refute us with a better analysis of a better data set, but this was not taken”
Martijn heeft zich onvoldoende gerealiseerd dat hij niet op een blog bezig was, waar je alle kritiek met loze retoriek naast je neer kunt leggen om de eigen bubbel te verdedigen, maar met een wetenschappelijk tijdschrift waar andere normen gelden; waar het niet gaat om jouw gelijk, maar om het overtuigen van de ander op basis van argumenten. Martijn is gezakt voor dat examen, maar mogelijk heeft hij ervan geleerd. Er is altijd nog de kans op een herexamen.
Maar gezien de wijze van reageren op de afwijzing, met de hakken in het zand, overtuigd van het eigen gelijk en het openlijk in diskrediet brengen van de reviewers vrees ik het ergste voor zijn wetenschappelijke ambities.
Freek,
Overtuigd zijn van het eigen gelijk is op zich niets mis mee en zelfs een noodzakelijke voorwaarde om iets gepubliceerd te krijgen. Maar als het gepaard gaat met de overtuiging dat de ander dan wel ongelijk moet hebben, dan wordt het zwart-wit denken. Op een blog kun je dat inderdaad prima volhouden, maar om je werk officieel gepubliceerd te krijgen vereist een andere houding.
Na acceptatie moet je artikelverwerkingsvergoeding (APC) betalen, dat is toch heel wat anders dan ik betaal en het word gepubliceerd lijkt me.
Je doet mij geloven of een peer reviewed artikel gewoon te koop is, dat kan toch niet, dan gooit MDPI zich zelf de ruiten in.
Of heb je daar een bron van?
@Theo: google eens “predatory journal” of ga direct naar https://en.wikipedia.org/wiki/Predatory_publishing
Joni google eens “poisoning the well”
Hans Erren, ik had jou toch wel wijzer geacht. Lees maar Wikipedia over MDPI.
Klopt, MDPI is een geldmachine weet ik uit ervaring. Niet mee in zee gaan indien je je werk serieus neemt.
Serieuze wetenschappers die verwijzen naar Wikipedia! Yes!
Klopt Theo, maar ik heb inmiddels ook een waarschuwing ontvangen van een Nederlandse astronoom voor de praktijken van de MDPI groep. Dus ik ga dat advies niet in de wind slaan.
Veel interpretatie en verdachtmaking in je opmerking. Blijft over de minachting. Tja, dat zal wel. De helft van jouw leven hangt af van je mening terwijl Martijn een stukje prima productie heeft gefabriceerd. Er schijnt toch teveel haat door je opmerkingen heen. Volstrekt overbodig als je écht zou denken dat Martijn geen enkel punt had. Bovendien is je bewijsvoering indirect en heel veel karaktermoord. Dan maar indirect bewijs terug: je deugt niet en houdt niet van wetenschap maar van mening.
Ach ja Christian, het is veelal voortdurende hetzelfde verhaaltje met de figuren die menen dat ze met hand en tand het denkkader van het IPCC te moeten verdedigen… door middel van verdachtmakingen en/of veroordeling van mensen die op basis van de beschikbare data een nieuwe blik weten te tonen op de kwetsbaarheid van de consensus-tunnelvisie die is gericht op antropogene invloeden in relatie tot het klimaat.
Meestal rammelt de argumentatie hierbij regelmatig van alle kanten omdat deze in feite met name drijft op emoties en hun eigen persoonlijke overtuiging m.b.t. de vermeende ‘klimaat-consensus’ – die grotendeels steunt op retoriek die is gebouwd op basis van klimaatmodellen (i.p.v. empirische data).
Emoties en persoonlijke voorkeuren horen eigenlijk helemaal niet thuis in het bedrijven van wetenschap. Maar uiteindelijk worden we hierbij wel allemaal beperkt door de grenzen van de persoonlijk beschikbare kennis en daarom is het in het algemeen verstandig dat ieder zich richt op de inhoud … en niet op de man.
Beste Kip met kop,
Ik heb in de herziene versie wel degelijk ook een beschrijving gegeven waaruit blijkt dat in de SATIRE-T dataset exact hetzelfde patroon wordt aangetroffen dat ik heb beschreven voor de LISIRD dataset. De #1 reviewer lijkt dit niet te hebben opgemerkt want hij suggereert immers dat ik geen poging in die richting zou hebben gedaan terwijl dit dus wel is gebeurd.
En bovendien had ik eerder al gewezen op het feit dat de LISIRD dataset grotendeels steunt op de Consensus-Community TSI dataset, maar in dit geval praten we dan enkel over de periode van het satelliettijdperk, terwijl de kern van mijn analyse juist niet op die periode berust.
Ik had deze details nog graag in alle rust willen doornemen met reviewer #1 maar ik ben al erg gedetailleerd geweest in mijn inhoudelijk reactie op de feedback die door reivewer #1 en #2 in de eerste ronde van feedback werd gegeven. In de 2de ronde van feedback is door zowel reviewer #1 als #3 inhoudelijk geen constructieve feedback aangedragen waarmee ik nu alsnog aan de slag zou kunnen gaan.
