‘Energiewende’: een gevaar voor heel Duitsland neemt hogere elektriciteitsprijzen en stroomtekorten om de energietransitie te stimulerenAuteur: Daniel Wetzel (redacteur economie WELT) (Duitsland).

Vertaling: Martien de Wit.

De Duitse regering neemt hogere elektriciteitsprijzen en stroomtekorten op de koop toe, om de energietransitie te stimuleren. De Duitse Rekenkamer waarschuwt nu: als het zo doorgaat, komt Standort Duitsland in gevaar. De kosten zijn uit de hand gelopen – en er dreigt een elektriciteitstekort.

De Rekenkamer heeft het Bondsministerie van Economische Zaken beschuldigd van onvoldoende controle op de energietransitie en slecht beheer daarvan. Deze kritiek op de energiepolitiek, die al drie jaar geleden werd geuit, hebben de rekenmeesters nu in een nieuw speciaal rapport herhaald – en ze hebben er een brisante analyse over de leveringszekerheid aan toegevoegd.

“Sinds onze laatste evaluatie in 2018 is er te weinig gedaan om de energietransitie succesvol vorm te geven”, zei de voorzitter van het Bundesrechnungshof, Kay Scheller, bij de presentatie van het tweede speciale rapport: “Dat is ontnuchterend.”

De dreiging van steeds hogere elektriciteitsprijzen

Terwijl de aandacht voorheen vooral uitging naar de beheersing van de kosten van de energietransitie, gingen de rekenmeesters nu ook na of de elektriciteitsvoorziening van Duitsland wel gegarandeerd is. Het resultaat is alarmerend. In de studie wordt gesteld dat de Duitse regering “onvoldoende zicht heeft op de zich aftekenende, reële gevaren voor de leveringszekerheid”. Het toezicht op de energietransitie is “onvolledig”.

Ook moeten in het huidige systeem “steeds hogere elektriciteitsprijzen” worden gevreesd. De Rekenkamer citeerde uit een studie volgens welke tussen 2020 en 2025, € 525 miljard extra zou moeten worden besteed aan de elektriciteitsvoorziening, met inbegrip van de uitbreiding van het netwerk. De elektriciteitsprijzen voor particuliere huishoudens liggen nu al 43% boven het Europese gemiddelde.‘Energiewende’: een gevaar voor heel Duitsland neemt hogere elektriciteitsprijzen en stroomtekorten om de energietransitie te stimuleren“De Rekenkamer ziet het gevaar dat de energietransitie in deze vorm Standort Duitsland in gevaar brengt en de financiële draagkracht van elektriciteit verbruikende bedrijven en particuliere huishoudens te zwaar belast”, waarschuwde Scheller bij de presentatie van het speciale rapport: “Dit kan dan uiteindelijk de maatschappelijke acceptatie van de energietransitie in gevaar brengen.”

Het verslag ontleent zijn gevoeligheid ook aan het feit dat de rekenmeesters hun punten van kritiek reeds hadden voorgelegd aan het verantwoordelijke Bondsministerie van Economische Zaken. De antwoorden, toelichtingen en motiveringen onder leiding van CDU-politicus Peter Altmaier werden in het rapport van de Rekenkamer opgenomen. Deze waren echter niet in staat om de conclusie van de controleurs aanzienlijk af te zwakken.‘Energiewende’: een gevaar voor heel Duitsland neemt hogere elektriciteitsprijzen en stroomtekorten om de energietransitie te stimuleren

Concreet beschuldigen de rekenmeesters de Duitse regering ervan de gevolgen van de geleidelijke stopzetting van de steenkoolproductie niet naar behoren te hebben overwogen. Zo werden begin dit jaar reeds elf steenkoolcentrales gesloten. In het algemeen wordt de geleidelijke stopzetting in het kader van de ‘Wet geleidelijke stopzetting kolengestookte elektriciteitsopwekking’ nu sneller doorgevoerd dan was voorspeld in de deskundigenverslagen over de leveringszekerheid.

Het Bondsministerie van Economie en Technologie heeft voor het laatst een deskundigenadvies over de leveringszekerheid laten opstellen in 2019, d.w.z. vóór het besluit om het gebruik van steenkool geleidelijk stop te zetten. Daarin werd de geleidelijke afschaffing van steenkool “indirect mee onderzocht” – en niet bezwaarlijk bevonden, zo rechtvaardigt het ministerie zichzelf.

Bij de controle van deze verklaringen constateert de Rekenkamer echter tegenstrijdigheden. Uit de vergelijking met het wettelijk tijdschema voor de ontmanteling van kolengestookte elektriciteitscentrales blijkt dat in de studie wordt uitgegaan van een grotere gegarandeerde capaciteit vanaf 2022 dan na de overeengekomen uitfasering van kolen daadwerkelijk te verwachten valt.

Het resultaat is een ‘planningkloof’ van 4,5 gigawatt, wat overeenkomt met de capaciteit van vier grote conventionele elektriciteitscentrales. Volgens het Ministerie van Economische Zaken is er een “load balancing probability” van bijna 100 procent ondanks de geleidelijke afschaffing van steenkool. De kans dat aan de vraag naar elektriciteit altijd kan worden voldaan door het aanbod van elektriciteit is precies 99,94%.

