Moet er 18 miljard naar windstroom of naar de zorg?

Moet er 18 miljard naar windstroom of naar de zorg?

Twee stappen vooruit en één achteruit

Onder de kop “Energieakkoord:  Zijn 1000 windmolens 18 miljard waard?” probeert Michael Persson de schade te beperken die door Martin Sommers is aangericht aan het Volkskrant imago toen die twee uitstekende maar ronduit vernietigende columns schreef (deze en deze) over het wind op zee gedeelte van het energieakkoord. Sommers bewees hiermee dat het de Volkskrant menens is om weer evenwichtig te gaan berichten over klimaat en energie. En zelfs met deze stap terug van Persson blijft de score voor de Volkskrant in 2014 dank zij Sommers vooralsnog positief.

De Volkskrant in spagaat
Na de columns van Sommer moest de Volkskrant natuurlijk met een tegengeluid komen, anders zou 90% van de trouwe lezers in totale ontreddering achterblijven. Men had nu twee opties: Van Calmthout weer eens ouderwets uit het paniekvat laten tappen (maar dat valt zelfs bij de meest verstokte VK lezers tegenwoordig niet goed meer), of een deskundige wetenschapsjournalist vragen om met de echte feiten te komen. Men heeft het tweede gekozen en dat was verstandig. Maar na het zo lang blind volgen van het broeikasevangelie en de grasgroene duurzaamheidsboodschap blijkt dit zelfs voor een topjournalist als Persson een te moeilijke opgave.

Als hij zijn stuk nou als column verpakt had was er niets aan de hand geweest. Maar hij suggereert dat hij Sommer met de harde objectieve feiten corrigeert, terwijl zijn stukje op punten gekleurd is, af en toe onjuist, en principieel de plank totaal misslaat. Ik zal aangeven waar.

1. Kosten die dingen ons echt 18 miljard?
Er staat geen onwaarheid in het antwoord, maar wel slechts de halve waarheid.

Persson suggereert namelijk dat 18 miljard de kosten van het windaandeel in het energieakkoord zijn. Als je de lezer wilt voorlichten over de werkelijke kosten van de te bouwen windmolens dien je toch minstens te vermelden dat het hier alleen het deel wind op zee betreft. Het deel op land is bijna net zo groot , maar voor de SDE aanmerkelijk goedkoper, zeg ergens tussen de 7 en 10 miljard. Toch voorwaar geen kattenpis, laat staan verwaarloosbaar. Samen is wind in het akkoord kaal dus al minstens 25 miljard.

Waarbij het ook wel zo netjes zou zijn om te vermelden dat er nog een aantal directe en indirecte kosten bij komen, zowel op zee als op land. Ik onderbouw mijn inschatting van 43 miljard extra kosten in mijn grote energieakkoord blog in bijlage 9. Persson en ik zullen het niet snel eens worden over de precieze hoogte van deze kosten, maar dat ze er zijn, en dat ze aanzienlijk zijn, valt niet te ontkennen, dus is het niet correct om ze te verzwijgen.

Tot slot is er nog een extra potje bij het ministerie van een half miljard voor als het allemaal wat tegenvalt. Op de 25 miljard niet zoveel maar daar waar het bijvoorbeeld in de zorg bezuinigd moet worden wel zeer pijnlijk.

Alleen de wind uit het energieakkoord komt dus al op aanmerkelijk meer dan 25 miljard uit. En dat is maar 3% van de 16% duurzaamheid uit het energieakkoord. Over de kosten van overige 16% zwijgt Persson in alle talen.
Dat we die kosten niet kennen wil alleen niet zeggen dat ze er niet zijn.

ING: duurzaamheidsdoelstellingen kosten 100 miljard
Het enige  onderzoek naar de kosten van de duurzame doelstellingen dat ik tot nu toe heb gezien is dat van de ING, en dat komt op ca. 100 miljard uit, wat in de buurt komt van mijn eigen inschatting.

