De Internationale Spectator van Instituut Clingendael, het tweemaandelijks magazine dat onze diplomaten moet informeren blijkt een alarmistisch pleeblaadje, dat ambtenaren en onze minister van Buitenlandse Zaken wetenschappelijk misleidt over klimaat en milieu, met feitelijk onjuiste citaties, overdrijving en ondeugdelijke pseudowetenschap, om zo op basis van angst en overdrijving de nationale soevereiniteit van landen te willen afschaffen. Dat blijkt uit de juli/augustus-editie waar Wouter Veening van het Institute for Environmental Security een donkergroene donderpreek houdt als openingsartikel in ‘Mondiale Publieke Goederen’.
Nog nooit zo hoog opgeleid en tegelijk zo dom 2
We lezen de klassieke belegen donderpreek van een babyboomer die sinds november 1971 ‘Limits to Growth’ van de Club van Rome verscheen, niet bereid bleek zijn meningen aan te passen aan nieuwe feiten en inzichten. Wouter, schaam je, en schaamte op de redactie van de Internationale Spectator dat ze zoveel slap gelul per vierkante centimeter durven afdrukken, louter omdat de redactie zelf geen flauw benul heeft waar het milieudebat over zou moeten gaan wanneer de feiten en daarop gebaseerde ecologische prioriteiten telden.
In plaats van het volgevreten conferentiegelul van babyboombureaucraten, post-christelijk apocalyptisch gezwets van baantjesjagende over-datum-diplomaten met een overschot Airmiles. En de nasleep van hun intellectuele corruptie in de onderbouw, die onder dreiging van ontslag het zelfstandig nadenken verleerd is en achter de kudde aan loopt. Zoals zo’n Liliane Ploumen die nu minister van Buitenlandse Zaken schijnt te kunnen zijn. Omdat ze ooit als PvdA’er opklom toen ze iets riep over Marokkanen in een krant, iets lulligs dat voor een PvdA’er revolutionair klonk. Ik schreef al, nog nooit waren we zo hoog opgeleid en tegelijk zo dom. Terug naar Veening zijn klimaatgeklets.
Je hoort bij de titel al, Veening wil iets met Garrett Hardin doen, de favoriete eco-evangelist van zijn generatie. Dat doet hij, maar dan weet hij ook nog niet de juiste bron te vermelden. Het uit den treure door orthodoxe eco-doempredikers aangehaalde ‘The Tragedy of the Commons’ van Garrett Hardin verscheen als eerste als opiniërend artikel in Science, niet het Environmental Handbook. Het betekende Hardin’s doorbraak, al had hij het in een uurtje geschreven op weg naar een conferentie.
Hardin’s proefballon gaat uit van de typische neo-malthusiaanse denkfout dat natuur een gefixeerd goed is, een vaste grens heeft en wanneer menselijke activiteit groeit dit onvermijdelijk leidt tot afkalving van het ‘resterende’goed.
Een stukje speltheorie maar dan met de ‘zero sum fallacy’. De op één lat bevroren natuur is natuurlijk onzin voor iedereen die zijn hersens gebruikt, en geen predikant is maar onderzoeker. Alle levensvormen faciliteren andere levensvormen en werken zo cumulatief, een idee dat ook door zooloog Matt Ridley werd uitgewerkt in relatie tot economie.
Als je op één hectare de productie opvoert, is dat geen aanslag op andere hectares. De 100 procent in 1800 is een andere 100 procent als die van nu ten opzichte van menselijke benutting van natuurlijke productie (de HANPP maakt de zelfde fout). Ook leidt een hogere CO2-concentratie voorlopig enkel tot een hogere netto primaire productie, de ‘vaste grens’groeit enkel. Ook kunnen we op minder landbouwgrond méér produceren en méér natuurgrond onbebouwd laten. Wat in Europa ook gebeurt.
De Tragedy of the Commons is wel een mooi verhaal, aangehaald door eco-amateurs die met simplisme slim willen lijken- kijk mij eens een belangrijke publicatie kennen- en die daar bij onkritisch publiek mee wegkomen. Zelfs de intellectuele nul Johan Nooitgedagt van de Vissersbond wilde er ooit goede sier mee maken. Zo diep ben je gezonken Wouter…
Dat eco-amateurisme en het pronken met Hardin is nog vergeeflijk voor iemand als Veening die ooit iets alfa-achtigs afrondde na eindeloze studietijd, om toen bij het speeltje van Prins Bernhard en het Ministerie van Buitenlandse Zaken- IUCN- de 10 miljoen euro subsidie per jaar van dat ministerie te spenderen aan hobbyprojectjes van de Prins.
Onvergeeflijk is het schermen met de wetenschappelijk frauduleuze ‘ecologische voetafdruk’- die geen ecologische graadmeter is maar een graadmeter voor/verheerlijking van onderontwikkeling. Veening lees ‘Why the Ecological footprint is bad environmental science and bad economics’ van Nathan Fiala, en bespaar onze internationale diplomatie je neo-malthusiaanse kletspraat. Het is zo over datum, zo 1971. Je bent zoals dat in organisatieliteratuur heet ‘onbewust onbekwaam’. Ik maak je bij deze bewust onbekwaam, al heb ik niet de illusie dat je voor je het graf ingaat je mening wilt bijstellen. Misschien kun je vegeterend tussen de dementerenden nog gelijkgestemden overtuigen, mensen met heldere geest niet.