Maar dit wordt betwist door de controleurs. De berekening van de waarschijnlijkheid van load-balancing in het regeringsrapport “is gebaseerd op veronderstellingen die deels onrealistisch lijken of achterhaald zijn door de huidige politieke en economische ontwikkelingen”.

Zo is het “niet realistisch om er van uit te gaan dat de expansiedoelstellingen voor hernieuwbare energie zullen worden gehaald onder de huidige moeilijke acceptatievoorwaarden, met name voor windenergieprojecten”.

‘Energiewende’: een gevaar voor heel Duitsland neemt hogere elektriciteitsprijzen en stroomtekorten om de energietransitie te stimulerenHet is ook riskant dat de bondsregering haar prognoses voor wind- en zonne-energie baseert op de “historische meteorologische omstandigheden van de jaren 2009 tot 2013”. Het is “niet juist dat deze simulatie geen beeld geeft van een jaar met zwakke energieopbrengsten uit wind en zon”, luidt de kritiek van de Rekenkamer.

Daarbij betwijfelen de controleurs ook of de behoefte aan reserve-energiecentrales naar behoren was vastgesteld. Zo was de bondsregering van plan om tegen 1 oktober 2020 een “capaciteitsreserve” van twee gigawatt op te bouwen om de elektriciteitsmarkt veilig te stellen.

De transmissienetbeheerders hadden echter, met de zegen van het federale netwerkagentschap, slechts de helft van deze reserve voor de elektriciteitscentrales ingekocht. De Rekenkamer “betwijfelt of het Bondsministerie van Economische Zaken heeft voldaan aan zijn wettelijke verplichting om de omvang van de capaciteitsreserve te herzien”.

Bij een elektriciteitstekort wordt nu al overwogen dat industriële bedrijven vrijwillig – in ruil voor compensatie – hun productie tijdelijk stilleggen. Het ministerie van Economische Zaken gaat uit van een potentieel van 16 gigawatt, dat in 2030 volledig zal zijn aangeboord.

Waarom, zo vraagt de Rekenkamer zich nu af, komt een studie van de federale milieudienst slechts uit op een potentieel van zes gigawatt? Blijkbaar bestaat er in de federale regering geen overeenstemming over de vraag in hoeverre vrijwillige stroombeperking kan bijdragen tot de stabilisering van het elektriciteitsnet.

Het is ook de vraag waarom de bondsregering gelooft over meer dan 4,5 gigawatt aan ‘netvervangingscentrales’ te beschikken om verstoringen van het elektriciteitsevenwicht te verhelpen. In het register van basisgegevens van de markt zijn momenteel netvervangingsinstallaties met slechts 9,4 megawatt opgenomen, zo stellen de controleurs vast. Dit komt overeen met slechts 0,2% van het door de bondsregering geraamde potentieel.

Ook andere aannames van de bondsregering komen wellicht niet meer overeen met de werkelijkheid, waarschuwen de rekenmeesters uit Bonn.

Zo gaat de bondsregering er bij de prognose van de energievraag van uit dat de bevolking in 2050 tot minder dan 75 miljoen zal dalen. Het Duitse centrale bureau voor de statistiek gaat er daarentegen “met een hoge mate van waarschijnlijkheid van uit dat er in 2050 in de drie belangrijkste onderzochte varianten 77,6 tot 83,6 miljoen mensen zullen zijn”.

Onenigheid over de ontwikkeling van de vraag naar elektriciteit

De aannames van het ministerie van Economische Zaken over de zekerheid van de elektriciteitsvoorziening zijn “deels te optimistisch en deels ongeloofwaardig”, zo luidt de kritiek van de controleurs. Het ministerie heeft ook verzuimd een scenario te onderzoeken waarin verschillende voorzienbare factoren samenkomen die de voorzieningszekerheid in gevaar kunnen brengen.

Het kan bijvoorbeeld zijn dat de uitbreiding van het net vertraging oploopt en dat tegelijkertijd de grensoverschrijdende transmissiecapaciteit beperkt is. Het Ministerie van Economische Zaken en Technologie stelt dat “een stapeling van verschillende nadelige scenario’s volgens de stand van de technische discussie geen zin heeft”. De rekenmeesters waren echter van oordeel dat dit argument “niet overtuigend” was.

Verdere onzekerheden kwamen voort uit de toenemende vraag naar elektriciteit voor de elektrificatie van het vervoer en voor de productie van de energiedrager waterstof in elektrolyse-installaties. De rekenmeesters zijn het dan ook niet eens met de veronderstelling van de regering dat de vraag naar elektriciteit tot 2030 min of meer stabiel zal blijven.

‘Energiewende’: een gevaar voor heel Duitsland neemt hogere elektriciteitsprijzen en stroomtekorten om de energietransitie te stimuleren

Daniel Wetzel.

Het Ministerie van Economische Zaken verwierp de kritiek en verklaarde dat Duitsland een consequent systeem heeft om de continuïteit van de voorziening te beoordelen. Ook vormt de waterstofproductie geen belasting voor het net, omdat de elektrolyse-installaties “in overeenstemming met het net” kunnen worden bestuurd.

Maar over het geheel genomen kan het ministerie de rekenmeesters niet overtuigen: “De Rekenkamer blijft erbij dat essentiële aannames waarop de huidige beoordeling van de leveringszekerheid op de elektriciteitsmarkt is gebaseerd, onrealistisch of achterhaald zijn”, zo luidt de conclusie van het speciale verslag.

***

Bron: WELT hier.