De transitie in NL van grijze naar groene energieopwekking vergt een investeringsvolume van circa € 100 mld in de periode 2010-2020 om de Europese doelstellingen te halen. Het zwaartepunt van deze investeringen ligt in de periode 2015-2020 maar gemiddeld is circa € 10 mld per jaar nodig.

Overigens stelt men ook zeer grote vragen bij de mogelijkheid om dergelijke astronomische bedragen ooit gefinancierd te krijgen. Ook hierbij de verwijzing naar de andere grote projecten in de Nederlandse geschiedenis.

We hebben het dus niet over de €200 per gezin die Persson noemt maar over pakweg €1000 per gezin per jaar.

De grootste makke van het artikel is dus dat de lezer dom gehouden wordt over wat er echt aan de hand is. Als Persson zich op de hoogte houdt van het debat over het energieakkoord weet hij hoe schandalig nalatig Minister Kamp geweest is bij het beantwoorden van de vraag hoeveel het energieakkoord de energierekening gaat opdrijven (zie “Nederland” in dit blog). Maar hij doet zelf in zijn artikel dus precies hetzelfde.

2. Waarom wist ik hier niets van?
Het antwoord is natuurlijk dat de SER commissie en de regering hier zelf ook geen flauw benul van hebben, er niet in geïnteresseerd zijn, en als het aan hen ligt, niemand hier ook iets over te weten komt. Dat blijkt wel uit de antwoorden op directe vragen aan  minister Kamp en aan de voorzitter van de SER commissie Wiebe Draaijer.

Maar blijkbaar vat Persson deze vraag op als ”Waarom heb ik als Volkskrant lezer hier niets over gelezen”, want dat is de vraag waar hij antwoord op geeft. In zijn ijver zijn redactie vrij te pleiten, gaat hij ernstig de fout in: hij stelt dat de Volkskrant al jaren geleden heeft gezegd dat het halen van de doelstellingen maar liefst  20 miljard gaat kosten.

Dat zal de VK best gedaan hebben, maar hier wordt dus gesuggereerd dat de 18 miljard voor wind op zee (ca 1,5% van de 16% verduurzaming) gelijk staan aan de totale kosten van het akkoord. Misschien zit ING te laag, misschien te hoog. Maar of het nu 80 of 120 miljard wordt, de Volkskrant zat er in 2009 dus gruwelijk naast. De kosten zijn maar liefst 5 maal zo hoog! En daar weet de Volkskrant lezer dus nog steeds niets van.

3. Waarom is het dan nu een kwestie?
Volgens Persson is het allemaal de schuld van “een clubje fervente klimaatsceptici, bestaande uit een paar gepensioneerde hoogleraren en andere dwarsdenkers”.
Wij roepen blijkbaar iets wat de Volkskrant lezers allang wisten! Allemaal drukte om niks dus.

Maar het is wel degelijk zo
– dat de 18 miljard nog steeds voor iedereen diep verborgen zou zijn als deze groep niet aan de bel getrokken had (wat Persson ook toegeeft);
– dat de kosten van het energieakkoord wel degelijk vele malen hoger blijken te liggen dan iemand ook maar ooit vermoedde;
– en dat er over de totale kosten nog steeds niets bekend gemaakt is door de minister.

Me dunkt dat het clubje een uiterst belangrijke rol heeft gespeeld en – helaas – voorlopig nog zal moeten blijven spelen.
Want deze rol van waakhond, die eigenlijk door Persson en zijn collega’s vervuld zou moeten worden, laten zij pijnlijk liggen. En blijkbaar bewust, aan dit artikel te merken.

Verder is het omlaag halen van je opponent iets wat in een column gepast kan zijn, maar bij een als objectief gepresenteerd artikel uit den boze is. Als het om de feiten gaat, is niet van belang wie ze naar voren brengt.