Vandaar dat ik me nu vrij voel om te melden dat ik het niveau van de feedback in de 2de ronde als teleurstellend heb ervaren… want in feite hebben beide reviewers de aandacht vooral willen verschuiven naar andere datasets; reviewer #3 heeft overigens het standpunt ingegnomen dat de PMOD dataset momenteel de meest betrouwbare dataset zou zijn terwijl al lang duidelijk is dat de PMOD niet langer de basis zal gaan vormen in AR6 want in de CMIP6 modellen wordt inmiddels met andere datasets gewerkt.
Nogmaals, in feite wordt het voortschrijden van wetenschap geblokkeerd door ‘experts’ die menen dat de feitelijk zeer controversiële PMOD (welke niet met satellietdata kan worden gereconstrueerd) naar voren wordt geschoven als argument om de LISIRD dataset simpelweg te negeren – terwijl deze notabene wel ook op de websites van het NOAA, NASA en andere platforms van experts is terug te vinden.
(Tijdens mijn post hierboven werd ‘Kip met kop’ ogenschijnlijk “geslacht” door Hans Labohm want de betreffende post is inmiddels verdwenen)
“Ik heb in de herziene versie wel degelijk ook een beschrijving gegeven waaruit blijkt dat in de SATIRE-T dataset …”
Martijn, de excel file bij je manuscript (https://www.essoar.org/pdfjs/10.1002/essoar.10503979.4) bevat geen satire-T data. Je figuren tonen enkel de LISIRD data. Je bespreekt niet de cruciale verschillen tussen de datasets en waarom je je in hoofdzaak baseert op LISIRD.
Indien je de SATIRE-T data ook had getoond in je figuur 2, dan was het duidelijk geweest dat in die dataset (bijvoorbeeld) de minima van 2008 en 2017 lager waren dan dat van 1996, maar dat het bij LISIRD juist omgekeerd is. LISIRD komt dus goed uit voor jouw visie dat de zon de recente opwarming veoorzaakt, terwijl SATIRE-T (en andere datasets) je visie in rook doen opgaan.
Ik neem dus aan dat de reviewers (terecht) oordeelden dat je niet volledig open kaart speelde door de andere datasets niet te tonen in je grafieken en deze ook niet me te integreren in al je analyses en je ‘conclusies’.
Beste FIL, de SATIRE-T dataset wijkt voor de beschreven periode t/m 1978 niet af van de LISIRD dataset; zie de beschrijving in de lines 146-149:
PS. Het geuite wantrouwen m.b.t. de LISIRD dataset heeft in feite dus ook betrekking op de SATIRE-T dataset en helaas valt uit de gepresenteerde feedback van zowel reviewer #1 en #3 niet op te maken of één van hen (laat staan beiden) zich dit überhaupt wel heeft gerealiseerd.
“Beste FIL, de SATIRE-T dataset wijkt voor de beschreven periode t/m 1978 niet af van de LISIRD dataset”
Lekker verplaatsen van de doelpalen, Martijn?
Ik verwees helemaal niet naar de periode voor 1978, maar naar de periode erna. Wat heb je niet begrepen in “dat in die dataset [SATIRE-T] de minima van 2008 en 2017 lager waren dan dat van 1996, maar dat het bij LISIRD juist omgekeerd is ?” Waarom toonde je dat niet in je grafieken?
En waarom ga je niet in op mijn zin: “LISIRD komt dus goed uit voor jouw visie dat de zon de recente opwarming veoorzaakt, terwijl SATIRE-T (en andere datasets) je visie in rook doen opgaan”?
Ook nu speel je weer geen open kaart, en wil je niet erkennen dat er een verschil is tussen die datasets, dat jouw ‘conclusies’ kan beïnvloeden. Voeg SATIRE-T toe aan je figuur 2, en het wordt zelfs zonder ook maar één berekening te doen héél duidelijk dat de recente opwarming helemaal niet kan verklaard worden door de zon.
Beste Fil, de analyse in mijn inzending voor peer review heeft toch echt betrekking op de periode vanaf 1890 t/m 1985.
Een discussie over de LISIRD data na de jaren ’80 is dus niet echt relevant voor de bevindingen die in mijn inzending bij Earth and Space Science heb beschreven, want mijn bevindingen m.b.t. de hoge zonnegevoeligheid worden dus ook door de SATIRE-T bevestigd.
(Bij mij wek je de indruk dat je zelf de spelregels wil gaan bepalen in deze discussie… maar voor mij is op basis van je uitingen al lang duidelijk dat je niet echt thuis bent in de in materie die betrekking heeft op de datasets voor de zon; op dit platform heb ik überhaupt nog steeds weinig mensen aangetroffen die echt de moeite hebben genomen om de verschillen tussen de diverse datasets voor de zon in detail te bestuderen – de meeste mensen hebben zich beperkt tot de datasets voor de zonnevlekken, waarvoor Greg Kopp bijvoorbeeld beschrijft dat het eigenlijk überhaupt dwaas is om te denken dat deze relevant zijn voor het klimaat… en op basis van de beschrijvingen van de Jager & co. kunnen we begrijpen dat dit deels kan worden verklaard doordat faseverschillen de correlatie tussen de zonnevlekken en de temperatuur zeer waarschijnlijk in hoge mate verstoren. Vandaar dat meer productieve resultaten worden gevonden wanneer de relatie wordt bestudeerd door in te zoomen op individuele fasen binnen de zonnecyclus, zoals ik heb gedaan m.b.t. de zonneminima jaren. Je kunt eindeloos blijven claimen dat mijn analyses niet kloppen… maar morgen zal op dt platform duidelijk worden dat mij bevinding wel degelijk ook van toepassing blijkt op een aanzienlijk langere periode dan ik in mijn inzending voor peer review heb beschreven. Een kwestie van voortschrijdende inzicht want het is eigenlijk bijzonder jammer dat er geen mondiale temperatuurdatasets op basis van instrumentele metingen bschikbaarzijn die veel verder terug reiken in de tijd; immers, dan zou het waarschijnlijk nog eenvoudiger worden om de validiteit van de LISIRD dataset aan te tonen)
“de analyse in mijn inzending voor peer review heeft toch echt betrekking op de periode vanaf 1890 t/m 1985″
Wat lees ik dan in de abstract van jouw inzending? ” This implies that the Sun has caused a warming of 1,07◦C between Maunder min-26imum (late 17th century) and the most recent solar minimum year 2017″
Jouw hoofdconclusie reikt wel tot in 2017!