Wat had Clingendael moeten bespreken?
Voor zover we rekening met ecologische grenzen moeten houden, zou het debat bij diplomatie nu moeten gaan over de vraag of een corrupte door bedrijfslobbies gedicteerde en topzware bureaucratie zonder democratische legitimiteit (zie Brussel) de beste wijze is om daar over te waken.
Het is schokkend te vernemen dat een blad dat onze internationale diplomatie pretendeert te informeren van een dusdanig pleeblad-niveau is, want deze kersen uit de Wouter Veening klimaatpap zijn twee mineure dieptepuntjes in een zee van eco-evangelistisch kletspraat. Wat ik niet stapsgewijs kan ontleden omdat de blog dan te lang wordt. Hij is nu al te lang.
Krijgen wij als decadent land gewoon de diplomaten en minister die we verdienen?
In vond Wouter van Dieren al een schadelijke debiel, deze Wouter is minimaal geborneerd. Sinds (politicoloog) Ko Colijn op Instituut Clingendael als directeur de scepter zwaait is elke oordeelsvorming van het instituut politiek gekleurd zoals een watermeloen.
Ik heb op de link naar Wouter Veening geklikt en kwam op de site van het “Institute for Environmental Security” uit. Wat opvalt is dat die zich omschrijft als een “international non-profit non-governmental organisation“. Als je op het item “Donors” klikt dan zie je dat de IES voornamelijk door (buitenlandse) overheden worden gefinancierd. En ik dacht dat de definitie van een NGO is dat die GEEN banden heeft met een overheid. Zo wordt je als bevolking dus bedrogen.
@Bulldozer: NGO staat ook voor ‘niet gekozen organisatie’, de meeste ‘NGO’s’ werken als verlengstuk van de overheid en bestendiging van overheidsmacht, en de financiering is daar dan ook naar
Cool dat je het opgepikt hebt! ;-)
Ik geloof niet zo in dat “onbewuste”. Bureaucraten vormen een zichzelf instant houdende kaste met een intrinsieke groeidrang. Omdat zij nooit (persoonlijk) worden afgerekend op de resultaten (noem het productie / output) van hun tijdverdrijf en criteria als kwaliteit en efficiëntie dus helemaal buiten beschouwing blijven blijft er niets anders over dan MEER!
Als een overheid een regel instelt die op miljoenen van toepassing is zullen de bureaucraten niet rusten voordat ze één uitzondering hebben gevonden om daarop de regelgeving aan te passen. Dat gebeurt NIET intuïtief maar zeer BEWUST.
Je hoeft de krant maar op te slaan of je wordt overspoeld met voorbeelden.
http://www.powned.tv/nieuws/politiek/2013/09/overheid_kampt_met_risicoregel.html
Daar komt dan nog eens bij dat de overheid naar eigen goeddunken kan strooien met uw geld. Dat geld wordt voor een flink deel verbruikt met het corrumperen van bedrijfsleven en burgers. Mijn bakker, die twee jaar geleden in de oude regeling het dak van de bakkerij helemaal met PV heeft laten vol pleuren wil natuurlijk gewoon wat van z’n zuur verdiende poen terugzien.
Dat het zo werkt is zonneklaar. Ik wees er al eerder op dat onze vorige MinFin. Jan Kees te Mager de herhaalde adviezen van de Algemene Rekenkamer negeerde. De AR bracht voor e tweede keer een vernietigend rapport uit waaruit bleek dat er op het leeuwendeel van de jaarlijks weggespoten 11 Miljard!! aan subsidies oncontroleerbaar blijkt op effect. NIET MEETBAAR. De minister reageerde met de opmerking dat “het verlenen van subsidies uiteindelijke een kwestie van gunnen”.
Nou zou je verwachten dat de Kamer (die immers o.a. tot taak heeft de overheidsbestedingen te controleren) zich na zo’n uitspraak schuimbekkend vastbijt in de kuiten van Jan Kees en niet meer loslaat tot hij akkoord gaat met een instrument dat de volksvertegenwoordiging in staat stelt haar werk te doen. Niets van dat al; en zo is de cirkel rond. Immers ook Kamerleden moeten aan hun toekomst denken.
Logisch dat de Jager soepsidie niet ter discussie gaat stellen. Het CDA kan zich op de borst kloppen voor het uitvinden van “overlast” (waardoor hier bij mij in het dorp de skatebaan dichtgaat wegens overschrijding van de geluidsnorm die hij -I kid you not, nee dit is geen Monthy Python!! schijnt te hebben) en samen met de linkse partijen voor het uitvinden en cultiveren van “soepsidie”.
Et Voilà! http://www.dagelijksestandaard.nl/2013/09/groenlinks-wil-sterren-voor-schone-energie
Groenliesbeth wil sterrensysteem voor goed gas en kwaad gas o.i.d.