Overigens verbleekt Persson’s ster bij het wetenschappelijk gehalte en de staat van dienst van menig “dwarsdenker” in deze groep, dus een iets minder denigrerende toon zou hem beter gepast hebben.

4. Zijn die molens nodig?
Ook hier staat weer een halve waarheid. Inderdaad, volgens de SER commissie is wind op zee nodig als laatste stapje om de doelstellingen te halen. Alle andere opties waren al 100% benut.

Maar sinds wanneer is het halen van vrij willekeurige doelstellingen het enige aspect dat meetelt bij het uitgeven van tientallen miljarden? Is een regering niet verplicht altijd doelmatigheid, kosten en baten af te wegen bij dergelijke ingrijpende beslissingen? Haar eigen CPB heeft nota bene nadrukkelijk gesteld dat er aan de windstroom voorlopig totaal geen behoefte is en de bouw beter uitgesteld kan worden.

En een flink deel van de CO2 die door de wind op zee in het energieakkoord bespaard wordt, wordt overigens weer extra uitgestoten omdat datzelfde energieakkoord de warmtekrachtkoppeling de nek omdraait.

Het enige juiste antwoord is dus: ze zijn niet nodig voor de CO2 besparing, ze zijn niet nodig voor de stroomvoorziening, maar alleen voor het imago van de politici en hun status in Europa.

5. Maar ze helpen toch niets? In Duitsland staan heel veel molens, en daar wordt meer bruinkool verstookt dan ooit.
Inderdaad hebben die twee weinig met elkaar te maken. Maar daarna volgt weer een uithaal naar de sceptici:

“Er is een hardnekkige mythe (in leven gehouden door het eerder genoemde clubje klimaatsceptici) dat molens door hun variabiliteit de efficiëntie van fossiele centrales beperken (die zouden dan steeds aan en uit moeten worden gezet) en daardoor per saldo leiden tot een hogere C02-uitstoot. Er is meermaals aangetoond dat dat onzin is.”

Dit is complexe materie en het is Persson niet aan te rekenen dat hij er niet veel van begrijpt. Wel dat hij er desondanks zo stellig ongenuanceerde uitspraken over doet.
Op zich klopt het dat de directe technische verliezen niet hemelschokkend zijn, maar dat is ook niet de reden waarom de werkelijke opbrengst en CO2 reductie van windparken bij een groot aandeel zo tegenvalt.  In de bijlage leg ik uit wat er wel en niet waar is aan zijn stelling. Op dit moment beperk ik me tot de conclusie:

De uiteindelijke bijdrage aan de elektriciteitsvoorziening van Nederland van de in het energieakkoord geplande 10,5 GW aan windenergie zal ergens tussen de 20% en 40% lager liggen dan de theoretische opbrengst. Wind doet dus inderdaad iets. Maar flink minder dan waar men mee rekent.

Daarbij geldt wel: hoe hoger het windaandeel, hoe lager de marginale stroomopbrengst en CO2 reductie. De toename van de bruikbare stroomproductie en CO2 reductie door extra windmolens daalt richting de 10,5 GW sterk en nadert volgens sommige berekeningen zelfs tot nul. De prijs per gereduceerde ton CO2 loopt voor de laatste molens op richting de €500, terwijl de CO2 prijs in het ETS systeem ca €5 per ton is. De op de Noordzee voor €500 gereduceerde ton CO2 wordt zo dus doodleuk tegen €5 aan ETS betaling door een Poolse kolencentrale alsnog de lucht in geblazen.
In deze zin helpen de windmolens inderdaad niets.

Verder: als we de toename van de CO2 productie door het wegvallen van de warmte-kracht-koppeling (WKK) als gevolg van het energieakkoord er vanaf trekken, en de tegenvallende reductie door het grote aandeel meerekenen, blijft er ook geen werkelijke reductie meer over van de wind op zee.  Ook op deze manier helpen ze dus niets.  Terwijl de WKK voor een fractie van de 18 miljard overeind gehouden kan worden.