Beweer jij nu dat je data tot 1985 analyseert, om daar dan conclusies uit te trekken tot 2017? Je doet dat terwijl er ook data bestaan tot in 2017 die je had analyseren maar die je dan niet hebt geanalyseerd?
Ik begrijp je punt FIL. Maar de kern van mijn analyse draait toch echt om de oscillerende dynamiek die in de temperatuur datasets zichtbaar is en het feit dat ook bij de zon een soortgelijke paralle wordt aangetroffen.
Voor dit fenomeen is veel te weinig aandacht binnen de klimaatwetenschap, want indien dit fenomeen onderdeel zou worden van de klimaat-consensus dan zou dit betekenen dat de natuur zelf onmiskenbaar een flink aandeel heeft gehad in de ontwikkeling van de temperatuur tot in de 2de helft van de 20ste eeuw.
(Jouw punt m.b.t. mijn conclusies die betrekking hebben op de meer recente data gaat mijns inziens dus wel geheel voorbij aan de kern van mijn analyse)
Martijn, de kern van het punt is dat je data hebt van 1986 tot 2017. Je analyseert die data niet. Je trekt toch conclusies over die periode tot 2017.
Je bent onwetenschappelijk bezig!
Alleen al om die reden is het volledig terecht dat je manuscript niet werd aanvaard
Er is ook volledig geen “oscillerende dynamiek” in de data die jij analyseert. Het oscillerende van de zonnecyclus heb jij er volledig uitgehaald, door aleen maar naar de minima te kijken. Je bent onwetenschappelijk bezig!
(Fil, je toont hier gedrag waaruit blijkt dat je grote weerstand toont tegen mijn analyse gericht op de zonneminima; maar je hebt nog geen enkel argument gepresenteerd waarom zo’n analyse niet gerechtvaardigd zou zijn. In mijn ogen begeeft zowel de communicatie stijl als de inhoud van je input zich daarom op een bedenkelijk niveau. In feite zit je vooral te drammen waarbij je enkel je eigen percepties hebt geventileert… zonder enige poging om recht te doen aan het feit dat de Hale cyclus fundamenteel bezien toch echt de belangrijkste cyclus van de zon betreft. Het is gedrag dat we vaker hebben gesignaleerd op dit platform door lieden die voortdurend een andere identiteit aannemen. In feite maak je het jezelf daarom ook bepaald niet gemakkelijk door de discussie hier aan te willen gaan enkel onder een pseudoniem om vervolgens bovendien een stijl te etalleren die eigenlijk geen recht doet aan het bedrijven van wetenschap)
Ja. Ja.
Het is allemaal dood eenvoudig. Het binnenste vd aarde zet zich naar het binnenste vd zon. .
Wie zegt dat de afkoeling vd aarde sinds genesis op een mooi lijntje naar beneden loopt?
Henry, de impact van de fluctuaties in het verloop van de afkoeling van de kern van de aarde zijn nihil t.o.v. de impact in de fluctuaties in de activiteit van de zon.
De verhoudingen worden beschreven in sheet 2 van de presentatie van Greg Kopp afgelopen zomer (zie deel 1 van mijn drieluik):
Voor meer details, zie deel 1 van het ‘Drieluik: zon & klimaat’:
http://klimaatcyclus.nl/klimaat/online-seminar-door-zonnefysicus-Greg-Kopp-zonnestraling-en-klimaat.htm
Genesis?
Heel interessant artikel en dito links. Dank Martijn! Hier worden we wijzer van.
Dank voor je feedback Arjan, da’s fijn om te horen!
Op mijn beurt wil ik bij deze zelf ook nog even mijn dank uitspreken in de richting van de auteurs van het boek.
Natuurlijk zijn er hier die dit afdoen als ‘cherrypicking’. Hoe dan ook, ieder potje bessenjam begint met het plukken van de eerste bes.
Vorst in Houston. Aan de golf van Mexico. Tamelijk zeldzaam.
Peking heeft ook weer een koude nacht gekend, en ook Kim moest diep onder de wol.
https://earthobservatory.nasa.gov
Cherrypicking? Dan moet je even verder kijken in de ruimte, en in de tijd.
Als we naar de hele aarde kijken dan zien we dat de anomalie zowaar licht negatief is (-0,1 graad t.o.v. 1979-2010). Dat komt niet veel meer voor. De kou in de VS draagt daar in belangrijke mate aan bij, naast de kou rond de Oeral.
Kijken we in de tijd dan is 1 dag niet veel. Pas als het maanden achter elkaar te koud (of tenminste niet te warm) is dan gaat het statistisch wat voorstellen. December en januari waren ook al minder warm. Misschien levert het samen een deukje op in de langjarige opwarmingstrend. In ieder geval toch een opmerkelijke koude-uitbraak.
https://climatereanalyzer.org/wx/DailySummary/#t2anom
Dank Bart, ik vond het gisteren zelf al opmerkelijk om vast te stellen dat die anomalie waarde op 0,0 °C was beland.
Vandaag dus inmiddels op -0,1 °C.
Het kan deels worden verklaard door de La Nina, waarvan de experts inmiddels voorzien dat deze wel eens kan gaan aanhouden tot in het winterseizoen van 2021/2022. Ik vermoed zelf dat dit samenhangt met de a.s. wisseling van de magnetische noordpool van de zon… die rond 2022 mag worden verwacht.
(Mocht de La Nina zelfs aanhouden tot in de winter van 2022/2023 dan gaat dit komende jaren grote problemen opleveren voor de CO2-adepten… want dan gaat het temperatuur recordjaar 2016 ook komende jaren niet worden gebroken – wat zou impliceren dat de impact van de natuurlijke variabiliteit flink wordt onderschat binnen het denkkader van het IPCC)
“Mocht de La Nina zelfs aanhouden tot in de winter van 2022/2023 dan gaat dit komende jaren grote problemen opleveren voor de CO2-adelpten… want dan gaat het temperatuur recordjaar 2016 ook komende jaren niet worden gebroken – wat zou impliceren dat de impact van de natuurlijke variabiliteit flink wordt onderschat binnen het denkkader van het IPCC”
2016 was een flinke uitschieter. Natuurlijk duurt het een tijdje voordat dat verbeterd wordt. Er wordt niet elk jaar een record gevestigd. Na 1998 duurde het ook 10 tot 18 jaar (afhankelijk van de dataset waar je naar kijkt) voordat het record verbeterd werd. Niemand ontkent ook dat er natuurlijke variabiliteit is. Die komt voornamelijk uit de oceaan-oscillaties.
Bart, ik heb er eerder al naar gerefereerd dat van Oldenborgh in de zomer van 2018 heeft voorspelt dat binnen 5 jaar (dus uiterlijk 2022) het recordjaar 2016 meerdere keren zou worden gebroken… en hij deed dit nadat eerder die zomer anderen soortgelijk claims hadden gemaakt, die inmiddels ieder jaar weer opnieuw vooruit worden gerold zonder terug te kijken op het feit dat op die claims eigenlijk met terugwerkende kracht zou moeten worden gereflecteerd.
Het is eigenlijk een retorisch spelletje geworden om voortdurend vrijblijvend te speculeren over wat de toekomst in petto heeft terwijl hierbij relatief weinig belangstelling wordt getoond voor het verleden.
Maar dit kan eigenlijk eenvoudig worden verklaard: want de multi-decadale oscillatie kan eenvoudigweg niet worden gereproduceerd door antropogene invloeden… en daarom is men sterk geneigd om dit fenomeen volledig te negeren en bij voorkeur zelfs het bestaan te ontkennen.
Uiteindelijk zal de (wellicht pijnlijke) waarheid vroeg of laat vast wel duidelijk boven komen drijven: de zon heeft als je het mij vraagt ook afgelopen decennia wel degelijk een flinke vinger in de pap gehad in de mondiale ontwikkeling van de temperatuur…. en dit blijkt in feite ook uit de inhoud van het boek van de Jager en co. waarin het zogenaamde ‘hiaat’ (de pauze in de temperatuurstijging in de periode vanaf 1998 t/m het begin van het 2de decennium van de 21ste eeuw) in verband wordt gebracht met het variabele faseverschil in de ontwikkeling van de activiteit van de zon en de temperatuur.
Overigens, ik heb van Hans Labohm vernomen dat het 3de deel van mijn drieluik over de zon en het klimaat pas overmorgen op Climategate verschijnt (dus niet morgen zoals ik eerder beschreef op basis van de info die ik 2 dagen terug kreeg aangereikt).
.. om voortdurend vrijblijvend te speculeren over wat de toekomst in petto heeft ..
Het is de vrijblijvendheid die ons de das om doet.
Waarom een publicatie of bewering niet corrigeren?
Schuif het desnoods op voortschrijdend inzicht.
Er waren vandaag weer vreemde snoeshanen actief. Of was het er maar één in vermomming?
:-) Overmorgen krijgen de ‘snoeshanen’ inhoud met meer impact voorgelegd om zich druk over te maken… vandaag was enkel een opwarmertje Peter. ;-)
Martijn van Mensvoort
Ik heb zo’n voorgevoel dat het duo HdJ en JvdH weer erg actief was in verschillende gedaanten. Onder al die verschillende vermommingen kun je je als trol veelvuldig van de duimpjes bedienen om je ongenoegen te laten blijken.
Martijn van Mensvoort
Misschien heb je deze vraag over het hoofd gezien.
“Daaruit maak ik op dat de Jager óók de invloed van de warmteopslag over honderden in de oceanen heeft meegenomen. Klopt dat?