Als je per se CO2 wilt besparen, is de wind op zee optie dus veruit de duurste en minst effectieve methode. Maar ik loop hiermee al vooruit op de volgende vraag.

6. Is dat die 18 miljard dan wel waard?
Het antwoord op deze vraag dient uiteraard gebaseerd te zijn op een zorgvuldige kosten-baten analyse.

Er is een enorme overcapaciteit in de stroomproductie. De baten van het sluiten van nieuwe centrales ten behoeve van wind op zee bestaan dus alleen uit een bepaalde brandstof- en CO2 reductie. De vraag is of dit de doelmatigste wijze is om die te bereiken. Volgens het CBP is dat niet het geval. Dan kun je het dus beter niet doen en zijn de molens het geld letterlijk niet waard.

In het tweede deel van het antwoord wordt gesuggereerd dat Nederland economisch voordeel bij de bouw van de windparken op zee heeft. Dat is (overigens ook volgens ECN/EIB rapport) onzin: het geldt ervoor wordt onttrokken aan de koopkracht van de gezinnen, en dus aan de branches waar dit geld normaliter zou worden uitgegeven.

Je dupeert hiermee de volledige Nederlandse middenstand zwaar, die toch al zieltogende is na een paar jaar crisis, en waarvan de teloorgang enorm veel bijkomende negatieve economische en dramatische sociale effecten heeft.

Hiervoor in de plaats creëer je wat extra banen in het buitenland bij de turbinebouwers, en bij de toch al booming Nederlandse off shore industrie, waar men nu al de grootst mogelijk moeite heeft om bruikbare mensen te vinden. Men heeft de thuismarkt verder helemaal niet nodig, want men heeft de handen al vol aan de wind van de grote buren en aan de nieuwe golf oliewinning projecten. Nederland is internationaal al een zeer grote speler in de off-shore industrie.
Werkgelegenheid  is dus een drogargument.

7. Zijn windmolens links of rechts?
De politieke kwalificaties over links en rechts laat ik aan Persson over.  De Nederlandse sceptici zijn in ieder geval redelijk verdeeld over de politieke richtingen. Het zijn overigens de sceptici die er bij herhaling op gewezen hebben dat het energieakkoord sterk denivellerend is en ook economisch de zwakkeren en middengroepen maar met name de middenstanders het hardst gaat treffen.

Ik wil het nog wel hebben over de slotregel:

“Uiteindelijk helpen windmolens het licht aan te houden. Dat kun je praktisch noemen.”

Het is namelijk zeer de vraag of de windmolens het licht aanhouden. Het tegendeel lijkt eerder het geval.

Duitsland zit nu nog maar op de helft van het windaandeel dat wij in het energieakkoord hebben vastgelegd, en overspoelt nu al voortdurend zijn buurlanden met lokaal onbruikbare stroom, op een manier die de stroomnetten dreigt te overbelasten. Afgelopen jaar heeft het er al een paar keer om gespannen of het Duitse net was plat gegaan.

Duitsland en al deze buurlanden gaan nu ook nog op ongekende schaal extra windparken bijbouwen. Voor wie weet hoe de elektriciteitsvoorziening werkt is het duidelijk: lang voor we ook maar halverwege de voorgenomen 10,5 GW zijn, is een eerste echt grote black-out in West Europa te verwachten.

Dat wordt een schokkende ervaring. Als het in de winter gebeurt, en de storing een dag aanhoudt, vriezen duizenden mensen dood. Wat doet u zelf als het flink vriest en uw CV pompje doet het niet meer? In de auto gaan zitten in de garage tot de benzine op is? Een houtvuurtje stoken op het parket?
Om het over de immense economische schade van een flinke black-out nog maar niet te hebben.