Blijft over de verklaring van de warme periodes in de Romeinse tijd en de Middeleeuwen.
Door welke invloeden zijn die veroorzaakt? Geeft de Jager daarvoor een oplossing? Al dan niet zon gerelateerd?
Zou je daar alsnog een antwoord op willen geven? De kolossale warmte-inhoud van de oceanen mag niet over het hoofd worden gezien.
Re: Peter 18 feb 2021 om 11:57
Zie mijn post van 17 feb 2021 om 14:01.
Dit onderwerp wordt niet expliciet in het boek van de Jager behandeld hoor maar je mag er mijns inziens wel vanuit gaan dat de cycli in het ocreaan systeem uiteindelijk zijn onstaan ontstaan onder invloed van het complex van cycli dat wordt aangetroffen bij de zon.
Het is denk ik verder niet zinvol om (al dan niet speculatieve) argumenten te construeren zonder hierbij enige houvast te hebben gezocht of gevonden in de relevante data die voor dit onderwerp beschikbaar is.
Martijn van Mensvoort
Uiteraard zijn die opwarmingseffecten door de zon en de diepere waterlagen ontstaan door de zon.
De circulaties in de oceanen brengen die warmte pas over een langere termijn naar buiten en weer in de atmosfeer.
Ik was alleen erg benieuwd of die effecten ook expliciet zijn besproken en gekwantificeerd in het boek van de Jager cs. Dus niet. Misschien kennen anderen, voor leken als ik, toegankelijke literatuur waarin dit effect van oceanen wél expliciet beschreven wordt?
Peter, de realiteit is dat we eigenlijk niet exact weten wat er precies gebeurd in de onderste laag van het oceaan systeem als het gaat om de warmte flux (er zijn enkel lokale gegevens beschikbaar in combinatie met de stroomrichting van de flux; de snelheid en de hoeveelheid is volgens mij grotendeels nattevingerwerk want we weten zelfs niet hoeveel thermische bronnen op de gehele oceaan bodem worden aangetroffen – dit fenomeen kent bovendien een dynamische ontwikkeling in de loop der tijd met name t.g.v. tectonische activiteit).
Maar in het perspectief van de structureel sterke correlaties die we aantreffen bij de zonnneminima tussen de TSI en de temperatuur denk ik inmiddels dat het onderwerp dat je aansnijdt van secundair belang is m.b.t. de temperatuur ontwikkeling van de atmosfeer.
Dat het oceaan systeem een veel grotere hoeveelheid aan opgeslagen warmte bevat dan bij de atmosfeer het geval is verandert hier weinig aan; enerzijds omdat de warmte transfer binnen het oceaan systeem relatief langzaam verloopt, anderzijds omdat de bovenste laag van het oceaan systeem grotendeels de interactie met de atmosfeer bepaald.
(Zie verder opnieuw de eerdere reacties die ik gisteren gaf: 17 feb 2021 om 14:01 en 18 feb 2021 om 14:19)
(De reacties van nadenkenPeter en Veritatis Splender gaan inhoudelijk in feite helemaal nergens over… anders dan een poging om met enkel met vage claims het op te willen nemen voor de ondermijnende activiteiten van anonieme gebruikers. Deze figuren hebben zich stuk voor stuk waarschijnlijk nooiit echt verdiept in de controversiele complexe materie betreffende de invloed van de zon op het klimaat, want de vragen die hierbij veelal worden gesteld bevinden zich meestal direct of indirect vooral op betrekkingsniveau waarbij wordt verondersteld dat het allemaal niet relevant zou zijn dat in het denkkader van het IPCC allerlei cruciale zaken ontbreken die relevant zijn bij het bestuderen van de “onbegrepen” relatie tussen de zonnecyclus en het klimaat, Kortom, met dit soort van figuren valt in feite geen zinnige discussie te voeren)
Inhoud, grote vriend
Ik kan dat als leek niet bewijzen, maar ik denk aan de opgeslagen warmte in de oceanen. Ik heb hier op deze site opgestoken dat de warmte-inhoud van de oceanen erg veel groter is dan de warmte-inhoud van de atmosfeer. De oceanen zijn een traag werkend opname- en afgiftesysteem.
Kun je bewijzen dat ik me schromelijk vergis? Of heb je een serieuze verwijzing? Wil je me dan ook even aan geven waar de warme Romeinse en Middeleeuwse perioden door zijn veroorzaakt.
Tussen beiden zit 800 jaar. Dat komt mooi overeen met een lange zonnecyclus van 800 jaar
Rondom 1150 zat je in het midden van de middeleeuwse warme periode. Tel er weer 800 bij op en je komt uit in 1950. Ik kijk niet op een slok op een borrel.
Inhoud, grote vriend
Is al weer weggepoetst. De zoveelste grote onbekende buikspreekpop.
Petertje,
Jij bent echt heel dom, maar ik zal het proberen uit te leggen, metingen (van die vervelende dingen die jij liever negeert) laten zien dat de energie inhoud avn de oceanen toeneemt, als er energie uit de oceanen zou komen en voor opwarming zou zorgen zouden de oceanen dus moeten afkoelen (wet behoud van energie)
https://www.ncei.noaa.gov/access/global-ocean-heat-content/
Dus jij vergist je schromelijk, maar dat komt omdat je te dom bent om te luisteren naar mensen die er wel wat van snappen en je wat wilden uit leggen.
1. De RWP en de MWP waren niet zo warm als nu
2. Als de RWP en de MWP zijn veroorzaakt door de zon (of een onbekende oorzaak hebben) betekend dat nog niet dat de huisige opwarming niet door CO2 komt.
Snap je dat? Maar ik denk dat het te moeilijk voor je is, je bent namelijk zo enorm dom, dat alles wat moelijker is dan het dichtmaken van de klittenband schoenen boven je pet gaat. Zie het maar zo, het feit dat er vroeger bosbranden waren betekend nog niet dat jij geen bosbrand hebt aangestoken.
Snap je dat? Ik weet het nadenken is echt heel moeilijk voor dom recht oude mannetjes die hun opinie baseren op onderbuik gevoel in plaats van op wetenschap. Maar goed jij kan er niets aan doen dat je een ” opleiding” hebt gehad van voor de mammoetwet en je nooit kritisch hebt leren nadenken.
Peter, negeren deze fanaten die een werelbeeld aanhangen waarin wetenschap pervers is.
Beste buikspreekpop,
Ad 1) In mijn ingezonden artikel voor peer review spreek ik überhaupt niet over faseverschillen, noch over een “vertraging”. UIt mijn analyses blijkt dat bij de zonnenminima zeer sterke correlaties tussen de LISIRD TSI en de temperatuur worden aangetroffen en dit fenomeen blijft ook zichtbaar wanneer de gemiddelde waarden over periodes met een lengte tot 9 jaar rond de zonneminima worden gebruikt. En op basis van de flucatuaties in de zonnegevoeligheid (welke sterk afhankelijk is van het gekozen onderzoeksperspectief) kan worden gesteld dat het daarom eigenlijk niet verstandig is om geen rekening te houden met de Hale cyclus om vervolgens enkel oog te hebben voor de relatief lage correlatie die wordt aangetroffen wanneer er enkel naar alle jaarwaarden over een langere periodes wordt gekeken.
Ad 2) Dit heeft te maken met de welbekende bufferwerking van zowel het oceaan systeem als de smelt- en groeiprocessen van gletsjers (waarin immers ook grote hoeveelheden energie liggen opgeslagen).
Ad 3) Het lijkt mij fundamenteel bezien onjuist om aan te nemen dat een toename van de RF t.g.v. de zon geen consequenties zou hebben voor de RF van broeikasgassen want het is wel bekend dat binnen het perspectief van klimaatmodellen een onderschatting van de impact van de zon min of meer automatisch leidt tot een overschatting van de impact van broeikasgassen. En via het fenomeen van de multi-decadale cyclus die zichtbaar is in de belangrijkste dataset voor de mondiale tempeatuur in de periode vanaf 1850 tot de 1980’s/1990s kan vrij eenvoudig worden vastgesteld dat het op basis van de beschikbare empirische data onmogelijk is om enkel m.b.t. antropogene factoren de bijbehorende oscillerende beweging te reconstrueren – dit lukt enkel wanneer aan de zon een aanzienlijk groter gewicht wordt toegekend dan gebruikelijk is op basis van de vermeende klimaat-consensus.
(Ik heb overigens geen bezwaar tegen de opmerkingen die je maakt in de richting van Peter m.b.t. de invloed van lange termijn cycli in het oceaan systeem omdat de temperatuur impact hiervan inderdaad vooral niet moet worden overschat – ofschoon hierbij logischerwijs wel ook rekening dient te worden gehouden met faseverschillen waarbij de zon logischerwijs waarschijnlijk een belangrijk deel van de drijvende kracht vormt)
Martijn van Mensvoort
Ik heb geen behoefte om wat dan ook te onderschatten of te overschatten. Ik heb graag feiten.
Dus vraag ik nog maar eens: Heb jij, of een ander, een verklaring voor die warme perioden.
Peter, mijn eigen onderzoek reikt niet verder terug in de tijd dan het Maunder minimum (rond het einde van de 17de eeuw).
Op welke “warme perioden” doel je precies?
Martijn,
Dank voor de serieuze reactie. De aanhouder wint!
Hierbij korte reactie:
U heeft het op Climategate, weliswaar gepresenteerd als voetnoot, over een “variabel faseverschil”. Neemt u daar nu afstand van? Dat lijkt me verstandig, anders wordt het wel heel speculatief allemaal.
Eén punt blijft mysterieus: Zoals u zelf toegeeft, is de correlatie tussen de TSI en de GST heel zwak. Desondanks beweert u, dat de invloed van de TSI op de GST groot is. Hoe kunt u die laatste uitspraak doen, als u niet kunt uitleggen hoe die invloed werkt? Mogelijke (en zeker discutabele) correlaties in een grijs verleden zijn geen verklaring voor de ontwikkeling van de GST sinds 1850. Er zijn zat andere factoren die allerlei bewegingen kunnen verklaren, van chaostheorie tot vulkaanuitbarstingen.
Uiteraard eens dat de modellen gewoon worden aangepast, als dat nodig is. Dus in dat opzicht eens. Ik doelde echter niet op de modellen, maar op de metingen van de flux / absorptie van GHG. Die maken het onwaarschijnlijk dat er een andere grote factor is.