Is dit bangmakerij?
Inderdaad. Maar beter te onderbouwen en véél waarschijnlijker dan de dreigende klimaatrampen die ons jarenlang door de Volkskrant aangepraat werden, en waardoor er nu überhaupt over een energieakkoord gepraat wordt.
Dus vind ik het toch passend om hiervoor in dit verband te waarschuwen.

 

Bijlage:

Verliezen door een groot windaandeel

Er zijn een aantal gevolgen van het inpassen van een groot aandeel wisselvallige en onvoorspelbare stroom in het net, zeker als dit in een groot gebied gebeurt, zoals nu staat te gebeuren: Duitsland, Nederland, Groot Brittannië en België streven allemaal naar een aandeel van wind in de stroomvoorziening dat vergelijkbaar is met dat van Denemarken.

In dit hele gebied gaat de windstroomproductie gelijk op: de weersystemen zijn zo groot dat je pas kunt middelen als je onbeperkte hoeveelheden stroom kunt uitwisselen met gebieden rond de middellandse zee of tegen de Kaukasus. Daarvan is de komende decennia geen sprake.
Kortom: als wij teveel windstroom hebben, heeft iedereen om ons heen dat dus ook, en kunnen we er niks meer mee.

Denemarken produceert met zijn huidige aandeel wind meer dan 40% van de stroom op een moment dat daar geen gebruiker voor is. Omdat het zo’n klein landje is en er verder nog weinig windparken staan opgesteld rond de Oostzee, kan het die nog weggeven voor opslag aan Noorwegen, maar economisch gezien is die stroom verloren: bij het terugkopen op een windstille dag moet het volle pond betaald worden.

Over tien jaar is dat een fictie: dan moet er flink betaald worden voor elke MWu die teveel geproduceerd wordt.
Dat blijft natuurlijk gewoon gebeuren, want de producent krijgt zijn SDE subsidie per geproduceerde MWu, of daar nu behoefte aan is of niet. Die negatieve stroomprijs loopt dus op tot het  SDE subsidiebedrag.

Voor de elektriciteitscentrales is dit desastreus: een groot deel van de tijd staan ze stil. Maar uitzetten kan eigenlijk niet, want dan duurt het te lang om ze op te starten als de wind gaat liggen. Er moet dus altijd een aantal centrales staan draaien, ook al is er al teveel stroom. Ook zonder dat er stroom geleverd wordt, verbruikt een stationair draaiende centrale nog flink brandstof: ca 8% van het vermogen. Met bijbehorende CO2 productie. Maar zelfs vanuit stationair is opstarten nog tijdrovend: een aantal zullen moeten draaien op half vermogen om snelle fluctuaties te kunnen opvangen.

Bij een beetje wind moeten centrales teruggeregeld worden. Daarbij worden ze wat minder efficiënt, en gaan ze flink meer vervuilen. Op nominaal vermogen zijn ze namelijk zeer schoon tegenwoordig. Maar op 60% van het vermogen gaat het flink mis met de uitstoot. Zo gauw een flinke wind opsteekt neemt de uitstoot van echt giftige stoffen (SOx en NOx) dus sterk toe. Windenergie is minder schoon dan men denkt.

Hoeveel verliezen geeft dit allemaal?

Technische verliezen
De daling van het rendement door terugregelen van centrales wanneer de wind opsteekt geeft een extra CO2 uitstoot op het totaal dat maximaal in de orde van enige procenten ligt.  Persson heeft gelijk dat dit geen dramatisch effect is.

Bij een stijgend aandeel wind zullen de verliezen van stationair draaiende backup centrales toenemen. Maar hier wordt het moeilijk om te kwantificeren: het is niet te voorspellen hoe de exploitanten en de overheid gaan reageren op de situatie over tien jaar. Ook zal de rol van de huidige WKK installaties volledig veranderen.
Ik zou voor deze verliespost geen percentage durven te noemen. Maar ook dit zal op het totaal aan CO2 uitstoot niet vreselijk uit de hand lopen, en de CO2 reductie van de wind maar zeer beperkt verminderen.