Re: “Eén punt blijft mysterieus: Zoals u zelf toegeeft, is de correlatie tussen de TSI en de GST heel zwak. Desondanks beweert u, dat de invloed van de TSI op de GST groot is. Hoe kunt u die laatste uitspraak doen, als u niet kunt uitleggen hoe die invloed werkt?”
Ik vrees dat “u” mijn artikel niet grondig hebt gelezen want het antwoord op uw vraag heeft betrekking worden op de variable zonnegevoeligheid, welke voor lange termijn perspectieven aanzienlijk groter is dan bij korte termijn perspectieven het geval is.
Dit verklaart tenminste deels waarom de correlatie tussen de TSI en de temperatuur relatief laag is wanneer geen rekening wordt gehouden met de cycli van de zon – wat binnen de klimaatwetenschap helaas meestal het geval is… en uit de weerstand om hiermee wel rekening te houden doet vermoeden dat men eigenlijk de zon liever niet op het toneel laat verschijnen omdat dit een ondermijnend effect heeft voor het appel dat de opwarming van afgelopen 170 jaar zogenaamd geheel aan de mens is toe te schrijven.
(Ik denk zelf dat het eigenlijk niet zo heel moeilijk zou behoren te zijn om dit fenomeen te kunnen begrijpen voor mensen die beseffen dat zowel het oceaan systeem als gletsjers een rol spelen bij het ontstaan van een niet-lineair verband tussen de zon en de temperatuur)
Martijn,
Indien uit de rapporten van de Jager niet helemaal duidelijk is wat naast de zon voor extra aan opwarming op aarde zorgdraagt, zou hier dan een bron van kosmische straling voor in aanmerking kunnen komen? Wellicht is daar nimmer aandacht voor geweest maar indien Co2 niet de bron is en de zon maar gedeeltelijk, moet er dan niet gekeken worden naar bronnen die hiervoor wel in aanmerking komen. En weten wij eigenlijk wel alles wat er in het universum gaande is, daar we zelfs onze eigen aarde nog niet eens volledig verkend hebben?
Hallo Max X,
Bij kosmische straling wordt normaal gesproken vooral gedacht aan isotopen die in zeer lage concentraties invloed kunnen hebben op de dynamiek van het wolken systeem. Daarom is het denk ik niet erg realistisch om kosmische straling in verband te brengen met eigenschappen die vergelijkbaar zijn met de impact van CO2.
Overigens, CO2 heeft zeer waarschijnlijk wel enige bijdrage geleverd aan de opwarming maar het is bijzonder lastig om die bijdrage vast te stellen op basis van empirische data in relatie tot de oscillerende beweging die de temperatuur in de periode sinds het Maunder minimum tot in de 2de helft van de 20ste eeuw heeft getoond – morgen meer hierover in een nieuwe blog op Climategate.
Wel vreemd dat een luke-warmer (Martijn van Mensvoort) AGW niet meeneemt in zijn analyse
Beste freek, voor het beschrijven van een correlatie tussen de zon en de temperatuur is het in principe niet nodig om hierbij ook andere factoren in beschouwing te nemen – metname omdat de correlaties bij de zonneminima eigenlijk op zichzelf al veel te hoog zijn om nog veel gewicht toe te kennen aan andere factoren.
dat is een aanname. Die moet je eerst toetsen
Re: Korrelig
Dat klopt op zichzelf.
Maar dan heb je geen rekening gehouden met de invloed van de zonnecyclus (lees: de 22-jarige Hale cyclus).
Sterkte met alle trollen hier Martijn.
Weet zeker dat je ze van repliek kan dienen.
Dank voor je support Anne!
;-)
Alles is cyclisch en beantwoord het patroon van waarlijke schepping.
Trollen kunnen deze levenskennis niet tolereren omdat ze ergens in de wereld off topic zijn geworden.
Anne
Mag ik schepping ook gedaante/verandering noemen? energie wordt deeltje, deeltje wordt atoom, atoom wordt heelal etc.
Martijn van Mensvoort 18 feb 2021 om 23:55: “voor het beschrijven van een correlatie tussen de zon en de temperatuur is het in principe niet nodig om hierbij ook andere factoren in beschouwing te nemen”
Met zo’n uitspraak toont Martijn aan dat hij helemaal geen flauw benul heeft van wetenschappelijke data-analyse. Multivariaat-analyse, general linear models, Cox-regressie analyse, time-series analyse, Bayesiaanse analyses,… allemaal data-analyse methodes waar je juist wel rekening houdt met alle mogelijke factoren om zo na te gaan dewelke de beste correlatie vertoont. Kortom: data- analyse is “andere factoren in beschouwing nemen”.
Maar indien je op onwetenschappelijke wijze overtuigd bent van één correlatie, dan moet je mooie praatjes verkopen om op onwetenschappelijke wijze alle andere factoren op voorhand te excluderen.
Nog andere manieren waarop Martijn aantoont dat hij onwetenschappelijk bezig is:
– hij heeft data van 1986 tot 2017. hij analyseert die data niet. hij trekt toch conclusies over die periode tot 2017 (FIL 19 feb 2021 om 07:27)
– de overtuiging dat hij zoveel slimmer is dan eender wie: eenieder die kritiek op zijn werk heeft “begrijpt het niet”. Rob van Dorland, alle reageerders op climategate, de drie reviewers van zijn manuscript,… (Filip 17 feb 2021 om 15:36)
– de reviewers van zijn manuscript schreven wat hij moest aanpassen, hij deed het niet, maar toch vind hij dat het onaanvaardbaar is dat ze dan zijn manuscript niet aanvaardden (freek 18 feb 2021 om 08:50)
– de Jager schrijft dat slechts 0,2°C opwarming kan verklaart worden door de zon, maar toch wil Martijn dat niet aanvaarden en is hij overtuigd dat de Jager denkt dat het meer is, omwille van wat “achter de schermen” gezegd wordt (Bjorn 17 feb 2021 om 11:53)
– …
@Fil
Kunt u een artikel schrijven waarin alle door u aangegeven commentaren en opmerkingen worden verwerkt?
U heeft veel verstand van statistiek blijkbaar.
Dan ontstaat er een mooie discussie waar veel lezers van dit forum iets van kunnen opsteken.
Re: Fil 19 feb 2021 om 07:44
– Onjuist; mijn conclusie beperkt zich enkel tot de data die betrekking hebben op de minima.
– Projectie: hier beschrijft immers enkel zijn eigen perceptie.
– Onjuist: ik heb alle punten in de feedback van de reviewers in detail behandeld in mijn reactie (de volledige reactie heb ik overigens niet publiekelijk gedeeld, dus Fil zit hier overduidelijk vooral ongeneerd te speculeren over wat er daadwerkelijk is gecommunicieerd door de betrokkenen).
– Onjuist: dat getal van 0,2 graad Celsius wordt überhaupt niet genoemd in het boek van de Jager. Fil heeft waarschijnlijk niet door dat dit getal enkel in mijn review genoemd op basis van wat figuur 9.13 toont (bovendien spreekt FIl over een opwarming zonder aan te geven over welke periode hij spreekt en hij realiseert zich waarschijnlijk ook niet dat de data van de Jager enkel betrekking hebben op het noordelijk halfrond van de aarde terwlijk mijn analyses voortdurend gericht zijn geweest op de hele aarde).
– … ?
PS. De verwijzing naar de feedback die Rob van Dorland van het KNMI vorig voorjaar presenteerd maakt duidelijk dat Fil zeer waarschijnlijk een ervaren gebruiker op de platform is die zich hier onder een andere identiteit probeert voort te doen dan hij indertijd heeft gebruikt (vermoedelijke nadat zijn eerdere identiteit in de ban werd gedaan t.g.v. wangedrag richting andere forum gebruikers danwel richting Hans Labohm).
Bijna 2 jaar geleden vroeg ik me af:
‘Hoe is die multi-decadadele oscillerende beweging in de temperatuur datasets ontstaan?’
Enkele maanden later werd ik me bewust dat in de datasets voor de totale zonnestraling in dezelfde periode een soortgelijke osicllerende beweging wordt aangetroffen.
In die tijd vond ik vervolgens de LISIRD dataset die niet alleen de oscillerende beweging toont maar bovendien ook een opwaartse trend toont voor de zonneminima sinds de midden jaren ’80 (= de periode waarin de sterkste opwarming is ontstaan).
Vervolgens werd ik me pas bewust van het bestaan van de 22-jarige Hale cyclus.
Ongeveer 1 jaar geleden ben ik me daarna bewust geworden van het belang van de minima, welke in AR5 van het IPCC (2013) ook expliciet wordt bevestigd.
Wat daarna volgde is dat ik diverse analyses heb gepresenteerd waarin de combinatie van bovengenoemde elementen duidelijk heeft gemaakt dat er zeer waarschijnlijk maar 1 conclusie mogelijk is: de zon heeft de oscillerende beweging in de temperatuur dataset veroorzaakt. Deze conclusie wordt overigens ook bevestigd in relatie tot de datasets voor de temperatuur van het zeeoppervlak, waarbij ik bij de HadSST3 dataset een nog sterkere correlatie bij de zonneminima jaren heb aangetroffen dan bij de bijbehorende HadCRUT4 dataset voor de mondiale gemiddelde temperatuur aan het aardoppervlak.
Pas zeer recent is m.b.v. de temperatuur dataset van het 2 Degrees Institute duidelijk geworden dat de oscillerende beweging in de periode tussen 1850 en 1980 waar mijn aandacht aanvankelijk op was gericht… wordt voorafgegaan door een eerdere oscillerende beweging die zichtbaar is bij de minima bij zowel de zon als de temperatuur.
Deze laatste bevinding bevestigt in feite de validiteit van mijn eerdere waarnemingen; vandaar dat ik dit inzicht eerder deze week in dit nieuwe artikel op dit platform heb gepresenteerd:
https://www.climategate.nl/2021/02/tussen-1685-en-1976-volgde-de-temperatuur-het-verloop-van-de-totale-zonnestraling/
Wellicht dat ik mijn analyse op een later moment nog kan gaan uitbreiden naar een eerder moment in de tijd, maar op dit moment denk ik zelf dat het interessanter is om in de nabije toekomst nader onderzoek te gaan doen naar de verschillen die worden aangetroffen tussen de verschillende TSI datasets (waarover ik vorige voorjaar in een eerder artikel overigens al heb gesproken – inclusief een data analyse waarbij de verschillen ook getalsmatig zijn beschreven voor de meeste recente periode die de multi-decadale oscillerende beweging toont bij zowel de zon als de temperatuur).