Curtailment
Het hoofdprobleem is de overproductie van stroom: bij de 10,5GW aan wind uit het energieakkoord zal er regelmatig meer windstroom zijn dan de totale stroomconsumptie van Nederland.  Die is over 10 jaar niet meer te verkopen aan het buitenland of betaalbaar op te slaan, en dient als verloren beschouwd te worden.

Maar op dat soort momenten moeten er nog steeds voldoende centrales klaar staan om in te springen als de wind gaat liggen. Vanuit stationair opstarten duurt te lang, dus produceren die centrales nog eens éxtra overbodige stroom.

Die overbodige stroom van de combinatie windparken plus draaiende backup centrales is veruit de grootste post in de verliezen, en die neemt sterk toe met het windaandeel. Wij hebben er nu nog geen last van, Duitsland met een twee maal zo groot aandeel als wij maar een beetje (mede dank zij de export)  maar daarboven richting het Deense aandeel en dus de 10,5 GW uit het energieakkoord (4x het Nederlandse aandeel) neemt het sterk toe.  Daardoor zullen de laatste te plaatsen windmolens nog maar voor weinig extra bruikbare stroom zorgen.

Dit alles is heel moeilijk te kwantificeren. Ik heb een paar weken gestoken in het modelleren van de verschillende windaandelen tussen nu en 20GW maar de uitkomsten bleken wel heel erg afhankelijk van de aannames over de backup centrales. Ik kwam uit op 20% tot 40% verliezen, voor het grootste deel bestaande uit onbruikbare stroom. Het verschil tussen de theoretische en werkelijke CO2 reductie is iets groter.

Interessant is de grafiek uit metingen aan de werkelijke situatie in Ierland.
Die wordt uitgelegd in dit interessante artikel van Fred Udo.

lijn

Onderste lijn (totale CO2 reductie bij oplopend windaandeel) loopt bijna vlak bij 50%

De bovenste lijn geeft de gemeten CO2 productie per kWu centralestroom. Die loopt duidelijk op bij stijgend windaandeel.
De onderste lijn toont de CO2 productie per kWu inclusief de windenergie. Die vlakt af bij oplopend windaandeel.

De conclusie is dat in het huidige stroomnet in Ierland (redelijk vergelijkbaar met Nederland) de marginale CO2 reductie bij een met 10,5 GW vergelijkbaar instantaan windaandeel inderdaad duidelijk afneemt.

Capaciteitsvergoeding
Het moge duidelijk zijn dat veel afhankelijk zal zijn van de opstelling van de overheid. Het openhouden van gascentrales is nu al niet lonend meer, zelfs bij het minimale windaandeel dat we hebben. Dat wordt alleen maar erger als het windaandeel toeneemt. De exploitanten zullen dus hun centrales gaan ontmantelen. De warmte-kracht-koppeling (nu de belangrijkste backup voorziening voor windenergie) gaat zoals u weet binnen 10 jaar sowieso voor 2/3 dicht.

Zonder backup is er geen betrouwbare stroomvoorziening meer. De overheid zal dus de exploitanten moeten gaan betalen voor het openhouden en op temperatuur houden van hun back-up centrales, wil u nog TV kunnen kijken als het niet waait. Dit heet de capaciteitsvergoeding.
Welke risicoprofiel men daarbij wil gaan aanhouden wordt een interessante vraag. Hoeveel en hoe lange black-outs zijn acceptabel in verhouding tot hoeveel minder miljarden capaciteitsvergoeding aan de exploitanten?

Dit is wel geen energetisch inpassingsverlies maar wel een kostenpost die niet bij de 18 miljard van Kamp zit. Deze en andere bijkomende kosten vindt u in bijlage 9 van mijn eerste blog over het energieakkoord.